De rechtbank veroordeelt verdachte voor opzettelijk een minderjarige onttrekken aan het wettig over hem gesteld gezag en aan het opzicht van degene die dit desbevoegd over hem uitoefent tot een gevangenisstraf voor de duur van 180 dagen met aftrek van voorarrest waarvan 159 voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren.
De rechtbank legt als vrijheidsbeperkende maatregel op dat verdachte zich voor de duur van twee jaren niet mag ophouden in Kaatsheuvel.