Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebieden:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Vindplaats:

Inhoudsindicatie:

De minister heeft, bij afweging van de betrokken belangen, niet in redelijkheid kunnen komen tot het besluit om de onrechtmatige overplaatsing te handhaven zonder daaraan tevens de consequentie te verbinden van bevordering - op persoonlijke titel - naar schaal 9. De door appellant gevraagde ingangsdatum van 1 januari 2009 komt de Raad niet onredelijk of anderszins onjuist voor. Op die datum stond de onrechtmatigheid van de overplaatsing vast en lag er een concreet verzoek om bevordering op tafel. Vernietiging uitspraak. Vernietiging besluit. Nieuw besluit op bezwaar.

Uitspraak



10/2468 AW

Centrale Raad van Beroep

Meervoudige kamer

U I T S P R A A K

op het hoger beroep van:

[Appellant], wonende te [woonplaats], (hierna: appellant),

tegen de uitspraak van de rechtbank Breda van 12 maart 2010, 09/1239 (hierna: aangevallen uitspraak),

in het geding tussen:

appellant

en

de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, thans de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (hierna: minister)

Datum uitspraak: 14 april 2011

I. PROCESVERLOOP

Appellant heeft hoger beroep ingesteld.

De minister heeft een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 3 maart 2011. Appellant is verschenen met bijstand van mr. H.C. Lenaerts, advocaat te Breda. De minister heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. A. van der Bent, werkzaam bij het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.

II. OVERWEGINGEN

1. Op grond van de gedingstukken en het verhandelde ter zitting gaat de Raad uit van de volgende in dit geding van belang zijnde feiten en omstandigheden.

1.1. Appellant werkt sinds oktober 2000 bij de Algemene Inspectiedienst (AID), aanvankelijk in tijdelijke en later in vaste dienst. Per 1 maart 2003 is hij structureel geplaatst bij de Inspectie West in de functie van [naam functie] ten behoeve van het [naam team]. Daarbij heeft hij zijn salarisschaal 7 behouden. Per 1 december 2003 is hij bevorderd naar schaal 8. Bevordering naar de aan de functie verbonden schaal 9 heeft niet plaatsgevonden. Met ingang van 30 mei 2005 is appellant als [naam functie] geplaatst bij het team [naam team]. Aan deze functie is schaal 8 verbonden.

1.2. Bij besluit van 2 januari 2007, na bezwaar gehandhaafd bij besluit van 10 januari 2007, heeft de minister de overplaatsing van appellant naar het team [naam team] met ingang van 30 mei 2005 geformaliseerd. Bij uitspraak van

19 mei 2008, 07/833, heeft de rechtbank Breda het besluit van 10 januari 2007 vernietigd en de minister opgedragen een nieuw besluit op bezwaar te nemen. Tegen die uitspraak is geen hoger beroep ingesteld.

1.3. Bij het thans aan de orde zijnde besluit van 29 januari 2009 (hierna: bestreden besluit) heeft de minister opnieuw op het bezwaar van appellant beslist. Daarbij is de aanstelling in de functie van [naam functie], met functieschaal 8, vooralsnog gehandhaafd. Tevens is besloten dat geen bevordering plaatsvindt naar schaal 9 en dat zal worden onderzocht welke ondersteuning appellant nodig heeft bij zijn verdere loopbaan-ontwikkeling.

2. Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank het beroep van appellant tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard.

3. Naar aanleiding van hetgeen partijen in hoger beroep hebben aangevoerd, overweegt de Raad als volgt.

3.1. Bij de uitspraak van 19 mei 2008 heeft de rechtbank het besluit van 10 januari 2007 vernietigd op de grond dat de minister niet cijfermatig of anderszins heeft onderbouwd dat er, vanwege het afnemen van de hoeveelheid TAB-werkzaamheden, reeds in mei 2005 een dienstbelang bestond bij de ontheffing van appellant uit zijn functie als [naam functie]. Ook de mede aan de ontheffing ten grondslag gelegde opvatting van de minister dat appellant niet in staat was die functie zelfstandig en in volle omvang uit te oefenen, werd door de rechtbank als voorbarig aangemerkt. Deze oordelen van de rechtbank staan in rechte vast en moesten door de minister bij het nemen van een nieuwe beslissing op bezwaar in acht worden genomen. Bij het bestreden besluit heeft de minister het besluit tot overplaatsing echter niet nader gemotiveerd. Ter zitting is gebleken dat de minister zich daartoe niet in staat acht. Daarmee staat vast dat de overplaatsing - op zichzelf bezien - als onrechtmatig moet worden aangemerkt.

3.2. Partijen zijn het er verder over eens dat herroeping van de overplaatsing, met als gevolg een terugkeer van appellant naar de functie van [naam functie], onder de inmiddels gewijzigde omstandigheden niet meer aan de orde is. Het geschil spitst zich nu toe op de vraag in hoeverre alsnog rekening moet worden gehouden met de omstandigheid dat appellant van een schaal 9-functie naar een schaal 8-functie is overgeplaatst. Appellant is van mening dat hij in de oude functie concreet uitzicht had op bevordering naar zijn functieschaal 9 en dat dit uitzicht hem bij de overplaatsing niet had mogen worden ontnomen. In het kader van de onderhandelingen over de uitvoering van de uitspraak van de rechtbank van 19 mei 2008 heeft hij aanspraak gemaakt op bevordering per 1 januari 2009. Ter zitting van de Raad heeft hij zijn vordering daartoe uitdrukkelijk beperkt. De minister is daarentegen van mening dat er voor bevordering geen plaats is, omdat appellant zich op geen enkel moment voor schaal 9 heeft gekwalificeerd. Met het bieden van loopbaanondersteuning wordt aan de ontstane situatie voldoende recht gedaan. De rechtbank heeft de minister hierin gevolgd.

3.3. De Raad kan het standpunt van de minister niet onderschrijven.

Uit het verslag van het functioneringsgesprek van 2 september 2004 komt naar voren dat appellant op dat moment zijn oude schaal 9-functie nog onvoldoende uitoefende, met name waar het ging om de zwaardere en meer ingewikkelde controles. Er is toen afgesproken de vinger goed aan de pols te houden, hetgeen door de rechtbank in haar uitspraak van 19 mei 2008 als een “verbetertraject” is aangemerkt. Het verslag van het daarop volgende functioneringsgesprek, gehouden op

13 mei 2005, laat er echter geen twijfel over bestaan dat appellant zijn functioneren aanmerkelijk had verbeterd. Over de in het afgelopen halfjaar aan appellant opgedragen werkzaamheden is vermeld: “Dit pakket werkzaam-heden is goed uitgevoerd en van voldoende niveau”. De stelling van de minister dat het hier in verband met het lopende verbetertraject om eenvoudig werk ging, ver beneden het niveau van de functie, is met deze uitdrukkelijke vermelding in strijd. Die stelling verdraagt zich evenmin met de toelichting die de minister desgevraagd heeft gegeven op de inhoud en het niveau van de concreet in het verslag omschreven controles. Daaruit kan de Raad niet anders afleiden dan dat de door appellant uitgevoerde controles globaal op het niveau van schaal 9 waren gelegen, met uitschieters naar beneden maar ook naar boven. Dat appellant zich daarna niet meer op het niveau van schaal 9 heeft kunnen bewijzen, is een gevolg van de omstandigheid dat hij kort na het gesprek feitelijk in de schaal 8-functie bij het team [naam team] is geplaatst. Dit kan hem dus niet worden tegen-geworpen. Nu tevens is gebleken dat het beleid van de minister erop is gericht om een ambtenaar niet langer dan twee jaar in een aanloopschaal te laten, moet redelijkerwijs worden aangenomen dat appellant bij voortzetting van zijn oude functie op korte termijn, uiterlijk in december 2005, voor bevordering naar schaal 9 in aanmerking zou zijn gekomen. Dat hij nadien gedurende enige tijd een terugval heeft gekend, kan hieraan niet afdoen. Daargelaten in hoeverre de onrechtmatige overplaatsing aan deze terugval heeft bijgedragen, de voornaamste oorzaken daarvan waren gelegen in ernstige tegenslagen in de privésfeer. Ook in vergelijking met zijn voormalige collega's, die allen - waar nodig op persoonlijke titel - naar schaal 9 zijn doorgestroomd, is appellant onaanvaardbaar benadeeld.

3.4. De Raad komt tot de slotsom dat de minister, bij afweging van de betrokken belangen, niet in redelijkheid heeft kunnen komen tot het besluit om de onrechtmatige overplaatsing te handhaven zonder daaraan tevens de consequentie te verbinden van bevordering - op persoonlijke titel - naar schaal 9. De door appellant gevraagde ingangsdatum van

1 januari 2009 komt de Raad niet onredelijk of anderszins onjuist voor. Op die datum stond de onrechtmatigheid van de overplaatsing vast en lag er een concreet verzoek om bevordering op tafel.

3.5. Het hoger beroep is dus gegrond. De aangevallen uitspraak en het bestreden besluit kunnen niet in stand blijven. De minister dient een nieuw besluit op bezwaar te nemen met inachtneming van hetgeen de Raad hiervóór heeft overwogen.

4. De Raad acht termen aanwezig om de minister met toepassing van artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht te veroordelen in de proceskosten van appellant in beroep tot een bedrag van € 644,- en in hoger beroep tot een bedrag van

€ 874,-, in totaal derhalve € 1.518,-, wegens beroepsmatig verleende rechtsbijstand.

III. BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep;

Recht doende:

Vernietigt de aangevallen uitspraak;

Verklaart het beroep gegrond en vernietigt het bestreden besluit;

Bepaalt dat de minister een nieuw besluit op bezwaar neemt met inachtneming van hetgeen in deze uitspraak is overwogen;

Veroordeelt de minister in de proceskosten van appellant tot een bedrag van € 1.518,-;

Bepaalt dat de minister aan appellant het door hem in beroep en in hoger beroep betaalde griffierecht van in totaal € 369,- vergoedt.

Deze uitspraak is gedaan door J.G. Treffers als voorzitter en R. Kooper en K.J. Kraan als leden, in tegenwoordigheid van B. Bekkers als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 14 april 2011.

(get.) J.G. Treffers.

(get.) B. Bekkers.

HD


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde wetgeving

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature