U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:

Inhoudsindicatie:

Gedraging is gelet op de aanvullende verklaring van de verbalisant voldoende komen vast te staan. Geen aanleiding om te matigen. Beroep ongegrond

Uitspraak



RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind

locatie Alkmaar

Zaaknummer : 10197390 \ WM VERZ 22-929

CJIB-nummer : 248315777

Uitspraakdatum : 17 januari 2023

Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV) en proces-verbaal van de zitting

in de zaak van

[betrokkene]

[gemachtigde]

Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.

De zaak is behandeld op de zitting van 6 januari 2023. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Gemachtigde van betrokkene is ook verschenen.

De vertegenwoordiger van officier van justitie heeft op de zitting een op 22 december 2022 door de verbalisant opgemaakt aanvullend proces-verbaal overgelegd en op grond daarvan gesteld dat de gedraging duidelijk is en kan worden vastgesteld. De vertegenwoordiger van de officier van justitie heeft meegedeeld de beslissing en het standpunt te handhaven en heeft de kantonrechter verzocht om het beroep ongegrond te verklaren.

De kantonrechter heeft na de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: negeren van een inhaalverbod vrachtauto’s: bord F3.

Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft in het beroepschrift de gronden daarvoor aangevoerd.

In de toelichting van het zaakoverzicht verklaart de verbalisant onder andere het volgende:

“Ik zag dat het een permanent ingesteld inhaalverbod betrof. Onderbord dagverbod (ma – vr 06.00-19.00) (…) Betrokkene haalde zonder waarneembare reden een andere vrachtauto in. (…) Verklaring betrokkene: Tijdsdruk.“

De officier van justitie heeft een aanvullend proces-verbaal laten opmaken door de verbalisant. In dit aanvullend proces-verbaal is het volgende vermeld: “…Ik, verbalisant, had direct zicht op betrokken voertuig en zag dat deze zonder waarneembare reden een andere vrachtauto inhaalde. Ter plaatse geld al jarenlang een inhaalverbod tussen 06:00 en 19:00 uur en deze wordt duidelijk na iedere toerit middels bord F3 aangegeven aan beide zijden van de rijbaan. Er was in dit geval ook geen sprake van het (collegiaal) laten invoegen van een andere vrachtauto. (…) De bestuurder verklaarde ter plaatse ook dat tijdsdruk de reden was dat het inhaalverbod werd genegeerd…”.

De kantonrechter is van oordeel dat uit de stukken die zich in het dossier bevinden – met name uit de aanvullende verklaring van de verbalisant – voldoende blijkt dat de gedraging waarvoor de boete is opgelegd, is verricht. Betrokkene heeft onvoldoende feiten en omstandigheden aangevoerd die aanleiding geven om te twijfelen aan de verklaring van de verbalisant. De boete is dus terecht opgelegd.

De kantonrechter ziet in hetgeen betrokkene heeft aangevoerd ook geen reden om de boete te matigen. Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard.

De kantonrechter ziet geen aanleiding om proceskosten toe te kennen, omdat het beroep ongegrond wordt verklaard.

De uitspraak

De kantonrechter:

‒ verklaart het beroep ongegrond;

‒ wijst het verzoek om vergoeding van de proceskosten af.

Deze uitspraak is gedaan door mr. B. Voogd, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.

De griffier De kantonrechter

Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 70,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht. Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.

Datum toezending:


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature