Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Zittingsplaats:

Inhoudsindicatie:

De rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, heeft op 24 juni 2022 een verdachte integraal vrijgesproken van een geweldsdelict. De rechtbank is van oordeel dat uit de stukken en de behandeling ter zitting onvoldoende naar voren is gekomen dat verdachte een bijdrage heeft geleverd aan de geweldshandelingen.

Uitspraak



Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht Locatie

Leeuwarden

parketnummer 18/320417-21

Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 24 juni 2022 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 2005 te [geboorteplaats] , wonende te [woonplaats] , [straatnaam] .

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 10 juni 2022.

Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. D.M. Leutenegger, advocaat te Bolsward. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. R. van der Heide.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:

primair hij op of omstreeks 25 november 2021 te Drachten, (althans) in de gemeente Smallingerland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer] opzettelijk van het leven te beroven, (die [slachtoffer] ) naar de grond heeft/hebben gewerkt en/of meermalen en/of met kracht en/of met geschoeide voet(en) in/op en/of tegen het gezicht/hoofd en/of (elders) op en/of tegen het lichaam heeft/hebben geschopt/getrapt en/of meermalen en/of met kracht en/of met de vuist(en) in/op en/of tegen het gezicht/hoofd en/of (elders) op en/of tegen het lichaam heeft/hebben geslagen/gestompt, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

subsidiair

hij op of omstreeks 25 november 2021 te Drachten, (althans) in de gemeente Smallingerland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, aan [slachtoffer] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, te weten een of meerdere scheuren en/of breuken in de schedel en/of zwellingen in het gezicht en/of een gescheurde wenkbrauw, heeft toegebracht, door (die [slachtoffer] ) naar/tegen de grond te werken en/of meermalen en/of met kracht en/of met geschoeide voet(en) in/op en/of tegen het gezicht/hoofd en/of (elders) op en/of tegen het lichaam te schoppen/trappen en/of meermalen en/of met kracht en/of met de vuist(en) in/op en/of tegen het gezicht/hoofd en/of (elders) op en/of tegen het lichaam te slaan/stompen;

meer subsidiair hij op of omstreeks 25 november 2021 te Drachten, (althans) in de gemeente Smallingerland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan [slachtoffer] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, (die [slachtoffer] ) naar de grond heeft/hebben gewerkt en/of meermalen en/of met kracht en/of met geschoeide voet(en) in/op en/of tegen het gezicht/hoofd en/of

(elders) op en/of tegen het lichaam heeft/hebben geschopt/getrapt en/of meermalen en/of met kracht en/of met de vuist(en) in/op en/of tegen het gezicht/hoofd en/of (elders) op en/of tegen het lichaam heeft/hebben geslagen/gestompt, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

meest subsidiair hij op of omstreeks 25 november 2021 te Drachten, (althans) in de gemeente Smallingerland openlijk, te weten, op/aan/bij het Museumplein, in elk geval op of aan de openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een persoon en/of een goed te weten [slachtoffer] door (die [slachtoffer] ) meermalen en/of met kracht en/of met de vuist(en) in/op en/of tegen het gezicht/hoofd en/of (elders) op en/of tegen het lichaam te slaan/stompen en/of naar/tegen de grond te werken en/of meermalen en/of met kracht en/of met geschoeide voet(en) in/op en/of tegen het gezicht/hoofd en/of (elders) op en/of tegen het lichaam te schoppen/trappen;

of

hij op of omstreeks 25 november 2021 te Drachten, (althans) in de gemeente Smallingerland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, [slachtoffer] heeft mishandeld, door hem meermalen en/of met kracht en/of met de vuist(en) in/op en/of tegen het gezicht/hoofd en/of (elders) op en/of tegen het lichaam te slaan/stompen en/of naar/tegen de grond te werken en/of meermalen en/of met kracht en/of met geschoeide voet(en) in/op en/of tegen het gezicht/hoofd en/of (elders) op en/of tegen het lichaam te schoppen/trappen.

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft vrijspraak gevorderd van het primair, subsidiair, meer subsidiair en meest subsidiair ten laste gelegde. Zij heeft daartoe gemotiveerd aangevoerd dat er zich in het dossier onvoldoende bewijsmiddelen bevinden waaruit blijkt dat verdachte een significante bijdrage aan het geweld heeft geleverd. Evenmin kan worden vastgesteld dat sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking en waar die samenwerking uit bestond. Tot slot heeft de officier van justitie aangevoerd dat aan aangever slechts één foto van verdachte is getoond en aangever pas daarna een signalement van verdachte heeft gegeven. Het tonen van die enkele foto is sturend geweest en de herkenning door aangever kan daarom niet als zelfstandig bewijsmiddel worden gebruikt.

Standpunt van de verdediging

De raadsvrouw heeft betoogd dat op grond van het procesdossier niet wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard dat verdachte zich schuldig zou hebben gemaakt aan het slaan/schoppen van aangever, dan wel aan enige andere handeling jegens aangever. De raadsvrouw heeft daartoe het volgende aangevoerd.

Verdachte voldoet niet aan de door aangever gegeven omschrijving, omdat verdachte tijdens zijn aanhouding een blauw trainingspak (vest en broek) en een zwarte bodywarmer droeg. Verder heeft verdachte een fors postuur. Daarnaast blijkt uit de beelden dat aangever, kort nadat hij omsingeld werd, geslagen is door een jongen met een slank postuur die in het zwart gekleed was. Daaruit kan geconcludeerd worden dat verdachte in ieder geval aan het begin van het incident niet aanwezig was. Aan de herkenning van verdachte door aangever en de getuige [naam 2] kan volgens de raadsvrouw geen bewijswaarde worden toegekend, omdat aan hen een enkele foto is getoond en het risico op een vals-positief resultaat bij een dergelijke gang van zaken erg groot is, zoals blijkt uit de gedragswetenschappelijke literatuur en jurisprudentie.

Daarbij maakt tijdsverloop het resultaat nog onbetrouwbaarder. Tot slot heeft de raadsvrouw aangevoerd dat, afgezien van aangever, geen van de getuigen heeft verklaard dat verdachte geslagen of geschopt zou hebben. De getuige [naam 1] heeft verklaard dat hij de in het blauw geklede jongen die in de Double FF is aangetroffen, niet heeft gezien bij de mishandeling. Verdachte dient daarom integraal te worden vrijgesproken, aldus de raadsvrouw.

Oordeel van de rechtbank

De rechtbank is met de officier van justitie en de raadsvrouw van oordeel dat uit de in het dossier opgenomen stukken en het verhandelde ter terechtzitting onvoldoende naar voren komt dat verdachte een bijdrage heeft geleverd aan de geweldshandelingen tegen aangever.

De rechtbank overweegt daartoe het volgende.

Op 25 november 2021 is aangever in Drachten door een groep jongeren belaagd. Aangever is daarbij geslagen en geschopt, ook tegen het hoofd en ook terwijl hij op de grond lag. Aangever heeft daarbij letsel opgelopen. De politie heeft daarna op aanwijzingen van een getuige in de buurt waar het geweld had plaatsgevonden, twee jongeren aangehouden, waaronder verdachte. Verdachte heeft bij de politie en ter zitting ontkend dat hij het slachtoffer heeft geslagen en/of geschopt of anderszins een bijdrage heeft geleverd aan het geweld tegen het slachtoffer.

Uit de aangifte blijkt dat aangever -onder meer- heeft verklaard dat hij door een groep jongens werd omsingeld. Kort daarna werd hij door één van die jongens in zijn gezicht geslagen. Vervolgens werd hij door een andere jongen geslagen. Aangever heeft later aan de hand van een foto verdachte aangewezen als degene die de eerste klappen zou hebben gegeven. Ook heeft hij een signalement van verdachte gegeven.

In het dossier bevindt zich een filmpje. De rechtbank maakt uit die beelden (die ook ter zitting zijn getoond) op dat de kleding en het postuur van de persoon die aangever als eerste heeft geslagen, niet overeenkomen met de kleding die verdachte bij zijn aanhouding droeg en het postuur van verdachte. Daarnaast zijn door de politie diverse getuigen gehoord. Geen van die getuigen heeft verklaard dat verdachte geweldshandelingen tegen aangever heeft gepleegd.

De rechtbank zal verdachte daarom vrijspreken van het primair, subsidiair, meer subsidiair en meest subsidiair ten laste gelegde, omdat dit niet wettig en overtuigend kan worden bewezen.

Benadeelde partij

[slachtoffer] heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding waarbij de benadeelde partij heeft aangegeven dat hij een eventuele vergoeding voor alle proceskosten wenst. De benadeelde partij heeft geen bedrag aangegeven.

Standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft aangevoerd dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk is in zijn vordering, omdat verdachte moet worden vrijgesproken.

Standpunt van de verdediging

De raadsvrouw heeft ook bepleit dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk moet worden verklaard in zijn vordering.

Oordeel van de rechtbank

De rechtbank acht de feiten niet bewezen. De benadeelde partij zal daarom niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte primair, subsidiair, meer subsidiair en meest subsidiair is ten laste gelegd en spreekt verdachte daarvan vrij.

Bepaalt dat de benadeelde partij [slachtoffer] in de vordering niet ontvankelijk is en dat dit deel van de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.

Bepaalt dat deze benadeelde partij en verdachte de eigen kosten dragen.

Dit vonnis is gewezen door mr. M.C. van Linde, voorzitter, mr. M.J. Dijkstra, kinderrechter, en mr. B.F. Hammerle, rechter, bijgestaan door D.P. Postma-Westerhof, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 24 juni 2022.

Mr. Dijkstra is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature