U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Vindplaatsen:

Inhoudsindicatie:

Duurzaam gescheiden leven. Het enkele feit dat de echtgenoten niet op hetzelfde adres wonen, brengt niet mee dat ze duurzaam gescheiden leven.

In het onderhavige jaar hadden de echtgenoten de intentie om weer samen te gaan wonen nog niet opgegeven.

Uitspraak



RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE

Sector bestuursrecht

Afdeling 4, enkelvoudige kamer

Procedurenummer: AWB 10/7694 IB/PVV

Uitspraakdatum: 14 juli 2011

Proces-verbaal van de mondelinge UITSPRAAK ingevolge artikel 8:67 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)

in het geding tussen

[X], wonende te [Z], eiseres,

en

de inspecteur van de Belastingdienst/[te P], verweerder.

De bestreden uitspraak op bezwaar

De uitspraak van verweerder van 30 september 2010 op het bezwaar van eiseres tegen de aan eiseres voor het jaar 2007 opgelegde aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 37.041 (aanslagnummer [nummer]) en de daarbij gegeven beschikking heffingsrente.

I ZITTING

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 30 juni 2011.

Eiseres is daar in persoon verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde

[A]. Namens verweerder zijn verschenen [B] en [C].

II BESLISSING

De rechtbank:

- verklaart het beroep gegrond;

- vernietigt de uitspraak op bezwaar;

- vermindert de belastingaanslag tot één berekend naar een belastbaar

inkomen van € 15.441;

- wijzigt de beschikking heffingsrente dienovereenkomstig;

- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats van de vernietigde uitspraak op bezwaar treedt;

- veroordeelt verweerder de proceskosten tot een bedrag van € 1.244,82 aan eiseres te voldoen;

- gelast dat verweerder het door eiseres betaalde griffierecht van € 41 aan haar vergoedt.

III OVERWEGINGEN

1. Eiseres is geboren in Frankrijk. Zij is, naar volgt uit de overgelegde kopie van de "acte de mariage", op [datum] 1996 gehuwd met [Y] (hierna: de ex-echtgenoot). Het huwelijk is, zoals blijkt uit de aan de voet van de "acte de mariage" geplaatste aantekening, op [datum] 2010 bij vonnis van het Tribunal de grande instance de Paris ontbonden. Uit het huwelijk is in 1997 een dochter geboren.

2. In 2005 is de ex-echtgenoot naar Afghanistan vertrokken omdat hij daar een dienstbetrekking had aanvaard. Vóór zijn vertrek woonden eiseres, de ex-echtgenoot en hun dochter in Nederland. Eiseres en haar dochter zijn in Nederland gebleven.

3. Vanaf zijn vertrek naar Afghanistan betaalde de ex-echtgenoot een bedrag van

€ 3.000 aan eiseres.

4. Aan de "convention de divorce" van 3 augustus 2009 is een "ordonnance de non conciliation" met dagtekening 19 maart 2009 (hierna: de ONC) voorafgegaan. In de ONC zijn voorlopige maatregelen getroffen voor de periode vanaf het geven van de ONC tot de echtscheiding . In de "convention de divorce" is daarover het volgende vermeld:

"Depuis la séparation des époux en 2005, Monsieur [Y] versait à son épouse une somme de l'ordre de 3.000 € par mois et acquittait seul les frais de scolarité [D].

Depuis l'ONC, il verse une somme de 1.800 € au titre de pension alimentaire pour son épouse et 1.200 € au titre de la contribution à l'entretien et à l'éducation [D] (frais de scolarité en sus, dans la limite de 8.000 € par an).

5. Verweerder heeft voor het jaar 2007 een aangifte inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen van eiseres ontvangen, waarin aangifte is gedaan naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 15.441. In de aangifte is ter zake van de betalingen door de ex-echtgenoot niets tot het belastbare inkomen uit werk en woning gerekend. Bij de regeling van de aanslag voor 2007 heeft verweerder het aangegeven belastbare inkomen uit werk en woning verhoogd met (12 x € 1.800 =) € 21.600.

6. In geschil is of verweerder het aangegeven belastbare inkomen uit werk en woning terecht met € 21.600 heeft verhoogd.

7. Eiseres beantwoordt deze vraag ontkennend en voert daartoe -samengevat - het volgende aan. Eiseres kon in 2005 niet mee naar Afghanistan, omdat zij bevreesd was voor de vrouwonvriendelijke omgeving waarin zij daar zou moeten leven. Ook was er in Afghanistan geen geschikt onderwijs voor haar dochter. Eiseres en de ex-echtgenoot gingen er niettemin vanuit dat zij hun samenleving zouden hervatten zodra dat mogelijk was. De ex-echtgenoot betaalde € 3.000 per maand aan eiseres om te voldoen aan zijn verzorgingsverplichting jegens eiseres en hun minderjarige dochter. Dit is door de ex-echtgenoot bevestigd in zijn brief aan verweerder van 26 december 2009. Het bedrag was dus geen alimentatie-uitkering zodat eiseres daarover geen belasting verschuldigd is. Pas in 2009 gaven eiseres en de ex-echtgenoot hun voornemen om de samenleving te hervatten definitief op.

8. Verweerder beantwoordt de in geschil zijnde vraag bevestigend. Hij stelt dat eiseres en de ex-echtgenoot sinds diens vertrek naar Afghanistan, althans gedurende het jaar 2007, duurzaam gescheiden hebben geleefd. Verweerder wijst hierbij op het echtscheidingsverzoek van de ex-echtgenoot, gedateerd 28 juni 2008, en op de ONC, waarin gewag wordt gemaakt van een maandelijkse betaling van € 3.000 sinds 2005. Deze maandelijkse betaling, althans het gedeelte daarvan dat van 19 maart 2009 als alimentatie ten behoeve van eiseres wordt aangemerkt, groot € 1.800 per maand, dient op de voet van artikel 3.101, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Wet inkomstenbelasting 2001 (hierna: de Wet) bij eiseres in de belastingheffing te worden betrokken.

9. Verweerder dient feiten te stellen en bij betwisting door eiseres aannemelijk te maken waaruit volgt dat het in 2007 door de ex-echtgenoot aan eiseres betaalde bedrag van € 21.600 (12 x € 1.800 =) een uitkering in de zin van de onder 8 genoemde wetsbepaling is. Hierin is verweerder naar het oordeel van de rechtbank niet geslaagd. Bij dit oordeel neemt de rechtbank het volgende in aanmerking.

10. Het enkele feit dat eiseres en de ex-echtgenoot in 2007 niet op hetzelfde adres woonden, is onvoldoende om op grond daarvan te concluderen dat eiseres en de ex-echtgenoot gedurende dat jaar duurzaam gescheiden leefden. Ook de maandelijkse betalingen van € 3.000 rechtvaardigen deze gevolgtrekking niet. De rechtbank merkt de betalingen, gelet op hetgeen eiseres en de ex-echtgenoot (de laatste in zijn brief aan verweerder van 26 december 2009) daarover hebben verklaard, welke verklaringen de rechtbank aannemelijk acht, aan als de voldoening door de ene echtgenoot aan zijn verplichtingen om de andere echtgenoot het nodige te verschaffen en om de kosten van de verzorging en de opvoeding van zijn minderjarige kind te dragen. Aan de nakoming van deze verplichting kan niet de conclusie worden verbonden dat het niet-samenleven van eiseres en de ex-echtgenoot duurzaam was.

11. Het onder 8 genoemde echtscheidingsverzoek brengt de rechtbank niet tot een ander oordeel. Daarbij neemt de rechtbank het volgende in aanmerking. Het verzoek is door de ex-echtgenoot getekend op 28 juni 2008 terwijl het geschil het jaar 2007 betreft. In het echtscheidingsverzoek staat onder meer dat de echtgenoten "vivent d'ores et déjà séparément depuis le 30 octobre 2005". Dat de echtgenoten het gescheiden leven vanaf het begin duurzaam hebben willen doen zijn, valt niet in het echtscheidingsverzoek te lezen.

12. Uit de onder 4 geciteerde passage uit de "convention de divorce" maakt de rechtbank op dat in de ONC geen kwalificatie wordt gegeven aan de betalingen van de ex-echtgenoot in de periode tussen zijn vertrek en 19 maart 2009 (de datum van vaststelling van de ONC). De kwalificaties "pension alimentaire pour son épouse" en "contribution à l'entretien et à l'éducation [D]" zien uitsluitend op de betalingen na 19 maart 2009. Voor het jaar 2007 hebben de kwalificaties, anders dan verweerder stelt, geen betekenis.

13. Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen zijn de in 2007 door de ex-echtgenoot aan eiseres betaalde bedragen van in totaal € 21.600 geen periodieke uitkeringen in de zin van artikel 3.101, lid 1, aanhef en onderdeel b, van de Wet. Daarom heeft de rechtbank het beroep gegrond verklaard, de uitspraak op bezwaar vernietigd en de aanslag alsmede de heffingsrente verminderd.

14. De rechtbank ziet aanleiding verweerder te veroordelen in de kosten die eiseres in verband met de behandeling van het bezwaar en het beroep redelijkerwijs heeft moeten maken. De kosten zijn op de voet van het Besluit proceskosten bestuursrecht (hierna: BPB) voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vastgesteld op € 1.092 (1 punt voor het indienen van het bezwaarschrift met een waarde per punt van € 218 en een wegingsfactor 1 en 1 punt voor het indienen van het beroepschrift, 1 punt voor het verschijnen ter zitting met een waarde per punt van € 437 en een wegingsfactor 1). Wat betreft de overige door eiseres genoemde proceskosten, te weten reiskosten, verletkosten en kosten deskundigenbericht, heeft de rechtbank de vergoeding, eveneens met toepassing van het BPB vastgesteld op € 152,82 ( € 2,82 reiskosten, € 100 verletkosten en € 50 kosten deskundigenbericht).

Aldus vastgesteld door mr. G.J. van Leijenhorst, in tegenwoordigheid van de griffier

mr. M. Molenaar.

Uitgesproken in het openbaar op 14 juli 2011.

RECHTSMIDDEL

Tegen deze uitspraak kunnen partijen binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep instellen bij het gerechtshof te 's-Gravenhage (belastingkamer), Postbus 20021, 2500 EA Den Haag.

Bij het instellen van hoger beroep dient het volgende in acht te worden genomen:

1. - bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd.

2. - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:

a. de naam en het adres van de indiener;

b. een dagtekening;

c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het hoger beroep is ingesteld;

d. de gronden van het hoger beroep.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature