U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:
Vindplaatsen:

Inhoudsindicatie:

Kort geding. Huurovereenkomst voor bepaalde tijd. Verplichting van verhuurder tot tijdig informeren van huurder over de dag waarop de huur verstrijkt ex art. 7:271 lid 1 BW.

Is het einde van de huurovereenkomst voor bepaalde tijd aangezegd? Redelijkheid en billijkheid. Vordering tot ontruiming toegewezen.

Uitspraak



RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling Privaatrecht

Locatie Groningen

Zaak-/rolnummer: 9707767 VV EXPL 22-20

Vonnis in kort geding van 21 april 2022

inzake

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Groningse Panden Beheer B.V.,

gevestigd te Groningen,

eiseres,

gemachtigde mr. R. Bosman, advocaat te Rotterdam,

tegen

1 [gedaagde 1] ,

wonende te ( [postcode 1] ) Groningen, [straatnaam 1] [huisnummer 1] & [huisnummer 2] ,

gedaagde sub 1,

gemachtigde mr. R.A. van Elst, advocaat te Groningen.

2. [gedaagde 2] , 3. [gedaagde 3] , 4. [gedaagde 4] , 5. [gedaagde 5] , 6. [gedaagde 6] ,

allen wonende te ( [postcode 1] ) Groningen, [straatnaam 1] [huisnummer 1] & [huisnummer 2] ,

gedaagden sub 2 t/m 6, gemachtigde mr. P.N. Huisman, advocaat te Groningen,

Partijen zullen hierna Groningse Panden, en gezamenlijk de huurders worden genoemd, alsmede gedaagden sub 2 t/m 6 of bij hun afzonderlijke namen.

PROCESGANG

De procesgang blijkt uit het volgende:

- de dagvaarding met producties;

- producties aan de zijde van [gedaagde 1] ;

- producties aan de zijde van gedaagden sub 2 t/m 6;

- de mondelinge behandeling op 7 april 2022 waar partijen, allen bijgestaan door hun gemachtigden, verschenen zijn;

- de pleitnota’s van mr. van Elst en mr. P.N. Huisman.

Het vonnis is bepaald op heden.

OVERWEGINGEN

1 De feiten

1.1

Als gesteld en erkend, dan wel niet (gemotiveerd) weersproken, alsmede op grond van de in zoverre onbetwiste inhoud van de overgelegde producties staat het volgende vast.

1.2

Groningse Panden is een vastgoedorganisatie gespecialiseerd in het beheer, de verkoop en de aankoop van (beleggings-)panden in en rondom het centrum van Groningen.

1.3

De heer [naam 1] is eigenaar van het pand aan de [straatnaam 1] [huisnummer 1] & [huisnummer 2] (hierna het pand). [naam 1] heeft het beheer van het pand uitbesteed aan Groningse Panden.

1.4

Groningse Panden heeft het pand in juni 2021 te huur aangeboden op de website Pararius.nl. De inhoud van die advertentie luidt:

” International downtown studenthouse directly available till 31-01-2022!

8 rooms between 16m2 en 32m2

7 or 8 students

including bills

no charge to extend end date is 31-01=2022

one contract for the whole house

(….)”

1.5

Geïnteresseerden konden aan de hand van een intakeformulier reageren op de woning. Huurders hebben op de advertentie gereflecteeerd. Ten behoeve van de huurders is door Groningse Panden een intakeformulier ingevuld, dat door huurders is ondertekend. Achter de naam van [gedaagde 1] staat vermeld “contactpersoon”.

1.6

In juni 2021 is tussen [naam 1] en huurders, een huurovereenkomst voor bepaalde tijd overeengekomen voor 7 maanden ingaande op 1 juli 2021 en lopende tot en met 31 januari 2022.

1.7

Er is één schriftelijke huurovereenkomst opgemaakt, die door alle (kamer)huurders is getekend. Overeengekomen is dat de huurders maandelijks een huurprijs van € 3.600,00 betalen, waarvan € 3.200,00 kale huur is en € 400,00 voorschot energiekosten. Het betreft onzelfstandige woonruimtes.

1.8

In de huurovereenkomst is onder meer het volgende opgenomen:

Verhuurder

Naam [naam 1]

Hierna te noemen ‘Verhuurder’

Beheerder

Naam Groningse Panden Beheer B.V.

(…)

Hierna te noemen ‘ Beheerder,’ die het beheer met beperkte aansprakelijkheid voor de Verhuurder en rechtmatige eigenaar op zich neemt. Verhuurder heeft Beheerder gevolmachtigd namens hem en/of haar rechtshandelingen te verrichten, waaronder het sluiten van onderhavige huurovereenkomst, het corresponderen met Huurder en het incasseren van de huurpenningen en de waarborgsom;

1.9

Op de huurovereenkomst zijn de algemene bepalingen huurovereenkomst woonruimte van toepassing. In artikel 18.2 van de algemene voorwaarden is bepaald:

“ 18.2 Een huurovereenkomst aangegaan voor een bepaalde termijn, die korter is dan of gelijk aan twee jaren (in het geval van een zelfstandige woonruimte), respectievelijk vijf jaren ( in het geval van onzelfstandige woonruimte), eindigt niet door opzegging maar door mededeling, die dient te geschieden per aangetekende brief, inhoudende dat de huurovereenkomst eindigt op de in de huurovereenkomst genoemde bepaalde termijn. Deze mededeling dient door verhuurder te zijn gedaan niet later dan een maand voor het verstrijken van de in de huurovereenkomst bepaalde termijn en niet eerder dan drie maanden voor het verstrijken van die termijn.”

1.10

Bij e-mail van 6 oktober 2021 heeft [gedaagde 1] het volgende aan Groningse Panden geschreven:

Beste,

Wij wonen in de [straatnaam 1] [huisnummer 1] / [huisnummer 3] en hebben een contract tot 31 januari 2021. Daarna zou er gaan worden verbouwd maar toen we hier gingen wonen was ons gezegd dat de vergunningen nog niet rond waren. Wij vroegen ons af of de vergunningen al rond zijn, en zo niet of wij er eventueel wat langer zouden kunnen blijven wonen. Anders gaan wij wat actiever zoeken naar een nieuwe woning komende tijd. Alvast bedankt!

Met vriendelijke groet,

[gedaagde 1] en huisgenoten.

1.11

Bij e-mail van 7 oktober 2021 heeft Groningse Panden hierop het volgende aan [gedaagde 1] geantwoord:

Goedemiddag,

Het eindigt echt op 31-01-2022

Met vriendelijke groet/ kind regards,

[naam 2]

Groningse panden Beheer B.V.

1.12

Op 24 november 2021 heeft medehuurder [gedaagde 6] telefonisch contact opgenomen met Groningse Panden met de vraag of er voor de resterende periode een huurkorting kon worden gegeven omdat één huurder was vertrokken en het volgens hem niet mogelijk was om voor twee maanden nog een nieuwe huurder te vinden die een bijdrage kon leveren aan de huursom. Groningse Panden heeft dit geweigerd.

1.13

Op 11 januari 2022 heeft Groningse Panden aan [gedaagde 1] een e-mail gezonden met het verzoek om een uitcheck en een sleuteloverdracht te plannen.

1.14

Bij e-mail van 11 januari 2022 heeft [gedaagde 1] het volgende aan Groningse Panden bericht:

Naar aanleiding van je bericht stuur ik je deze mail. Toen jij vroeg om een sleuteloverdracht, kwam dit erg onverwachts.

In het contract staat dat er schriftelijk moet worden opgezegd door de verhuurder, aan alle huurders van het groepscontract, 3 maanden tot 1 maand voor de einddatum van het contract. Als dit niet gebeurt, loopt het contract door voor onbepaalde tijd. Niemand die op het groepscontract staat heeft hierover een bericht ontvangen. Daarom gaan wij ervan uit dat het contract is omgezet naar onbepaalde tijd.

Vriendelijke groet,

[gedaagde 1] en huisgenoten

1.15

Op 11 januari 2022 heeft Groningse Panden hierop het volgende aan [gedaagde 1] geantwoord:

Beste [gedaagde 1] ,

Op 6 oktober 2021 om 17:05 heb jij mij gemaild. In deze mail bevestig jij dat je op de hoogte bent van aankomende grote sloop en verbouw werkzaamheden van de [straatnaam 1] . Op 7 oktober 2021 om 16:08 uur heb ik jou dit bevestigt en dat de huur eindigt per 31-01-2021. Let op bij een tijdelijke overeenkomst is een opzegging niet noodzakelijk slechts een aanzegging. Dat het je niet bekend is dat de huur eindigt is dus niet correct. Ik verzoek jou vriendelijk om met mijn collega [naam 3] een uitcheck te organiseren. Doe dit s.v.p. zo snel mogelijk uiterlijk voor as vrijdag de 14e.

Met vriendelijke groet/Kind regards,

[naam 2]

1.16

Bij e-mail van 12 januari 2022 heeft [gedaagde 1] het volgende aan Groningse Panden bericht:

Beste [naam 2] ,

Wij zijn het niet eens met wat je zegt. Wij hebben het contract nogmaals doorgelezen en blijven bij ons standpunt.

Met vriendelijke groet,

[gedaagde 1] en huisgenoten

1.17

Bij aangetekende brief en e-mail van 18 januari 2022 heeft de gemachtigde van Groningse Panden huurders gesommeerd om het pand uiterlijk 31 januari 2022 te verlaten Daarbij heeft Groningse Panden een tegemoetkoming van € 1.000,00 per huurder aangeboden en assistentie aangeboden bij het vinden van vervangende woonruimte.

1.18

Bij brief van 24 januari 2022 heeft de gemachtigde van [gedaagde 1] aan Groningse Panden bericht dat hij niet instemt met het voorstel van Groningse Panden maar dat hij open staat voor overleg om tot een oplossing te komen.

1.19

Bij brief van 24 januari 2022 heeft de gemachtigde van gedaagden sub 2 t/m 6 aan Groningse Panden medegedeeld dat zij het pand niet zullen verlaten per 31 januari 2022 maar dat zij open staan voor nader overleg.

2 Het geschil

2.1.

Groningse Panden vordert om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:

- huurders hoofdelijk te veroordelen om de woning aan de [straatnaam 1] [huisnummer 1] & [huisnummer 2] te ( [postcode 1] ) Groningen binnen drie (3) dagen of een andere, door uw voorzieningenrechter in goede justitie te bepalen termijn, na dagtekening van dit kort geding vonnis op een nader te bepalen tijdstip te ontruimen en te verlaten, met al wie en al wat zich daarin vanwege huurders bevindt, en onder afgifte van alle sleutels, de woning ter vrije beschikking van Groningse Panden te stellen, zulks op straffe van een dwangsom van 600,-- per dag, of een ander door uw voorzieningenrechter in goede justitie te bepalen bedrag, voor het geval huurders niet tijdig aan deze veroordeling voldoen;

- huurders te veroordelen in de kosten van de proceskosten, te voldoen binnen veertien dagen na de datum van het vonnis en - voor het geval voldoening van de kosten niet binnen de gestelde termijn plaatsvindt – te vermeerderen met de wettelijke rente over de proceskosten te rekenen vanaf bedoelde termijn voor de voldoening;

- huurders te veroordelen in de kosten van de nakosten ad 163,-- zonder betekening, danwel 248,-- in het geval van betekening, te voldoen binnen veertien dagen na de datum van het vonnis is gewezen en - voor het geval voldoening van de nakosten niet binnen de gestelde termijn plaatsvindt – te vermeerderen met de wettelijke rente over de proceskosten te rekenen vanaf bedoelde termijn voor voldoening;

2.2.

Groningse Panden heeft het volgende aan haar vorderingen ten grondslag gelegd.

Zij stelt zich op het standpunt dat de huurovereenkomst per 31 januari 2022 van rechtswege is geëindigd en dat huurders om die reden het pand dienen te ontruimen. Voorts stelt zij dat huurders van meet af aan wisten dat de huurovereenkomst 31 januari 2022 zou eindigen, omdat [naam 1] het pand zou gaan renoveren. Groningse Panden heeft huurders bij e-mail van 7 oktober 2021 schriftelijk geïnformeerd dat de huurovereenkomst op 31 januari 2022 zou eindigen. Deze mededeling is weliswaar te vroeg gestuurd maar een beroep doen op de te vroege kennisgevingstermijn, zoals huurders thans doen, is naar de mening van Groningse Panden, gezien de omstandigheden, naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar.

2.3

Huurders hebben verweer gevoerd.

2.4

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

3 De beoordeling

Ontvankelijkheid Groningse Panden

3.1

Huurders hebben allereerst aangevoerd dat Groningse Panden in haar vordering niet ontvankelijk dient te worden verklaard, aangezien niet zij, maar [naam 1] als eigenaar van het verhuurde als eiser had moeten optreden. De taken die aan de beheerder in de omschrijving in de huurovereenkomst door [naam 1] zijn gedelegeerd omvatten niet het optreden van Groningse Panden als procespartij, aldus huurders.

3.2

De kantonrechter verwerpt dit verweer. De gehanteerde opsomming in de huurovereenkomst van de taken van de beheerder (De Groningse Panden) is niet uitputtend en het is onaannemelijk dat het verlenen van beheerbevoegdheden niet alle handhaving van de inhoud van de overeenkomst (in dit geval ontruiming) zou omvatten. Voor zover hierover twijfel zou kunnen blijven bestaan, is die twijfel weggenomen, doordat [naam 1] , (de eigenaar) die ter zitting aanwezig was, desgevraagd heeft bevestigd dat Groningse Panden inderdaad die bevoegdheid heeft. Huurders komen met de Groningse Panden als eiseres in dit kort geding ook niet in een nadeliger positie te verkeren, dan wanneer [naam 1] de eiser zou zijn geweest. Immers hebben de huurders steeds contact met Groningse Panden bij de totstandkoming en de voortgang van de huurovereenkomst gehad en hebben zij met Groningse Panden en niet met [naam 1] gecorrespondeerd.

Spoedeisend belang

3.3

Van een spoedeisend belang met betrekking tot de vordering tot ontruiming is genoegzaam gebleken gelet op het feit dat Groningse Panden zich op het standpunt stelt dat de huurovereenkomst op 31 januari 2022 is geëindigd en huurders vanaf die datum zonder geldige titel in de woonruimte verblijven.

3.4

In dit kort geding moet aan de hand van de door partijen gepresenteerde feiten, zonder nader onderzoek, worden beoordeeld of de vordering in een bodemprocedure een zodanige kans van slagen heeft, dat vooruitlopend daarop toewijzing van de gevorderde ontruiming reeds nu gerechtvaardigd is.

Aanzegging einde huur

3.5

Vast staat dat de huurovereenkomst is aangegaan voor bepaalde tijd voor de periode van 7 maanden, ingaande op 1 juli 2021 tot en met 31 januari 2022.

3.6

In artikel 7:271 BW is sinds 1 juli 2016 bepaald voor zover van belang dat een huurovereenkomst bij onzelfstandige woonruimte die korter dan vijf jaar duurt niet hoeft te worden opgezegd, maar dat deze eindigt wanneer de termijn waarvoor de overeenkomst is aangegaan, is verstreken. Hiervoor is wel vereist dat de verhuurder voor afloop van de huurovereenkomst de huurder schriftelijk informeert dat de huurovereenkomst op de afgesproken datum eindigt. De schriftelijke kennisgeving moet niet eerder dan drie maanden maar uiterlijk een maand voordat die bepaalde tijd is verstreken zijn gedaan. In dat geval eindigt de huurovereenkomst ex artikel 7:228 lid 1 BW van rechtswege.

Indien de verhuurder die verplichting niet nakomt, wordt de huurovereenkomst na het verstrijken van de bepaalde tijd voor onbepaalde duur verlengd. Artikel 7:271 lid 1 BW is van dwingend recht.

3.7

Aan die informatieplicht is in de wet geen ander vereiste gesteld dan dat dit schriftelijk dient te worden gedaan. In artikel 18.2 van de algemene bepalingen huurovereenkomst woonruimte echter is nader overeengekomen dat de mededeling (aanzegging einde huur) dient te geschieden per aangetekende brief.

3.8

Partijen twisten over de vraag of de huurovereenkomst per 31 januari 2022 is geëindigd. Groningse Panden stelt zich op het standpunt dat dit het geval is. Huurders betwisten dit. Volgens hen heeft Groningse Panden hen niet (tijdig) geïnformeerd over het einde van de huurovereenkomst en is de huurovereenkomst daarom per 31 januari 2022 voor onbepaalde duur verlengd.

Wijze van aanzegging aan Huurders

3.9

Groningse Panden stelt dat zij door middel van de e-mail van 7 oktober 2021 aan [gedaagde 1] de huurders schriftelijk heeft geïnformeerd dat de huurovereenkomst per 31 januari 2022 zou eindigen.

3.10

[gedaagde 1] heeft allereerst het verweer gevoerd dat deze aanzegging hem niet op de in artikel 18.2 van de algemene bepalingen voorgeschreven wijze kenbaar is gemaakt.

De kantonrechter overweegt dat het vereiste van artikel 18.2 van de algemene bepalingen dat de aanzegging aangetekend moet geschieden, ertoe dient om twijfel over het al dan niet verzenden en ontvangen uit te sluiten. Een dergelijke twijfel speelt hier niet. [gedaagde 1] heeft immers niet betwist dat de e-mail van 7 oktober 2021 hem heeft bereikt. Gelet daarop verwerpt de kantonrechter het standpunt van [gedaagde 1] dat de e-mail van Groningse Panden niet voldoet aan het vormvoorschrift van artikel 18.2 van de algemene bepalingen en reeds daarom niet als een rechtsgeldige aanzegging kan worden beschouwd.

3.11

Gedaagden sub 2 t/m 6 betwisten dat zij de e-mail van 7 oktober 2021 hebben ontvangen en voeren aan dat [gedaagde 1] geen vertegenwoordiger, belangenbehartiger of gevolmachtigde van hen is. Dit standpunt wordt verworpen. In de advertentie op de website van Pararius staat vermeld: “one contract for the whole house”

Op het intakeformulier wordt gedaagde sub 1 Van der [gedaagde 1] als contactpersoon vermeld. Hij en de overige huurders hebben zich steeds aan die constructie gehouden. Dat blijkt onder meer uit het feit dat Van der [gedaagde 1] maandelijks de totale huur van € 3.600,00 aan Groningse Panden betaalde en dat de overige huurders die aan [gedaagde 1] betaalden. Het blijkt ook uit de mailwisseling tussen Groningse Panden en [gedaagde 1] , waarin [gedaagde 1] steeds eindigt met het onderschrift “ en huisgenoten”.

3.12

.12 Ook toen de discussie over de al dan niet beëindiging van de huurovereenkomst voortging werd door [gedaagde 1] hetzelfde onderschrift gehanteerd. Groningse Panden, die zelf [gedaagde 1] als contactpersoon had aangesteld mocht hieruit onomstotelijk afleiden dat de overige huurders van de hoed en de rand wisten. Dit blijkt ook nog uit het onweersproken telefoongesprek van [naam 4] waarin hij op 24 november 2021 aan Groningse Panden verzocht of er voor de resterende periode een huurkorting kon plaatsvinden omdat er een huurder uit het pand was vertrokken en zij voor twee maanden geen huurder meer konden vinden. [naam 4] gaat dus ook uit van een beëindiging per 31 januari 2022. Hij doet het verzoek mede in het belang van de overige huurders en Groningse Panden mocht er dus ook daardoor op vertrouwen dat alle huurders volledig op de hoogte waren. Voor het onwaarschijnlijke geval dat huurders niets van de handelingen van [gedaagde 1] wisten, geldt dat zij [gedaagde 1] daar dan op kunnen aanspreken, maar niet Groningse Panden.

Redelijkheid en billijkheid

3.13

In onderhavige geval diende de aanzegging van het einde van de huur conform de wet niet eerder dan 1 november 2021 en niet later dan 31 december 2021 plaats te vinden. Hieraan heeft Groningse Panden niet voldaan nu zij de e-mail van 7 oktober 2021 heeft verzonden en de beëindiging derhalve te vroeg heeft aangezegd. Groningse Panden heeft in dit verband een beroep op de beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid gedaan als bedoeld in artikel 6:248 lid 2 BW .

3.14

De kantonrechter overweegt dat de redelijkheid en billijkheid eraan in de weg kunnen staan dat op grond van artikel 7:271 lid 1 BW een huurovereenkomst voor onbepaalde tijd ontstaat. De rechter dient echter bij de toepassing van de beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid de nodige terughoudendheid betrachten.

3.15

De omstandigheden van dit geval maken dat de kantonrechter het zeer aannemelijk acht dat de bodemrechter tot de conclusie zal komen dat het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is dat op grond van het feit dat de aanzeggingsbrief te vroeg is verzonden, een huurovereenkomst voor onbepaalde tijd is ontstaan. Daarbij is het volgende van belang.

3.16

De aanzeggingsplicht is bedoeld om de huurder er tijdig van op de hoogte te stellen dat hij de woning moet verlaten en om hem enige tijd te gunnen om op zoek te gaan naar een andere woning. De huurder mag niet voor verrassingen komen te staan. Na de e-mail van 7 oktober 2021 van Groningse Panden was het naar het voorlopig oordeel van de kantonrechter voor huurders voldoende duidelijk dat de huurovereenkomst eindigde en dat zij op zoek moesten naar een andere woning, zoals zij zelf ook al opperden in de mail van 6 oktober 2021.” (….) Anders gaan wij wat actiever zoeken naar een nieuwe woning komende tijd. Alvast bedankt! (…)”

3.17

De kantonrechter acht ook hier weer van belang dat onweersproken door huurders is gebleven dat [naam 4] op 24 november 2021 aan Groningse Panden heeft gevraagd of er voor de resterende periode een huurkorting kon plaatsvinden. Hieruit blijkt eveneens dat huurders er wel degelijk op de hoogte waren dat de huurovereenkomst per 31 januari 2022 zou eindigen. Onder deze omstandigheden zou het vasthouden aan het vereiste van een mededeling binnen het wettelijk tijdvak naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zijn.

3.18

Groningse Panden heeft op de vraag van [gedaagde 1] of huurders eventueel wat langer in het pand zouden kunnen blijven wonen, duidelijk geantwoord: “het eindigt echt op 31-01-2022. Aan het doel van de aanzeggingsplicht is hiermee voldaan. De wetgever heeft kennelijk geen rekening gehouden met de mogelijkheid dat huurders door hun eigen gedragingen ondubbelzinnig kenbaar hebben gemaakt dat zij volledig van de beëindiging zijn doordrongen. Dat rechtvaardigt dat ook aan de informatieplicht, die in zo’n geval weliswaar nog steeds dwingendrechtelijk vereist is, naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet een te zware betekenis behoeft te worden toegekend.

Conclusie

3.19

Gelet op het voorgaande moet het ervoor gehouden worden dat de bodemrechter zal oordelen dat de huurovereenkomst op 31 januari 2022 is geëindigd. Huurders zullen worden veroordeeld tot ontruiming van het gehuurde. De kantonrechter ziet aanleiding om de ontruimingstermijn te bepalen op drie maanden zodat huurders tot in het zomerreces enige tijd hebben om vervangende woonruimte te vinden. Ook de gevorderde dwangsom zal worden toegewezen met dien verstande dat deze wordt gemaximeerd zoals in het dictum omschreven.

Proceskosten

3.20

Gezien het voorgaande zullen huurders, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de proceskosten. De nakosten zullen eveneens worden toegewezen, zoals in het dictum begroot.

BESLISSING IN KORT GEDING

De kantonrechter:

veroordeelt huurders, hoofdelijk, om de woning aan de [straatnaam 1] [huisnummer 1] & [huisnummer 2] te ( [postcode 1] ) Groningen binnen drie (3) maanden, na datum van dit kort geding vonnis te ontruimen en te verlaten, met al wie en al wat zich daarin vanwege huurders bevindt, onder afgifte van alle sleutels en de woning ter vrije beschikking van Groningse Panden te stellen, zulks op straffe van een dwangsom van 600,-- per dag met een maximum van € 12.000,00 voor het geval huurders niet tijdig aan deze veroordeling voldoen;

veroordeelt huurders in de kosten van deze procedure, die aan de zijde van Groningse Panden tot aan deze uitspraak worden vastgesteld op € 103,33 aan explootkosten, € 128,00 aan griffierecht en € 747,00 aan salaris van de gemachtigde te voldoen binnen veertien dagen na de uitspraak van dit vonnis en zonder die voldoening daarna te vermeerderen met de wettelijke rente over het niet betaalde bedrag, tot de algehele voldoening;

veroordeelt huurders in de nakosten, die worden begroot op een bedrag van € 124,00 te voldoen binnen veertien dagen na de uitspraak van dit vonnis en zonder die voldoening daarna te vermeerderen met de wettelijke rente over het niet betaalde bedrag, tot de algehele voldoening;

verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;

ontzegt het meer of anders gevorderde.

Dit vonnis is gewezen door mr. E.D. Rentema, kantonrechter, en op 21 april 2022 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.

typ:322/25414


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature