Uitspraak
RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE
Sector familie- en jeugdrecht
Enkelvoudige kamer
Rekestnummer: FA RK 12-4863
Zaaknummer: 422384
Datum beschikking: 27 september 2012
Beschikking in de zaak van:
[de vrouw],
de vrouw,
wonende te [woonplaats vrouw],
advocaat: mr. V.R.G. Seedorf-Monpellier te 's-Gravenhage,
waarin als belanghebbende wordt aangemerkt:
[de man],
de man,
wonende te [woonplaats man],
advocaat: mr. S. Bhulai te 's-Gravenhage.
Procedure
De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:
- de brief d.d. 30 augustus 2012 van mr. Seedorf-Monpellier.
Verzoek en verweer
In de brief d.d. 30 augustus 2012 wordt verzocht de beschikking van 27 augustus 2012 van deze rechtbank te herstellen. Volgens de vrouw is zij bij genoemde beschikking ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard in haar verzoek tot echtscheiding in verband met het niet tijdig betalen van griffierecht.
Beoordeling
Verzoekster stelt niet dat er sprake is van een kennelijke, ook voor partijen kenbare en voor eenvoudig herstel vatbare fout, die tot verbetering van de beschikking op de voet van artikel 31 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) zou nopen, zodat het verzoek om herstel van de beschikking reeds om die reden wordt geweigerd.
Voor zover de vrouw een beroep op de in artikel 282a lid 4 Rv opgenomen hardheidsclausule heeft willen doen, is dit beroep niet tijdig gedaan. Bij brief van 6 augustus 2012 heeft de rechtbank de vrouw immers in de gelegenheid gesteld om binnen twee weken na die datum zich hierover uit te laten. In de beschikking van 27 augustus 2012 is geconstateerd dat geen beroep is gedaan op de hardheidsclausule.
Ten overvloede merkt de rechtbank het volgende op. Ingevolge artikel 3 lid 4 van de Wet griffierechten burgerlijke zaken was verzoekster het griffierecht verschuldigd vanaf de indiening van het verzoekschrift en diende zij ervoor te zorgen dat het griffierecht binnen vier weken nadien is bijgeschreven op de rekening van het gerecht waar de behandeling ter griffie plaatsvindt dan wel ter griffie is gestort. Dat de nota voor het griffierecht is verzonden twee dagen voor het einde van de betalingstermijn, ontslaat verzoekster niet van haar verplichting. Voor betaling van het griffierecht is ontvangst van de nota niet noodzakelijk.
Beslissing
De rechtbank:
weigert de verzochte verbetering.
Deze beschikking is gegeven door mr. I.D. Bellaart, bijgestaan door mr. S.I. Geerling als griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 27 september 2012.