U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:

Inhoudsindicatie:

Veroordeling voor poging afpersing. Verdachte heeft een geldbedrag van 200.000 euro geëist van een familie uit Lelystad. Verdachte schoot op de auto van de familie en dreigde in spraakberichten onder andere de zoon van de familie te vermoorden. Gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk. Afwijking van de eis van de officier van justitie in verband met onduidelijkheid over (het moment van) betrokkenheid van de politie en het ontbreken van informatie over de aanhouding van de verdachte, waarbij een politiehond werd ingezet en de verdachte gewond raakte. Vordering benadeelde partijen grotendeels toegewezen.

Uitspraak



RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht

Zittingsplaats Lelystad

Parketnummer: 16/136300-20 (P)

Vonnis van de meervoudige kamer van 21 oktober 2020

in de strafzaak tegen

[verdachte] ,

geboren op [1989] te [geboorteplaats] (India),

thans gedetineerd te Penitentaire Inrichting Ter Apel

hierna: verdachte.

1 ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 8 september 2020 en 7 oktober 2020.

De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. E. ter Braak en van hetgeen verdachte en zijn raadsman mr. R. Lonterman, advocaat te Amsterdam, alsmede de benadeelde partijen [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] en hun raadsvrouw P. Soekhai, naar voren hebben gebracht.

2 TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is op de zitting gewijzigd. De gewijzigde tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.

De verdenking komt er, kort weergegeven, op neer dat verdachte:

Feit 1 primair:

in de periode van 14 mei 2020 tot en met 20 mei 2020 te Lelystad en/of Amsterdam, samen met één of meer anderen, [slachtoffer 1] , [slachtoffer 3] , [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 4] heeft afgeperst;

subsidiair:

in de periode van 14 mei 2020 tot en met 20 mei 2020 te Lelystad en/of Amsterdam, samen met één of meer anderen, [slachtoffer 1] , [slachtoffer 3] , [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 4] heeft geprobeerd af te persen ;

Feit 2:

in de periode van 14 mei 2020 tot en met 20 mei 2020 te Lelystad en/of Amsterdam,

[slachtoffer 1] , [slachtoffer 3] , [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 4] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of zware mishandeling;

Feit 3:

op 14 mei 2020 te Lelystad een voorruit, een stuurhuis en/of een stoel van een auto (Range Rover met kenteken [kenteken] ), dat geheel aan een ander, te weten aan [slachtoffer 3] toebehoorde, heeft vernield.

3 VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4 WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1

Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie acht het onder 1 subsidiair, 2 en 3 ten laste gelegde wettig en overtuigend te bewijzen.

4.2

Het standpunt van de verdediging

De raadsman heeft vrijspraak bepleit van het onder 1 primair ten laste gelegde.

Ten aanzien van het onder 1 subsidiair ten laste gelegde heeft de raadsman aangevoerd dat er sprake is van een ondeugdelijke poging tot afpersing. Voor het overige heeft de raadsman zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank, maar heeft daarbij verzocht om partiële vrijspraak van de poging tot afpersing van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] . Uit de verzonden berichten kan niet worden opgemaakt dat verdachte beoogd heeft [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] te dwingen tot afgifte van een geldbedrag of enig goed.

Ten aanzien van de onder 2 ten laste gelegde bedreiging heeft de raadsman partiële vrijspraak bepleit ten aanzien van [slachtoffer 1] , omdat uit de verzonden berichten niet kan worden opgemaakt dat deze gericht waren aan [slachtoffer 1] .

Ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde feit heeft de raadsman zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.

4.3

Het oordeel van de rechtbank

Vrijspraak voor feit 1 primair

De rechtbank is met de officier van justitie en de raadsman van oordeel dat onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voorhanden is dat verdachte het onder 1 primair ten laste gelegde heeft begaan en zal verdachte daarom van dit feit vrijspreken.

Bewijsmiddelen voor de feiten 1 subsidiair, 2 en 3

De feiten 1 subsidiair, 2 en 3 zijn door verdachte begaan. Verdachte heeft deze feiten bekend en de raadsman heeft geen (volledige) vrijspraak voor deze feiten bepleit. De rechtbank volstaat onder deze omstandigheden met een opsomming van de volgende bewijsmiddelen:

Ten aanzien van alle bovengenoemde feiten:

- de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 7 oktober 2020.

Ten aanzien van feit 1 subsidiair:

een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van 14 mei 2020, genummerd PL0900-2020148343-1, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende de verklaring van [slachtoffer 1] namens, doorgenummerde pagina’s 29 tot en met 32 (digitale nummering);

een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van 27 mei 2020, genummerd PL0900-2020164116-1, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende de verklaring van [slachtoffer 2] mede namens [slachtoffer 3] , [slachtoffer 4] en [slachtoffer 1] , doorgenummerde pagina’s 129 tot en met 132 (digitale nummering);

een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van

14 mei 2020, genummerd PL0900-2020148343-8, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , inclusief fotobijlage, doorgenummerde pagina’s 12 en 13 (digitale nummering);

- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van

15 mei 2020, genummerd MD2R020118-20, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisant [verbalisant 3] , doorgenummerde pagina 35 (digitale nummering);

- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van

4 september 2020, genummerd MD2R020118-263, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisant [verbalisant 3] , inclusief bijlage, doorgenummerde pagina’s 1 tot en met 23 (digitale nummering);

Ten aanzien van feit 2:

een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van 14 mei 2020, genummerd PL0900-2020148343-1, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende de verklaring van [slachtoffer 1] namens, doorgenummerde pagina’s 29 tot en met 32 (digitale nummering);

een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor van 14 mei 2020, genummerd PL0900-2020148343-2, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende de verklaring van [slachtoffer 2] , doorgenummerde pagina’s 24 tot en met 27 (digitale nummering);

een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van

14 mei 2020, genummerd PL0900-2020148343-8, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , inclusief fotobijlage, doorgenummerde pagina’s 12 en 13 (digitale nummering);

- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van

15 mei 2020, genummerd MD2R020118-20, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisant [verbalisant 3] , doorgenummerde pagina 35 (digitale nummering);

- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van

4 september 2020, genummerd MD2R020118-263, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisant [verbalisant 3] , inclusief bijlage, doorgenummerde pagina’s 1 tot en met 23 (digitale nummering);

Ten aanzien van feit 3:

een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van 14 mei 2020, genummerd PL0900-2020148343-1, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende de verklaring van [slachtoffer 1] namens, doorgenummerde pagina’s 29 tot en met 32 (digitale nummering);

een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van

14 mei 2020, genummerd PL0900-2020148343-8, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , inclusief fotobijlage, doorgenummerde pagina’s 12 en 13 (digitale nummering);

- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict ( [adres] [woonplaats] ), genummerd PL0900-2020148343-7, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisant [verbalisant 4] , inclusief fotobijlage, doorgenummerde pagina’s 180 en 181.

Bewijsoverwegingen

De rechtbank acht op grond van de bewijsmiddelen in onderling verband en samenhang bezien, waaronder de bekennende verklaring van verdachte, wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de onder 1 subsidiair, 2 en 3 ten laste gelegde feiten.

Partiële vrijspraak medeplegen (ten aanzien van feit 1 subsidiair, 2 en 3)

De rechtbank is van oordeel dat het dossier geen bewijs bevat dat verdachte de bovengenoemde feiten tezamen en in vereniging met een ander of anderen heeft gepleegd, zodat de rechtbank verdachte van dat onderdeel van de tenlastelegging zal vrijspreken.

Bewijsoverwegingen ten aanzien van feit 1 subsidiair

Ondeugdelijke poging

Ten aanzien van het verweer dat er sprake is van een ondeugdelijke poging tot afpersing, overweegt de rechtbank als volgt.

Voor de bewezenverklaring is niet relevant in hoeverre degenen die als object van de afpersing benaderd zijn al dan niet feitelijk gevoelig blijken voor de op hen uitgeoefende druk. Vereist is slechts dat het middel dat daarbij wordt gehanteerd, naar objectieve maatstaven voldoende geschikt en daarmee deugdelijk is om het beoogde doel, in casu de verstrekking van geld aan verdachte, te bewerkstelligen. In de onderhavige zaak waren de door verdachte gebruikte middelen naar hun aard en inhoud geschikt om de afpersing te plegen. De rechtbank wijst in dat kader op de vele (voice) berichten, waarbij onder andere [slachtoffer 3] met de dood bedreigd is en die de slachtoffers ook daadwerkelijk hebben bereikt en bij hen grote angst aangewakkerd hebben. Voorts wijst de rechtbank op de beschieting van de auto van [slachtoffer 3] in combinatie met het geëiste bedrag (€ 200,000,-).

Aan de zijde van verdachte zijn geen omstandigheden aan te wijzen die voltooiing van het beoogde delict, te weten de afpersing, onmogelijk zouden hebben gemaakt. Zijn poging tot afpersing is enkel niet voltooid omdat de politie is ingeschakeld, die – zo is eerst ter terechtzitting door de officier van justitie medegedeeld – vals geld in de tas had gedaan. Er is dan ook geen sprake van een (straffeloze) absoluut ondeugdelijke poging, maar van een strafbare relatief ondeugdelijke poging.

Partiële vrijspraak

Naar het oordeel van de rechtbank was de poging tot afpersing alleen gericht op [slachtoffer 4] en [slachtoffer 3] . De door verdachte verstuurde (voice)berichten zijn naar het telefoonnummer van [slachtoffer 3] gestuurd. In die berichten wordt [slachtoffer 4] aangesproken onder de naam ‘ [naam] ’. In de berichten worden [slachtoffer 4] en [slachtoffer 3] in de jij-vorm aangesproken.

Zo wordt in de berichten onder meer gezegd: ‘reply zo snel als je kan of je geld gaat geven of niet gaat geven’ en ‘200.000 euro moet geregeld worden, anders zal je zoon doodgeschoten worden’. Uit de door verdachte verstuurde (voice)berichten kan niet worden opgemaakt dat verdachte het opzet heeft gehad op de afgifte van enig geldbedrag door [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] . Bovendien kan het bij verdachte geen reële gedachte zijn geweest dat [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] over een dergelijk groot geldbedrag beschikten.

De rechtbank zal, zoals ook door de raadsman is aangevoerd, verdachte daarom partieel vrijspreken van de poging tot afpersing voor zover deze gericht was tegen [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] .

Bewijsoverweging ten aanzien van feit 2

De raadsman heeft ten aanzien van feit 2 aangevoerd dat verdachte partieel dient te worden vrijgesproken van de bedreiging jegens [slachtoffer 1] , omdat uit de via WhatsApp verzonden berichten niet kan worden opgemaakt dat deze op haar gericht waren.

De rechtbank overweegt als volgt. De door verdachte verstuurde (voice)berichten zijn naar het telefoonnummer van [slachtoffer 3] gestuurd en zijn rechtstreeks gericht aan [slachtoffer 4] en [slachtoffer 3] . Die berichten waren niet alleen gericht aan [slachtoffer 4] en [slachtoffer 3] , maar aan de hele familie. In de berichten werd onder andere het volgende gezegd: ‘Wij observeren jullie hele familie. Wie waar en wanneer gaat en komt’ en ‘jullie huis wordt uit alle hoeken in de gaten te- houden. Er zijn genoeg ramen om jullie te schieten’. Daarbij heeft verdachte in het bijzonder [slachtoffer 2] (indirect) bedreigd, door te sturen: ‘Wij weten waar uw zoon woont, komt en gaat’ en ‘ons plan was eerst […] jouw zoon in zijn been te schieten’. Verder heeft verdachte de auto van [slachtoffer 3] beschoten, die voor het huis stond waar [slachtoffer 1] ook woonachtig is. Op grond van het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat de bedreiging gericht was op het hele gezin [gezin] , en verwerpt zij het verweer van de raadsman.

5 BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:

Feit 1 subsidiair

in de periode van 14 mei 2020 tot en met 20 mei 2020 te Lelystad en Amsterdam, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] te dwingen tot afgifte van een grote hoeveelheid geld (€ 200.000), dat geheel aan die [slachtoffer 3] , en [slachtoffer 4] toebehoorde,

- meermalen met een vuurwapen op de auto van [slachtoffer 3] heeft geschoten (met een of meer kogelinslagen in de voorruit tot gevolg) en (vervolgens) meermalen een voicebericht (ingesproken met stemvervormer) heeft verstuurd naar [slachtoffer 3] waarin (onder andere) gezegd werd:

"Vanochtend is er om 4 uur een iets/incident geweest. Ja, wij observeren/(afleggen) jullie hele familie. Wie waar en wanneer gaat en komt. Wanneer [naam] naar [woonplaats] gaat en wanneer komt. Waar jullie zoon woont, [adres] , daaronder zit een [winkel] en ernaast een politiebureau. Zijn flatnummer, wanneer hij naar werk gaat en komt, alle details hebben wij. Begrepen? De rest vertellen wij jullie nog wanneer wij dat gaat doen en waar wij

dat gaan doen. En hou de politie erbuiten, anders kunnen de kogels die op de auto zijn geschoten ook op jullie geschoten worden."

en

"Hallo, ja precies 200.000 euro moet geregeld worden binnen 2 tot 4 dagen, anders zal je zoon doodgeschoten worden."

en

"Hallo, ik zeg het nog een keer dat wij van jullie allemaal alle persoonlijke gegevens hebben. Dus verpest het niet. Begrepen? Wij weten waar uw zoon woont, komt en gaat, al die details hebben wij en weten wij allemaal. En [naam] van jou weten we het ook allemaal. Dus neem geen risico. Zeg ja of zeg nee, er zijn twee opties/mogelijkheden. De rest is aan ons. Laat het dus zo snel mogelijk weten"

en

“Luister [naam] , ons plan was eerst jouw of jouw zoon in zijn been te schieten en daarna, geld te vragen.

Begrepen? Dat hebben we gecanceld, want waarom. zouden we die schade aanrichten. Maar het lijkt erop dat je het niet begrijpt. Er zijn andere manieren om het te laten begrijpen. Dwing mij niet, dat wij Iets gaan doen.

Begrepen? Dit is de laatste keer dat ik je een bericht stuur. Reply zo snel als je kan of je geld gaat gevén of niet gaat geven. Als je het niet gaat geven, zeg het dan ook. God weet wat wij van plan zijn. Begrepen?

Dus ga je gedragen en reageer zo snel als je kan. Als je dat niet doet zal Je spijt hebben. Dan ga je zeggen dat je niet gewaarschuwd was, dat het je niet verteld was, dat ik je op zijn minst

nog een keer had moeten zeggen wat er, met het geld was/hoe het met het geld zat.

Als er dan iets erg gebeurt, iemand hier of daar terecht komt (spreektaal voor 'doodgaan') In de familie, dan ga je bétreuren dat je levenslange verdienste niet meer terug komt/nergens goed voor is geweest. Dit Is mijn laatste bericht. Geef antwoord. Als Je niet reageert dan zal Ik begrijpen dat het een 'nee' van jou is.

Begrepen? Oke, is goed, de rest is aan jou.”

en

“Ik weet dat je op zondag werkt en, dat je niet bent gaan werken

Houdt geld gereed

Maak foto van het geld

Geen foto, na nu geen contact meer

Dit is de laatste waarschuwing die jullie

Binnen 30 min antwoord

geen vragen meer stellen

Hou me niet voor de gek

We geven nooit zoveel dagen de tijd

We zijn al gek maak ons niet nog gekker

Hierna komt er geen contact meer

Nu eerst een foto van het geld

Jullie huis wordt uit alle hoeken In de gaten te houden

Er zijn genoeg ramen om jullie te schieten

Probeer het niet slim aan te pakken”

terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

Feit 2

in de periode van 14 mei 2020 tot en met 20 mei 2020 te Lelystad en Amsterdam, [slachtoffer 1] , [slachtoffer 3] , [slachtoffer 2] en [slachtoffer 4] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht door

- meermalen met een vuurwapen op de auto van [slachtoffer 3] te schieten (met een of meer kogelinslagen in de voorruit tot gevolg) en

- ( vervolgens) meermalen een voicebericht (ingesproken met stemvervormer) te sturen naar [slachtoffer 3] waarin (onder andere) wordt gezegd:

"Vanochtend is er om 4 uur een iets/incident geweest. Ja, wij observeren/(afleggen) jullie hele familie. Wie waar en wanneer gaat en komt. Wanneer [naam] naar [woonplaats] gaat en wanneer komt. Waar jullie zoon woont, [adres] , daaronder zit een [winkel] en ernaast een politiebureau. Zijn flatnummer, wanneer hij naar werk gaat en komt, alle details hebben wij. Begrepen? De rest vertellen wij jullie nog wanneer wij dat gaat doen en waar wij

dat gaan doen. En hou de politie erbuiten, anders kunnen de kogels die op de auto

zijn geschoten ook op jullie geschoten worden."

en

"Hallo, ja precies 200.000 euro moet geregeld worden binnen 2 tot 4 dagen, anders zal je zoon doodgeschoten worden."

en

"Hallo, ik zeg het nog een keer dat wij van jullie allemaal alle persoonlijke gegevens hebben. Dus verpest het niet. Begrepen? Wij weten waar uw zoon woont, komt en gaat, al die details hebben wij en weten wij allemaal. En [naam] van jou weten we het ook allemaal. Dus neem geen risico. Zeg ja of zeg nee, er zijn twee opties/mogelijkheden. De rest is aan ons. Laat het dus zo snel mogelijk weten";

en

“Luister [naam] , ons plan was eerst jouw of jouw zoon in zijn been te schieten en daarna, geld te vragen.

Begrepen? Dat hebben we gecanceld, want waarom. zouden we die schade aanrichten. Maar het lijkt erop dat je het niet begrijpt. Er zijn andere manieren om het te laten begrijpen. Dwing mij niet, dat wij iets gaan doen.

Begrepen? (…) Dus ga je gedragen en reageer zo snel als je kan. Als je dat niet doet zal je spijt hebben. Dan ga je zeggen dat je niet gewaarschuwd was, dat het je niet verteld was, dat ik je op zijn minst nog een keer had moeten zeggen wat er, met het geld was/hoe het met het geld zat. Als er dan iets erg gebeurt, iemand hier of daar terecht komt (spreektaal voor

'doodgaan') In de familie, dan ga je bétreuren dat je levenslange verdienste niet meer terug komt/nergens goed voor is geweest.”

en

‘Ik weet dat je op zondag werkt en, dat je niet bent gaan werken

Houdt geld gereed

Maak foto van het geld

Geen foto, na nu geen contact meer

Dit is de laatste waarschuwing die jullie

Binnen 30 min antwoord

geen vragen meer stellen

Hou me niet voor de gek

We geven nooit zoveel dagen de tijd

We zijn al gek maak ons niet nog gekker

Hierna komt er geen contact meer

Nu eerst een foto van het geld

Jullie huis wordt uit alle hoeken In de gaten te- houden

Er zijn genoeg ramen om jullie te schieten

Probeer het niet slim aan te pakken”

en

(vervolgens) een bericht of whatt’s app bericht te sturen met de tekst:

‘Als je slim doet dan… Dan schieten we je toch dood’

Feit 3

op 14 mei 2020 te Lelystad opzettelijk en wederrechtelijk een voorruit, een stuurhuis en een stoel van een auto (Range Rover met kenteken [kenteken] ), dat geheel aan een ander dan aan verdachte, te weten aan [slachtoffer 3] toebehoorde, heeft vernield.

Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.

Hetgeen onder 1, 2 en 3 meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6 STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.

Het bewezen verklaarde levert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:

Eendaadse samenloop van: feit 1 subsidiair : poging tot afpersing en

feit 2: bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, meermalen gepleegd;

feit 3

opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen.

7 STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8 OPLEGGING VAN STRAF

8.1

De vordering van de officier van justitie

De officier van justitie heeft gevorderd verdachte ter zake van het door haar geachte te veroordelen tot een gevangenisstraf van vijf jaar, met aftrek van het voorarrest.

Daarnaast heeft zij gevorderd aan verdachte de maatregel strekkende tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking als bedoeld in artikel 38v van het Wetboek van Strafrecht (Sr), op te opleggen voor de duur van vijf jaar, inhoudende een locatieverbod voor de woning van de familie [gezin] te [woonplaats] , de woning van [slachtoffer 2] te [woonplaats] , het bedrijf van ‘ [bedrijf] ’ van [slachtoffer 4] en de [naam] (tempel) te [woonplaats] en daarnaast een contactverbod met alle vier de slachtoffers.

Voor het geval niet aan de maatregel wordt voldaan vordert de officier van justitie voor iedere overtreding één week vervangende hechtenis. De officier van justitie heeft voorts gevorderd te bepalen dat de maatregel dadelijk uitvoerbaar is.

8.2

Het standpunt van de verdediging

De raadsman heeft onder meer bepleit verdachte een onvoorwaardelijke strafdeel op te leggen dat gelijk is aan de periode die verdachte tot aan de dag van de uitspraak in detentie heeft doorgebracht. Daarnaast heeft de raadsman verzocht rekening te houden met het feit dat er sprake is van ééndaadse samenloop (artikel 55 Sr).

8.3

Het oordeel van de rechtbank

Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken.

Ernst van de feiten Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan poging tot afpersing. Verdachte heeft hiertoe de slachtoffers gedurende zeven dagen vrijwel dagelijks op ernstige wijze bedreigd, door middel van het sturen (voice)berichten, waarbij hij gebruik maakte van een stemvervormer. Hij heeft daarbij onder meer gedreigd de zoon van de familie, [slachtoffer 2] , dood te schieten. Verdachte heeft daaraan voorafgaand met een vuurwapen tweemaal op de ruit van de auto van [slachtoffer 3] geschoten, die voor het huis van (drie van de vier) aangevers stond. De slachtoffers voelden zich dusdanig bedreigd dat zij zich genoodzaakt voelden hun woning te ontvluchten. Blijkens de ter terechtzitting voorgedragen slachtofferverklaringen hebben de gebeurtenissen op alle slachtoffers (psychisch) een zeer grote impact gehad en ondervinden zij nog dagelijks nadelige psychische gevolgen. Verdachte heeft met deze gevolgen in het geheel geen rekening gehouden. Daarnaast brengen dergelijke geweldsmisdrijven bij de burgers in het algemeen angstgevoelens en gevoelens van onveiligheid teweeg.

De rechtbank merkt hierbij op dat zij geen volledig beeld heeft gekregen vanaf welk moment en in welke mate de politie betrokken is geweest, omdat verslaglegging door de politie op dit punt in het dossier geheel ontbreekt. De officier van justitie heeft op dit punt eerst ter terechtzitting enige informatie verschaft, waaruit kan worden opgemaakt dat de politie kennelijk vrijwel onmiddellijk bij het proces betrokken is geweest en dat zij namens (en met) de slachtoffers de onderhandelingen met verdachte van meet af aan heeft gevoerd. De rechtbank overweegt dat dit van invloed moet zijn geweest op het effect dat de bedreiging heeft gehad.

Persoon van verdachte De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit het Justitieel Documentatieregister van 26 mei 2020 betreffende verdachte. Daaruit blijkt dat verdachte niet eerder is veroordeeld voor een strafbaar feit.

De op te leggen straf Vergelijkbare delicten als het onderhavige worden in de regel afgedaan met langdurige gevangenisstraffen. De rechtbank zal ook in onderhavige zaak een onvoorwaardelijke gevangenisstraf aan verdachte opleggen en heeft daarbij aansluiting gezocht bij vergelijkbare jurisprudentie. De rechtbank houdt er rekening mee dat in het onderhavige geval sprake is van een eendaadse samenloop.

Voorts houdt de rechtbank in strafmatigende zin rekening met de inzet van de politiehond bij de aanhouding van verdachte. Verdachte heeft daardoor ernstige verwondingen en mogelijk blijvend letsel, opgelopen. De politie en de officier van justitie hebben nagelaten de rechtbank (en de verdediging) zelfs maar globaal te informeren over de omstandigheden waaronder dit politiegeweld is toegepast. Wellicht was deze inzet op zijn plaats, maar de noodzaak daarvan is uit het dossier niet gebleken.

Alles afwegende acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden passend en geboden. Een deel daarvan, namelijk zes maanden, zal de rechtbank voorwaardelijk opleggen om verdachte er op die manier van te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te begaan.

De op te leggen maatregel

De rechtbank ziet voorts aanleiding om op grond van artikel 38v van het Wetboek van Strafrecht een vrijheidsbeperkende maatregel aan verdachte op te leggen, inhoudende een locatieverbod voor een straal van 500 meter rondom het woonadres van drie van de vier slachtoffers, te weten [adres] te [woonplaats] , en een contactverbod met alle vier de slachtoffers.

De rechtbank ziet geen aanleiding om daarnaast ook een locatieverbod aan verdachte op te leggen voor de woning van [slachtoffer 2] , het bedrijf ‘ [bedrijf] ’ van [slachtoffer 4] of de [naam] (tempel) te Amsterdam. Er is - in tegenstelling tot de woning in [woonplaats] - niet gebleken dat verdachte zich in de buurt van de woning van [slachtoffer 2] en/of het bedrijf van [slachtoffer 4] heeft begeven of dat verdachte plannen in die richting heeft. De tempel is daarnaast een openbare en religieuze plek, waarvoor de rechtbank het contactverbod met de slachtoffers afdoende acht.

De rechtbank legt deze vrijheidsbeperkende maatregel op voor de duur van vijf jaren. Voor het geval niet aan de maatregel wordt voldaan, zal per geval vervangende hechtenis voor één week worden opgelegd, met een maximum van zes maanden.

Naar het oordeel van de rechtbank is er geen sprake van een zodanig ernstig risico dat verdachte opnieuw een strafbaar feit zal begaan, dat dit een bevel tot dadelijke tenuitvoerlegging rechtvaardigt. De rechtbank zal daarom, anders dan door de officier van justitie is verzocht, niet bevelen dat de maatregel ex artikel 38v Sr dadelijk uitvoerbaar is.

9 BENADEELDE PARTIJ

[slachtoffer 4] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 1.086,57. Dit bedrag bestaat uit € 86,57 materiële schade en € 1.000,00 immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 1 en 2 ten laste gelegde feit.

[slachtoffer 3] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 8.129,36. Dit bedrag bestaat uit € 7.129,36 materiële schade en € 1.000,00 immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feit.

[slachtoffer 2] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 4.270,33. Dit bedrag bestaat uit € 3.020,33 materiële schade en € 1.250,00 immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 1 en 2 ten laste gelegde feit.

[slachtoffer 1] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 1.626,57. Dit bedrag bestaat uit € 626,57 materiële schade en € 1.000,00 immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 1 en 2 ten laste gelegde feit.

9.1

Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft geconcludeerd tot gehele toewijzing van alle gevorderde schadevergoedingen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.

9.2

Het standpunt van de verdediging

De raadsman heeft bepleit dat [slachtoffer 3] niet ontvankelijk moet worden verklaard voor het deel van de vordering dat betrekking heeft op de schade aan de auto. In het kader van haar schadebeperkingsplicht dient [slachtoffer 3] een beroep te doen op de verzekering.

De raadsman heeft daarnaast verzocht om [slachtoffer 2] gedeeltelijk, namelijk ten aanzien van het deel van de vordering dat ziet op de aanschaf van een nieuw camerasysteem, niet-ontvankelijk te verklaren. [slachtoffer 2] heeft het camerasysteem kennelijk aangeschaft ten behoeve van het huis van zijn ouders ( [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] ). Uit het dossier blijkt echter dat er al een goed functionerend camerasysteem aanwezig was bij het huis van zijn ouders.

Er is onvoldoende onderbouwd waarom uitbreiding van dat camerasysteem noodzakelijk was.De vordering van [slachtoffer 1] moet niet ontvankelijk worden verklaard omdat aan haar, gelet op de bepleite partiele vrijspraak, geen rechtstreekse schade is toegebracht.

De raadsman heeft ten aanzien van alle vorderingen verzocht om matiging van de immateriële gevorderde schadevergoeding. De gevorderde bedragen passen bij slachtoffers van direct fysiek geweld maar niet bij feiten als de onderhavige.

9.3

Het oordeel van de rechtbank

De vordering van [slachtoffer 4]

Vaststaat dat de benadeelde partij als gevolg van het hiervoor onder 1 subsidiair en 2 bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade heeft geleden. De rechtbank waardeert deze schade op € 1.086,57 en zal de vordering tot dat bedrag toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 20 mei 2020 tot de dag van volledige betaling.

De rechtbank ziet, zoals door de raadsman is betoogd, geen aanleiding om de immateriële schadevergoeding te matigen. Door de benadeelde partij is voldoende gesteld en onderbouwd dat de afpersing en bedreiging grote impact heeft gehad op zijn leven. Er is een posttraumatische stressstoornis vastgesteld en de benadeelde partij staat onder behandeling van een psycholoog, waar hij onder meer EMDR ondergaat. Het gevorderde bedrag van € 1.000,00 aan immateriële schade komt de rechtbank dan ook redelijk en billijk voor.

Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 4] aan verdachte de verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 1.086,57, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 20 mei 2020 tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 20 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.

De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.

De vordering van [slachtoffer 2]

Vaststaat dat de benadeelde partij als gevolg van het hiervoor onder 1 subsidiair, 2 en 3 bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade heeft geleden. De rechtbank waardeert deze schade op € 8.129,36 en zal de vordering tot dat bedrag toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 14 mei 2020 tot de dag van volledige betaling over een bedrag van € 6.360,56 en vanaf 20 mei 2020 tot de dag van volledige betaling over een bedrag van € 1.768,80.

De rechtbank passeert het verweer van de raadsman dat de benadeelde partij ten aanzien van de reparatiekosten van de auto niet-ontvankelijk dient te worden verklaard. De benadeelde partij heeft schade geleden en is in haar vermogenspositie benadeeld. Zij is niet gehouden om de schade bij de verzekering te declareren.

De rechtbank ziet, anders dan door de raadsman is betoogd, geen aanleiding om de immateriële schadevergoeding te matigen. Door de benadeelde partij is voldoende gesteld en onderbouwd dat de afpersing en bedreiging grote impact heeft gehad op haar leven. Er is een posttraumatische stressstoornis vastgesteld en de benadeelde partij staat onder behandeling van een psycholoog, waar zij onder meer EMDR ondergaat. Het gevorderde bedrag van € 1.000,00 aan immateriële schade komt de rechtbank dan ook redelijk en billijk voor.

Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 3] aan verdachte de verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 8.129,36, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 14 mei 2020 tot de dag van volledige betaling over een bedrag van € 6.360,56 en vanaf 20 mei 2020 tot de dag van volledige betaling over een bedrag van € 1.768,80. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 75 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.

De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.

De vordering van [slachtoffer 2]

De schade ter hoogte van in totaal € 1.385,00, bestaande uit € 385,00 materiële schade en

€ 1.000,00 immateriële schade, komt voor vergoeding in aanmerking. De rechtbank zal daarom de vordering tot het bedrag van € 1.385,00 toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 20 mei 2020 tot de dag van volledige betaling.

De benadeelde partij heeft meer gevorderd dan de rechtbank zal toewijzen.

De rechtbank zal de vordering van de benadeelde partij ten aanzien van de materiële schade

voor het overige niet-ontvankelijk verklaren, omdat onvoldoende onderbouwd is waarom de benadeelde partij, naast € 385,00 voor ‘eigen risico 2020’ aan Zilveren Kruis, ook € 200,00 aan ‘eigen risico’ aan Focus Geestelijke gezondheidszorg moest betalen.

De procedure aanhouden ten einde de benadeelde partij in de gelegenheid te stellen zijn vordering nader te onderbouwen, levert een onevenredige belasting op van het strafproces.

De rechtbank zal de vordering van de benadeelde partij ten aanzien van de beveiligingscamera’s afwijzen. De benadeelde partij heeft, mede gelet op de betwisting door verdachte, onvoldoende onderbouwd dat de aanschaf van de (nieuwe) beveiligingscamera’s noodzakelijk was.

Daarnaast heeft de verdediging verzocht om de gevorderde immateriële schade te matigen. De rechtbank overweegt dat de benadeelde partij voldoende heeft gesteld dat de afpersing bedreiging grote impact heeft gehad op zijn leven. Er is een posttraumatische stressstoornis en een depressie vastgesteld en de benadeelde partij staat onder behandeling van een psycholoog, waar hij onder meer EMDR ondergaat. Gelet op vergelijkbare zaken begroot de rechtbank het geleden bedrag aan immateriële schade naar billijkheid op € 1.000,00. De benadeelde partij zal voor rest van de immateriële vordering niet-ontvankelijk worden verklaard. De procedure aanhouden ten einde de benadeelde partij in de gelegenheid te stellen zijn vordering nader te onderbouwen, levert een onevenredige belasting op van het strafproces.

Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 2] aan verdachte de verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 1.385,00, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 20 mei 2020 tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 23 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.

De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.

De vordering van [slachtoffer 1]

Vaststaat dat de benadeelde partij als gevolg van het hiervoor onder 2 bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade heeft geleden. Zoals hiervoor in 4.3 is overwogen was de bedreiging ook gericht op [slachtoffer 1] . De rechtbank waardeert deze schade op € 1.626,57 en zal de vordering tot dat bedrag toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 20 mei 2020 tot de dag van volledige betaling.

De rechtbank ziet, zoals door de raadsman is betoogd, geen aanleiding om de immateriële schadevergoeding te matigen. Door de benadeelde partij is voldoende gesteld en onderbouwd dat de bedreiging grote impact heeft gehad op haar leven. Er is een posttraumatische stressstoornis vastgesteld en de benadeelde partij staat onder behandeling van een psycholoog, waar zij onder meer EMDR ondergaat. Het gevorderde bedrag van € 1.000,00 aan immateriële schade komt de rechtbank dan ook redelijk en billijk voor.

Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 2] aan verdachte de verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 1.626,57, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 20 mei 2020 tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 26 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.

De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.

Ten aanzien van alle vorderingen

Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partijen hebben gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zullen maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.

10 TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen 14a, 14 b, 14c, 36f, 38v, 38w, 45, 55, 57, 285, 317, 350

van het Wetboek van Strafrecht, zoals de artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

11 BESLISSING

De rechtbank:

Vrijspraak

- verklaart het primair onder 1 ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;

Bewezenverklaring

- verklaart het onder 1 subsidiair, 2 en 3 ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;

- verklaart het onder 1 subsidiair, 2 en 3 meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;

Strafbaarheid

- verklaart het onder 1 subsidiair, 2 en 3 bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;

- verklaart verdachte strafbaar;

Oplegging straf

- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 24 maanden;

- bepaalt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;

- bepaalt dat van de gevangenisstraf een gedeelte van 6 maanden niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene voorwaarde niet heeft nageleefd;

- stelt daarbij een proeftijd van 2 (twee) jaren vast;

- als voorwaarde geldt dat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;

Oplegging vrijheidsbeperkende maatregel

legt aan verdachte op de maatregel strekkende tot beperking van de vrijheid voor de duur van 5 jaren;

beveelt dat verdachte

zich niet ophoudt binnen een straal van 500 meter van het adres: [adres] te [woonplaats] ;

op geen enkele wijze – direct of indirect – contact zal opnemen, zoeken of hebben

met - [slachtoffer 4] , geboren op [1957] ;

- [slachtoffer 3] , [1963] ;- [slachtoffer 2] geboren op [1994] ;

- [slachtoffer 1] , geboren op [1995] ;

beveelt dat voor elk geval dat niet aan de maatregel wordt voldaan de maatregel wordt vervangen door (steeds) één week hechtenis;

beveelt dat de totale duur van de dan ten uitvoer te leggen vervangende hechtenis ten hoogste zes maanden bedraagt;

Benadeelde partij [slachtoffer 4]

wijst de vordering van [slachtoffer 4] toe tot een bedrag van € 1.086,57;

veroordeelt verdachte tot betaling aan [slachtoffer 4] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 mei 2020 tot de dag van volledige betaling;

legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 4] aan de Staat € 1.086,57 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 mei 2020 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 20 dagen gijzeling;

bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;

veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;

Benadeelde partij [slachtoffer 3]

wijst de vordering van [slachtoffer 3] toe tot een bedrag van € 8.129,36;

veroordeelt verdachte tot betaling aan [slachtoffer 3] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 14 mei 2020 tot de dag van volledige betaling over een bedrag van € 6.360,56 en vanaf 20 mei 2020 tot de dag van volledige betaling over een bedrag van € 1.768,80;

legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 3] aan de Staat € 8.129,36 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 14 mei 2020 tot de dag van volledige betaling over een bedrag van € 6.360,56 en vanaf 20 mei 2020 tot de dag van volledige betaling over een bedrag van € 1.768,80, bij niet betaling aan te vullen met 75 dagen gijzeling;

bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;

veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;

Benadeelde partij [slachtoffer 2]

wijst de vordering van [slachtoffer 2] toe tot een bedrag van € 1.385,00;

veroordeelt verdachte tot betaling aan € 1.385,00 van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 mei 2020 tot de dag van volledige betaling;

wijst de vordering van [slachtoffer 2] voor wat betreft de beveiligingscamera’s af;

verklaart [slachtoffer 2] voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;

legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 2] aan de Staat € 1.385,00 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 mei 2020 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 23 dagen gijzeling;

bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;

veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;

Benadeelde partij [slachtoffer 1]

wijst de vordering van [slachtoffer 1] toe tot een bedrag van € 1.626,57;

veroordeelt verdachte tot betaling aan [slachtoffer 1] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 mei 2020 tot de dag van volledige betaling;

legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 1] aan de Staat € 1.626,57 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 november 2020 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 26 dagen gijzeling;

bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;

veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;

Voorlopige hechtenis

- heft op het bevel tot voorlopige hechtenis met ingang van het tijdstip waarop de duur van de voorlopige hechtenis gelijk wordt aan het onvoorwaardelijk gedeelte van de opgelegde vrijheidsstraf.

Dit vonnis is gewezen door mr. W.S. Ludwig, voorzitter, mrs. A.M. Crouwel en M.C. Danel, rechters, in tegenwoordigheid van mr. C. Vos, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 21 oktober 2020.

Bijlage: de tenlastelegging

Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:

1.

hij in of omstreeks de periode van 14 mei 2020 tot en met 20 mei 2020 te Lelystad

en/of Amsterdam, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door

geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 1] , [slachtoffer 3] , [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 4] heeft gedwongen tot afgifte van een grote hoeveelheid geld (€200.000), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan die [slachtoffer 1] , [slachtoffer 3] , [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 4] of aan een derde toebehoorde, door

- meermalen, althans eenmaal met een vuurwapen op de auto van [slachtoffer 3] te schieten (met een of meer kogelinslagen in de voorruit tot gevolg) en/of

- ( vervolgens) een of meermalen een voicebericht (ingesproken met stemvervormer) te sturen aan die [slachtoffer 3] waarin (onder andere) gezegd wordt:

"Vanochtend is er om 4 uur een iets/incident geweest. Ja, wij observeren/(afleggen) jullie hele familie. Wie waar en wanneer gaat en komt. Wanneer [naam] naar [woonplaats] gaat en wanneer komt. Waar jullie zoon woont, [adres] , daaronder zit een [winkel] en ernaast een politiebureau. Zijn flatnummer, wanneer hij naar werk gaat en komt, alle details hebben wij. Begrepen? De rest vertellen wij jullie nog wanneer wij dat gaat doen en waar wij dat gaan doen. En hou de politie erbuiten, anders kunnen de kogels die op de auto zijn geschoten ook op jullie geschoten worden."

en/of

"Hallo, ja precies 200.000 euro moet geregeld worden binnen 2 tot 4 dagen, anders zal je zoon doodgeschoten worden."

en/of

"Hallo, ik zeg het nog een keer dat wij van jullie allemaal alle persoonlijke gegevens hebben. Dus verpest het niet. Begrepen? Wij weten waar uw zoon woont, komt en gaat, al die details hebben wij en weten wij allemaal. En [naam] van jou weten we het ook allemaal. Dus neem geen risico. Zeg ja of zeg nee, er zijn twee opties/mogelijkheden. De rest is aan ons. Laat het dus zo snel mogelijk weten"

en/of

“Luister [naam] , ons plan was eerst jouw of jouw zoon in zijn been te schieten en daarna, geld te vragen.

Begrepen? Dat hebben we gecanceld, want waarom. zouden we die schade aanrichten. Maar het lijkt erop dat je het niet begrijpt. Er zijn andere manieren om het te laten begrijpen. Dwing mij niet, dat wij Iets gaan doen.

Begrepen? Dit is de laatste keer dat ik je een bericht stuur. Reply zo snel als je kan of je geld gaat gevén of niet gaat geven. Als je het niet gaat geven, zeg het dan ook. God weet wat wij van plan zijn. Begrepen?

Dus ga je gedragen en reageer zo snel als je kan. Als je dat niet doet zal Je spijt hebben. Dan ga je zeggen dat je niet gewaarschuwd was, dat het je niet verteld was, dat ik je op zijn minst

nog een keer had moeten zeggen wat er, met het geld was/hoe het met het geld zat.

Als er dan iets erg gebeurt, iemand hier of daar terecht komt (spreektaal voor 'doodgaan') In de familie, dan ga je bétreuren dat je levenslange verdienste niet meer terug komt/nergens goed voor is geweest. Dit Is mijn laatste bericht. Geef antwoord. Als Je niet reageert dan zal Ik begrijpen dat het een 'nee' van jou is.

Begrepen? Oke, is goed, de rest is aan jou.”

en/of

“Ik weet dat je op zondag werkt en, dat je niet bent gaan werken

Houdt geld gereed

Maak foto van het geld

Geen foto, na nu geen contact meer

Dit is de laatste waarschuwing die jullie

Binnen 30 min antwoord

geen vragen meer stellen

Hou me niet voor de gek

We geven nooit zoveel dagen de tijd

We zijn al gek maak ons niet nog gekker

Hierna komt er geen contact meer

Nu eerst een foto van het geld

Jullie huis wordt uit alle hoeken In de gaten te- houden

Er zijn genoeg ramen om jullie te schieten

Probeer het niet slim aan te pakken”

subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou

kunnen leiden:

hij in of omstreeks de periode van 14 mei 2020 tot en met 20 mei 2020 te Lelystad

en/of Amsterdam, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen

misdrijf om met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen

door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 1] , [slachtoffer 3] , [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 4] te dwingen tot afgifte van een grote hoeveelheid geld (€200.000), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan die [slachtoffer 1] , [slachtoffer 3] , [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 4] of aan een derde toebehoorde,

- een of meermalen met een vuurwapen op de auto van [slachtoffer 3] heeft geschoten

(met een of meer kogelinslagen in de voorruit tot gevolg) en/of - (vervolgens) een of meermalen een voicebericht (ingesproken met stemvervormer) heeft verstuurd naar [slachtoffer 3] waarin (onder andere) gezegd werd:

"Vanochtend is er om 4 uur een iets/incident geweest. Ja, wij observeren/(afleggen) jullie hele familie. Wie waar en wanneer gaat en komt. Wanneer [naam] naar [woonplaats] gaat en wanneer komt. Waar jullie zoon woont, [adres] , daaronder zit een [winkel] en ernaast een politiebureau. Zijn flatnummer, wanneer hij naar werk gaat en komt, alle details hebben wij. Begrepen? De rest vertellen wij jullie nog wanneer wij dat gaat doen en waar wij

dat gaan doen. En hou de politie erbuiten, anders kunnen de kogels die op de auto zijn geschoten ook op jullie geschoten worden."

en/of

"Hallo, ja precies 200.000 euro moet geregeld worden binnen 2 tot 4 dagen, anders zal je zoon doodgeschoten worden."

en/of

"Hallo, ik zeg het nog een keer dat wij van jullie allemaal alle persoonlijke gegevens hebben. Dus verpest het niet. Begrepen? Wij weten waar uw zoon woont, komt en gaat, al die details hebben wij en weten wij allemaal. En [naam] van jou weten we het ook allemaal. Dus neem geen risico. Zeg ja of zeg nee, er zijn twee opties/mogelijkheden. De rest is aan ons. Laat het dus zo snel mogelijk weten"

en/of

“Luister [naam] , ons plan was eerst jouw of jouw zoon in zijn been te schieten en daarna, geld te vragen.

Begrepen? Dat hebben we gecanceld, want waarom. zouden we die schade aanrichten. Maar het lijkt erop dat je het niet begrijpt. Er zijn andere manieren om het te laten begrijpen. Dwing mij niet, dat wij Iets gaan doen.

Begrepen? Dit is de laatste keer dat ik je een bericht stuur. Reply zo snel als je kan of je geld gaat gevén of niet gaat geven. Als je het niet gaat geven, zeg het dan ook. God weet wat wij van plan zijn. Begrepen?

Dus ga je gedragen en reageer zo snel als je kan. Als je dat niet doet zal Je spijt hebben. Dan ga je zeggen dat je niet gewaarschuwd was, dat het je niet verteld was, dat ik je op zijn minst

nog een keer had moeten zeggen wat er, met het geld was/hoe het met het geld zat.

Als er dan iets erg gebeurt, iemand hier of daar terecht komt (spreektaal voor 'doodgaan') In de familie, dan ga je bétreuren dat je levenslange verdienste niet meer terug komt/nergens goed voor is geweest. Dit Is mijn laatste bericht. Geef antwoord. Als Je niet reageert dan zal Ik begrijpen dat het een 'nee' van jou is.

Begrepen? Oke, is goed, de rest is aan jou.”

en/of

“Ik weet dat je op zondag werkt en, dat je niet bent gaan werken

Houdt geld gereed

Maak foto van het geld

Geen foto, na nu geen contact meer

Dit is de laatste waarschuwing die jullie

Binnen 30 min antwoord

geen vragen meer stellen

Hou me niet voor de gek

We geven nooit zoveel dagen de tijd

We zijn al gek maak ons niet nog gekker

Hierna komt er geen contact meer

Nu eerst een foto van het geld

Jullie huis wordt uit alle hoeken In de gaten te houden

Er zijn genoeg ramen om jullie te schieten

Probeer het niet slim aan te pakken”

terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

2.

hij in of omstreeks de periode van 14 mei 2020 tot en met 20 mei 2020 te Lelystad

en/of Amsterdam, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, [slachtoffer 1] , [slachtoffer 3] , [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 4] heeft bedreigd met

enig misdrijf tegen het leven gericht en/of zware mishandeling door

- een of meermalen met een vuurwapen op de auto van [slachtoffer 3] te schieten (met een of meer kogelinslagen in de voorruit tot gevolg) en/of

- ( vervolgens) een of meermalen een voicebericht (ingesproken met stemvervormer) te sturen naar [slachtoffer 3] en/of anderen waarin (onder andere) wordt gezegd:

"Vanochtend is er om 4 uur een iets/incident geweest. Ja, wij observeren/(afleggen) jullie hele familie. Wie waar en wanneer gaat en komt. Wanneer [naam] naar [woonplaats] gaat en wanneer komt. Waar jullie zoon woont, [adres] , daaronder zit een [winkel] en ernaast een politiebureau. Zijn flatnummer, wanneer hij naar werk gaat en komt, alle details hebben wij. Begrepen? De rest vertellen wij jullie nog wanneer wij dat gaat doen en waar wij

dat gaan doen. En hou de politie erbuiten, anders kunnen de kogels die op de auto

zijn geschoten ook op jullie geschoten worden."

en/of

"Hallo, ja precies 200.000 euro moet geregeld worden binnen 2 tot 4 dagen, anders zal je zoon doodgeschoten worden."

en/of

"Hallo, ik zeg het nog een keer dat wij van jullie allemaal alle persoonlijke gegevens hebben. Dus verpest het niet. Begrepen? Wij weten waar uw zoon woont, komt en gaat, al die details hebben wij en weten wij allemaal. En [naam] van jou weten we het ook allemaal. Dus neem geen risico. Zeg ja of zeg nee, er zijn twee opties/mogelijkheden. De rest is aan ons. Laat het dus zo snel mogelijk weten";

en/of

“Luister [naam] , ons plan was eerst jouw of jouw zoon in zijn been te schieten

en daarna, geld te vragen.

Begrepen? Dat hebben we gecanceld, want waarom. zouden we die schade

aanrichten. Maar het lijkt erop dat je het niet begrijpt. Er zijn andere manieren om

het te laten begrijpen. Dwing mij niet, dat wij Iets gaan doen.

Begrepen? (…) Dus ga je gedragen en reageer zo snel als je kan. Als je dat niet doet

zal Je spijt hebben. Dan ga je zeggen dat je niet gewaarschuwd was, dat het je niet

verteld was, dat ik je op zijn minst nog een keer had moeten zeggen wat er, met het

geld was/hoe het met het geld zat.

Als er dan iets erg gebeurt, iemand hier of daar terecht komt (spreektaal voor

'doodgaan') In de familie, dan ga je bétreuren dat je levenslange verdienste niet

meer terug komt/nergens goed voor is geweest.”

en/of

‘Ik weet dat je op zondag werkt en, dat je niet bent gaan werken

Houdt geld gereed

Maak foto van het geld

Geen foto, na nu geen contact meer

Dit is de laatste waarschuwing die jullie

Binnen 30 min antwoord

geen vragen meer stellen

Hou me niet voor de gek

We geven nooit zoveel dagen de tijd

We zijn al gek maak ons niet nog gekker

Hierna komt er geen contact meer

Nu eerst een foto van het geld

Jullie huis wordt uit alle hoeken In de gaten te- houden

Er zijn genoeg ramen om jullie te schieten

Probeer het niet slim aan te pakken”

en/of

(vervolgens) een bericht of whatt’s app bericht te sturen met de tekst:

‘Als je slim doet dan… Dan schieten we je toch dood’

3.

hij of omstreeks 14 mei 2020 te [woonplaats] tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen opzettelijk en wederrechtelijk een voorruit, een stuurhuis en/of een stoel van een auto (Range Rover met kenteken [kenteken] ), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn/haar mededader(s), te weten aan [slachtoffer 3] toebehoorde, heeft vernield, beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature