De onduidelijkheden omtrent de vermeende mishandeling van de minderjarigen in combinatie met het gebrek aan een sociaal netwerk, het door de ouders stelselmatig weigeren van medewerking aan de geboden hulp zijn omstandigheden die reeds maken dat de rechtbank niet anders kan concluderen dan dat er nog voldoende redenen zijn tot zorg en dat voldaan is aan de gronden als bedoeld in artikel 1:254 lid 1 Burgerlijk Wetboek (BW) voor een (verlenging van de) ondertoezichtstelling.