Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Zaaknummer:
Zittingsplaats:

Inhoudsindicatie:

verlening ondertoezichtstelling en verlenging uithuisplaatsing

Deze uitspraak is gepubliceerd in verband met een onderzoek van de Universiteit Utrecht

Uitspraak



beschikking

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Familierecht

Zittingsplaats: Lelystad

Zaakgegevens : C/16/484406 / JL RK 19-391

datum uitspraak: 3 september 2019

beschikking verlenging ondertoezichtstelling en verlenging uithuisplaatsing

in de zaak van

Leger des Heils Jeugdbescherming & Reclassering, hierna te noemen de gecertificeerde instelling (GI), gevestigd te [vestigingsplaats] ,

betreffende

[naam minderjarige] , geboren op [geboortedatum] 2013 te [geboorteplaats] , hierna te noemen [voornaam van minderjarige] .

De kinderrechter merkt als belanghebbende aan:

[belanghebbende] , hierna te noemen de moeder,

wonende te [woonplaats 1] .

De kinderrechter merkt als informant aan:

[naam informant] , hierna te noemen de vader,

wonende te [woonplaats 2] .

Het procesverloop

Het procesverloop blijkt uit de volgende stukken:

- het verzoek met bijlagen van de GI van 8 juli 2019, ingekomen bij de griffie op 15 juli 2019;

- het verzoek met bijlagen van mr. N.C. Milani, advocaat van moeder, ingekomen bij de griffie op 4 september 2019.

Op 3 september 2019 heeft de kinderrechter de zaak ter zitting met gesloten deuren behandeld.

Gehoord zijn:- mr. N.C. Milani, advocaat van moeder,

- een vertegenwoordigster van de GI, mevrouw [A] .

Moeder en vader zijn, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet verschenen ter zitting.

De kinderrechter heeft ter zitting besloten dat het verzoek van moeder tot vervanging van de huidige GI afgesplitst wordt. Dit verzoek zal verder behandeld worden ter zitting van 17 september 2019.

De feiten

Het ouderlijk gezag over [voornaam van minderjarige] wordt uitgeoefend door de moeder.

[voornaam van minderjarige] woont bij de moeder.

Bij beschikking van 4 september 2018 is de ondertoezichtstelling van [voornaam van minderjarige] verlengd tot

9 september 2019. De kinderrechter heeft bij deze beschikking ook de machtiging tot uithuisplaatsing van [voornaam van minderjarige] in een voorziening voor pleegzorg verlengd voor de duur van de ondertoezichtstelling.

Het verzoek

De GI heeft verzocht de ondertoezichtstelling van [voornaam van minderjarige] te verlengen voor de duur van een jaar.Tevens wordt verzocht de uithuisplaatsing van [voornaam van minderjarige] te verlengen voor de duur van de ondertoezichtstelling in een voorziening voor pleegzorg.

Het standpunt van belanghebbenden

De advocaat van moeder heeft ter zitting naar voren gebracht dat moeder het verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling en de verlenging van de machtiging uithuisplaatsing begrijpt. Wel verzoekt moeder om de duur van de machtiging uithuisplaatsing te beperken tot vier á zes maanden. Moeder begrijpt dat [voornaam van minderjarige] niet gelijk thuisgeplaatst kan worden. Zij werkt mee aan de hulpverlening en alle onderzoeken. [voornaam van minderjarige] wil graag naar terug naar moeder. De omgang tussen moeder en [voornaam van minderjarige] verloopt goed. [voornaam van minderjarige] heeft alleen moeder en geeft aan graag naar moeder toe te willen. De advocaat vindt dan ook het standpunt van de GI onbegrijpelijk dat de omgang tussen moeder en [voornaam van minderjarige] niet uitgebreid kan worden. Er is nu een omgang van één uur per maand. Dit is te weinig.

De GI heeft ter zitting naar voren gebracht dat er na de beslissing van de rechtbank tot afwijzing van het verzoek tot gezagsbeëindiging is gestart met een gezinsonderzoek en dat er Video Interactie Begeleiding (VIB) is ingezet. Deze trajecten zijn inmiddels afgerond en de evaluaties gaan binnenkort (12 en 16 september) plaatsvinden. De komende periode zal duidelijk worden waar het perspectief van [voornaam van minderjarige] ligt en daar zal naar gehandeld worden. De omgang tussen moeder en [voornaam van minderjarige] zal hierbij ook worden meegenomen. Het is op dit moment te vroeg om de omgang uit te breiden. In afwachting van de ontwikkelingen is het nodig om de ondertoezichtstelling en machtiging uithuisplaatsing te verlengen.

De beoordeling

Uit de overgelegde stukken en de behandeling ter zitting komt naar voren dat het perspectief van [voornaam van minderjarige] nog niet is vastgesteld. De rechtbank heeft in februari 2019 overwogen dat de aanvaardbare termijn voor een terugkeer van [voornaam van minderjarige] naar moeder nog niet is verstreken. Gezien de positieve stappen die moeder heeft gezet in de afgelopen periode moet onderzocht worden of [voornaam van minderjarige] kan terugkeren naar moeder. In de afgelopen periode heeft de GI daarom VIB en een gezinsonderzoek ingezet. De resultaten daarvan zijn op dit moment nog niet bekend. Zolang dit perspectief nog niet bekend is het nodig om de huidige maatregelen voort te zetten. Ongeacht wat de beslissing zal zijn over het perspectief blijft hulp en toezicht in de ontwikkeling van [voornaam van minderjarige] noodzakelijk.

Uit de stukken en het voorgaande volgt dat de ontwikkeling van [voornaam van minderjarige] nog altijd bedreigd wordt en dat is voldaan aan het wettelijke criterium genoemd in artikel 1:255 van het Burgerlijk Wetboek (BW). De kinderrechter zal daarom de ondertoezichtstelling van [voornaam van minderjarige] verlengen voor de duur van twaalf maanden. Ook is de verlenging van de uithuisplaatsing van [voornaam van minderjarige] noodzakelijk in het belang van de verzorging en opvoeding (artikel 1:265c, tweede lid, BW). Wel ziet de kinderrechter aanleiding om de duur van de machtiging uithuisplaatsing te beperken tot zes maanden. Dit aangezien er in de komende periode veel staat te gebeuren voor [voornaam van minderjarige] . De kinderrechter wil deze ontwikkelingen blijven monitoren. De GI, die de ondertoezichtstelling uitvoert, zal bij een eventueel verlengingsverzoek van de machtiging uithuisplaatsing de kinderrechter schriftelijk moeten informeren over de uitkomsten van de onderzoeken en de gevolgen voor het perspectief van [voornaam van minderjarige] .

De beslissing

De kinderrechter:

verlengt de ondertoezichtstelling van [voornaam van minderjarige] tot 9 september 2020;

verlengt de machtiging tot uithuisplaatsing van [voornaam van minderjarige] in een voorziening voor pleegzorg tot 9 maart 2020;

wijst het meer of anders gevraagde af;

verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.

Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 3 september 2019 door mr. K.G. van de Streek, kinderrechter, in tegenwoordigheid van J.A.R. Bastiaans, als griffier.

Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:

- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,

- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.

Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend ter griffie van het gerechtshofArnhem-Leeuwarden

De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde wetgeving

Gerelateerde advocaten

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature