Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Instantie:

Inhoudsindicatie:

30 maanden gevangenisstraf voor mensenhandel in vereniging gepleegd onder de omstandigheid dat de persoon ten aanzien van wie het feit wordt gepleegd de leeftijd van zestien jaren nog niet heeft bereikt.

Uitspraak



RECHTBANK ARNHEM

Sector strafrecht

Promis II

Parketnummer : 05/700843-11

Data zittingen : 23 augustus 2011, 15 november 2011, 7 februari 2012, 26 april 2012 en

2 oktober 2012

Datum uitspraak : 15 oktober 2012

TEGENSPRAAK

Vonnis van de meervoudige kamer in de zaak van

de officier van justitie in het arrondissement Arnhem

tegen

naam : [Naam verdachte]

geboren op : [Geboortedatum] 1985 te Cap-Haitien (Haïti)

adres : [Adres]

plaats : [Postcode woonplaats]

raadsvrouw : mr. M.K.J. Dikkerboom, advocaat te Amersfoort.

1. De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is, na een door de rechtbank toegewezen vordering wijziging tenlastelegging, ten laste gelegd dat:

1.

hij (op meerdere tijdstippen) in of omstreeks de periode van 1 februari 2010

tot en met 9 maart 2010 te Apeldoorn en/of te Rotterdam en/of Velp en/of Arnhem en/of te Ede en/of te Wageningen en/of te Zevenaar en/of elders in Nederland,

(lid 3 sub 1)

tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,

een ander, te weten

(lid 3 sub 2)

(telkens) [Naam slachtoffer] (geboren 27 december 1995 en ten tijde van de pleegperiode 14 jaar oud),

terwijl voornoemde [Naam slachtoffer] de leeftijd van 16 jaren nog niet had bereikt,

(lid 1 sub 2)

heeft/hebben geworven en/of vervoerd en/of gehuisvest en/of opgenomen met het oogmerk van uitbuiting,

terwijl voornoemde [Naam slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt,

en/of

(lid 1 sub 5)

(telkens) [Naam slachtoffer] (geboren 27 december 1995) ertoe heeft/hebben gebracht zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling dan wel ten aanzien van haar enige handeling heeft/hebben ondernomen waarvan hij wist/wist(en) of redelijkerwijs had(den) moet(en) vermoeden dat voornoemde [Naam slachtoffer] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die handelingen,

terwijl voornoemde [Naam slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt,

en/of

(lid 1 sub 8)

(telkens) opzettelijk voordeel heeft/hebben getrokken uit seksuele handelingen van voornoemde [Naam slachtoffer] met of voor een derde tegen betaling, terwijl voornoemde [Naam slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt,

immers heeft/hebben en/of is/zijn

verdachte en/of diens mededader(s) (één of meermalen)

terwijl voornoemde [Naam slachtoffer] geen vaste woon- en/of verblijfplaats had,

(te Apeldoorn en/of Rotterdam en/of elders in Nederland)

-via internet (meermalen) contact met voornoemde [Naam slachtoffer] gezocht en/of opgenomen, en/of afspraken met voornoemde [Naam slachtoffer] gemaakt om haar te ontmoeten, en/of

-voornoemde [Naam slachtoffer] onderdak verschaft, en/of

-voornoemde [Naam slachtoffer] alcoholische drank en/of (soft)drugs en/of een combinatie daarvan gegeven en/of laten nemen, en/of

-(daarbij) seks met voornoemde [Naam slachtoffer] gehad, en/of

-tegen voornoemde [Naam slachtoffer] gezegd: "Ik heb niet veel geld . Maar ik heb een vriendin die geld wil maken. Ga mee! Wil je dat?", en/of

"Morgen moet je bij het station staan, dan komt mijn neefje daar naar toe van Arnhem. Dan ga je samen met hem mee naar Arnhem toe" en/of

"Wil je voor mij werken?", en/of

-seksadvertenties van voornoemde [Naam slachtoffer] op internet gemaakt en/of geplaatst, en/of

(te Arnhem en/of Velp en/of te Ede en/of te Wageningen en/of te Zevenaar en/of elders in Nederland)

-voornoemde [Naam slachtoffer] met de trein en/of de auto vervoerd, en/of

-voornoemde [Naam slachtoffer] (meermalen) gehuisvest, en/of

- tegen voornoemde [Naam slachtoffer] gezegd dat zij voor hoer moest spelen, en/of op welke wijze zij dit moest doen, en/of

-voornoemde [Naam slachtoffer] beloofd: " Ik ga voor je lingerie kopen" en/of tegen voornoemde [Naam slachtoffer] gezegd dat zij dit werk een aantal weken moest doen en/of (vervolgens) een fijn leven zou krijgen, en/of gezegd: "Je krijgt een eigen huis en alles wat je wilt" en/of gezegd: "We gaan sparen en daarna veel dingen voor jou kopen, dure dingen", en/of

-tegen voornoemde [Naam slachtoffer] gezegd dat zij in (een) woning(en) moest blijven en niet weg mocht gaan, en/of niet alleen naar buiten mocht gaan, en/of de deur op slot gedaan op de locatie(s) waar voornoemde [Naam slachtoffer] verbleef, en/of

-voorkomen dat voornoemde [Naam slachtoffer] beschikking zou hebben over haar tas met daarin haar legitimatiebewijs door deze tas buiten bereik van voornoemde [Naam slachtoffer] te brengen en/of te houden, en/of

-seksadvertenties van voornoemde [Naam slachtoffer] op internet gemaakt en/of geplaatst, en/of

-klanten geregeld en/of met die klanten (betaal)afspraken gemaakt, en/of

-voornoemde [Naam slachtoffer] seks laten hebben met hem, verdachte, en/of zijn verdachtes, mededader(s), en/of

-voornoemde [Naam slachtoffer] seks laten hebben met klanten, en/of

-voornoemde [Naam slachtoffer] onbeschermd seks laten hebben, en/of

-voornoemde [Naam slachtoffer] seks laten hebben met één of meerdere personen tegelijkertijd, en/of

-voornoemde [Naam slachtoffer] seks laten hebben onder invloed van alcohol en/of drugs en/of een combinatie van alcohol en drugs, en/of

-voor de deur gestaan met een mes en/of gewacht in een auto, terwijl voornoemde [Naam slachtoffer] seks met (een) klant(en) had, en/of

-voornoemde [Naam slachtoffer] bedreigd, en/of

-voornoemde [Naam slachtoffer] mishandeld, en/of geschopt en/of geslagen en/of gestompt in de zij en/of aan de haren getrokken en/of

-boos geworden als voornoemde [Naam slachtoffer] geen zin had om te werken, en/of tegen voornoemde [Naam slachtoffer] gezegd: "Je moet het wel doen, want het is geld. Moet je geen eten, moet je geen drinken?" en/of

- het door voornoemde [Naam slachtoffer] verdiende geld ingenomen en/of beheerd en/of (grotendeels) aangewend voor zijn/hun eigen gebruik, en/of

door welke feiten en omstandigheden voor voornoemde [Naam slachtoffer] een

(afhankelijkheids)situatie is ontstaan waaraan zij zich niet heeft kunnen

onttrekken en/of tengevolge waarvan zij geen weerstand aan verdachte en zijn

mededaders heeft kunnen bieden;

2.

hij (op meerdere tijdstippen) in of omstreeks de periode van 1 februari 2010

tot en met 9 maart 2010 te Apeldoorn en/of te Rotterdam en/of Velp en/of Arnhem en/of te Zevenaar en/of elders in Nederland,

tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen,

(telkens) opzettelijk een minderjarige, te weten [Naam slachtoffer]

[Naam slachtoffer] geboren 27 december 1995 heeft onttrokken aan het wettig over die

minderjarige gestelde gezag of aan het opzicht van degene die dat gezag

desbevoegd over die minderjarige uitoefende,

immers heeft/hebben verdachte en/of zijn, verdachtes, mededader(s)

- voornoemde [Naam slachtoffer] onderdak geboden en/of verschaft in (een) woning(en), en/of

- voornoemde [Naam slachtoffer] (per trein en/of auto) naar bovengenoemde plaatsen heeft weggevoerd en/of vervoerd,

en/of

-voornoemde [Naam slachtoffer] (blijvend en/of langdurig) onttrokken gehouden, door (continue) controle te houden over voornoemde [Naam slachtoffer] en/of door (na)bij voornoemde [Naam slachtoffer] te verblijven en/of door te voorkomen dat zij zelfstandig en/of ongecontroleerd buiten vertoefde, en/of

-het geld van voornoemde [Naam slachtoffer] beheerd en/of ingenomen, en/of

-voorkomen dat voornoemde [Naam slachtoffer] beschikking zou hebben over haar tas met daarin haar legitimatiebewijs, door deze tas buiten bereik van voornoemde [Naam slachtoffer] te brengen en/of te houden;

2. Het onderzoek ter terechtzitting

De zaak is laatstelijk op 2 oktober 2012 ter terechtzitting onderzocht. Daarbij is verdachte verschenen. Verdachte is bijgestaan door mr. M.K.J. Dikkerboom, advocaat te Amersfoort.

Als benadeelde partij heeft zich schriftelijk in het geding gevoegd: [Voorletters slachtoffer] [Naam slachtoffer].

De officier van justitie, mr. T. Feuth, heeft gerekwireerd.

Verdachte en zijn raadsvrouw hebben het woord ter verdediging gevoerd.

3. De beslissing inzake het bewijs1

Het proces-verbaal van verhoor van [Medeve[Medeverdachte] (verder: [Medeverdachte]), afgelegd in diens eigen strafzaak als verdachte bij de rechter-commissaris op 11 november 2011, is gevoegd in het dossier van alle medeverdachten. De processen-verbaal van de verhoren, afgelegd bij de rechter-commissaris maken ook deel uit van het dossier in alle strafzaken.

Ten aanzien van feit 2

De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen wat verdachte onder feit 2 ten laste is gelegd en zij zal verdachte daarvan vrijspreken.

Niet vastgesteld kan worden dat verdachte wist dat [Naam slachtoffer] (verder: [Slachtoffer]) minderjarig was. Omdat verdachte dit niet wist, kan hij [Slachtoffer] niet opzettelijk hebben onttrokken aan het wettelijk gezag. Evenmin kan dan wettig en overtuigend worden bewezen dat verdachte de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat [Slachtoffer] werd onttrokken aan het wettelijk gezag, nu [Slachtoffer] immers tegen iedereen vertelde dat ze 18 jaar was, zij er ouder uit zag dan haar kalenderleeftijd - en door veel mensen op grond van haar uiterlijk ook geschat werd op 18 jaar - en er voor het overige ook geen aanwijzingen waren waaruit verdachte had moeten opmaken dat [Slachtoffer] minderjarig was. De omstandigheid dat [Slachtoffer] volgens een aantal getuigen gedrag vertoonde dat zij omschrijven als niet slim, dom of kinderachtig is hiervoor niet voldoende, temeer niet nu haar mentale leeftijd als gevolg van haar licht verstandelijke handicap sowieso afweek van haar kalenderleeftijd.

De feiten

Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende, dat verder ook niet ter discussie staat, vastgesteld.

Op 1 februari 2010 is de minderjarige [Slachtoffer] (geboren 27 december 1995) weggelopen vanuit een instelling te Apeldoorn2 en is zij naar Rotterdam gegaan.3

Via de internetsite Partypeeps kwam [Slachtoffer] in contact met [Medeverda[Medeverdachte 1] (hierna te noemen: [Medeverdachte 1]) en in de periode tussen 1 en 15 februari 2010 hebben [Medeverdachte 1] en zij elkaar ontmoet en hebben zij tijdens de eerste ontmoeting seks met elkaar gehad. [Medeverdachte 1] is toen met zijn penis in [Slachtoffer]s mond en [Slachtoffer]s vagina binnengedrongen.4

[Slachtoffer] bleef bij [Medeverdachte 1] slapen en toen zij de volgende dag weg wilde gaan zei [Medeverdachte 1] tegen haar: "Ik heb niet veel geld, maar ik heb een vriendin die geld wil maken. Ga mee! Wil je dat?", "Morgen moet je bij het station staan, dan komt mijn neefje daar naar toe van Arnhem. Dan ga je samen met hem mee naar Arnhem toe"5 en "Wil je voor mij werken?"6. [Slachtoffer] wilde een slaapplek en stemde hiermee in. [Medeverdachte 1] heeft toen contact gezocht met zijn neef uit Arnhem, [Medeverdachte], en heeft hem voorgelegd dat hij een meisje had ontmoet dat wel als prostituee wilde werken, want vrienden van [Medeverdachte] zouden wel weten hoe je dat moet organiseren.7 [Medeverdachte] kwam vervolgens naar Rotterdam en op 15 februari 2010 zijn ze met z'n drieën ([Medeverdachte 1], [Medeverdachte] en [Slachtoffer]) met de trein naar Arnhem gegaan.8

Nadat [Slachtoffer] op 15 februari 2012 in Arnhem was aangekomen, is zij naar de [adres 1] te Velp gebracht. Daar woonde [Medever[medeverdachte 3] (hierna te noemen: [medeverdachte 3]). [Medeverdachte] had geregeld dat [Slachtoffer] bij [medeverdachte 3] kon verblijven. [medeverdachte 3] kreeg daarvoor een vergoeding van

€ 50,- per week.9

In de woning van [medeverdachte 3] ontving [Slachtoffer] klanten.10 De klanten betaalden geld aan [Medeverdachte] of [Medeverdachte 1]. [Slachtoffer] had dan seks met deze klanten.11 Klanten zeiden tegen [Medeverdachte] wat ze wilden en [Medeverdachte] gaf vervolgens instructies aan [Slachtoffer].12 De seks bestond onder andere uit het met de penis binnendringen in de mond van [Slachtoffer] en het binnendringen met de penis in de vagina van [Slachtoffer].13 Klanten spraken van tevoren met [Medeverdachte] af of de seks met of zonder condoom plaatsvond. Seks zonder condoom was duurder dan met condoom.14

[Slachtoffer] was in de veronderstelling dat zij het geld dat aan [Medeverdachte] werd betaald door klanten nog zou krijgen. [Medeverdachte 1] had namelijk tegen haar gezegd toen zij naar haar geld vroeg: "Je krijgt een eigen huis en alles wat je wilt"15 en "We gaan sparen en daarna veel dingen voor jou kopen, dure dingen"16 [Medeverdachte] had tegen [Slachtoffer] gezegd dat zij dit werk een aantal weken moest doen en een fijn leven zou krijgen17. Ook had [Medeverdachte] gezegd: "Ik ga voor je lingerie kopen"18.

[Slachtoffer] mocht het huis van [medeverdachte 3] niet verlaten en moest binnen blijven.19 Als ze toch naar buiten ging, dan mocht ze dat niet alleen.20 Als [medeverdachte 3] wegging, deed hij de deur op slot.21

Op een bepaald moment wilde [medeverdachte 3] ook seks met [Slachtoffer]. [Slachtoffer] wilde dat echter niet, waarop [medeverdachte 3] haar sloeg, haar aan de haren trok en haar schopte.22

[Medeverdachte 1] heeft de tas van [Slachtoffer] met daarin haar legitimatiebewijs, meegenomen toen hij terugging naar Rotterdam.23

Toen [Slachtoffer] een keer weigerde om seks te hebben met een klant, schreeuwde [Medeverdachte] tegen [Slachtoffer]: "Je moet het wel doen, want het is geld. Moet je geen eten, moet je geen drinken?" [Slachtoffer] besloot hierna toch seks te hebben met de desbetreffende klant.24

Op 20 februari 2010 is [Slachtoffer] door [Medeverdachte] naar [Medeverdachte 4] gebracht, alwaar ze een nacht is verbleven en (zonder condoom) seks met hem heeft gehad.25

Op 21 februari is [Slachtoffer] onder begeleiding van [Medeverdachte] in de auto van [Medev[Medeverdachte 5] (hierna te noemen: [Medeverdachte 5]) vervoerd naar Wageningen. Zij heeft daar seks gehad met een klant.26 De telefoons van [Slachtoffer], [Medeverdachte 5] en [Medeverdachte] straalden die dag in het begin van de avond zendmasten in Wageningen aan.27 In de avond van 21 februari 2010 is [Slachtoffer] naar de [adres 2] te Arnhem teruggebracht. Daar is zij een week verbleven in de kamer van [naam] (hierna: [naam]).28

Ook in deze periode (21, 24 en 25 februari 2010) zijn meerdere advertenties geplaatst op internet waarin seks met [Slachtoffer] werd aangeboden voor geld; in enkele van die advertenties werd het telefoonnummer van [Medeverdachte] vermeld als contactnummer.29

In de week dat [Slachtoffer] op de [adres 2] te Arnhem verbleef is zij samen met [Medeverdachte], [Medeverdachte 6] (hierna te noemen: [Medeverdachte 6]), [Getuige 3] (hierna te noemen: [Getuige 3]) en [Getu[Getuige 4] (hierna te noemen: [Getuige 4]) naar discotheek Extase in Nijmegen geweest.30 Daarna zijn ze met zijn vijven naar een woning in Arnhem gegaan, alwaar [Getuige 3] seks heeft gehad met [Getuige 4] en [Slachtoffer] met [Medeverdachte 6]. [Slachtoffer] heeft eerst de penis van [Medeverdachte 6] in haar mond genomen en is daarna bovenop de penis van [Medeverdachte 6] gaan zitten. [Slachtoffer] heeft hierbij tegelijkertijd de penis van [Medeverdachte] kort in haar mond genomen.31 [Slachtoffer] had die avond alcohol gedronken, terwijl ze normaliter nooit dronk. [Medeverdachte] had tegen haar gezegd "drink gewoon, het is normaal".32

Op 27 februari is [Slachtoffer] in de auto van [Medeverdachte 5] en vergezeld door [Medeverdachte 5], verdachte en [Medeverdachte 7] (hierna te noemen: [Medeverdachte 7]) overgebracht naar de [Adres 3] in Zevenaar.33 Daar verbleef [Slachtoffer] op de kamer van [Getuige 5] (hierna: [Getuige 5]).34 Ook hier heeft [Slachtoffer] ten minste één klant ontvangen.35

Tussen 2 en 4 maart 201036 is [Slachtoffer] weggelopen uit Zevenaar en is ze naar [naam 2] gegaan. Daar heeft ze enkele dagen verbleven.37 Op 9 maart 2010 heeft de politie haar gelokaliseerd in een internetcafé.38

Gedurende de hele periode zorgden [Medeverdachte 1], [Medeverdachte] en [medeverdachte 3] ervoor dat [Slachtoffer] werd voorzien van drugs of alcohol. [Slachtoffer] kon hierdoor makkelijker seks hebben met klanten.39

Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie acht op grond van de bewijsmiddelen het onder feit 1 tenlastegelegde wettig en overtuigend bewezen.

Het standpunt van de verdediging

De verdediging heeft vrijspraak bepleit ten aanzien van het onder 1 tenlastegelegde op grond van het navolgende, samengevat weergegeven:

* Verdachte ontkent seksadvertenties te hebben gemaakt. Hij gebruikte het e-mailadres [e-mailadres] niet meer, omdat het was gehackt. De verklaringen van [Medeverdachte] en [Medeverdachte 7] zijn op dit punt ongeloofwaardig en een computer is niet persoonsgebonden.

* Verdachte heeft aanvankelijk geen rol gespeeld in het geheel. Verdachtes betrokkenheid bij de zaak ontstaat pas na 21 februari 2010, maar dit was slechts om [Slachtoffer] te helpen. Het dossier biedt onvoldoende aanknopingspunten om te kunnen bewijzen dat verdachte betrokken was bij het prostitueren van [Slachtoffer].

* Verdachte ontkent een klant voor [Slachtoffer] te hebben geregeld in Zevenaar en het wettig bewijs ontbreekt om tot een andere conclusie te komen.

De beoordeling door de rechtbank

Redengevende feiten en omstandigheden

Verklaringen van verdachte

Verdachte heeft verklaard dat hij [Medeverdachte] sinds 2008 kent via zijn vriendin. In 2010 kwam hij [Medeverdachte] tegen in een coffeeshop. [Medeverdachte] zei dat hij naar zijn neef in Rotterdam ging en dat die 'een planning' voor hem had. Volgens verdachte betekent dat in Arnhem dat iemand wat voor je te doen heeft waar je geld mee kan verdienen. Later (eind januari/begin februari 2010) belde [Medeverdachte] verdachte op. Verdachte is naar hem toegegaan. [Medeverdachte] zat in een internetshop met een meisje. Dat was [Slachtoffer]. [Medeverdachte] vertelde dat ze voor hem ging werken. Dat betekende dat ze seks moest hebben.40

Een week of anderhalve week later belde [Medeverdachte] hem. Verdachte zat op de [Adres 2] bij [Getuige 1] (hierna te noemen: [Getuige 1]). [Medeverdachte] vroeg of verdachte cocaïne kon regelen. [Medeverdachte] vertelde dat ze een 'gangbang' hadden gehad met [Slachtoffer]. [Medeverdachte] zei dat [Slachtoffer] veel geld voor hem verdiende. Ze had al veel klanten gehad. [Medeverdachte] had verder gezegd dat [Slachtoffer] niets kreeg. Zij werkte voor hem en hij niet voor haar.41

Een week, anderhalve week later was verdachte bij [Getuige 1], toen [Medeverdachte] hem belde en kort daarna langskwam. [Medeverdachte] wilde die avond naar Club Unique met [Slachtoffer], dan kon misschien nog een klant worden geregeld. Een paar dagen later was verdachte weer bij [Getuige 1]. Toen kwamen [Medeverdachte], [medeverdachte 3] en [Slachtoffer] langs rond 14.00 of 15.00 uur. [Medeverdachte] zei dat [Medeverdachte 5] rond 16.30 uur zou komen om [Slachtoffer] naar Ede/Wageningen te brengen om haar seks te laten hebben met een klant voor geld. Rond 17.00 uur belde [Medeverdachte 5] aan en zijn [Slachtoffer], [Medeverdachte] en [medeverdachte 3] weggegaan.42

Verdachte heeft verder verklaard dat [Medeverdachte] [Slachtoffer] op een gegeven moment heeft gedumpt op de [adres 2] en haar niet meer op kwam halen. [Slachtoffer] heeft toen een dag of 2 op de kamer van [Getuige 1] verbleven. Verdachte heeft vervolgens geregeld dat [Slachtoffer] op de kamer van [naam] aan de [Adres 2] kon blijven. Verdachte heeft in die periode gezorgd dat [Slachtoffer] iedere dag eten kreeg. Hij heeft [naam], [Naam 3] en [Medeverdachte 7] en vrienden van hem gevraagd om haar bij te staan. Verdachte was er dagelijks twee uurtjes in de ochtend, één uur in de middag en twee uurtjes in de avond. Omdat [naam] zelf zijn kamer weer wilde gebruiken heeft verdachte [Medeverdachte 5] onderdak laten regelen. [Slachtoffer] kon terecht bij een vriend in Zevenaar. Verdachte, [Slachtoffer], [Medeverdachte 7] en [Medeverdachte 5] zijn met z'n vieren naar Zevenaar gereden. De volgende dagen is verdachte iedere dag in Zevenaar geweest. Op een gegeven moment is [Slachtoffer] daar weggelopen. De man uit Zevenaar waar [Slachtoffer] verbleef was boos. [Slachtoffer] was daar door het bed gezakt toen er iemand was geweest om seks met haar te hebben.43

In Zevenaar heeft verdachte uitvoerig gesproken met [Slachtoffer]. [Slachtoffer] had hem toen alles verteld, waaronder dat [Medeverdachte] in Arnhem alles van [Slachtoffer] had afgenomen, kleding/telefoon/legitimatie.44

Verdachte heeft verder verklaard dat [Slachtoffer] geestelijk en lichamelijk zwak was. [Medeverdachte] en [Slachtoffer] gebruikten veel softdrugs, waardoor [Slachtoffer] in een soort gevoelstrance bleef en eraan gewend raakte. Ze deed mee aan iedere joint, ook na de periode dat ze bij [Medeverdachte] was.45

Tussenconclusie

Op grond van vorenstaande stelt de rechtbank vast dat verdachte wist dat [Slachtoffer] werd geprostitueerd, dat ze geestelijk en lichamelijk zwak was, dat zij zelf niets betaald kreeg, dat ze werd vervoerd naar locaties waar ze seks moest hebben, dat haar spullen zijn afgenomen en dat ze veel softdrugs gebruikte.

Verder stelt de rechtbank vast dat verdachte, nadat [Medeverdachte] [Slachtoffer] had gedumpt op de [Adres 2] in Arnhem, onderdak voor haar heeft geregeld, haar dagelijks (meerdere malen) heeft bezocht, heeft gezorgd dat ze eten kreeg en mensen heeft geregeld om haar bij te staan.

De vraag is of wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte zich, samen met anderen, schuldig heeft gemaakt aan mensenhandel.

Voor de beantwoording van deze vraag zijn de volgende redengevende feiten en omstandigheden van belang.

Seksadvertenties

Op het internet zijn tien seksadvertenties aangetroffen waarin [Slachtoffer] ter prostitutie werd aangeboden. Deze advertenties zijn opgenomen in het dossier. Hieronder is weergegeven op welke datum deze advertenties zijn geplaatst, op welke website ze zijn aangetroffen, een deel van de tekst uit de advertentie, het bij de advertentie opgenomen contactnummer en van welk e-mailadres de adverteerder gebruik maakte.46

datum

website

tekst

contactnr

aanmaak

Blz.

1

12-2

Eromarkt #

Kom me nuu neuken

[Telefoonnummer 1]

[e-mailadres1]

130

2

15-2

Treffend #

Geil iraaks vrouwtje

[Telefoonnummer 1]

[e-mailadres1]

132

3

21-2

Sexadvertenties

... nuu ...

[Telefoonnummer 1]

?

134

4

24-2

Eromarkt* #

... nuu ...

[Telefoonnummer2]

[e-mailadres 2]

136

5

24-2

Treffend* #

Bel mij nuu

[Telefoonnummer 1]

sexmatje

138

6

25-2

Treffend* #

Bel nuu

[Telefoonnummer2]

Miss_love_78

140

7

24-2

Studentenadv. #

... nuu ...

[Telefoonnummer2]

sexmatje

142

8

25-2

Erotiekads*

Bel mij nuu

[Telefoonnummer2]

?

144

9

15-2

Adoos

[Telefoonnummer 1]

?

145

10

15-2

Wulps

nuu

[Telefoonnummer 1]

[e-mailadres1]

146

Zeven van de bovengenoemde advertenties zijn op het internet gezet vanaf het IP-adres [IPadres] op naam van [Naam getuige 1], [adres 2] te Arnhem (rechtbank: [Getuige 1]).47

Verdachte heeft verklaard dat hij het e-mailadres [e-mailadres] rond 2000 heeft aangemaakt.48 Verdachte heeft tevens verklaard dat hij iedere dag wel bij [Getuige 1] aan de [adres 2] te Arnhem was.49 Uit de zendmastgegevens van de telefoon van verdachte blijkt voorts dat steeds als een advertentie werd geplaatst vanaf het IP-adres van [Getuige 1] de telefoon van verdachte een zendmast aanstraalt die is gesitueerd in de buurt van de woning van [Getuige 1]50.

Verdachte heeft op 6 maart 2010 met het telefoonnummer [Telefoonnummer 3] een sms'je naar [Slachtoffer] gestuurd met de tekst 'Hallo alles goed waarom ben je weggegaan ik heb alles geprobeerd om jou te helpen. Nuu dat je weg bent heb ik alleen maar problemen.'51 (cursief: rechtbank)

[Medeverdachte] heeft verklaard dat [Medeverdachte 1] hem had benaderd, omdat hij ([Medeverdachte 1]) een meisje ([Slachtoffer]) had, dat hij seks wilde laten hebben tegen betaling. Omdat [Medeverdachte] niet wist hoe hij aan klanten moest komen heeft hij hierover gesproken met verdachte in een coffeeshop. Dit was nog voordat hij naar Rotterdam ging. Verdachte wist, aldus [Medeverdachte], hoe je klanten moest trekken. [Medeverdachte] heeft toen met verdachte afgesproken dat verdachte het zou regelen. Hij had verdachte zijn telefoonnummer ([Telefoonnummer 1]) gegeven. Verdachte heeft toen advertenties gemaakt op internet. Bij de eerste advertentie stond nog een foto van een ander meisje. [Medeverdachte] was er niet bij toen de eerste advertentie op internet is gezet. In Arnhem zijn foto's van [Slachtoffer] gemaakt. [Medeverdachte] heeft deze foto's hierop aan verdachte gegeven. [Medeverdachte] heeft toen gezien dat verdachte bij [Getuige 1] achter de computer een advertentie heeft gemaakt. Verdachte heeft voor het maken van deze advertenties een keer geld van hem gekregen, hij dacht zo'n 50 euro.52

[Medeverdachte 7] heeft verklaard dat [Medeverdachte] met een meisje kwam dat hij wilde laten werken. Dat was in de kamer van [naam]. Verdachte, [Medeverdachte 1] en het meisje waren erbij. Hij hoorde dat [Medeverdachte] tegen verdachte zei dat hij het meisje wilde laten werken. Hij hoorde dat ze het woord 'escort' gebruikten. [Medeverdachte 7] hoorde dat verdachte zei dat het goed was en dat hij een paar sites wist. Daarmee bedoelde verdachte volgens [Medeverdachte 7] dat hij haar op advertenties zou zetten zodat klanten konden bellen. De advertentie is op de computer van [Getuige 1] gemaakt. [Medeverdachte 7] heeft zelf gezien dat verdachte op de computer bezig was om de advertenties te maken. Verdachte vroeg gegevens aan het meisje, zoals leeftijd en afkomst.53

De eerste seksadvertentie is op 12 februari 2010 vanaf het IP-adres van [Getuige 1] op het internet gezet door iemand die gebruik maakte van het e-mailadres [e-mailadres]. De foto die is geplaatst bij de advertentie betreft een ander meisje dan [Slachtoffer].54 [Slachtoffer] was op dat moment nog in Rotterdam.

De tweede advertentie is op 15 februari 2010 om 18.13.20 uur vanaf het IP-adres van [Getuige 1] op het internet gezet door iemand die gebruik maakte van het e-mailadres [e-mailadres]. Ook de bij deze advertentie geplaatste foto betreft nog een ander meisje dan [Slachtoffer].55

Op het moment dat de advertentie op 15 februari 2010 op het internet werd geplaatst, waren [Slachtoffer], [Medeverdachte 1] en [Medeverdachte] nog onderweg met de trein vanuit Rotterdam naar Arnhem, althans nog niet gearriveerd op het adres [adres 2] te Arnhem, hetgeen kan blijken uit het volgende:

- op 15 februari 2010 heeft [Slachtoffer] een boete gekregen voor zwart rijden. Deze boete is uitgeschreven op het traject Rotterdam Centraal naar Utrecht Centraal. De boete is uitgeschreven om 17.00 uur.

- op 15 februari 2010 om 16.41 uur was de telefoon van [Slachtoffer] nog binnen het bereik van de zendmast aan de Weena te Rotterdam en om 20.22 uur was haar telefoon binnen het bereik van de zendmast aan de Velperweg te Arnhem.

- op 15 februari 2010 was de telefoon van [Medeverdachte 1] om 16.41 uur, 17.39 uur en 20.34 uur, respectievelijk binnen het bereik van de zendmast aan het Stationsplein te Rotterdam, de [Adres 4] te Utrecht en de [Adres 5] te Arnhem.

- op 15 februari 2010 was de telefoon van [Medeverdachte] om 16.36 uur, 17.39 uur en 18.28 uur, respectievelijk binnen het bereik van de zendmast aan het Stationsplein te Rotterdam, de Catharijnesingel 56 te Utrecht en de Paterstraat 25 te Arnhem.56

- de treinreis Rotterdam Centraal-Arnhem Centraal duurt 1.24 uur en de treinreis Rotterdam Centraal-Arnhem Velperpoort duurt 1.30 uur.57

- de looptijd van station Arnhem Centraal naar de [adres 2] te Arnhem bedraagt 18 minuten. De looptijd van station Arnhem Velperpoort naar de [adres 2] te Arnhem bedraagt 2 minuten.58

Klantentelefoon

In een aantal seksadvertenties (24 en 25 februari 2010) is het telefoonnummer [Telefoonnummer2] vermeld (zie schema hiervoor). [Medeverdachte] heeft hierover verklaard dat hij niet bekend is met dat nummer. Het in de andere advertenties vermelde telefoonnummer ([Telefoonnummer 1]) was wel van hem.59

[Medeverdachte 7] heeft verklaard dat verdachte een telefoon heeft gekocht om voor 'die zaak' te gebruiken. Dit betrof een telefoon met het nummer [Telefoonnummer2]. Verdachte had die telefoon twee of drie dagen nadat [Slachtoffer] was gekomen, gekocht. Verdachte had die telefoon ook heel vaak bij zich. Verdachte zei: "Als er iemand belt, moet je opnemen". Verdachte gaf de telefoon dan aan [Medeverdachte 7]. [Medeverdachte 7] moest dan met [Slachtoffer] naar die klant gaan.60

De telefoon met het nummer [Telefoonnummer2] is op 24 februari 2010 om 18.06 uur in gebruik genomen. Op 6 maart 2010 lijkt de telefoon te worden uitgeschakeld. In de periode tussen 24 februari 2010 en 6 maart 2010 straalt de telefoon zendmasten aan aan de [Adres 5], [Adres 6] en [Adres 7] te Arnhem. In de periode van 25 februari 2010 tot en met 6 maart 2010 straalt de telefoon van verdachte met het nummer [Telefoonnummer 3] regelmatig omstreeks dezelfde tijdstippen dezelfde masten aan als de telefoon met nummer [Telefoonnummer2]. Op 2 maart 2010 maken beide telefoons een reisbeweging van Arnhem naar Zevenaar en weer terug. Op 25 februari 2010 staat het nummer [Telefoonnummer2] doorgeschakeld naar het telefoonnummer van verdachte ([Telefoonnummer 3]).61

Klant in Zevenaar

Door de politie is aan [Slachtoffer] het sms-bericht afkomstig van verdachte met de tekst 'Hallo alles goed waarom ben je weggegaan ik heb alles geprobeerd om jou te helpen. Nuu dat je weg bent heb ik alleen maar problemen' voorgelezen. [Slachtoffer] heeft hierover verklaard dat ze bij iemand thuis waren, dat er ook een klant was en dat het bed kapot was. Die man (rechtbank: [Getuige 5]) was boos op haar geworden en toen is ze weggegaan. Die man ging bellen naar verdachte en zei dat het bed kapot was, waarop verdachte tegen haar zei 'Ja, en als ik terugkom ga ik je slaan en zo ja nu moet je veel klanten gaan doen en zo veel geld maken'. [Slachtoffer] zei tegen hem 'nee' en is weggegaan. Hierop heeft verdacht haar die sms gestuurd. [Slachtoffer] heeft verder verklaard dat verdachte haar naar die klant had gebracht.62

[Medeverdachte 5] heeft verklaard dat verdachte aan hem vroeg of hij voor onderdak voor [Slachtoffer] kon zorgen. Hij vroeg het aan die vriend, [Voornaam getuige 5] (rechtbank: [Getuige 5]). Hij heeft geld, 10 á 15 euro, gekregen voor het rijden, hij dacht van verdachte.63 [Voornaam getuige 5] belde op een gegeven moment. Hij wilde dat [Slachtoffer] wegging. Ze had er een zooitje van gemaakt en het bed was kapot. [Medeverdachte 5] heeft toen verdachte en [Slachtoffer] gebeld. Hij kreeg geen duidelijke antwoorden. Ze deden geheimzinnig. Hij wilde weten wie het ging betalen.64 [Medeverdachte 5] had tegen [Getuige 5] gezegd dat verdachte het bed wel zou gaan betalen. Hij had hem verantwoordelijk gesteld.65

[Getuige 5] heeft verklaard dat [Slachtoffer] aan hem had opgebiecht wat er allemaal aan de gang was. Ze vertelde wat daar allemaal gebeurde en waar ze mee bezig was, namelijk dat ze seks voor geld had. [Getuige 5] was woedend en heeft haar haar spullen laten pakken. [Slachtoffer] had seks met een man gehad en het bed was kapot gegaan. Dit was gebeurd via die jongens die haar verzorgden.66 [Getuige 5] heeft daarop verdachte gebeld. [Slachtoffer] had hem verteld dat verdachte degene was voor wie ze hoer moest spelen.67

Conclusie

Op grond van vorenstaande stelt de rechtbank vast dat verdachte niet alleen wist dat [Slachtoffer] door [Medeverdachte] en de door hem ingeschakelde personen werd geprostitueerd, maar dat hij hier zelf vanaf het begin van de ten laste gelegde periode een actieve bijdrage aan heeft geleverd en wel zodanig dat er gesproken kan worden van een nauwe en bewuste samenwerking met [Medeverdachte] en die personen. Nog voordat [Slachtoffer] naar Arnhem was gekomen, is verdachte door [Medeverdachte] benaderd voor het maken van seksadvertenties. Deze seksadvertenties zijn gemaakt vanaf het IP-adres van [Getuige 1] aan de [adres 2] in Arnhem - waar verdachte in die periode zeer vaak was - met daarin vermeld het e-mailadres [e-mailadres]. De verklaring van verdachte dat hij dit e-mailadres niet meer gebruikte, omdat het was gehackt, en dat anderen met gebruikmaking van zijn e-mailadres de advertenties op het internet kon hebben geplaatst, acht de rechtbank niet aannemelijk geworden. Zowel [Medeverdachte] als [Medeverdachte 7] heeft verklaard dat ze hebben gezien dat verdachte bij [Getuige 1] achter de computer seksadvertenties heeft gemaakt. [Medeverdachte] heeft verdachte hiervoor nog een keer geld gegeven. De rechtbank heeft geen reden te twijfelen aan deze verklaringen, temeer nu [Medeverdachte] zichzelf in zijn verklaringen ook belast en de verklaringen worden ondersteund door 1) het feit dat de eerste advertentie is gemaakt toen [Slachtoffer] nog in Rotterdam was, op het moment dat de tweede advertentie is geplaatst [Medeverdachte], [Medeverdachte 1] en [Slachtoffer] nog niet op de [Adres 2] in Arnhem konden zijn gearriveerd en er voor het overige geen aanwijzingen zijn in het dossier dat iemand anders de advertenties zou hebben gemaakt, en 2) dat in de advertenties dezelfde kenmerkende spelfout, te weten 'nuu' in plaats van 'nu' is gemaakt als in een sms'je dat verdachte naar [Slachtoffer] heeft gestuurd.

Daarnaast stelt de rechtbank vast dat verdachte zich over [Slachtoffer] heeft ontfermd vanaf het moment dat [Medeverdachte] [Slachtoffer] op de [Adres 2] in Arnhem heeft achtergelaten, waarbij verdachte haar niet slechts heeft willen helpen door haar onderdak en eten te geven, maar de rol van 'pooier' van [Medeverdachte] heeft overgenomen. Verdachte heeft hiervoor een speciale 'klantentelefoon' aangeschaft met het nummer [Telefoonnummer2]. Dit nummer komt vanaf 24 februari 2010 een aantal malen terug in de seksadvertenties. De verklaring van verdachte dat hij die telefoon weliswaar heeft gekocht, maar dat dit niet voor zichzelf, maar voor [Medeverdachte 7] was, acht de rechtbank niet aannemelijk geworden. [Medeverdachte 7] heeft verklaard dat verdachte deze telefoon had gekocht voor 'die zaak' en dat verdachte deze telefoon heel vaak bij zich had. [Medeverdachte 7] heeft de telefoon wel gehad, maar dit was dan op verzoek van verdachte, als [Medeverdachte 7] met [Slachtoffer] naar een klant moest gaan. Deze verklaring van [Medeverdachte 7] wordt ondersteund door het feit dat de telefoon met nummer [Telefoonnummer2] in de periode van 24 februari 2010 tot 6 maart 2010 regelmatig omstreeks dezelfde tijdstippen dezelfde zendmasten aanstraalde als de telefoon van verdachte met nummer [Telefoonnummer 3] en zelfs een keer doorgeschakeld heeft gestaan naar dat nummer. Uit de verklaringen van [Slachtoffer], [Medeverdachte 7] en [Getuige 5] kan, ten slotte, worden afgeleid dat de klant in Zevenaar, waarmee [Slachtoffer] door het bed is gezakt, is geregeld door verdachte.

De rechtbank is van oordeel dat gelet op het bovenstaande in combinatie met hetgeen onder 'de feiten' is vastgesteld, wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte gedurende de hele ten laste gelegde periode in nauwe en bewuste samenwerking met zijn medeverdachten [Slachtoffer] ertoe heeft gebracht zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met derden tegen betaling en ten aanzien van haar handelingen heeft ondernomen waarvan hij wist dat [Slachtoffer] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die handelingen.

Dat het oogmerk de uitbuiting van [Slachtoffer] was, volgt alleen al uit het feit dat verdachten [Slachtoffer] voor zich hebben laten werken en de inkomsten hebben geïnd, dat verdachte een vergoeding heeft ontvangen voor het maken van de seksadvertenties en [Slachtoffer] zelf nooit geld heeft ontvangen.

De verweren worden verworpen.

Conclusie

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 1 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat bewezen wordt geacht dat:

hij (op meerdere tijdstippen) in de periode van 1 februari 2010

tot en met 9 maart 2010 te Rotterdam en Velp en Arnhem en te Ede en te Wageningen en te Zevenaar en/of elders in Nederland,

tezamen en in vereniging met anderen,

een ander, te weten

(telkens) [Naam slachtoffer] (geboren 27 december 1995 en ten tijde van de pleegperiode 14 jaar oud),

terwijl voornoemde [Naam slachtoffer] de leeftijd van 16 jaren nog niet had bereikt,

heeft geworven en vervoerd en gehuisvest en opgenomen met het oogmerk van uitbuiting,

terwijl voornoemde [Naam slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt,

en

(telkens) [Naam slachtoffer] (geboren 27 december 1995) ertoe heeft gebracht zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling dan wel ten aanzien van haar enige handeling heeft/hebben ondernomen waarvan hij wist dat voornoemde [Naam slachtoffer] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die handelingen,

terwijl voornoemde [Naam slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt,

en

(telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit seksuele handelingen van voornoemde [Naam slachtoffer] met of voor een derde tegen betaling, terwijl voornoemde [Naam slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt,

immers hebben en/of zijn

verdachte en/of diens mededaders (één of meermalen)

terwijl voornoemde [Naam slachtoffer] geen vaste woon- en/of verblijfplaats had,

(te Rotterdam en/of elders in Nederland)

-via internet contact met voornoemde [Naam slachtoffer] gezocht en/of opgenomen, en afspraken met voornoemde [Naam slachtoffer] gemaakt om haar te ontmoeten, en

-voornoemde [Naam slachtoffer] onderdak verschaft, en

-voornoemde [Naam slachtoffer] alcoholische drank en (soft)drugs laten nemen, en

-(daarbij) seks met voornoemde [Naam slachtoffer] gehad, en

-tegen voornoemde [Naam slachtoffer] gezegd: "Ik heb niet veel geld. Maar ik heb een vriendin die geld wil maken. Ga mee! Wil je dat?", en

"Morgen moet je bij het station staan, dan komt mijn neefje daar naar toe van Arnhem. Dan ga je samen met hem mee naar Arnhem toe" en

"Wil je voor mij werken?", en

-seksadvertenties van voornoemde [Naam slachtoffer] op internet gemaakt en/of geplaatst, en

(te Arnhem en Velp en te Ede en te Wageningen en te Zevenaar en/of elders in Nederland)

-voornoemde [Naam slachtoffer] met de trein en de auto vervoerd, en

-voornoemde [Naam slachtoffer] (meermalen) gehuisvest, en

- tegen voornoemde [Naam slachtoffer] gezegd dat zij voor hoer moest spelen, en op welke wijze zij dit moest doen, en

-voornoemde [Naam slachtoffer] beloofd: " Ik ga voor je lingerie kopen" en tegen voornoemde [Naam slachtoffer] gezegd dat zij dit werk een aantal weken moest doen en vervolgens een fijn leven zou krijgen, en/of gezegd: "Je krijgt een eigen huis en alles wat je wilt" en gezegd: "We gaan sparen en daarna veel dingen voor jou kopen, dure dingen", en

-tegen voornoemde [Naam slachtoffer] gezegd dat zij in woningen moest blijven en niet weg mocht gaan, en niet alleen naar buiten mocht gaan, en de deur op slot gedaan op de locatie waar voornoemde [Naam slachtoffer] verbleef, en

-voorkomen dat voornoemde [Naam slachtoffer] beschikking zou hebben over haar tas met daarin haar legitimatiebewijs door deze tas buiten bereik van voornoemde [Naam slachtoffer] te brengen en te houden, en

-seksadvertenties van voornoemde [Naam slachtoffer] op internet gemaakt en geplaatst, en

-klanten geregeld en met die klanten (betaal)afspraken gemaakt, en

-voornoemde [Naam slachtoffer] seks laten hebben met hem, verdachte, en zijn verdachtes, mededaders, en

-voornoemde [Naam slachtoffer] seks laten hebben met klanten, en

-voornoemde [Naam slachtoffer] onbeschermd seks laten hebben, en

-voornoemde [Naam slachtoffer] seks laten hebben met meerdere personen tegelijkertijd, en

-voornoemde [Naam slachtoffer] seks laten hebben onder invloed van alcohol en/of drugs en en

-gewacht in een auto, terwijl voornoemde [Naam slachtoffer] seks met (een) klant(en) had, en

-voornoemde [Naam slachtoffer] bedreigd, en

-voornoemde [Naam slachtoffer] mishandeld, en geschopt en geslagen en aan de haren getrokken en

-boos geworden als voornoemde [Naam slachtoffer] geen zin had om te werken, en tegen voornoemde [Naam slachtoffer] gezegd: "Je moet het wel doen, want het is geld. Moet je geen eten, moet je geen drinken?" en

- het door voornoemde [Naam slachtoffer] verdiende geld ingenomen (grotendeels) aangewend voor zijn/hun eigen gebruik, en

door welke feiten en omstandigheden voor voornoemde [Naam slachtoffer] een

(afhankelijkheids)situatie is ontstaan waaraan zij zich niet heeft kunnen

onttrekken en tengevolge waarvan zij geen weerstand aan verdachte en zijn

mededaders heeft kunnen bieden;

Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.

Hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd is niet bewezen. Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

De beslissing dat verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan, is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat.

4. De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:

Mensenhandel, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen onder de omstandigheid dat de persoon ten aanzien van wie het feit wordt gepleegd de leeftijd van zestien jaren nog niet heeft bereikt.

Het feit is strafbaar.

5. De strafbaarheid van verdachte

Niet is gebleken van feiten of omstandigheden die de strafbaarheid van verdachte geheel uitsluiten. Verdachte is dus strafbaar.

6. De motivering van de sanctie(s)

Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft geëist dat verdachte ter zake van het onder feit 1 en 2 tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 3 jaren met aftrek van de tijd die verdachte in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht.

Het standpunt verdediging

De verdediging heeft de rechtbank gevraagd rekening te houden met het feit dat verdachte 9 maanden in voorarrest heeft gezeten, dat hij niet recentelijk met politie en justitie in aanraking is geweest en zijn leven weer echt op de rit heeft. De verdediging heeft de rechtbank verzocht om aan verdachte een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen gelijk aan het voorarrest en voor het overige een voorwaardelijke gevangenisstraf eventueel in combinatie met een werkstraf.

De beoordeling door de rechtbank

Bij de beslissing over de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met:

- de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan;

- de persoon en de persoonlijke omstandigheden van verdachte, waarbij onder meer is gelet op:

* de justitiële documentatie betreffende verdachte, gedateerd 20 augustus 2012;

* een Trajectconsult, opgemaakt door Verhoef, psychiater, gedateerd 9 juni 2011.

* een Reclasseringsadvies, gedateerd 19 juni 2011; en

* een PJ Rapportage, opgemaakt door drs. R.A. Sterk, psycholoog, gedateerd 6 juli 2011.

De rechtbank overweegt in het bijzonder het navolgende.

Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het samen met anderen in de prostitutie brengen en gedurende enkele weken houden van een minderjarig en zwakbegaafd meisje.

De rechtbank acht dit een zeer ernstig feit. Bij het begaan van het bewezen verklaarde feit heeft verdachte geen enkel respect getoond voor [Slachtoffer]. Verdachte heeft enkel en alleen gehandeld uit eigen winstbejag. Door een minderjarig meisje aan te zetten tot prostitutie heeft verdachte geen respect getoond voor haar zelfbeschikkingsrecht en heeft hij daarbij haar lichamelijke integriteit ernstig geschaad. De rechtbank rekent verdachte dit zwaar aan.

Hoewel de rechtbank in haar strafmaatoverweging er rekening mee houdt dat verdachte niet wist dat [Slachtoffer] minderjarig was, is zij van oordeel dat dit wel voor rekening van verdachte dient te komen. In Nederland is prostitutie in beginsel toegestaan. Om te voorkomen dat hier misbruik van wordt gemaakt, stelt de wet hieraan strenge eisen aan. Een van die eisen is dat prostituees zich dienen te registreren. Had verdachte gehandeld volgens de regels, dan had hij [Slachtoffer] moeten registreren en was hij erachter gekomen dat zij minderjarig was. Doordat verdachte de regels aan zijn laars heeft gelapt, komen de consequenties, zoals het minderjarig zijn van [Slachtoffer], voor zijn eigen rekening.

De rechtbank komt tot een lagere straf dan de door de officier van justitie gevorderde straf, nu zij verdachte vrijspreekt van het onttrekken aan het wettelijk gezag.

6a. De beoordeling van de civiele vordering, alsmede de gevorderde oplegging van de schadevergoedingsmaatregel

De benadeelde partij heeft overeenkomstig het bepaalde in artikel 51g van het Wetboek van Strafvordering opgave gedaan van de inhoud van de vordering, strekkende tot vergoeding van geleden schade.

De benadeelde partij [Slach[Naam slachtoffer], vertegenwoordigd door haar wettelijk vertegenwoordiger [Vertegenwoordiging slachtoffer], vordert een bedrag van € 5.000,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment van het ontstaan van de schade.

Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft verzocht dat de vordering van de benadeelde partij wordt toegewezen en heeft gevorderd dat er een schadevergoedingsmaatregel ex artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht wordt opgelegd tot dit bedrag, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 60 dagen hechtenis.

Het standpunt van de verdediging

De verdediging heeft zich primair op het standpunt gesteld dat de vordering niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, nu verdachte moet worden vrijgesproken van het hem tenlastegelegde.

Subsidiair heeft de verdediging bepleit dat de vordering dient te worden afgewezen, nu de vordering een onevenredige belasting van het strafproces oplevert.

Meer subsidiair heeft de verdediging bepleit dat de vordering dient te worden gematigd nu niet de gehele ten laste gelegde periode bewezen kan worden verklaard.

De beoordeling door de rechtbank

Nu de rechtbank verdachte heeft veroordeeld ter zake het onder 1 tenlastegelegde gaat de rechtbank voorbij aan het primaire verweer.

De rechtbank verwerpt het subsidiaire verweer. De rechtbank is van oordeel dat voldoende aannemelijk is dat aan de benadeelde partij door het bewezen verklaarde strafbare feit rechtstreeks nadeel is toegebracht dat niet in vermogensschade bestaat. Dit is mede aan verdachte toe te rekenen, ook al zijn andere daders daarbij betrokken. Aan de wettelijke vereisten, waaronder die genoemd in artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek , is voldaan. Naar maatstaven van billijkheid moet deze schade worden begroot op na te melden bedrag.

Nu de rechtbank de gehele ten laste gelegde periode bewezen heeft verklaard gaat de rechtbank ook voorbij aan het meer subsidiaire verweer.

De rechtbank zal de wettelijke rente over dit bedrag toewijzen met ingang van 9 maart 2010, zijnde het einde van de tenlastegelegde en bewezenverklaarde periode.

Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal de rechtbank de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.

De verdachte is niet meer tot vergoeding gehouden indien en voor zover het gevorderde door zijn mededaders is of wordt voldaan.

7. De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op de artikelen 10, 24c, 27, 36f en 273f van het Wetboek van Strafrecht .

8. De beslissing

De rechtbank, rechtdoende:

Spreekt verdachte vrij van het onder 2 ten laste gelegde feit.

Verklaart bewezen dat verdachte het onder 1 ten laste gelegde feit, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan.

Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.

Verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert het strafbare feit zoals vermeld onder punt 4.

Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.

Veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot

een gevangenisstraf voor de duur van 30 (dertig) maanden.

Beveelt overeenkomstig het bepaalde in artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht dat de tijd, door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, geheel in mindering zal worden gebracht.

De beslissing op de vordering van de benadeelde partij [Slachtoffer].

Wijst de vordering van de benadeelde partij toe.

- Veroordeelt de veroordeelde - met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen ook veroordeelde daardoor tegenover [Slachtoffer] zal zijn gekweten - tegen kwijting aan [Slachtoffer] te betalen € 5.000,- (zegge vijfduizend euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 9 maart 2010.

- Veroordeelt de veroordeelde tevens in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden vooralsnog begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken.

Maatregel van schadevergoeding ad € 5.000,-, subsidiair 60 dagen hechtenis.

- Legt op aan veroordeelde de verplichting aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer [Slachtoffer] te betalen € 5.000,-, (zegge vijfduizend euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 9 maart 2010, bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 60 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft.

- Bepaalt daarbij dat voldoening van de ene betalingsverplichting de andere doet vervallen.

Aldus gewezen door:

mr. E. de Boer, (voorzitter), mr. T.P.E.E. van Groeningen en mr. N.K. van den Dungen-Dijkstra, rechters,

in tegenwoordigheid van mr. M.B. Wichman, griffier

en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 15 oktober 2012.

1 Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisanten van de politie Gelderland-Midden, opgemaakte proces-verbaal met OPS-dossiernummer 2010034369, gesloten op 17 oktober 2011, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen die worden weergegeven, verwijzen naar de pagina's van het doorgenummerde proces-verbaal.

2 Proces-verbaal van aangifte [Getuige 8] p. 250.

3 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] [Naam slachtoffer] d.d. 14 oktober 2010, p. 309.

4 Proces-verbaal 3e verhoor [Voorletters medeverdachte 1] [Medeverdachte 1], p. 569.

5 Proces-verbaal verhoor [Slach[Slachtoffer] d.d. 14 oktober 2010, p. 316.

6 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 29 maart 2010, p. 264.

7 Proces-verbaal verhoor [Voorletters medeverdachte 1] [Medeverdachte 1], p. 570; proces-verbaal van verhoor [Voorletter medeverdachte] [Medeverdachte] bij de rechter-commissaris d.d. 11 november 2011, p. 5.

8 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 20 maart 2012, p. 8-9; proces-verbaal van bevindingen, p. 1301-1311.

9 Proces-verbaal verhoor [Voorletters medeverdachte 1] [Medeverdachte 1], p. 571; proces-verbaal verhoor [Voorletter medeverdachte] [Medeverdachte] bij rechter-commissaris d.d. 11 november 2011, p. 2.

10 Proces-verbaal verhoor [Voorletters medeverdachte 1] [Medeverdachte 1], p. 572; proces-verbaal verhoor J.R. Dalgliesh, p. 748-749.

11 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 29 maart 2010, p. 273-274; proces-verbaal verhoor [Voorletters medeverdachte 1] [Medeverdachte 1], p. 572 en 573; proces-verbaal verhoor [Voorletter medeverdachte] [Medeverdachte] bij rechter-commissaris d.d. 11 november 2011, p. 3.

12 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 14 oktober 2010, p. 324.

13 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 29 maart 2010, p. 273-274.

14 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 29 maart 2010, p. 274.

15 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 14 oktober 2010, p. 319.

16 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 14 oktober 2010, p. 320.

17 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 29 maart 2010, p. 277.

18 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 29 maart 2010, p. 277.

19 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 29 maart 2010, p. 270.

20 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 29 maart 2010, p. 279.

21 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 29 maart 2010, p. 287.

22 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 29 maart 2010, p. 286-287; proces-verbaal verhoor [Voorletters medeverdachte 1] [Medeverdachte 1], p. 575.

23 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d.14 oktober 2010, p. 331.

24 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 14 oktober 2010, p. 338.

25 Proces-verbaal verhoor [Medeverdachte 4], p. 947; proces-verbaal van bevindingen, p. 1884.

26 Proces-verbaal van verhoor [Voorletter medeverdachte] [Medeverdachte] bij de rechter-commissaris d.d. 27 februari 2012, p. 7; proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 638.

27 Proces-verbaal van bevindingen, p. 1958-1959.

28 Proces-verbaal verhoor [Naam getuige 1], p. 484.

29 Proces-verbaal van bevindingen, p. 100 e.v..

30 Proces-verbaal verhoor [Getuige 3], p. 488; proces-verbaal verhoor [Getuige 4] bij rechter-commissaris.

31 Proces-verbaal van verhoor [Getuige 3] bij rechter-commissaris.

32 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 20 maart 2012, p. 32.

33 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 14 oktober 2010, p. 378; proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 20 maart 2012, p. 44; proces-verbaal van bevindingen, p. 1541; proces-verbaal verhoor [Medeverdachte 5], p. 805.

34 Proces-verbaal verhoor [Getuige 5], p. 1003-1004.

35 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 14 oktober 2010, p. 378; proces-verbaal verhoor [Getuige 5], p. 1005.

36 Proces-verbaalvan bevindingen p. 1541 en proces-verbaal van bevindingen p.1264

37 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 7 december 2010, p. 378; proces-verbaal verhoor [naam], p. 906.

38 Proces-verbaal van bevindingen, p. 1552-1555.

39 Proces-verbaal verhoor [Slachtoffer] d.d. 14 oktober 2010, p. 323; proces-verbaal verhoor verdachte, p. 646.

40 Proces-verbaal verhoor verdachte, p, 637.

41 Proces-verbaal verhoor verdachte, p, 637.

42 Proces-verbaal verhoor verdachte, p, 637-639.

43 Proces-verbaal verhoor verdachte, p, 639-642.

44 Proces-verbaal verhoor verdachte, p, 641.

45 Proces-verbaal verhoor verdachte, p, 646.

46 Proces-verbaal van bevindingen, p. 129-146.

47 Proces-verbaal van bevindingen, p. 130, 132, 136, 138, 140, 142; aanvullend proces-verbaal n.a.v. rechtshulpverzoek België (verklaring webbeheerder [Naam webbeheerder]).

48 Proces-verbaal verhoor verdachte, p. 648.

49 Proces-verbaal verhoor verdachte, p. 638.

50 Proces-verbaal van bevindingen p. 100-108.

51 Proces-verbaal uitlezen telefoon, p. 1638; proces-verbaal verhoor verdachte, p. 620.

52 Proces-verbaal verhoor [Voorletter medeverdachte] [Medeverdachte] bij rechter-commissaris op 11 november 2011, p. 2 en 5.

53 Proces-verbaal verhoor [Medeverdachte 7], p. 705-710.

54 Proces-verbaal van bevindingen, p. 130.

55 Proces-verbaal van bevindingen, p. 132.

56 Proces-verbaal van bevindingen, p. 1301-1304 met bijlagen.

57 www.ns.nl

58 route.anwb.nl

59 Proces-verbaal verhoor [Voorletter medeverdachte] [Medeverdachte] bij rechter-commissaris op 11 november 2011, p. 2-3.

60 Proces-verbaal verhoor [Medeverdachte 7], p. 705-713.

61 Rapportage analyse telecommunicatiegegevens, p. 79-81.

62 Proces-verbaal verhoor [Naam slachtoffer], d.d. 7 december 2010, p. 378.

63 Proces-verbaal [Medeverdachte 5], p. 809-815.

64 Proces-verbaal [Medeverdachte 5], p. 815.

65 Proces-verbaal verhoor [Medeverdachte 5] bij rechter-commissaris d.d. 28 februari 2012.

66 Proces-verbaal verhoor [Getuige 5] bij rechter-commissaris, p. 5

67 Proces-verbaal verhoor [Getuige 5] bij rechter-commissaris, p. 9.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature