U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:
Vindplaats:

Inhoudsindicatie:

Verzoek voorlopig getuigenverhoor toegewezen. Benoeming 3 deskundigen: neuroloog, neuropsycholoog en psychiater. Deskundigen dienen zelf volgorde onderzoeken af te stemmen. Verweerster heeft aansprakelijkheid erkend en dient de kosten te dragen.

Uitspraak



beschikking

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind

Zittingsplaats Alkmaar

zaaknummer / rekestnummer: C/15/293936 / HA RK 19-189

Beschikking van 2 april 2020

in de zaak van

[verzoekster]

wonende te [woonplaats] ,

verzoekster,

advocaat mr. I.W.A. Roelandschap te Amersfoort,

tegen

de naamloze vennootschap

NATIONALE NEDERLANDEN SCHADEVERZEKERING MAATSCHAPPIJ N.V.,

gevestigd te Den Haag,

verweerster,

advocaat mr. H.Th. Vos te Den Haag.

Partijen worden hierna “ [verzoekster] ” en “Nationale Nederlanden” genoemd.

1 De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:

het verzoekschrift met producties 1 t/m 3,

het verweerschrift met producties A t/m G,

de mondelinge behandeling van 9 januari 2020, waar zijn verschenen [verzoekster] bijgestaan door mr. Roelandschap voornoemd en namens Nationale Nederlanden mevrouw E.M. Dijkers, werkzaam bij DEKRA Experts, bijgestaan door mr. Vos voornoemd. Mr. Roelandschap heeft bij deze mondelinge behandeling pleitaantekeningen overgelegd;

de brief van 13 januari 2020 van [verzoekster] met bijlage;

de brief van 17 januari 2020 van de rechtbank aan partijen met de mededeling dat drs. T. Koene, neuropsycholoog, geen nieuwe opdrachten meer aanneemt en het verzoek aan partijen om gezamenlijk een naam door te geven van een neuropsycholoog die benaderd kan gaan worden;

de (fax)brief van 21 januari 2020 van de rechtbank aan partijen met de mededeling dat de rechtbank dr. W.I.M. Verhagen, neuroloog, bereid heeft gevonden het onderzoek te verrichten en de door de deskundige opgegeven voorwaarden en begroting van zijn kosten;

de (fax)brief van 27 januari 2020 van de rechtbank aan partijen met de mededeling dat de rechtbank prof. dr. M.L. Stek, psychiater, bereid heeft gevonden het onderzoek te verrichten en de door de deskundige opgegeven voorwaarden en begroting van zijn kosten;

de (fax)brief van 27 januari 2020 van Nationale Nederlanden met bijlage;

de (fax)brief van 30 januari 2020 van [verzoekster] met bijlage;

de (fax)brief van 3 februari 2020 van Nationale Nederlanden;

de brief van 4 februari 2020 van [verzoekster] met bijlage;

de (fax)brief van 11 februari 2020 van Nationale Nederlanden;

de (fax)brief van 24 februari 2020 van de rechtbank aan partijen met de mededeling dat de rechtbank mevrouw R. van Oort, klinisch neuropsycholoog, bereid heeft gevonden het onderzoek te verrichten en de door de deskundige opgegeven voorwaarden en begroting van haar kosten;

de (fax)brief van 24 februari 2020 van [verzoekster] en

de brief van 12 maart 2020 van [verzoekster] met bijlage.

2 Het verzoek en het verweer

2.1.

Het verzoekschrift strekt ertoe dat de rechtbank een voorlopig deskundigenbericht zal bevelen.

2.2.

[verzoekster] stelt – kort samengevat – dat zij op 7 juni 2016 betrokken is geweest bij een ongeval. De verzekerde van Nationale Nederlanden is daarbij met een Volkswagen busje achterop de auto van [verzoekster] gereden. Als gevolg van het ongeval zijn er bij [verzoekster] klachten ontstaan, bestaande uit – onder andere – slaapproblemen, vermoeidheidsklachten, duizeligheid, cognitieve klachten, een constant zeurende pijn in de nek met uitstraling naar de armen en de onderrug en psychische klachten zoals depressie, angststoornis en paniekaanvallen. Door deze klachten is [verzoekster] dusdanig beperkt, dat zij tot op heden niet meer heeft kunnen werken. [verzoekster] heeft er, nu er een afwijzende houding van Nationale Nederlanden is tot (verdere) bevoorschotting van de schadevergoeding, belang bij dat zij zo snel mogelijk duidelijkheid verkrijgt met betrekking tot het causaal verband tussen haar klachten en het ongeval. [verzoekster] verzoekt in dit kader benoeming van een neuroloog, neuropsycholoog en psychiater.

2.3.

Nationale Nederlanden verzet zich niet tegen het benoemen van een deskundige, maar voert wel verweer tegen het aantal deskundigen en de door [verzoekster] voorgestelde vraagstelling aan de neuropsycholoog. Bovendien voert Nationale Nederlanden aan dat [verzoekster] aanvullende medische stukken moet overleggen.

3 De beoordeling

3.1.

De rechtbank is van oordeel dat het verzoek van [verzoekster] ter zake dienend en voldoende concreet is en feiten behelst die met een deskundigenonderzoek kunnen worden bewezen. [verzoekster] heeft voldoende belang bij haar verzoek. Het verzoek van [verzoekster] tot het benoemen van (een) deskundige(n) zal dus worden toegewezen.

3.2.

Partijen hebben geen overeenstemming bereikt over het aantal deskundigen en de vraagstelling. Partijen hebben wel overeenstemming bereikt over de personen van de deskundigen. De rechtbank zal deze onderwerpen hieronder apart beoordelen.

Aantal deskundigen

3.3.

[verzoekster] stelt dat zij als gevolg van het ongeval klachten heeft op neurologisch, neuropsychologisch en psychiatrisch gebied. Zij wil om die reden drie deskundigen op verschillende terreinen laten benoemen. Nationale Nederlanden voert verweer in die zin dat zij bezwaar maakt tegen het benoemen van de neuropsycholoog en psychiater. Volgens Nationale Nederlanden dient, met name gelet op het kostenaspect, de neuroloog aan te geven of een onderzoek door een neuropsycholoog en/of psychiater geïndiceerd is.

3.4.

De rechtbank is van oordeel dat [verzoekster] belang heeft bij een onderzoek door deskundigen naar het causaal verband tussen het ongeval en de klachten die zij stelt te hebben. Nationale Nederlanden weigert immers de door [verzoekster] gestelde schade op alle voornoemde gebieden te vergoeden of een voorschot hierop te betalen. De rechtbank ziet, gelet op de aard van de gestelde klachten aanleiding om deskundigen te benoemen op gestelde terreinen. De rechtbank zal die deskundigen in deze beschikking tegelijk benoemen, waarbij aan de deskundigen wordt meegegeven dat zij onderling de volgorde van hun onderzoeken dienen te bepalen.

Vraagstelling

3.5.

Over de aan de deskundige te stellen vragen zijn partijen het grotendeels eens. Partijen twisten over de vragen die gesteld dienen te worden aan de neuropsycholoog. Partijen hebben beiden een voorstel gedaan voor de vraagstelling aan de neuropsycholoog. De rechtbank zal alle door beide partijen voorgestelde vragen aan de neuropsycholoog voorleggen, met uitzondering van de vragen die zien op een hersenbeschadiging. Reden hiervoor is dat [verzoekster] niet stelt dat sprake is van een hersenbeschadiging.

Persoon deskundigen, voorschot en nadere informatie

3.6.

Partijen hebben overeenstemming bereikt over de persoon van de deskundigen, de vraag wie de kosten moet dragen en welke (aanvullende) informatie verstrekt moet worden. Drs. W.I.M. Verhagen, neuroloog, prof. M.K. Stek, psychiater en mevrouw R. van Oort, klinisch neuropsycholoog, hebben desgevraagd schriftelijk aangegeven bereid en in staat te zijn als deskundigen op te treden. De rechtbank zal hen als deskundigen benoemen.

3.7.

De deskundigen hebben desgevraagd hun kosten begroot.

3.7.1.

Verhagen heeft aangegeven zijn kosten te begroten op een totaalbedrag van € 7.260,00 inclusief btw. Verhagen heeft hierbij – kort gezegd – de volgende opmerkingen gemaakt. Partijen dienen akkoord dienen te gaan met de volgende bepaling in het rapport: door Verhagen wordt geen aansprakelijkheid aanvaard, behoudens voor zover de door hem afgesloten beroepsaansprakelijkheidsverzekering in een voorkomend geval een aanspraak op schadevergoeding geeft. Zijn uurtarief is € 325,00 ex btw per uur en voor secretariële ondersteuning € 85,00 ex btw per uur. Vanzelfsprekend hangen de totaalbedragen af van de uitgebreidheid van het dossier. Voor het lichamelijk onderzoek en anamnese wordt twee uur begroot, voor het produceren van het rapport bij een gemiddeld dossier veertien uur. Het begrote bedrag zou uiteindelijk veel lager kunnen uitvallen, maar Verhagen kent het dossier niet. Verhagen verwacht voor de rapportage drie tot vier maanden nodig te hebben, gerekend vanaf het moment dat de opdracht is verstrekt en de stukken in zijn bezit zijn. In die periode is geïncludeerd een periode van vier weken waarbinnen partijen kunnen reageren op het concept rapport.

3.7.2.

Stek heeft aangegeven zijn kosten te begroten op een totaalbedrag van € 6.388,00 inclusief btw. Stek heeft dit bedrag onderbouwd door middel van een specificatie die door de rechtbank aan partijen is toegezonden.

3.7.3.

Van Oort heeft aangegeven haar kosten te begroten op € 4.283,40 inclusief btw. Van Oort heeft dit bedrag onderbouwd door middel van een specificatie die door de rechtbank aan partijen is toegezonden.

3.8.

[verzoekster] heeft aangegeven in te stemmen met het te betalen voorschot en met de voorwaarden van Verhagen en Stek. [verzoekster] heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid te reageren op het begrote bedrag en de voorwaarden van Van Oort. Nationale Nederlanden heeft aangegeven in te stemmen met het te betalen voorschot en met de voorwaarden van alle drie de deskundigen. Omdat partijen geen bezwaar te hebben tegen de hoogte van het voorschot en de voorwaarden, zal de rechtbank het voorschot vaststellen op het door de deskundigen begrote bedragen. De hoogte van het voorschot op de kosten van de deskundigen wordt dus gesteld op een bedrag van respectievelijk € 7.260,00, € 6.388,00 en € 4.283,40 inclusief btw. Dat komt in totaal neer op een bedrag van € 17.931,40 inclusief btw.

3.9.

Partijen zijn het er ook over eens dat Nationale Nederlanden, omdat zij aansprakelijkheid voor het ongeval heeft erkend, het voorschot van de deskundigen zal betalen. De rechtbank zal partijen daarin volgen.

3.10.

Nationale Nederlanden voert aan dat [verzoekster] voor aanvang van de onderzoeken door de deskundige de nog ontbrekende medische informatie moet aanleveren. Het gaat om informatie van het UWV (het rapport van arbeidsdeskundige A.M.A. Kuiper, de door verzekeringsarts M.S.G. Fouad opgestelde KFML en het rapport van arbeidsdeskundige H. Loerakker van 17 mei 2018) informatie over het verloop van het revalidatietraject en informatie over het (ziekte)verzuim van [verzoekster] tot vijf jaar voorafgaande aan het ongeval. [verzoekster] heeft ter zitting aangegeven de informatie aan te zullen leveren, zodra zij deze informatie zelf heeft ontvangen. Bij voornoemde brieven van 13 januari 2020, 4 februari 2020 en 12 maart 2020 heeft [verzoekster] nadere medische informatie overgelegd. De rechtbank gaat ervan uit dat de deskundigen in het kader van de beantwoording van de vraagstelling zelf ontbrekende informatie bij partijen zal opvragen die zij relevant achten.

3.11.

De rechtbank wijst erop dat partijen wettelijk verplicht zijn om mee te werken aan het onderzoek door de deskundigen. De rechtbank zal deze verplichting uitwerken zoals nader onder de beslissing omschreven. Wordt aan een van deze verplichtingen niet voldaan, dan kan de rechtbank daaruit de gevolgtrekking maken die zij geraden acht, ook in het nadeel van de desbetreffende partij.

3.12.

Indien een partij desgevraagd of op eigen initiatief schriftelijke opmerkingen en verzoeken aan de deskundigen doet toekomen, dient zij daarvan terstond afschrift aan de wederpartij te verstrekken.

4 De beslissing

De rechtbank

4.1.

beveelt een onderzoek door drie deskundigen ter beantwoording van de volgende vragen:

1) aan de neuroloog en psychiater:

IWMD VRAAGSTELLING CAUSAAL VERBAND BIJ ONGEVAL

Document datum 24/08/15

ALGEMENE TOELICHTING

Deze vraagstelling is bedoeld om niet-medici die zich bezighouden met de afwikkeling van letselschade inzicht te geven in de medische uitgangspunten die van belang zijn bij het bepalen van de omvang van de schade die de onderzochte heeft geleden (en in de toekomst mogelijk zal lijden) als gevolg van een ongeval. Deze schade wordt in het civiele aansprakelijkheidsrecht vastgesteld aan de hand van een vergelijking tussen de gezondheidstoestand van de onderzochte zoals die na het ongeval is ontstaan en zich waarschijnlijk in de toekomst zal voortzetten (de situatie met ongeval) en de hypothetische situatie waarin de onderzochte zich zou hebben bevonden als het ongeval nooit had plaatsgevonden (de situatie zonder ongeval).

Deze systematiek vormt de grondslag van deze vraagstelling. Onderdeel 1 heeft betrekking op de gezondheidstoestand en het functioneren van de onderzochte in de situatie met ongeval. In onderdeel 2 wordt aan de deskundige gevraagd zo nauwkeurig mogelijk te beschrijven hoe de gezondheidstoestand en het functioneren van de onderzochte in de hypothetische situatie zonder ongeval zouden zijn geweest. De gezondheidssituatie van de onderzochte voorafgaand aan het ongeval is relevant voor de beoordeling van beide situaties.

Bij het opstellen van deze vraagstelling is aansluiting gezocht bij de Richtlijn Medisch Specialistische Rapportage (RMSR. Deze richtlijn is digitaal te raadplegen via www.nvmsr.nl,> publicaties). In deze richtlijn is geformuleerd aan welke eisen een deskundige en diens rapportage moeten voldoen. De richtlijn is bedoeld als hulpmiddel voor deskundigen bij het uitvoeren van hun werkzaamheden. De deskundige wordt verzocht de aanbevelingen en bepalingen in de richtlijn – zo veel als mogelijk – in acht te nemen.

1 DE SITUATIE MET ONGEVAL

Anamnese

a. Hoe luidt de anamnese voor wat betreft de aard en de ernst van het letsel, het verloop van de klachten, de toegepaste behandelingen en het resultaat van deze behandelingen? Welke overige klachten en beperkingen op uw vakgebied worden desgevraagd gemeld? Wilt u in uw anamnese vermelden welke beperkingen op uw vakgebied de onderzochte aangeeft in relatie tot de activiteiten van het algemene dagelijkse leven (ADL), loonvormende arbeid en het uitoefenen van hobby’s, bezigheden in recreatieve sfeer en zelfwerkzaamheid?

Aanbeveling 2.2.4. RMSR:

De beschrijving van de anamnese is deugdelijk en compleet, en beperkt zich tot de relevante gegevens. De beschrijving van de anamnese bevat uitsluitend het verhaal van de onderzochte in diens bewoordingen. Er worden daarbij geen termen gebezigd of feiten vermeld die uitsluitend kunnen zijn ontleend aan aangeleverde of verkregen medische gegevens of een interpretatie daarvan. Als hieraan wordt voldaan, dan verwoordt de anamnese per definitie het subjectieve verhaal van de onderzochte. Termen als “betrokkene zou (…)” worden vermeden. Ook voegt de expert bij de beschrijving van de anamnese geen voorlopige conclusies of eigen interpretaties toe. Auto-anamnese en hetero-anamnese worden gescheiden en als zodanig genoemd weergegeven.

Medische gegevens

b. Wilt u op basis van het medisch dossier van de onderzochte een beschrijving geven van:

- de medische voorgeschiedenis van de onderzochte op uw vakgebied;

- de medische behandeling van het letsel van de onderzochte en het resultaat daarvan.

Aanbeveling 2.2.6 RMSR:

Uit het rapport blijkt van welke van de meegestuurde gegevens kennis werd genomen en op welke wijze de daaraan ontleende feiten zijn meegewogen in het eindoordeel. Bij voorkeur wordt in het rapport een samenvatting opgenomen van de aan de meegestuurde gegevens ontleende feiten.

Medisch onderzoek

c. Wilt u een beschrijving geven van uw bevindingen bij lichamelijk en eventueel hulponderzoek?

Aanbeveling 2.2.5 RMSR:

Er wordt een adequaat lichamelijk en/of psychiatrisch onderzoek verricht, maar slechts voor zover dat relevant is voor de beantwoording van de vraagstelling. Niet relevant onderzoek blijft uitdrukkelijk achterwege. Indien mogelijk worden de resultaten in kwantitatieve vorm weergegeven. Bij de beschrijving van de onderzoeksresultaten kan medisch jargon uiteraard niet worden vermeden.

Aanbeveling 2.2.7 RMSR:

Indien de expert aanvullend hulponderzoek (radiologisch, neuropsychologisch of anderszins) laat verrichten en de uitkomsten daarvan in zijn conclusies betrekt, dan dienen de verslagleggingen van deze onderzoeken bij het expertiserapport gevoegd te worden.

Consistentie

d. Is naar uw oordeel sprake van een onderlinge samenhang als het gaat om de informatie die is verkregen van de onderzochte zelf, de feiten zoals die uit het medisch dossier naar voren komen en uw bevindingen bij onderzoek en eventueel hulponderzoek?

e. Voor zover u de vorige vraag ontkennend beantwoordt, wilt u dan aangeven wat de reactie was van de onderzochte op de door u geconstateerde inconsistenties en welke conclusies u daaruit trekt?

Aanbeveling 2.2.8 RMSR:

Als de anamnese niet overeenkomt met de feiten zoals die uit de stukken naar voren komen, dan dient uit het rapport te blijken dat de onderzochte, voor zover dat medisch verantwoord is, met deze discrepantie werd geconfronteerd. Vermeld wordt, wat zijn reactie daarop was en wat daaruit kan worden geconcludeerd.

Diagnose

f. Wat is de diagnose op uw vakgebied? Wilt u daarbij uw differentiaaldiagnostische overweging geven?

Aanbeveling 2.2.15 RMSR:

Waar nodig wordt een differentiaaldiagnostische overweging gegeven.

Beperkingen

g. Welke beperkingen op uw vakgebied bestaan naar uw oordeel bij de onderzochte in zijn huidige toestand, ongeacht of de beperkingen voortvloeien uit het ongeval? Wilt u deze beperkingen zo uitgebreid mogelijk beschrijven, op semi-kwantitatieve wijze weergeven en zo nodig toelichten ten behoeve van een eventueel in te schakelen arbeidsdeskundige?

Aanbeveling 2.2.17 RMSR:

Uit het rapport blijkt dat de expert de beperkingen van de onderzochte baseert op zijn eigen professionele oordeel en dat hij niet klakkeloos de door de onderzochte genoemde beperkingen heeft overgenomen.

Aanbeveling 2.2.18 RMSR:

De eventuele beperkingen van de onderzochte worden zo nauwkeurig mogelijk beschreven en slechts in semi-kwantitatieve vorm weergegeven. De expert zal zelf geen gekwantificeerde belastbaarheidsprofielen opstellen (bijvoorbeeld volgens de FIS- of FML-methodiek).

Medische eindsituatie

h. Acht u de huidige toestand van de onderzochte zodanig dat een beoordeling van de blijvende gevolgen van het ongeval mogelijk is, of verwacht u in de toekomst nog een belangrijke verbetering of verslechtering van het op uw vakgebied geconstateerde letsel?

i. Zo ja, welke verbetering of verslechtering verwacht u?

j. Kunt u aangeven op welke termijn en in welke mate u die verbetering dan wel verslechtering verwacht?

k. Kunt u aangeven welke gevolgen deze verbetering dan wel verslechtering zal hebben voor de beperkingen (als bedoeld in vraag 1g)?

Aanbeveling 2.2.14 RMSR:

Als de expert om een inschatting wordt gevraagd en hij zich competent acht deze inschatting te maken, dan zorgt hij ervoor dat duidelijk wordt op welke wijze deze inschatting tot stand is gekomen. Hij geeft aan wat daarbij heeft meegewogen en wat van doorslaggevende betekenis is geweest.

2 DE SITUATIE ZONDER ONGEVAL

Meestal zal het niet mogelijk zijn om onderstaande vragen (met name de vragen 2c - 2e) met zekerheid te beantwoorden. Van u wordt ook niet gevraagd zekerheid te bieden. Wel wordt gevraagd of u vanuit uw kennis en ervaring op uw vakgebied uw mening wilt geven over kansen en waarschijnlijkheden. Het is dus de bedoeling dat u aangeeft wat u op grond van uw deskundigheid op uw vakgebied op deze vragen kunt antwoorden.

Aanbeveling 2.2.14 RMSR:

Als de expert om een inschatting wordt gevraagd en hij zich competent acht deze inschatting te maken, dan zorgt hij ervoor dat duidelijk wordt op welke wijze deze inschatting tot stand is gekomen. Hij geeft aan wat daarbij heeft meegewogen en wat van doorslaggevende betekenis is geweest.

Aanbeveling 2.2.16 RMSR:

Een eventuele causaliteitsvraag wordt uitsluitend beantwoord vanuit de medische causaliteitsgedachte, dat wil zeggen op grond van datgene wat bekend en herkenbaar is met betrekking tot het ontstaan en het beloop van de onderhavige klachten en verschijnselen. Deze vraagstelling geschiedt in overeenstemming met de gangbare inzichten dan wel richtlijnen van de desbetreffende wetenschappelijke vereniging. De expert zal nimmer klachten aan een ongeval “toerekenen” of de causaliteit ervan louter baseren op het feit dat ze pas na het ongeval debuteerden.

Klachten, afwijkingen en beperkingen voor ongeval

a. Bestonden voor het ongeval bij de onderzochte reeds klachten en afwijkingen op uw vakgebied die de onderzochte thans nog steeds heeft?

b. Zo ja, kunt u dan aangeven welke beperkingen voor het ongeval uit deze klachten en afwijkingen voortvloeiden en thans nog steeds uit deze klachten en afwijkingen voortvloeien?

Aanbeveling 2.2.17 RMSR:

Uit het rapport blijkt dat de expert de beperkingen van de onderzochte baseert op zijn eigen professionele oordeel en dat hij niet klakkeloos de door de onderzochte genoemde beperkingen heeft overgenomen.

Aanbeveling 2.2.18 RMSR:

De eventuele beperkingen van de onderzochte worden zo nauwkeurig mogelijk beschreven en slechts in semi-kwantitatieve vorm weergegeven. De expert zal zelf geen gekwantificeerde belastbaarheidsprofielen opstellen (bijvoorbeeld volgens de FIS- of FML-methodiek).

Klachten, afwijkingen en beperkingen zonder ongeval

c. Zijn er daarnaast op uw vakgebied klachten en afwijkingen die er ook zouden zijn geweest of op enig moment ook hadden kunnen ontstaan, als het ongeval de onderzochte niet was overkomen?

d. Zo ja (dus zonder ongeval ook klachten), kunt u dan een indicatie geven met welke mate van waarschijnlijkheid, op welke termijn en in welke omvang de klachten en afwijkingen dan hadden kunnen ontstaan?

e. Kunt u aangeven welke beperkingen uit deze klachten en afwijkingen zouden zijn voortgevloeid?

f. Verwacht u in de toekomst nog een belangrijke verbetering of verslechtering van de op uw vakgebied geconstateerde niet ongevalgerelateerde klachten en afwijkingen?

g. Zo ja, welke verbetering of verslechtering verwacht u?

h. Kunt u aangeven op welke termijn en in welke mate u die verbetering dan wel verslechtering verwacht?

i. Kunt u aangeven welke gevolgen deze verbetering dan wel verslechtering zal hebben voor de beperkingen (als bedoeld in vraag 2e)?

Aanbeveling 2.2.17 RMSR:

Uit het rapport blijkt dat de expert de beperkingen van de onderzochte baseert op zijn eigen professionele oordeel en dat hij niet klakkeloos de door de onderzochte genoemde beperkingen heeft overgenomen.

Aanbeveling 2.2.18 RMSR:

De eventuele beperkingen van de onderzochte worden zo nauwkeurig mogelijk beschreven en slechts in semi-kwantitatieve vorm weergegeven. De expert zal zelf geen gekwantificeerde belastbaarheidsprofielen opstellen (bijvoorbeeld volgens de FIS- of FML-methodiek).

3 OVERIG

Aanbeveling 2.2.11 RMSR:

Indien de expert bevindingen doet waar niet naar wordt gevraagd maar die hij ter zake relevant vindt, dan vermeldt hij deze in het rapport.

a. Heeft u naar aanleiding van uw bevindingen nog opmerkingen die relevant kunnen zijn voor het verdere verloop van deze zaak?

2) aan de neuropsycholoog:

1. Zijn er cognitieve stoornissen aantoonbaar? Zo ja, wilt u deze omschrijven, toelichten en onderbouwen. Wilt u hierbij expliciet en beargumenteerd de resultaten van de symptoomvaliditeitstesten verwerken? Indien er cognitieve stoornissen aantoonbaar zijn, kunt u dan aangeven wat volgens u de meest waarschijnlijke (medische) oorzaak is voor de stoornissen?

2. Acht u de huidige toestand van de onderzochte zodanig dat een beoordeling van de blijvende gevolgen van het ongeval mogelijk is, of verwacht u in de toekomst nog een belangrijke verbetering of verslechtering van de op uw vakgebied geconstateerde stoornissen? Zo ja, welke verbetering of verslechtering verwacht u? Kunt u aangeven op welke termijn en in welke mate u die verbetering dan wel verslechtering verwacht?

3. Zijn er stoornissen aantoonbaar in het mentale functioneren, het taalgebruik, de regulatie van emoties en gedrag of in de helderheid van het bewustzijn?

4. Zijn er wellicht andere oorzaken dan het ongeval (al dan niet samenhangend) die de verklaring kunnen vormen voor de aangetoonde stoornissen?

4.2.

benoemt tot deskundigen:

1) dr. W.I.M. VERHAGEN, neuroloog,

Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis,

correspondentieadres: Postbus 9015, 6500 GS, Nijmegen,

bezoekadres: Weg door Jonkerbos 100, 6532 SZ, Nijmegen,

telefoon: [telefoonnummer] ,

fax: [faxnummer] ,

emailadres: [xx]

2) prof. dr. M.L. STEK, psychiater,

correspondentieadres: Postbus 59640, 1040 LC, Amsterdam,

telefoon: [telefoonnummer] ,

emailadres: [xx]

3) R. VAN OORT, klinisch neuropsycholoog,

correspondentieadres: Postbus 2783, 3800 GJ, Amersfoort,

telefoon: [telefoonnummer] ,

fax: [faxnummer] ,

emailadres: [xx],

het voorschot

4.3.

stelt de hoogte van het voorschot op de kosten van de deskundigen vast op het door de deskundigen in totaal begrote bedrag van € 17.931,40,

4.4.

bepaalt dat Nationale Nederlanden het voorschot dient over te maken binnen twee weken na de datum van de nota met betaalinstructies van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak,

4.5.

draagt de griffier op om de deskundigen onmiddellijk in kennis te stellen van de betaling van het voorschot,

het onderzoek

4.6.

bepaalt dat [verzoekster] het procesdossier in afschrift aan de deskundigen dient te doen toekomen,

4.7.

bepaalt dat de deskundigen het onderzoek zelfstandig zullen instellen op de door de deskundigen in overleg met partijen te bepalen tijd en plaats,

4.8.

bepaalt dat de deskundigen onderling de volgorde van hun onderzoeken dienen af te stemmen,

4.9.

wijst de deskundigen er op dat:

de deskundigen voor aanvang van het onderzoek dienen kennis te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op www.rechtspraak.nl of desgevraagd te verkrijgen bij de griffie),

de deskundigen het onderzoek pas na het bericht van de griffier omtrent betaling van het voorschot dienen aan te vangen,

de deskundigen het onderzoek onmiddellijk dienen te staken en contact dienen op te nemen met de griffier, indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn,

4.10.

bepaalt dat partijen nadere inlichtingen en gegevens aan de deskundigen dienen te verstrekken indien dezen daarom verzoeken, de deskundigen toegang dienen te verschaffen tot voor het onderzoek noodzakelijke plaatsen, en de deskundigen ook voor het overige gelegenheid dienen te geven tot het verrichten van het onderzoek,

het schriftelijk rapport

4.11.

draagt de deskundigen op om uiterlijk negen maanden na het schriftelijk bericht van de griffier omtrent de betaling van het voorschot een schriftelijk en ondertekend bericht in drievoud ter griffie van de rechtbank in te leveren, onder bijvoeging van een gespecificeerde declaratie,

4.12.

wijst de deskundigen er op dat:

uit het schriftelijk bericht moet blijken op welke stukken het oordeel van de deskundigen is gebaseerd,

dat de deskundigen [verzoekster] in de gelegenheid moeten stellen om gebruik te maken van haar inzage- en blokkeringsrecht als bedoeld in art. 7:464 lid 2 onder b BW en, indien [verzoekster] als eerste kennis wenst te nemen van het deskundigenrapport, een concept van dat rapport aan [verzoekster] (eventueel onder gesloten couvert via zijn advocaat) moeten toesturen en [verzoekster] daarbij een termijn van twee weken moeten bieden om aan te geven of [verzoekster] gebruik wil maken van haar blokkeringsrecht (waarbij [verzoekster] zich van commentaar op het concept moet onthouden),

dat, indien [verzoekster] binnen die termijn mededeelt gebruik te maken van haar blokkeringsrecht, de deskundigen de werkzaamheden onmiddellijk moeten staken en dit aan de rechtbank moeten mededelen,

dat, indien [verzoekster] geen gebruik maakt van haar inzage- of blokkeringsrecht, de deskundigen het concept van het deskundigenrapport aan de advocaten van partijen moeten toezenden

4.13.

bepaalt dat partijen binnen vier weken dienen te reageren op het concept-rapport van de deskundigen nadat dit aan partijen is toegezonden en dat partijen bij de deskundigen geen gelegenheid hebben op elkaars opmerkingen en verzoeken naar aanleiding van het concept-rapport te reageren.

Deze beschikking is gegeven door mr. J. Blokland en in het openbaar uitgesproken op 2 april 2020.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature