U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:
Instantie:
Vindplaats:

Inhoudsindicatie:

Art. 140a Sr deelname aan terroristische organisatie IS door het produceren, bewerken en verspreiden van IS-propaganda voor Khattab Media Foundation (een pro-IS online mediakanaal) waardoor de verdachte de ideologische basis van IS heeft verstevigd en uitgebreid. Gevangenisstraf 42 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk; proeftijd 3 jaar met bijzondere voorwaarden. Geen aanleiding om maatregel ex artikel 38z Sr op te leggen, omdat de verdachte door het verspreiden van propaganda voor IS, zich niet - feitelijk - schuldig heeft gemaakt aan een geweldsdelict dat is gericht tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van personen. Om diezelfde reden ziet de rechtbank evenmin aanleiding om de bijzondere voorwaarden dadelijk uitvoerbaar te verklaren.

Uitspraak



Rechtbank Rotterdam

Team straf 2

Parketnummer: 10/960125-19

Datum uitspraak: 18 februari 2021

Tegenspraak

Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:

[naam verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats verdachte] ( [geboorteland verdachte] ) op [geboortedatum verdachte] ,

zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland,

thans gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting Rotterdam, locatie De Schie,

raadsman mr. A.M. Seebregts, advocaat te Rotterdam.

1. Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 4 februari 2021.

2. Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de vordering nadere omschrijving tenlastelegging, waarbij de oorspronkelijke opgave van het feit als bedoeld in artikel 261, derde lid van het Wetboek van Strafvordering op vordering van de officier van justitie is gewijzigd. De tekst van de nader omschreven tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

De verdachte wordt deelneming aan de terroristische organisatie IS verweten, omdat hij een belangrijke rol zou hebben gespeeld bij de Khattab Media Foundation (hierna ook: KMF). Dit betreft een online mediakanaal dat IS-propaganda produceert en verspreidt.

3. Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. G. Sannes heeft gevorderd:

bewezenverklaring van het ten laste gelegde;

veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 7 jaar, met aftrek van voorarrest, met oplegging van een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel, als bedoeld in artikel 38z van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr).

4. Waardering van het bewijs

Standpunt verdediging

De raadsman heeft - overeenkomstig de door hem aan de rechtbank overgelegde pleitaantekeningen - bepleit dat de verdachte dient te worden vrijgesproken. Daartoe heeft de raadsman aangevoerd dat het naaste doel van KMF niet is het plegen van terroristische misdrijven, maar opruien tot terroristische misdrijven. Dat laatste is op zichzelf geen terroristisch misdrijf. Eventuele activiteiten van de verdachte voor KMF kunnen daarom niet leiden tot een veroordeling voor deelneming aan een terroristische organisatie. Tevens bevat het dossier geen bewijs dat de verdachte tot IS of een andere terroristische organisatie behoorde. Voorts zijn de gedragingen die de verdachte voor KMF heeft verricht niet strafbaar, aangezien hij slechts eenmalig één video via Telegram heeft verspreid. Bovendien heeft KMF gedurende de korte periode dat de verdachte daarbij, al dan niet zijdelings, betrokken zou zijn geweest geen IS-propaganda geproduceerd en/of gepubliceerd. De verdachte sympathiseerde weliswaar met IS en was in het bezit van IS-propaganda, maar dat is op zichzelf niet strafbaar.

Beoordeling

Terroristische organisatie

Van een terroristische organisatie is sprake indien deze organisatie beoogt misdrijven met een terroristisch oogmerk te plegen. Dat zijn misdrijven gericht op het aanjagen van ernstige vrees van de bevolking dan wel een overheid of internationale organisatie wederrechtelijk te dwingen iets te doen, niet te doen of te dulden, dan wel de fundamentele politieke, constitutionele, economische of sociale structuren van een land of een internationale organisatie ernstig te ontwrichten of te vernietigen.

Islamitische Staat (IS), voorheen Islamic State of Iraq and Shaam (ISIS) en Islamic State of Iraq and Levant (ISIL) genoemd, wordt internationaal aangemerkt als een (verboden) terroristische organisatie. Deelname aan IS moet dan ook worden beschouwd als deelname aan een terroristische organisatie als bedoeld in artikel 140a Sr .

Deelneming aan een terroristische organisatie

Van deelneming aan een criminele (terroristische) organisatie is sprake indien een betrokkene behoort tot het samenwerkingsverband en een aandeel heeft in, dan wel ondersteuning biedt aan, gedragingen die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het oogmerk van de organisatie.

Elke bijdrage aan een organisatie kan strafbaar zijn. Een dergelijke bijdrage kan bestaan uit het (mede)plegen van enig misdrijf, maar ook uit het verrichten van hand- en spandiensten

en (dus) het verrichten van handelingen die op zichzelf niet strafbaar zijn, zolang van bovenbedoeld aandeel of ondersteuning kan worden gesproken.

Het is voldoende dat een verdachte in zijn algemeenheid - in de zin van onvoorwaardelijk opzet - weet dat de organisatie het plegen van misdrijven tot oogmerk heeft. Niet is vereist dat de verdachte enige vorm van opzet heeft op de door de criminele organisatie beoogde concrete misdrijven. Wetenschap van een of meer concrete misdrijven is niet vereist. Evenmin is vereist dat de betrokkene zelf heeft meegedaan of meedoet aan de misdrijven die door andere leden zijn respectievelijk worden gepleegd.

Khattab Media Foundation (KMF)

KMF behoort niet tot de officiële kanalen van IS. Het is een pro-IS online mediakanaal dat in ieder geval sinds 2017 “user-generated” jihadistische propaganda - zoals posters, video’s en documenten - produceert en publiceert. Daarin wordt de organisatie IS gesteund en geprezen en worden bedreigingen richting “de ongelovigen” geuit. KMF wordt door onderzoekers omschreven als een “independent media outlet” dat mediaproducties publiceert die de IS-ideologie ondersteunen. KMF heeft tot en met 2018 diverse publicaties online geplaatst. Uit die publicaties, die het logo van KMF dragen, blijkt dat het de strijd van IS in Syrië en Irak steunt, aanslagen in andere regio’s gepleegd door IS prijst, en oproept tot het deelnemen aan de gewapende jihad.

In 2012 werd op de belangrijke jihadistische fora (Al-Fida en Shumukh al-Islam) een document gepubliceerd waarin de elektronische jihad wordt gelijkgesteld aan de strijd op het fysieke slagveld.

Bijdrage van de verdachte aan KMF

Uit het dossier komt het volgende naar voren.

Door de Zweedse autoriteiten werd op 25 juni 2019 aan de Nederlandse autoriteiten een harde schijf overhandigd met daarop alle digitale beslagen die de Zweedse autoriteiten hadden aangetroffen bij de doorzoeking van de woning en de aanhouding van de verdachte in Zweden. Op deze harde schijf stond onder andere de data van een mobiele telefoon van het merk Samsung Galaxy S6.

Op deze telefoon stonden veel afbeeldingen van IS, wapens en wapenuitrusting (al dan niet gedragen door een persoon). Ook werden afbeeldingen van onthoofdingen en executies aangetroffen alsmede afbeeldingen voorzien van het logo van KMF. Tevens werden video’s aangetroffen over aanslagen met voertuigen en video’s met de ‘IS’ vlag.

Op 19 oktober 2018 werd met deze telefoon op het internet een Amerikaans nieuwsartikel bezocht over de aanhouding van [naam persoon A] die in de Verenigde Staten tot een gevangenisstraf van 20 jaar kan worden veroordeeld voor deelname aan het verspreiden van IS(IS) propaganda namens KMF.

A. Telegram (Plus Messenger)

Op genoemde telefoon bleek ook een grote hoeveelheid Telegram (Plus Messenger) chats te zijn opgeslagen. Uit deze chats komt naar voren dat de verdachte, met de profielnaam “ [profielnaam verdachte] ”, chatgesprekken voert met een Telegram gebruiker genaamd “ [profielnaam persoon B] ”. De verdachte heeft ter zitting verklaard dat dit zijn contactpersoon bij KMF betrof.

Op 30 november 2018 stuurt [profielnaam persoon B] aan de verdachte namen van instituten die officiële publicaties van IS verspreiden.

Op 15 december 2018 wordt in een chat met [profielnaam persoon B] gesproken over video’s die zijn gemaakt en die via de verdachte worden gestuurd. Verder wordt er door [profielnaam persoon B] gesproken over “de staf” waaraan een grafisch designer is toegevoegd. In reactie daarop wijst de verdachte [profielnaam persoon B] op de gevaren van het toevoegen van onbekenden op Telegram en de noodzaak van het veranderen van eigen Telegram profielen.

Op 16 december 2018 stuurt de verdachte een video van ISIS-leider Abu Musab al-Zarqawi aan een niet-zichtbare ontvanger. Ook stuurt de verdachte op 16 december 2018 twee afbeeldingen aan een Telegram gebruiker genaamd “ [profielnaam persoon C] ” waarbij één van de afbeeldingen het logo van KMF heeft.

Op 18 december 2018 vraagt [profielnaam persoon B] in een chat aan de verdachte of hij het hele archief van [naam persoon E] heeft hersteld, waarop de verdachte antwoordt dat hij een kopie heeft van alle werken die hij (de verdachte) heeft gemaakt en dat hij het hele archief, dat hem niet toekwam, heeft geprobeerd mee te nemen. [profielnaam persoon B] vraagt daarop waar deze werken zijn, of de verdachte een archief kan maken en hem de link kan geven.

Dat de verdachte propaganda verspreidde volgt uit een andere chat van 18 december 2018, waarin de verdachte vraagt of zij de uitgave ‘ [naam video] ’ opnieuw kunnen uitgeven. [profielnaam persoon B] antwoordt daarop dat dat natuurlijk nuttig is. Daarop reageert de verdachte met: “Daar zit kwaadmakerij in.”

Het is aannemelijk dat met de uitgave ‘ [naam video] ’ de video ‘ [engelse vertaling video] ’ wordt bedoeld. Deze video alsmede de bestanden (afbeeldingen, videobestanden, tekst en audio) die vermoedelijk zijn gebruikt voor de vervaardiging van deze video, zijn aangetroffen op een harde schijf van de verdachte. Dit betreft een video uitgegeven door KMF waarin een dreigement klinkt richting de Westerse samenleving tijdens kerst. Er zijn beelden te zien van een animatie waarbij een explosief verpakt als cadeau ontploft te midden van toeschouwers bij een verlichte kerstboom, en beelden van verschillende grote steden zoals Moskou, New York, Londen en Sydney in kerstsferen. In de video is het logo van KMF weergeven.

Uit een andere chat van 18 december 2018 komt naar voren dat [profielnaam persoon B] namens de verdachte iemand als supervisor heeft aangewezen over alle afdelingen.

Ook worden sinds half december 2018 meerdere dagelijkse ISIS nieuwsjournaals door het (ISIS) “Agentschap Nasher News 8” in mp3 formaat aan de verdachte gestuurd.

Op 10 januari 2019 verstuurt de verdachte het op internet gepubliceerde document waarin de in de Verenigde Staten aangehouden [naam persoon A] door de FBI wordt aangeklaagd als zijnde lid van KMF.

Op 13 januari 2019 stuurt de verdachte in een chat een nieuw design/ontwerp van een afbeelding van een IS-soldaat ter publicatie aan eerder genoemde “ [profielnaam persoon C] ”. Op de afbeelding is te zien dat deze is bewerkt en dat linksboven het KMF logo zichtbaar is.

Harde schijf [kenmerk harde schijf 1]

Op deze harde schijf van de verdachte staan 120 videobestanden waarvan een zeer groot deel zeer gruwelijke ISIS gerelateerde of ISIS verheerlijkende beelden bevat. In één van deze video’s, genaamd ‘Parijs brandt’, wordt de aanslag op het kantoor van Charlie Hebdo in Parijs op 7 januari 2015 verheerlijkt. Het logo van KMF staat in deze video rechts in de hoek. Op de harde schijf van de verdachte zijn tevens videobestanden en afbeeldingen aangetroffen die vermoedelijk zijn gebruikt voor de vervaardiging van de video.

Tevens is een uitgave van het ISIS propaganda nieuwsblad Rumiya aangetroffen alsmede een enorm aantal afbeeldingen die ISIS gerelateerd zijn, zoals ISIS vlaggen, logo’s, executies, onthoofdingen, verminkingen, explosies, en verheerlijking van IS-oorlogshandelingen. Het KMF logo is op diverse afbeeldingen aangetroffen.

Ook staat op deze harde schijf de map “Khattab Foundation” dat een groot aantal submappen en bestanden (tekst, audio, video, etc.) gerelateerd aan het mediakanaal KMF bevat. Ook bevat deze map informatie over leden van KMF, de werkverdeling van de organisatie, publicaties uit het verleden en projecten voor de toekomst, en informatie over de relatie tussen KMF en andere mediakanalen. De map en de submappen bevatten geluidseffecten, audiobestanden, tekstbestanden, videobestanden en (digitale) afbeeldingen die gebruikt zijn of kunnen worden voor publicaties van KMF.

Tevens is op deze harde schijf het document ‘Kader van het Werk’ aangetroffen. Daarin staat een tabel waarin als taken worden genoemd: “Scenario”, “Redigeren”, “Design”, “Geluid” en “Publiceren”. Het gaat in het document om een voorgestelde werkverdeling voor de realisatie van één of meerdere publicaties van Khattab. De opsteller van het document spreekt over de taak van het “publiceren en overdragen”.

Harde schijf [kenmerk harde schijf 2]

Op deze harde schijf van de verdachte staan diverse Adobe Photoshop directories, een collectie geluidseffecten en een grote hoeveelheid software programma’s bestemd voor het bewerken van foto’s, grafische vormgeving en videobewerking. Ook zijn op deze harde schijf veel ISIS gerelateerde en bewerkte afbeeldingen opgeslagen. Aangezien veel afbeeldingen de extensie “.psd” hebben, is het aannemelijk dat dit afbeeldingen zijn die door de verdachte met behulp van Photoshop zijn bewerkt. Veel afbeeldingen hebben namelijk eerst een “.psd” extensie en zijn kennelijk met Photoshop bewerkt waarna ze met de extensie “.jpg” zijn opgeslagen. Door de bewerkte afbeeldingen als .jpg op te slaan kunnen deze door iedereen worden geopend in tegenstelling tot .psd bestanden die enkel met Photoshop kunnen worden geopend.

Harde schijf [kenmerk harde schijf 3]

Uit onderzoek naar de inhoud van deze harde schijf van de verdachte is naar voren gekomen dat deze vooral werd gebruikt voor het opslaan, vervaardigen en bewerken van afbeeldingen met een jihadistische, veelal aan ISIS te relateren, inhoud. In totaal zijn 46 verschillende uitgaven van het ISIS propaganda nieuwsblad “al-Naba” op deze harde schijf aangetroffen. Ook zijn 65 ISIS propaganda documenten aangetroffen waarop het logo van KMF is afgebeeld.

Conclusie

Het verweer wordt verworpen.

Uit het dossier volgt dat de verdachte niet alleen het gedachtegoed van IS aanhing, maar dat hij ook namens KMF met behulp van diverse software programma’s IS-propaganda produceerde en bewerkte. Ook had hij een actieve en coördinerende rol in het, via sociale media, doorsturen van IS-propaganda namens of ten behoeve van KMF.

Door het produceren, bewerken en verspreiden van IS-propaganda heeft de verdachte een aandeel gehad in de mediastrategie van IS, dan wel heeft hij dit ondersteund. Het gebruik van (sociale) media strekte tot de verwezenlijking van het oogmerk van IS, namelijk het stichten van een streng islamitische staat op het grondgebied van Syrië, waar een radicale versie van de sharia aan de burgerbevolking werd opgelegd. Dit ging gepaard met gruwelijke misdaden met het doel de bevolking ernstige vrees aan te jagen.

De voornoemde gedragingen van de verdachte kunnen naar hun uiterlijke verschijningsvorm, in onderling verband en samenhang bezien, worden aangemerkt als zijnde zozeer gericht op het deelnemen aan IS, het daarin een aandeel hebben en het verwezenlijken van criminele oogmerken van die organisatie dat het niet anders kan zijn dan dat zijn opzet daarop ook gericht is geweest.

De verdachte dient dan ook te worden aangemerkt als deelnemer aan IS als bedoeld in artikel 140a Sr .

In dit verband hecht de rechtbank eraan te wijzen op een publicatie van de AIVD over de huidige jihadistisch terroristische dreiging:

“ISIS heeft de afgelopen jaren ook laten zien dat het in staat is om potentiële aanslagplegers die niet in Irak en Syrië zijn getraind, te inspireren. Het mobiliserend vermogen van ISIS’ professionele propagandamachine is daarbij dodelijk succesvol gebleken. Door ISIS (-propaganda) geïnspireerde aanslagen komen tot stand zonder goedkeuring dan wel aansturing van het ISIS-leiderschap en vaak zonder contact met in Syrië en Irak verblijvende ISIS-leden. Dit betekent niet dat de aanslagplegers zogenaamde eenlingen zijn. De meeste plegers van deze geïnspireerde aanslagen maken ondanks dat zij de aanslag eigenstandig hebben voorbereid en uitgevoerd wel degelijk deel uit van een (virtueel) jihadistisch netwerk.”

Anders dan de officier van justitie is de rechtbank van oordeel dat uit het dossier niet blijkt dat de verdachte tezamen en in vereniging met (een) ander(en) heeft gehandeld. De verdachte zal dan ook worden vrijgesproken van het hem tenlastegelegde medeplegen.

Voorts is de rechtbank - anders dan de officier van justitie - van oordeel dat het dossier onvoldoende wettig en overtuigend bewijs bevat dat de verdachte reeds vanaf 1 januari 2012 IS-propaganda namens KMF produceerde, bewerkte en verspreidde. De rechtbank komt op basis van de bewijsmiddelen tot bewezenverklaring van een aanzienlijk kortere pleegperiode dan ten laste is gelegd.

Bewezenverklaring

In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:

hij in de periode van 1 januari 2017 tot en met 23 oktober 2019 in Nederland en Zweden,

heeft deelgenomen aan een terroristische organisatie, te weten Islamitische Staat (IS),

welke organisatie tot oogmerk heeft/ het plegen van terroristische misdrijven, te weten:

A. het opzettelijk brand stichten en/of een ontploffing teweegbrengen,

terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen en/of gevaar voor zwaar

lichamelijk letsel en/of levensgevaar voor een ander te duchten is en/of dit

feit iemands dood ten gevolge heeft (zoals bedoeld in artikel 157 Wetboek van

Strafrecht), (te) begaan met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in

artikel 176a van het Wetboek van Strafrecht ) en/of

B. doodslag (te) begaan met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in

artikel 288a van het Wetboek van Strafrecht ), en/of;

C. moord (te) begaan met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in artikel

289 jo. 83 van het Wetboek van Strafrecht), en/of;

D. de opzettelijke bevordering tot

eerder vermelde misdrijven (zoals bedoeld in artikel 176a en /of 289a en/of 96

lid 2 van het Wetboek van Strafrecht).

Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

5. Strafbaarheid feit

Het bewezen feit levert op:

deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van terroristische misdrijven.

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Het feit is dus strafbaar.

6. Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

7. Motivering straf

De straf die aan de verdachte wordt opgelegd is gegrond op de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.

De verdachte heeft zich binnen de bewezenverklaarde periode schuldig gemaakt aan deelname aan de terroristische organisatie IS, als hierboven overwogen. Zijn deelneming bestond, vanaf najaar 2018, uit het produceren, bewerken en verspreiden van IS-propaganda voor Khattab Media Foundation; een pro-IS online mediakanaal.

Op 29 juni 2014 heeft ISIL een islamitisch kalifaat uitgeroepen dat het door de organisatie veroverde gebied in Syrië en Irak omvat, en zich tegelijkertijd omgedoopt tot Islamitische Staat (IS). IS(IS), Al Qaida en daaraan gelieerde groepen in het Midden-Oosten zijn als terroristische groeperingen gebrandmerkt vanwege hun ongehoord wrede en de samenleving ontwrichtende daden. Zij hebben talloze doden op hun geweten, zijn (mede) verantwoordelijk voor de verschrikkelijke vernielingen van huizen, landbouw en infrastructuur en het ondraaglijk lijden en de angsten van velen en zij hebben, in naam van Allah, een bloedige sektarische strijd aangewakkerd. Tot op de dag van vandaag zijn de gevolgen hiervan voelbaar. Aan het onnoemlijk leed dat hierdoor is veroorzaakt heeft de verdachte bijgedragen en aan willen bijdragen door het produceren en bewerken van IS-propagandamateriaal en dit via sociale media te verspreiden. Voor dit veroorzaakte leed is de verdachte blind geweest en ter terechtzitting is niet gebleken dat de verdachte inmiddels tot inkeer is gekomen.

Hoewel de verdachte niet daadwerkelijk heeft deelgenomen aan de gewapende strijd in Syrië en/of Irak en dus zelf geen geweld tegen mensenlevens of dreiging daarmee heeft gepleegd, ligt het strafwaardige van verdachtes handelen in het feit dat hij door het produceren, bewerken en verspreiden van IS-propaganda materiaal de ideologische basis van IS heeft verstevigd en uitgebreid. De verdachte heeft door zijn handelen mogelijk ook anderen geïnspireerd om tot geweld (of dreiging daarmee) over te gaan.

De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 8 januari 2021, waaruit blijkt dat de verdachte in Nederland niet eerder is veroordeeld voor enig strafbaar feit.

Psychiater [naam psychiater] , GZ-psycholoog [naam GZ-psycholoog] en forensisch milieuonderzoeker [naam forensisch milieuonderzoeker]

, hebben een gedragskundig onderzoek omtrent de verdachte ingesteld. Uit het door hen hierover opgestelde rapport, gedateerd 1 februari 2021, komt naar voren dat bij de verdachte ten tijde van het ten laste gelegde geen sprake was van psychopathologie en dat hij dus volledig toerekeningsvatbaar wordt geacht. Daarom is een behandeling in een juridisch kader niet geïndiceerd.

Ook heeft de rechtbank kennis genomen van de inhoud van het rapport van 1 februari 2021 dat Reclassering Nederland over de verdachte heeft opgemaakt en uitgebracht.

Straf

De verdediging heeft verzocht om in geval van veroordeling geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen die langer is dan de tijd die de verdachte reeds in voorarrest en in vreemdelingenbewaring heeft doorgebracht.

De rechtbank ziet hiervoor geen aanleiding, omdat vanwege de grote dreiging die uitgaat van terroristische organisaties, alleen al de deelneming daaraan wordt bedreigd met een gevangenisstraf van aanzienlijke duur.

Bij de vaststelling van de duur van de aan de verdachte op te leggen gevangenisstraf heeft de rechtbank acht geslagen op straffen die in min of meer vergelijkbare zaken zijn opgelegd, waarbij de pleegperiode en de rol van de verdachte binnen de terroristische organisatie van belang zijn.

Als strafverzwarende omstandigheid weegt de rechtbank mee dat de verdachte juist ná het uitroepen van het kalifaat - een periode waarin de organisatie meer terroristische aanslagen heeft gepleegd en op gewelddadige wijze burgers heeft geëxecuteerd - aan IS heeft deelgenomen en dat hij een belangrijke en grote rol had binnen KMF. Evenwel komt de rechtbank tot een aanmerkelijk lagere straf dan door de officier van justitie is gevorderd, omdat zij een veel kortere periode bewezen acht dan de officier van justitie.

Nu de reclassering begeleiding en bijzondere voorwaarden noodzakelijk acht, en de verdachte zich bovendien ter terechtzitting bereid heeft verklaard tot naleving van alle door de reclassering noodzakelijk geachte bijzondere voorwaarden, zal de rechtbank een deel van de voorgenomen gevangenisstraf voorwaardelijk opleggen. Dit voorwaardelijk strafdeel dient er tevens toe de verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen.

Slotsom

Het voorgaande overwegende acht de rechtbank de hierna te noemen straffen, waaronder de hieronder besproken verbeurdverklaringen, passend en geboden met een proeftijd van drie jaren en met oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals door de reclassering geadviseerd, waaronder het steekproefsgewijs laten controleren van de digitale gegevensdragers van de verdachte.

Anders dan de officier van justitie, ziet de rechtbank geen aanleiding om de maatregel strekkende tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking als bedoeld in artikel 38z Sr op te leggen. Aan de wettelijke vereisten voor oplegging van deze maatregel is naar het oordeel van de rechtbank niet voldaan, omdat de verdachte door het verspreiden van propaganda voor IS, zich niet - feitelijk - schuldig heeft gemaakt aan een geweldsdelict dat is gericht tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van personen. Om diezelfde reden ziet de rechtbank evenmin aanleiding om de bijzondere voorwaarden dadelijk uitvoerbaar te verklaren.

8. In beslag genomen voorwerpen

De in beslag genomen voorwerpen vermeld op de beslaglijst onder 1, 2 en 5 tot en met 11 zullen worden verbeurd verklaard, omdat het bewezen feit met behulp van deze voorwerpen is begaan.

Ten aanzien van de in beslag genomen voorwerpen vermeld op de beslaglijst onder 3 en 4 zal een last worden gegeven tot teruggave aan de verdachte.

9. Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 14a, 14b, 14c, 33, 33a en 140a van het Wetboek van Strafrecht .

10. Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

11 .Beslissing

De rechtbank:

verklaart bewezen, dat de verdachte het ten laste gelegde feit, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;

verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;

stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert het hiervoor vermelde strafbare feit;

verklaart de verdachte strafbaar;

veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 42 (tweeënveertig) maanden;

bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte, groot 6 (zes) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;

verbindt hieraan een proeftijd, die wordt gesteld op 3 (drie) jaar;

tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft en ook als de veroordeelde gedurende de proeftijd een bijzondere voorwaarde niet naleeft of een voorwaarde die daaraan van rechtswege is verbonden;

stelt als algemene voorwaarde dat de veroordeelde zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig zal maken;

stelt als bijzondere voorwaarden:

1. de veroordeelde zal zich melden bij Reclassering Nederland, zolang en frequent als die reclasseringsinstelling noodzakelijk vindt, waaronder ook valt het meewerken aan huisbezoeken. Daarbij bepaalt de reclassering welke gespreksonderwerpen van belang zijn om een inschatting te kunnen maken van de recidive- en veiligheidsrisico’s;

2. de veroordeelde zal op geen enkele wijze - direct of indirect - contact (laten) opnemen, zoeken of hebben met onderstaande personen, zolang het openbaar ministerie dit verbod noodzakelijk vindt:

 [naam persoon D] , geboortedatum [geboortedatum D] ;

 personen met wie de veroordeelde op de terroristenafdeling van P.I. Vught en P.I. De Schie heeft verbleven.

De politie ziet toe op handhaving van dit contactverbod;

3. de veroordeelde zal zich onthouden van propaganda activiteiten voor IS, dan wel een andere terroristische organisatie, op sociale media platforms.

Ten behoeve van de naleving van deze verplichting is de veroordeelde verder verplicht zijn medewerking te verlenen aan het steekproefsgewijs laten controleren van zijn digitale gegevensdragers. De reclassering bepaalt in overleg met de officier van justitie in welke gevallen, op welke manier, door wie, hoe vaak en wanneer de feitelijke controle plaatsvindt.

De medewerking dient uit het volgende te bestaan:

 de veroordeelde moet maximaal 12 maal per jaar in het kader en ten behoeve van die controle aan de reclassering en eventueel door de reclassering uitgenodigde politiemedewerkers de toegang verschaffen tot zijn woning;

 de veroordeelde moet dan op verzoek van de reclassering al zijn digitale gegevensdragers ter beschikking stellen dan wel overhandigen aan de reclasserings- of politiemedewerkers;

 de veroordeelde moet de reclassering dan wel de door hen uitgenodigde politiemedewerkers de toegang verschaffen tot alle aanwezige digitale gegevensdragers, bijvoorbeeld door het geven van de benodigde wachtwoorden;

4. de veroordeelde zal zijn medewerking verlenen aan een traject gericht op het verkrijgen en het behouden van een structurele en zinvolle (betaalde) dagbesteding;

verstaat dat van rechtswege de volgende voorwaarden zijn verbonden aan de hierboven genoemde bijzondere voorwaarden

- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;

- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, daaronder begrepen de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht;

geeft aan genoemde reclasseringsinstelling opdracht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;

geeft aan Reclassering Nederland opdracht elektronisch toezicht te houden op de naleving van de onder 1 genoemde bijzondere voorwaarde en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;

beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;

beslist ten aanzien van de voorwerpen, geplaatst op de lijst van inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen (Bijlage III) als volgt:

- verklaart verbeurd als bijkomende straf: de achter nummers 1, 2 en 5 tot en met 11 genoemde voorwerpen;

- gelast de teruggave aan de verdachte van: de achter nummers 3 en 4 genoemde voorwerpen.

Dit vonnis is gewezen door:

mr. J. van der Groen, voorzitter,

en mrs. V.M. de Winkel en L. Amperse, rechters,

in tegenwoordigheid van mr. J.A.N. Maat, griffier,

en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 18 februari 2021.

De griffier is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.

Bijlage I

Tekst nader omschreven tenlastelegging

Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat

hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2012

tot en met 23 oktober 2019 in Nederland en/of Zweden,

tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,

heeft deelgenomen aan een of meer terroristische organisatie(s), te weten

Islamitische Staat (IS), dan wel Islamic State of lraq and al-Sham (ISIS)

en/of Islamic State of Iraq and the Levant (ISIL), althans een aan voornoemde

organisatie(s) gelieerde Jihadistische strijdgroep, althans (een)

organisatie(s) die de gewapende jihadstrijd voorstaat/voorstaan,

welke organisatie(s) tot oogmerk had(den) en/of heeft/hebben het plegen van

terroristische misdrijven, te weten:

A. het opzettelijk brand stichten en/of een ontploffing teweegbrengen,

terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen en/of gevaar voor zwaar

lichamelijk letsel en/of levensgevaar voor een ander te duchten is en/of dit

feit iemands dood ten gevolge heeft (zoals bedoeld in artikel 157 Wetboek van

Strafrecht), (te) begaan met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in

artikel 176a van het Wetboek van Strafrecht ) en/of

B. doodslag (te) begaan met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in

artikel 288a van het Wetboek van Strafrecht ), en/of;

C. moord (te) begaan met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in artikel

289 jo. 83 van het Wetboek van Strafrecht), en/of;

D. de samenspanning en/of opzettelijke voorbereiding van en/of bevordering tot

eerder vermelde misdrijven (zoals bedoeld in artikel 176a en /of 289a en/of 96

lid 2 van het Wetboek van Strafrecht);

(art. 140a Wetboek van Strafrecht)

Kennisdocument “Van opstand naar Jihad”, afkomstig van de Dienst Landelijke Recherche d.d. 18 januari 2018, p. 248.

Zie Hoge Raad 18 november 1997, NJ 1998, 225.

Zie Hoge Raad 3 juli 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW5161.

Zie Hoge Raad 8 oktober 2002, ECLI:NL:HR:2002:AE3565.

Dat wil zeggen geproduceerd door leden of aanhangers van IS.

Einddossier [naam dossier] , p. 416 en 422.

Einddossier [naam dossier] , p. 440.

Einddossier [naam dossier] , p. 418.

AIVD-publicatie ‘De erfenis van Syrië, mondiaal jihadisme blijft dreiging voor Europa’, gedateerd 5 november 2018, pagina 11, zie https://www.aivd.nl/actueel/nieuws/2018/11/05/de-erfenis-van-syrie-jihadistisch-terroristische-dreiging-houdt-aan.

Kennisdocument “Van opstand naar Jihad”, afkomstig van de Dienst Landelijke Recherche d.d. 18 januari 2018, pagina 35.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature