Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:
Instantie:
Vindplaatsen:

Inhoudsindicatie:

Vernietiging concurrentiebeding uitvaartverzorger. Concurrentiebeding voor de duur van vijf jaar benadeelt werknemer onbillijk. Het handhaven van de termijn is geen onderdeel van een afspraak tussen de partijen en de uitvaartbranche rechtvaardigt deze lange duur ook niet.

Uitspraak



RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam

zaaknummer: 11113706 CV EXPL 24-13102

datum uitspraak: 27 december 2024

Vonnis van de kantonrechter

in de zaak van

[eiser] ,

woonplaats: [woonplaats] ,

eiser,

gemachtigde: mr. H. van der Wilt,

tegen

Uitvaartverzorging Kievit B.V.,

vestigingsplaats: Oostvoorne,

gedaagde,

gemachtigde: mr. J.C. Brökling.

De partijen worden hierna ‘ [eiser] ’ en ‘Kievit’ genoemd.

1 De procedure

1.1.

Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:

de dagvaarding van 14 mei 2024, met bijlagen;

het antwoord, met bijlagen;

de brief namens [eiser] , met bijlagen;

de spreekaantekeningen van de gemachtigde van [eiser] .

1.2.

Op 16 december 2024 heeft de kantonrechter de zaak tijdens een zitting met de partijen en hun gemachtigden besproken.

2 De beoordeling

Wat is de kern?

2.1.

[eiser] werkte tot [datum] als uitvaartverzorger bij Kievit, op basis van een arbeidsovereenkomst. In zijn arbeidsovereenkomst stond een concurrentiebeding, op basis waarvan hij vijf jaar niet op of vanuit Goeree-Overflakkee en Voorne-Putten mag werken in een vergelijkbare functie. [eiser] wil dat dit beding wordt vernietigd, of wordt omgezet in een relatiebeding met een looptijd van drie jaar. Kievit is het niet eens met deze eis. Zij vindt dat het beding gehandhaafd moet worden. De kantonrechter vernietigt het concurrentiebeding, per de datum van dit vonnis. In dit vonnis legt zij dat oordeel uit.

Wat is er gebeurd?

2.2.

In de arbeidsovereenkomst van [eiser] stond een concurrentiebeding. Op basis van dit beding was het voor [eiser] (kort gezegd) verboden om gedurende vijf jaar na het einde van de arbeidsovereenkomst op of vanuit de eilanden Goeree-Overflakkee en Voorne-Putten vergelijkbare werkzaamheden uit te voeren.

2.3.

[eiser] heeft per [datum] zijn arbeidsovereenkomst opgezegd. Hij is vervolgens bij Arensman Uitvaartverzorging B.V. in dienst gegaan. Arensman is een concurrent van Kievit, die hemelsbreed niet ver van Kievit verwijderd is en vergelijkbare klanten bedient. De partijen hebben vervolgens discussie gekregen over de vraag of [eiser] bij Arensman in dienst mag blijven en zo ja, wat hij wel en niet mag doen.

2.4.

Deze discussie is uitgemond in een kort geding in 2022. [eiser] eiste daarin onder andere dat het concurrentiebeding helemaal of voor een deel werd geschorst, terwijl Kievit eiste dat [eiser] werd veroordeeld om zijn arbeidsovereenkomst bij Arensman te beëindigen en dwangsommen te betalen. De kantonrechter heeft het concurrentiebeding gedeeltelijk geschorst, in die zin dat het [eiser] wel was toegestaan om vanuit Goeree-Overflakkee of Voorne-Putten te werken en dus bij Arensman in dienst te blijven. Voor de rest is het beding zowel qua duur, als qua inhoud in stand gelaten.

2.5.

[eiser] werkt inmiddels bijna drie jaar bij Arensman. Hij vermijdt daarbij steeds werk op de twee eilanden. Hij stelt dat hij daar last van heeft en wil daarom nu helemaal van het beding af.

[eiser] wil dat het beding voor de toekomst wordt vernietigd

2.6.

[eiser] vraagt de kantonrechter primair om het concurrentiebeding geheel te vernietigen en te bepalen dat [eiser] vanaf de datum van dit vonnis onbelemmerd zijn werk kan doen. De kantonrechter begrijpt uit de samenhang van deze eis dat [eiser] niet wil dat het beding met terugwerkende kracht geheel wordt vernietigd, maar alleen voor de toekomst. Zo heeft de gemachtigde van [eiser] de processtukken en de zitting ook ingestoken. De kantonrechter zal dus beoordelen of het beding vanaf de datum van dit vonnis nog moet blijven gelden.

De partijen zijn een geldig concurrentiebeding overeengekomen

2.7.

De kantonrechter stelt voorop dat er geen discussie over is dat de partijen een geldig concurrentiebeding zijn overeengekomen. Het uitgangspunt is dus dat het [eiser] verboden is om tot 1 februari 2027 op of vanuit Voorne-Putten of Goeree-Overflakkee vergelijkbaar werk te doen als hij bij Kievit deed.

De kantonrechter vernietigt het concurrentiebeding per de datum van dit vonnis

2.8.

De kantonrechter vernietigt dit concurrentiebeding per de datum van dit vonnis. De reden daarvan is dat [eiser] door het beding onbillijk wordt benadeeld, in verhouding tot het belang van Kievit dat erdoor wordt beschermd (artikel 7:653 lid 3 sub b BW ). Hierna werkt de kantonrechter dit uit.

Een concurrentiebeding van vijf jaar is erg lang

2.9.

De kantonrechter neemt als uitgangspunt dat een concurrentiebeding dat vijf jaar geldt erg ruim is. In de jurisprudentie worden concurrentiebedingen vaak beperkt tot twaalf maanden. Uit twee recente wetsvoorstellen volgt dat de wetgever zelfs denkt aan een maximumduur van twaalf maanden. Het laatste wetsvoorstel wordt op zijn vroegst in het vierde kwartaal van 2025 behandeld. Dat maakt dat de kantonrechter hierop nu nog niet kan anticiperen. Het geeft echter wel aan wat de tendens is op het gebied van de duur van het concurrentiebeding.

2.10.

Kievit heeft verklaard dat zij zich hiervan bewust is, maar dat in dit geval zo’n lange duur toch gerechtvaardigd is. Zij heeft zich daarvoor op twee argumenten beroepen. Zij stelt in de eerste plaats dat het handhaven van de vijfjaarstermijn onderdeel van een regeling tussen partijen was. In de tweede plaats stelt ze dat de uitvaartbranche een specifieke branche is, die vraagt om zo’n langdurig concurrentiebeding. Beide argumenten slagen niet. Dat licht de kantonrechter hierna toe.

Het handhaven van de vijf jaar is geen onderdeel van een afspraak tussen de partijen

2.11.

Volgens Kievit is het handhaven van de termijn van vijf jaar een onderdeel van de afspraken tussen de partijen. Ze stelt dat [eiser] op basis van het concurrentiebeding eigenlijk niet eens in dienst mocht treden bij Arensman. Volgens haar hebben de partijen afgesproken dat Kievit dit zou toestaan, maar dat dan wel de termijn van vijf jaar waarbinnen [eiser] niet op de twee eilanden mocht werken gehandhaafd zou blijven.

2.12.

[eiser] heeft betwist dat de partijen deze afspraak hebben gemaakt. Hij heeft erop gewezen dat Kievit in een brief van 4 augustus 2022 nog heeft geëist dat [eiser] zijn dienstverband bij Arensman zou beëindigen. Dat was ook de inzet van het kort geding, waarin Kievit ook heeft geëist dat [eiser] dwangsommen moest betalen omdat hij bij Arensman in dienst is getreden. Kievit is in het kort geding niet gevolgd in dit standpunt. Het beding is geschorst in die zin dat [eiser] wel vanuit Voorne-Putten en Goeree-Overflakkee mocht werken en dus in dienst kon blijven bij Arensman. Dat is naar het oordeel van de kantonrechter de reden geweest dat [eiser] bij Arensman in dienst kon blijven. De kantonrechter ziet geen aanknopingspunten voor een gemaakte afspraak. Uit het dossier is hooguit op te maken dat Kievit eenzijdig (al dan niet uit coulance) heeft toegezegd dat zij het toestaat dat [eiser] in dienst treedt bij Arensman. Uit niets blijkt dat [eiser] in ruil daarvoor heeft toegezegd zich neer te leggen bij de duur van vijf jaar. Kievit heeft ook niet verder onderbouwd hoe en wanneer die afspraak volgens haar zou zijn gemaakt.

2.13.

Voor zover Kievit bedoelt dat zij niet in hoger beroep is gegaan, of eerder een bodemprocedure is gestart, omdat de vijfjaarstermijn ongemoeid is gelaten en zij daar mee kon leven, komt die keuze voor haar rekening.

De uitvaartbranche rechtvaardigt geen concurrentiebeding van langer dan drie jaar

2.14.

Volgens Kievit is de lange termijn van vijf jaar ook gerechtvaardigd door het specifieke karakter van de uitvaartbranche. Zij heeft erop gewezen dat er bij een uitvaart een grote persoonlijke binding ontstaat met de uitvaartverzorger. Volgens haar heeft een concurrentiebeding alleen maar zin als dat lang duurt, omdat een persoon maar gemiddeld één keer in vier of vijf jaar met een uitvaart te maken krijgt. De kantonrechter oordeelt dat ook deze redenering de vijfjaarstermijn niet rechtvaardigt.

2.15.

Op zich kan de kantonrechter zich voorstellen dat er door de emotie die gepaard gaat met een uitvaart een bepaalde persoonlijke band kan ontstaan tussen de nabije nabestaanden en [eiser] . Als de uitvaart naar wens is verlopen, is het in te denken dat nabije nabestaanden een volgende keer ook [eiser] zullen willen inschakelen. In die zin zou de concurrentiepositie van Kievit kunnen verslechteren doordat [eiser] aan hem gebonden personen ‘meeneemt’ naar een directe concurrent. Dit is op zichzelf door [eiser] ook niet betwist.

2.16.

Naar het oordeel van de kantonrechter is dit echter maar een hele beperkte verstoring van de concurrentiepositie. Deze situatie doet zich namelijk in principe alleen voor bij nabije nabestaanden die met [eiser] te maken hebben gehad. De personen die alleen aanwezig zijn geweest bij de uitvaart zullen weinig meekrijgen van de persoon van de uitvaartverzorger en zullen zich wellicht eerder de naam van de uitvaartonderneming herinneren.

2.17.

Bovendien doet die verstoring zich ook alleen voor als die nabije nabestaanden opnieuw een uitvaart moeten organiseren. De kantonrechter vindt (anders dan het uitgangspunt van Kievit) niet zozeer van belang hoeveel uitvaarten van naaste betrokkenen een persoon meemaakt. Het meemaken van een uitvaart betekent namelijk nog niet dat iemand betrokken is bij de keuze voor een uitvaartonderneming. Die keuze zal doorgaans door één of enkele van de zeer nauwe nabestaanden worden gemaakt.

2.18.

De verstoring gaat bovendien ook alleen op als de nabije nabestaanden in het werkgebied van Kievit en Arensman een uitvaart moeten organiseren. Ook dat is geen gegeven.

2.19.

De verstoring doet zich verder volgens de kantonrechter ook alleen voor als de nabije nabestaanden binnen afzienbare tijd opnieuw een uitvaart moet organiseren. Het is naar het oordeel van de rechter maar zeer de vraag in hoeverre een persoon drie jaar na de uitvaart nog zal weten dat de uitvaartverzorger [eiser] heette. Zelfs als die naam is blijven hangen is de vraag in hoeverre een opdrachtgever op zoek zal gaan bij welke onderneming deze persoon tegenwoordig werkt.

2.20.

Kortom, de verstoring doet zich alleen voor als nabije nabestaanden van een overledene van wie de uitvaart door [eiser] is geleid, binnen afzienbare tijd, in dezelfde regio nogmaals een uitvaart moeten organiseren en daarvoor daadwerkelijk [eiser] benaderen.

2.21.

Het is de kantonrechter niet gebleken waarom voor deze relatief kleine verstoring van de concurrentiepositie zo’n verstrekkend concurrentiebeding nodig is. Het beding verbiedt [eiser] namelijk vijf jaar lang om uitvaarten op Goeree-Overflakkee en Voorne-Putten te leiden. Het grootste deel van de uitvaarten die door dit beding worden bestreken zullen geen uitvaarten zijn die door deze mogelijke verstoring van de concurrentiepositie van Kievit zijn beïnvloed.

2.22.

In het antwoord heeft Kievit wel een cijfermatige onderbouwing gegeven, waaruit zou moeten volgen dat iemand gemiddeld eens in de vier of vijf jaar een uitvaart meemaakt. Naar het oordeel van de kantonrechter loopt die berekening op verschillende punten mank. Hiervoor zijn al enkele beperkingen genoemd, die niet in de berekening zijn verwerkt. Bovendien rekent Kievit met hele grove marges en schattingen. Bovendien, zelfs als deze berekening zou kloppen, dan is het de kantonrechter niet duidelijk waarom zou moeten worden aangesloten bij de termijn die gemiddeld zit tussen twee uitvaarten die een persoon meemaakt.

[eiser] wordt onbillijk benadeeld door het beding

2.23.

Tegenover al het voorstaande staat dat [eiser] door het concurrentiebeding aanzienlijk wordt benadeeld. De afgelopen drie jaar heeft hij namelijk niet kunnen werken in het gebied dat het dichtst bij zijn woonplaats Hellevoetsluis en de vestigingsplaats van Arensman is gelegen. Hij wordt feitelijk gedwongen om in Rotterdam of in Zeeland te werken. Het beding leidt ertoe dat hij dagelijks langer in de auto moet zitten om zijn werk te kunnen doen. Hij heeft onbetwist aangevoerd dat in het voorjaar en de zomer vakantieverkeer zorgt voor veel vertraging.

2.24.

Zoals uit het voorgaande volgt heeft Kievit maar een heel beperkt belang bij handhaving van het beding. Dat leidt de kantonrechter tot het oordeel dat [eiser] onbillijk wordt benadeeld door het beding.

Kievit moet de proceskosten betalen

2.25.

De proceskosten komen voor rekening van Kievit, omdat zij ongelijk krijgt (artikel 237 Rv). De kantonrechter begroot de kosten die Kievit aan [eiser] moet betalen op € 139,42 aan dagvaardingskosten, € 87,- aan griffierecht, € 812,- aan salaris voor de gemachtigde (2 punten x € 406,-) en € 135,- aan nakosten. Dat is in totaal € 1.173,42. Hier kan nog een bedrag bij komen als dit vonnis wordt betekend.

Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad

2.26.

Dit vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard, omdat [eiser] dat eist en Kievit daar geen bezwaar tegen heeft gemaakt (artikel 233 Rv). Dat betekent dat het vonnis meteen mag worden uitgevoerd, ook als één van de partijen aan een hogere rechter vraagt om de zaak opnieuw te beoordelen.

3 De beslissing

De kantonrechter:

3.1.

vernietigt het concurrentiebeding per de datum van dit vonnis en bepaalt dat het [eiser] is toegestaan om vanaf de datum van dit vonnis zijn werkzaamheden als uitvaartverzorger voor Arensman onbelemmerd voort te zetten, dus ook binnen de regio Voorne-Putten en Goeree-Overflakkee en ongeacht de herkomst van de klanten die zich bij Arensman melden;

3.2.

veroordeelt Kievit in de proceskosten, die aan de kant van [eiser] worden begroot op € 1.173,42;

3.3.

verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;

3.4.

wijst al het andere af.

Dit vonnis is gewezen door mr. F. Aukema-Hartog en in het openbaar uitgesproken.

33394

Hof den Haag 3 februari 2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:52, 5.6


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde jurisprudentie

Gerelateerde advocaten

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature