E-mail deze uitspraak

Uitspraak waar naar gelinkt wordt vanuit de e-mail die gestuurd zal worden:

ECLI:NL:RBROE:2011:BU4370
LJN BU4370, Rechtbank Roermond, Awb 11/468

Inhoudsindicatie:

Eiser is woonachtig in Nederland en werkt sinds 2007 in Duitsland. Voordien heeft hij enige tijd in Nederland gewerkt. Hij heeft in 2010 bij een aanvraag ingediend voor een voorziening op grond van de Wet WIA. Deze aanvraag heeft verweerder afgewezen. Het beroep hiertegen wordt ongegrond verklaard. De rechtbank overweegt allereerst dat het betoog geen doel treft dat naast de Duitse wetgeving ook de Wet WIA op hem van toepassing is omdat hij op grond van artikel 46 van Verordening Nr. 883 /2004 recht zou hebben op een Nederlandse WIA-uitkering. Aangezien in Duitsland werkzaam is, is op grond van artikel 11 van de Verordening – een bepaling met exclusieve werking – enkel Duits recht van toepassing op zijn aanvraag. Er is geen verband te leggen tussen de bepalingen in de zin dat artikel 46 van de Verordening een nadere invulling aan artikel 11 van de Verordening zou geven. De rechtbank overweegt verder dat het beroep op het Petroni-beginsel geen doel treft, omdat geen reeds in Nederland verworven recht op grond van artikel 35 van de Wet WIA had dat hij is verloren door gebruik te maken van zijn recht op vrij verkeer. Daarnaast maakt het feit dat bij arbeidsongeschiktheid op grond van artikel 46 van de Verordening wegens tijdvakken van verzekering in het verleden recht zou kunnen doen gelden op een pro rata WIA-uitkering, niet dat hij ook ten tijde van zijn aanvraag voor de Wet WIA als verzekerde moet worden beschouwd.

Van


Aan


Opmerkingen (optioneel)


E-mail

Terug

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie