PW. Maatregel vanwege onverantwoord snel interen op vermogen. Verweerder heeft onvoldoende onderzocht en ontoereikend gemotiveerd of en, zo ja, in welke mate sprake was van tekortschietend besef tav besteding vermogen. Verweerder dient opnieuw op het bezwaar te beslissen en daarbij ook de invulling van het begrip ‘dringende reden gelet op bijzondere omstandigheden’ uit artikel 18, tiende lid van de PW nader te bezien, gelet op de verruimde uitleg van dit begrip.