Vervolg op ECLI:NL:RBNNE:2020:2779. Huurzaak. Vorderingen in conventie en in reconventie na uitspraak van de huurcommissie. De huurcommissie heeft op basis van het aantal punten de redelijkheid van de aanvangshuurprijs vastgesteld en verder geoordeeld dat zij geen aanleiding ziet om de aanvangshuurprijs in verband met gebreken tijdelijk te verlagen. In conventie komt de verhuurder tijdig op tegen het oordeel van de huurcommissie over de hoogte van de aanvangshuurprijs. In reconventie vorderen de huurders dat de huurprijs in verband met gebreken tijdelijk wordt verlaagd. De reconventionele vordering is ingesteld nadat de in artikel 7:262 BW genoemde termijn van acht weken was verstreken. De kantonrechter stelt prejudici ële vragen aan de Hoge Raad met betrekking tot de vraag of de huurders in hun reconventionele vordering kunnen worden ontvangen.