U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:
Instantie:
Vindplaatsen:

Inhoudsindicatie:

Bij besluit van 6 februari 2020 heeft de raad van bestuur van het Erasmus MC opnieuw beslist op het door [erflater] gemaakte bezwaar tegen het besluit van 27 juni 2016, het bezwaar gegrond verklaard en een aantal documenten geschoond en openbaar gemaakt. [erflater] heeft op 3 maart 2020 beroep ingesteld tegen het nieuwe besluit op bezwaar van 6 februari 2020. Op 29 juni 2020 is [erflater] komen te overlijden met als gevolg dat zijn procesbelang bij de uitkomst van deze beroepsprocedure is komen te vervallen. De gemachtigde van [erflater] heeft een verklaring van erfrecht overgelegd waaruit blijkt dat [appellant] zijn enige erfgenaam is. Bij brief van 31 augustus 2020 heeft de gemachtigde meegedeeld dat [appellant] het beroep wenst voort te zetten.

Uitspraak



202001518/1/A3.Datum uitspraak: 10 maart 2021

AFDELINGBESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak in het geding tussen:

[appellant], de erfgenaam van [overledene], wonend te Den Haag,

en

de raad van bestuur van het Erasmus MC,

verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 6 februari 2020 heeft de raad opnieuw beslist op het door [overledene] gemaakte bezwaar tegen het besluit van 27 juni 2016, het bezwaar gegrond verklaard en een aantal documenten geschoond en openbaar gemaakt.

Tegen dit besluit heeft [overledene] beroep ingesteld.

De raad heeft een verweerschrift ingediend.

[overledene] heeft een nader stuk ingediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 15 februari 2021, waar [appellant], bijgestaan door mr. H. van Drunen, rechtsbijstandsverlener te Utrecht, en de raad, vertegenwoordigd door mr. J. Groot en dr. J.M. Fentener van Vlissingen, zijn verschenen. De zaak is ter zitting gevoegd behandeld met zaak nr. 202001519/1/A3. Na de zitting zijn de zaken gesplitst.

Overwegingen

1. overledene] heeft op 3 maart 2020 beroep ingesteld tegen het nieuwe besluit op bezwaar van 6 februari 2020. Op 29 juni 2020 is [overledene] komen te overlijden met als gevolg dat zijn procesbelang bij de uitkomst van deze beroepsprocedure is komen te vervallen. De gemachtigde van [overledene] heeft een verklaring van erfrecht overgelegd waaruit blijkt dat [appellant] zijn enige erfgenaam is. Bij brief van 31 augustus 2020 heeft de gemachtigde meegedeeld dat [appellant] het beroep wenst voort te zetten. Volgens de gemachtigde heeft [appellant] een persoonlijk en direct belang bij voortzetting van de procedure. In dit verband wijst de gemachtigde erop dat [appellant] voorzitter van onder meer Stichting Een DIER een VRIEND en de Stichting voor Afschaffing van Dierproeven is en dat de op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (hierna: Wob) verzochte informatie van belang is voor zijn werk. Deze informatie zal hem inzicht verschaffen in de wijze waarop het Erasmus MC met deze materie omgaat. Dit inzicht is van wezenlijk belang voor het werk van [appellant], waarmee hij de activiteiten van hem en [overledene] gezamenlijk voortzet, om dierproeven te beëindigen. Voorts heeft de gemachtigde erop gewezen dat met de Wob het algemeen belang is gediend.

2. De Afdeling stelt vast dat het Wob-verzoek in deze zaak door [overledene] in persoon is ingediend en niet in het kader van zijn gewezen rol als voorzitter van Stichting een DIER een VRIEND. Het bezwaar en de daarop volgende procedures zijn ook door [overledene] in persoon ingediend. Dit betekent dat [appellant] in ieder geval niet in zijn nieuwe hoedanigheid van voorzitter namens Stichting een DIER een VRIEND de procedure voort kan zetten.

Over de vraag of [appellant] als erfgenaam deze procedure kan voortzetten, overweegt de Afdeling als volgt. Ingevolge artikel 182, eerste lid en eerste volzin, van Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) volgen met het overlijden van de erflater zijn erfgenamen van rechtswege op in zijn voor overgang vatbare rechten en in zijn bezit en houderschap. Het gaat hier om overgang onder algemene titel. Hetgeen de gemachtigde aanvoert, is niet bepalend voor het antwoord op de vraag of het recht om een Wob-verzoek in te dienen en een aanspraak om informatie te ontvangen, voor overgang vatbaar is. Artikel 182, eerste lid, van Boek 4 van het BW ziet primair op de overgang van vermogensrechtelijke rechtsbetrekkingen. Daarnaast ziet deze bepaling op de overgang van enige bevoegdheden van familierechtelijke aard. Het recht om een Wob-verzoek in te dienen, en een aanspraak om informatie te ontvangen, is vermogensrechtelijk noch familierechtelijk van aard. Dit recht is derhalve geen voor overgang vatbaar recht als bedoeld in voormeld artikel.

Ter zitting van de Afdeling heeft de gemachtigde van [overledene] en [appellant] gesteld dat [overledene] aanspraak heeft op een schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn in deze procedure en dat dit recht voor overgang vatbaar is. De Afdeling overweegt hierover dat de immateriële schadevergoeding die wegens spanning en frustratie als gevolg van overschrijding van de redelijke termijn (vergelijk ECLI:NL:RVS:2014:188) wordt toegekend is aan te merken als een schadevergoeding als bedoeld in artikel 106, aanhef en onder b, van Boek 6 van het BW . Het betreft immers een recht op een vergoeding voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat. In artikel 95, tweede lid, van Boek 6 van het BW is bepaald dat voor overgang onder algemene titel bij het recht op een vergoeding voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat, het voldoende is dat de gerechtigde aan de wederpartij heeft medegedeeld op de vergoeding aanspraak te maken. Uit de stukken in het dossier blijkt niet dat [overledene] een dergelijke mededeling heeft gedaan. Ter zitting van de Afdeling is dit ook door de gemachtigde van [overledene] en [appellant] bevestigd. Eerst ter zitting van de Afdeling is door de gemachtigde gesteld dat [overledene] een aanspraak heeft op een schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn. Deze vermeende aanspraak gaat derhalve niet onder algemene titel over op [appellant].

De conclusie is dat [appellant] deze procedure niet als erfgenaam kan voortzetten.

3. Voor zover is beoogd te betogen dat [appellant] en voormelde stichtingen belanghebbende zijn en op grond van artikel 8:26 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) aan het geding kunnen deelnemen, overweegt de Afdeling als volgt. Zoals de Afdeling in haar uitspraak van 18 april 2018, ECLI:NL:RVS:2018:1255, heeft overwogen, kan een ieder op grond van artikel 3 van de Wob een verzoek doen om informatie neergelegd in documenten. Daartoe behoeft geen belang te worden gesteld. Dat een ieder een Wob-verzoek kan doen en dat bepaalde (rechts)personen bijzondere interesse kunnen hebben in en belang kunnen hebben bij kennisname van bepaalde documenten betekent niet dat deze (rechts)personen ook belanghebbende zijn als bedoeld in artikel 1:2 van de Awb bij een besluit op een verzoek dat door een ander is gedaan. Dat [appellant] en voormelde stichtingen belangen behartigen die samenhangen met de verzochte informatie en de transparantie van die informatie, maakt niet dat zij bij een besluit op een Wob-verzoek van een ander dat ziet op dergelijke informatie belanghebbende zijn. [appellant] en voormelde stichtingen hebben geen rechtstreeks betrokken belang bij het aan [overledene] gerichte besluit en kunnen derhalve niet als belanghebbende bij dat besluit worden aangemerkt. Zij kunnen daarom ook niet op grond van artikel 8:26 van de Awb als partij aan het geding deelnemen.

4. Het beroep is niet-ontvankelijk.

5. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:

verklaart het beroep niet-ontvankelijk.

Aldus vastgesteld door mr. E. Steendijk, voorzitter, en mr. J.Th. Drop en mr. W. den Ouden, leden, in tegenwoordigheid van mr. Y. Soffner, griffier.

De voorzitter is verhinderd de uitspraak te ondertekenen.

w.g. Soffnergriffier

Uitgesproken in het openbaar op 10 maart 2021

818.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature