Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Instantie:
Vindplaatsen:

Uitspraak



gewezen op het beroep in cassatie van de erfgenamen van D tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 7 januari 1997 betreffende de aan hen opgelegde aanslagen in het recht van successie terzake van hun ver krijging uit de nalatenschap van D, overleden op 9 januari 1992.

1. Aanslagen, bezwaar en geding voor het Hof Aan belanghebbenden zijn ter zake van bovenvermelde verkrijgingen aanslagen in het recht van successie opgelegd, berekend naar verkrijgingen van in totaal f 2.809.977,-- welke aanslagen, na daartegen gemaakt bezwaar, bij uitspraak van de Inspecteur zijn gehand haafd. Belanghebbenden zijn van de uitspraak van de Inspecteur in beroep gekomen bij het Hof. Het Hof heeft die uitspraak bevestigd. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.

2. Geding in cassatie Belanghebbenden hebben tegen de uitspraak van het Hof beroep in cassatie ingesteld. Het beroepschrift in cassatie is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit. De Staatssecretaris van Financiën heeft een vertoogschrift ingediend.

3. Beoordeling van het middel 3.1. In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan. Tot de nalatenschap van erflaatster, overleden op 9 januari 1992, behoorde een deel groot ongeveer 205 hectare van het in totaal 367 ha. grote landgoed B, gelegen te R. Het aan de erflaatster toebehorende deel was aangemerkt als landgoed in de zin van de Natuurschoonwet 1928 (hierna: NSW-gebied). Op 4 februari 1992 is een nicht van erflaatster overleden. Zij was met anderen gerechtigd tot het overig gebied van het landgoed. In het voorjaar van 1992 zijn onderhandelingen gevoerd over de verkoop van het totale landgoed. Het geheel is in november 1992 bij inschrijving voor f 12.000.000,-- verkocht aan de provincie V. Bij de bestreden aanslagen heeft de Inspecteur de waarde van het tot de nalatenschap behorende deel van het landgoed gesteld op f 5.186.285,- -. 3.2. In onderdeel I herhalen belanghebbenden hun door het Hof verworpen betoog dat het aanslagbiljet niet voldoet aan de eisen van artikel 7, lid 4, van de Natuurschoonwet 1928 . Het Hof heeft wat dat betreft vastgesteld, in cassatie niet bestreden, dat de Inspecteur op een geschrift dat vier bladzijden omvat en het opschrift "Aanslag Recht van successie" draagt de terstond invorderbare bedragen aan belasting heeft vermeld en dat het geschrift in een envelop is verzonden met twee notities, waarin de bedragen vermeld stonden, die in totaal verschuldigd waren en die voorshands buiten invordering bleven. Vervolgens heeft het Hof geoordeeld dat het geschrift en de daarbij gevoegde notities, waarop behalve van het bedrag van de aanslag melding is gemaakt van het bedrag van de terstond invorderbare belasting, in redelijkheid samen het aanslagbiljet, bedoeld in artikel 7, vierde lid, eerste volzin, van de Natuurschoonwet 1928 vormen. Dit oordeel geeft niet blijk van een onjuiste rechtsopvatting en het kan voor het overige als van feitelijke aard in cassatie niet op zijn juistheid worden onderzocht. Onderdeel I faalt derhalve. 3.3. Belanghebbenden hebben voor het Hof de stelling betrokken dat de latere verkoopprijs gunstig is beïnvloed door de omstandigheid dat, hetgeen ten sterfdage nog niet te voorzien was, het aan erflaatster toebehordende deel van het landgoed samen met het overige gebied als één geheel kon worden verkocht. Het Hof heeft, kennelijk in verband met deze stelling, onder verwijzing naar het arrest van de Hoge Raad van 28 februari 1973, nr 17004, BNB 1973/98, geoordeeld dat bij de waardering van het aan erflaatster toebehorende deel van het landgoed geen betekenis toekomt aan de omstandigheid dat erflaatster slechts onverdeelde aandelen in het landgoed (waarmee kennelijk is bedoeld het haar toebehorende deel van het landgoed) heeft nagelaten, en heeft voorts geoordeeld dat ingeval de provincie een premie heeft betaald om het totale landgoed te verwerven, een gedeelte van die premie dient te worden toegerekend aan het NSW-gebied. 3.4. Voorzover deze oordelen zijn bedoeld als redengeving voor de verwerping van de hier besproken stelling van belanghebbenden, worden zij in onderdeel II van het middel terecht bestreden. Het vermelde arrest betreft immers een andere vraag dan de hier aan de orde zijnde vraag naar de invloed op de waarde van het aan erflaatster toebehorende NSW-gebied van de omstandigheid dat korte tijd na het overlijden van erflaatster die zaak tezamen met een andere, aan anderen (tezamen, in overdeelde mede-eigendom) toebehorende aangrenzende zaak als één geheel kon worden verkocht. Nu het Hof niet heeft vastgesteld of ten sterfdage de feitelijke situatie zo was dat verkoop als één geheel tot de reële mogelijkheden behoorde, behoefde het tweede in 3.3 vermelde oordeel van het Hof nadere motivering. Onderdeel II is derhalve in zoverre gegrond. 3.5. In dit onderdeel wordt voorts betoogd dat voor het rekening houden met de mogelijkheid van verkoop als één geheel slechts plaats zou zijn indien - hetgeen naar wordt gesteld niet het geval is - de beide delen van het landgoed kunnen worden beschouwd als een eenheid in het economische verkeer in de zin van artikel 21, lid 5, van de Successiewet 1956 . Dit betoog kan niet als juist worden aanvaard. Daargelaten of hier een dergelijke eenheid bestond, indien ten sterfdage verkoop als één geheel tot de reële mogelijkheden behoorde, is dat een omstandigheid welke in aanmerking moet worden genomen ter bepaling van de waarde in het economische verkeer in de zin van artikel 21, lid 1, van de wet. Onderdeel II faalt derhalve voor het overige. 3.6. Onderdeel III verwijt het Hof dat het heeft miskend dat de bij de verkoop behaalde prijs niet overeenstemt met de waarde in het economische verkeer omdat de provincie haar bod niet heeft gebaseerd op economische motieven maar heeft gehandeld ter behartiging van publiekrechtelijk belangen. Het onderdeel faalt. Het Hof heeft met juistheid overwogen dat de bedoelde omstandigheid niet eraan afdoet dat de prijs in het economische verkeer tot stand is gekomen, en het is dan ook terecht ervan uitgegaan dat deze prijs overeenstemt met de waarde in het economische verkeer ten tijde van de verkoop. 3.7. In verband met hetgeen onder 3.4 is overwogen kan 's Hofs uitspraak niet in stand blijven. Verwijzing moet volgen.

4. Proceskosten De Hoge Raad acht, gelet op de inhoud van het procesdossier en in aanmerking genomen dat de zaak in de zin van artikel 3 van het Besluit proceskosten fiscale procedures samenhangt met die onder nummer 33042, termen aanwezig om ten aanzien van de proceskosten die belanghebbenden in verband met de behandeling van het geding in cassatie van de onderhavige zaak redelijkerwijs hebben moeten maken, te beslissen als hierna vermeld.

5. Beslissing De Hoge Raad: - vernietigt de uitspraak van het Hof, - verwijst het geding naar het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch ter verdere behandeling en beslissing van de zaak in meervoudige kamer met inachtneming van dit arrest, - veroordeelt de Staatssecretaris van Financiën in de kosten van het geding in cassatie aan de zijde van belanghebbenden, vastgesteld op de helft van f 2.840,--, derhalve f 1.420,-- voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand, en - gelast dat door de Staatssecretaris van Financiën aan belanghebbenden wordt vergoed het door dezen terzake van de behandeling van het beroep in cassatie verschuldigd geworden griffierecht ten bedrage van f 300,--. Dit arrest is op 22 april 1998 vastgesteld door de raadsheer Urlings als voorzitter, en de raadsheren Zuurmond, Pos, Beukenhorst en Monné, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier Reijngoud, en op die datum in het openbaar uitgesproken. Bij ontstentenis van de voorzitter wordt dit arrest ondertekend door de raadsheer Zuurmond.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature