Bij besluiten van 15 juni 2020 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid het Nederlanderschap van [appellant] ingetrokken krachtens artikel 14, vierde lid, van de Rijkswet op het Nederlanderschap en hem ongewenst verklaard krachtens artikel 67, eerste lid, aanhef en onder c en e, van de Vw 2000 . [appellant] is geboren op [geboortedatum] 1986 in Den Haag en heeft vanaf zijn geboorte de Marokkaanse nationaliteit. Op [datum] 2005 heeft hij de Nederlandse nationaliteit door optie verkregen. Op [datum] 2013 is hij uitgeschreven uit de basisregistratie personen wegens vertrek uit Nederland. De staatssecretaris heeft het Nederlanderschap van [appellant] krachtens artikel 14, vierde lid, van de RWN ingetrokken, omdat hij zich heeft aangesloten bij een organisatie die deelneemt aan een internationaal gewapend conflict en hij een bedreiging vormt voor de nationale veiligheid. De staatssecretaris heeft ter onderbouwing verwezen naar het individueel ambtsbericht. Daarin staat dat [appellant] vanaf begin 2013 in Syrië verbleef en na [datum] 2017 tot in ieder geval eind 2017 werd gelokaliseerd in gebieden die op dat moment beheerst werden door Hay’at Tahrir al-Sham.