U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:
Instantie:

Inhoudsindicatie:

verzoekschrift ondertoezichtstelling voor drie minderjarigen met een verzoek machtiging gesloten jeugdhulp voor een van de minderjarigen.

Uitspraak



beschikking

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd

zaakgegevens: C/10/609097 / JE RK 20-3354

datum uitspraak: 15 december 2020

beschikking verlenging ondertoezichtstelling en machtiging gesloten jeugdhulp

in de zaak van

de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond,

hierna te noemen de GI, gevestigd te Rotterdam,

betreffende

[naam minderjarige 1] ,

geboren op [geboortedatum minderjarige 1] 2003 te [geboorteplaats minderjarige 1] , hierna te noemen [voornaam minderjarige 1] ,

[naam minderjarige 2] ,

geboren op [geboortedatum minderjarige 2] 2008 te [geboorteplaats minderjarige 2] , hierna te noemen [voornaam minderjarige 2] ,

[naam minderjarige 3] ,

geboren op [geboortedatum minderjarige 3] 2013 te [geboorteplaats minderjarige 3] , hierna te noemen [voornaam minderjarige 3] .

De kinderrechter merkt als belanghebbende aan:

[naam vader] ,

hierna te noemen de vader, gevestigd te [plaats] .

Het procesverloop

Het procesverloop blijkt uit de volgende stukken:

- het verzoekschrift met bijlagen van de GI van 17 november 2020, ingekomen bij de griffie op 1 december 2020,

- het verzoekschrift met bijlagen van de GI van 19 november 2020, ingekomen bij de griffie op 1 december 2020,

- de verklaring d.d. 23 november 2020 dat een voorziening nodig is op het gebied van jeugdhulp en verblijf niet zijnde verblijf bij een pleegouder,

- de instemmende verklaring van de gekwalificeerde gedragswetenschapper, ingekomen bij de griffie op 11 december 2020 .

Op 15 december 2020 heeft de kinderrechter de zaak ter zitting met gesloten deuren behandeld.

Gehoord zijn:

- [voornaam minderjarige 1] , die tevens voorafgaand aan de zitting telefonisch is gehoord, in het bijzijn van zijn advocaat, mr. R. Tetteroo,

- [voornaam minderjarige 2] , die voorafgaand apart is gehoord,

- de vader,

- een tweetal vertegenwoordigsters van de GI, mw. [naam vertegenwoordigster 1] , mw. [naam vertegenwoordigster 2] .

De feiten Het ouderlijk gezag over [voornaam minderjarige 1] , [voornaam minderjarige 2] en [voornaam minderjarige 3] wordt uitgeoefend door de vader.

[voornaam minderjarige 2] en [voornaam minderjarige 3] wonen bij de vader.

[voornaam minderjarige 1] verblijft op een gesloten groep bij Schakenbosch.

Bij beschikking van 14 januari 2020 zijn [voornaam minderjarige 1] , [voornaam minderjarige 2] en [voornaam minderjarige 3] onder toezicht gesteld tot 14 januari 2021.

Bij beschikking van 19 november 2020 is een machtiging gesloten jeugdhulp betreffende [voornaam minderjarige 1] verleend tot 14 januari 2021.

Het verzoek

De GI heeft verzocht de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige 1] , [voornaam minderjarige 2] en [voornaam minderjarige 3] te verlengen voor de duur van één jaar. Tevens is verzocht [voornaam minderjarige 1] te doen opnemen en verblijven in een instelling voor gesloten jeugdhulp voor de duur van zes maanden.

De GI heeft zijn verzoek ter zitting gehandhaafd en als volgt toegelicht. De GI denkt dat [voornaam minderjarige 1] nu enkel zijn medewerking verleent zodat hij terug kan naar zijn vrienden, waardoor het eerder al fout is gegaan. De GI vreest dat [voornaam minderjarige 1] bij een te snelle terugplaatsing bij de vader terug zal vallen in hetzelfde zorgelijke gedrag. Daarbij komt dat de noodzakelijke behandeling van [voornaam minderjarige 1] nog niet is gestart door de overdracht van de behandeling van Yulius aan Schakenbosch. [voornaam minderjarige 1] staat op het moment op de wachtlijst voor behandeling bij Schakenbosch. Het is van belang dat [voornaam minderjarige 1] zo spoedig mogelijk de hulp en behandeling krijgt die hij nodig heeft en dat zijn schoolgang goed verloopt. Het toezicht op de schoolgang van [voornaam minderjarige 1] ligt nu bij Schakenbosch. Het toekomstperspectief van [voornaam minderjarige 1] is terugplaatsing bij de vader wanneer de situatie dit toelaat. Voordat hier sprake van kan zijn, moet allereerst worden bezien of [voornaam minderjarige 1] zich aan de schorsingsvoorwaarden houdt en hoe de uitbreiding van het verlof verloopt.

Ook [voornaam minderjarige 2] en [voornaam minderjarige 3] hebbende passende hulp en behandeling nodig. [voornaam minderjarige 2] heeft suïcidale uitspraken gedaan, waar grote zorgen over bestaan en passende hulp voor moet komen. Met betrekking tot [voornaam minderjarige 3] is een zorgmelding binnengekomen over zijn zorgelijke gedrag op school. Met de school moet worden besproken hoe deze problematiek verholpen kan worden, om te voorkomen dat [voornaam minderjarige 3] van school wordt gestuurd. Op dit moment krijgen [voornaam minderjarige 2] en [voornaam minderjarige 3] speltherapie. De komende periode wil de GI inzetten op systeemtherapie, waar de vader voor open staat.

De standpunten

[voornaam minderjarige 1] begrijpt waarom hij gesloten is geplaatst, maar is van mening dat hij grote stappen vooruit heeft gemaakt en het inmiddels beter met hem gaat, waardoor een gesloten plaatsing niet langer nodig is. De komende periode wil hij toewerken naar een thuisplaatsing bij de vader door te laten zien dat hij zich aan de schorsingsvoorwaarden kan houden. Daarbij is van belang dat hij goed gedrag laat zien, niet wegloopt en zich aan de regels houdt. De advocaat van [voornaam minderjarige 1] heeft aangegeven dat het van belang is dat er snel duidelijkheid komt over het toekomstperspectief van [voornaam minderjarige 1] en dat zo spoedig mogelijk met de benodigde behandeling wordt gestart. De advocaat verzoekt dan ook om de machtiging gesloten jeugdhulp voor de duur van drie maanden te verlenen en het verzoek voor het overige aan te houden, om een vinger aan de pols te houden.

De vader staat achter het verzoek van de GI voor zover het [voornaam minderjarige 1] betreft. De vader wil [voornaam minderjarige 1] graag weer thuis kunnen ontvangen, echter wil de vader niet te hard van stapel lopen met een te snelle terugplaatsing. De vader moet [voornaam minderjarige 1] eerst weer volledig kunnen vertrouwen. Het belangrijkste voor [voornaam minderjarige 1] is de start van de noodzakelijke behandeling. Door de overdracht van de uitvoering van de behandeling van Yulius naar Schakenbosch wacht [voornaam minderjarige 1] al te lang op de start van zijn behandeling, hetgeen de vader frustreert. De vader heeft een dubbel gevoel bij het verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige 2] en [voornaam minderjarige 3] . Enerzijds ervaart de vader steun van de GI, met name wanneer het de gedragsproblematiek van [voornaam minderjarige 3] betreft. Anderzijds frustreert het de vader dat de kinderen zo lang moeten wachten op de benodigde hulpverlening, waardoor de toegevoegde waarde van een verlenging lijkt te ontbreken.

De beoordeling

Ten aanzien van de ondertoezichtstelling

Uit de overgelegde stukken en de behandeling ter zitting blijkt dat [voornaam minderjarige 1] , [voornaam minderjarige 2] en [voornaam minderjarige 3] nog altijd in hun ontwikkeling worden bedreigd. De kinderen hebben een belast verleden. Daarbij komt dat de gebeurtenissen van de afgelopen maanden zeer ingrijpend zijn geweest voor het gehele gezin. Alle drie de kinderen laten zorgelijk gedrag zien, waarbij [voornaam minderjarige 1] en [voornaam minderjarige 2] suïcidale uitspraken doen.

Hoewel de vader zijn medewerking verleent aan de hulpverlening, is de vader nog onvoldoende in staat voornoemde zorgen weg te nemen. Gezien alle zorgelijke ontwikkelingen en omstandigheden van dit jaar, in het bijzonder het overlijden van de moeder, is het van belang dat de komende periode toezicht blijft op de ontwikkeling van de kinderen. Het is daarbij van belang dat een professional mee blijft kijken in de thuissituatie bij de vader, om erop toe te zien dat de vader zijn medewerking aan de noodzakelijke hulpverlening blijft verlenen en dat de vader ook van de hulpverlening kan profiteren. De kinderen dienen de hulpverlening en behandeling te krijgen die zij nodig hebben. De verlenging van de ondertoezichtstelling van de kinderen is noodzakelijk om zowel de emotionele als fysieke veiligheid van de kinderen te kunnen waarborgen.

Uit het voorgaande volgt dat is voldaan aan het wettelijke criterium genoemd in artikel 1:255 van het Burgerlijk Wetboek . De kinderrechter zal daarom de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige 1] , [voornaam minderjarige 2] en [voornaam minderjarige 3] verlengen voor de duur van zes maanden, tot 14 juli 2021.

Ten aanzien van de machtiging gesloten jeugdhulp betreffende [voornaam minderjarige 1]

Gelet op het bepaalde in artikel 6.1.2, tweede lid, Jeugdwet kan een machtiging gesloten jeugdhulp slechts worden verleend indien naar het oordeel van de kinderrechter deze jeugdhulp noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van de jeugdige naar volwassenheid ernstig belemmeren. Bovendien dient de opneming en verblijf noodzakelijk te zijn om te voorkomen dat de jeugdige zich aan deze jeugdhulp onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken. Naar het oordeel van de kinderrechter is hier sprake van.

Uit de overgelegde stukken en de behandeling ter zitting blijkt dat er bij [voornaam minderjarige 1] , die bekend is met ADHD en een licht verstandelijke beperking gepaard gaande met impulsiviteit, onder andere sprake is van suïcidale uitspraken, middelengebruik en zelfbepalend gedrag. [voornaam minderjarige 1] heeft geringe emotieregulatievaardigheden. Wanneer emoties oplopen, uit hij dit in fysiek agressief gedrag. Voor de controle over zijn gedrag is hij afhankelijk van anderen. Gezien zijn problematiek heeft hij behoefte aan een duidelijke structuur in een veilige omgeving. Deze structuur wordt hem op de gesloten groep bij Schakenbosch geboden. Door de overdracht van de uitvoering van de behandeling van Yulius aan Schakenbosch heeft echter tot nu toe geen behandeling plaatsgevonden.

De kinderrechter is met de gedragswetenschapper van oordeel dat [voornaam minderjarige 1] mede gelet op zijn leeftijd zo snel mogelijk behandeling gericht op zijn problematiek moet krijgen, te weten gericht op verlies, trauma en gevoelens van depressie, maar ook op het leren omgaan met de gedragsproblemen. Vanwege het risico op onttrekking is het starten van de behandeling op de gesloten groep noodzakelijk, maar zodra dat mogelijk is moet worden overgaan naar een behandeling in een open setting. Daarbij moet worden bezien of het mogelijk is dat [voornaam minderjarige 1] weer thuis kan gaan wonen.

Gelet op het voorgaande acht de kinderrechter het van belang om een vinger aan de pols te houden rondom de situatie van [voornaam minderjarige 1] . De kinderrechter ziet daarom aanleiding om de machtiging gesloten jeugdhulp betreffende [voornaam minderjarige 1] te verlenen voor de duur van drie maanden en de beslissing op het verzoek voor het overige aan te houden.

De GI wordt verzocht om uiterlijk twee weken voorafgaand aan de hierna vermelde datum een briefrapportage (met afschrift aan de vader en de advocaat) te overleggen over de dan actuele stand van zaken en aan te geven of het verzoek voor het overig verzochte wordt gehandhaafd en indien dat het geval is een recente verklaring van een gekwalificeerde gedragswetenschapper te overleggen.

De beslissing

De kinderrechter:

verlengt de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige 1] , [voornaam minderjarige 2] en [voornaam minderjarige 3] tot 14 juli 2021;

verleent een machtiging gesloten jeugdhulp betreffende [voornaam minderjarige 1] tot uiterlijk 14 april 2021;

verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;

en alvorens verder te beslissen:

houdt de beslissing voor het overige verzochte aan en bepaalt dat het verhoor van de GI, de belanghebbenden en mr. R. Tetteroo in deze zaak zal plaatsvinden op 23 maart 2021 te 15:00 uur in het gerechtsgebouw te Rotterdam, Wilhelminaplein 100/125;

de zaak zal op genoemde datum en tijdstip, behoudens onvoorziene omstandigheden, worden behandeld door mr. G.M. Paling, kinderrechter;

bepaalt dat een afschrift van deze beschikking geldt als oproeping van de GI en de vader;

gelast de oproeping van [voornaam minderjarige 1] en zijn advocaat tegen voormelde zittingsdatum en tijdstip;

verzoekt de GI uiterlijk twee weken voor de genoemde datum de kinderrechter (met afschrift aan de vader en de advocaat) de verzochte rapportage en een eventuele verklaring van een gekwalificeerde gedragswetenschapper te doen toekomen.

Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 15 december 2020 door mr. G.M. Paling, kinderrechter, in tegenwoordigheid van F.J.A. Jorens als griffier.

De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 31 december 2020.

Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:

- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,

- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.

Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend ter griffie van het gerechtshofDen Haag.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature