Eisende partij neemt de eisen van 21 en 111 Rv niet serieus, doch desondanks leidt dit niet tot algehele afwijzing van haar vordering. De gevorderde hoofdsom blijkt bij nader inzien (ter gelegenheid van een comparitie nader gebleken feiten en omstandigheden) voldoende te kunnen worden verantwoord en wordt mede daarom niet langer inhoudelijk betwist (eigen bijdragen voor verleedne zorg). Omdat echter intreden van betalingsverzuim eerder dan per datum dagvaarding onvoldoende gesteld, laat staan geadsrueerd is, worden de nevenvorderingen (vervallen rente en vergoeding incassokosten) afgewezen en worden de proceskosten in het geheel gecompenseerd.