E-mail deze uitspraak

Uitspraak waar naar gelinkt wordt vanuit de e-mail die gestuurd zal worden:

ECLI:NL:RBUTR:2002:AE3518
LJN AE3518, Rechtbank Utrecht, SBR 01/243

Inhoudsindicatie:

In casu terecht vergoeding behandeling IVF/ICSI in België geweigerd; terecht beroep op rechtvaardigingsgrond ter beperking van vrij verkeer van diensten.

Weigering vergoeding IVF/ICSI in België. Verweerder heeft daartoe overwogen dat het gegeven dat de behandeling om redenen van complexiteit, kwaliteit en ethische aspecten in een Nederlands ziekenhuis, dat hiervoor een vergunning heeft, dient plaats te vinden, de belemmering van het vrij verkeer van goederen en diensten binnen de Europese lidstaten rechtvaardigt.

De rechtbank is van oordeel dat verweerder zich in het onderhavige geval terecht op de in de arresten Decker en Kohll, Smits en Peerbooms omschreven rechtvaardigingsgrond ter beperking van het vrij verkeer van diensten heeft beroepen.

Daartoe heeft de rechtbank overwogen dat de wetgever, gelet op de toelichting bij art. 18 Wet ziekenhuisvoorzieningen (de voorloper van thans art. 2 Wet op bijzondere medische verrichtingen), met het onderbrengen van de in-vitrofertilisatie onder de vergunningplicht van art. 2 van de Wet op de bijzondere medische verrichtingen juncto art. 1, aanhef en onder a, sub 6 van het Besluit aanwijzing bijzondere medische verrichtingen, specifiek voor ogen heeft gestaan de concentratie van in-vitrofertilisatie te bevorderen, een meer doelmatige aanwending van deskundigheid en ervaring te waarborgen en, mede door de optredende schaalvergroting, de kosten per behandeling te beperken. Voorts kan, aldus de wetgever, indien deze methode slechts in een beperkt aantal ziekenhuisvoorzieningen plaatsvindt, beter toezicht worden gehouden op de kwaliteit van de zorg en de naleving van ter zake te stellen voorschriften.

De rechtbank leidt voorts uit het Planningsbesluit in-vitrofertilisatie af dat de in-vitrofertilisatie een topklinische voorziening is die een grote deskundigheid en een goede infrastructuur vergt.

De rechtbank ziet onvoldoende aanleiding om de planning en spreiding van de IVF-behandeling zoals deze tot stand komt door de toepassing van de nationale regels, waaronder met name de vergunningplicht voor de laboratoriumfase van de behandeling, niet aan te merken als een aanvaardbare voorwaarde om de toegankelijkheid van een kwalitatief verantwoorde zorg te waarborgen en de medische deskundigheid op nationaal grondgebied in stand te houden.

Ongegrond beroep

Dagelijks bestuur van het Instituut Zorgverzekering voor Ambtenaren Nederland (IZA), verweerder.

mr. drs. R. in ’t Veld, mrs. G.C. van Gelein Vitringa-Boudewijnse, J. Bandringa

EG-Verdrag 49, 50

Verordening EEG 1408/71 22

Wet ziekenhuisvoorzieningen 18

Reglement Zorgverzekering 2000 1.1, 4

Vergoedingenlijst 2000 3.5

Van


Aan


Opmerkingen (optioneel)


E-mail

Terug

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie