U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:
Instantie:
Vindplaatsen:

Inhoudsindicatie:

Werkneemster werkt aan de kassa van een bouwmarkt. Zij scant haar eigen voordeelkaart als klanten geen voordeelkaart aanbieden en zij eigent zich zo voordeelcoupons toe. Met de voordeelcoupons koopt zij met korting producten van de bouwmarkt. Werkgever ontslaat haar op staande voet wegens diefstal/fraude. Het verzoek van werkneemster tot vernietiging van de opzegging van de arbeidsovereenkomst wordt afgewezen.

Uitspraak



beschikking

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht

Zittingsplaats Maastricht

Zaaknummer: 7649479 AZ VERZ 19-37

Beschikking van 10 mei 2019

in de zaak van

[verzoekster] ,

wonend te [woonplaats] ,

verzoekende partij,

gemachtigde mr. C.C. Berends

tegen

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

BUDÉ BOUWMARKT BRUNSSUM B.V.,

gevestigd te Brunssum,

verwerende partij,

gemachtigde mr. A.A.M. Hoogveld.

Partijen zullen hierna [verzoekster] en Budé genoemd worden.

1 De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

het verzoekschrift en de elf door [verzoekster] ingediende bijlagen

het verweerschrift (met voorwaardelijk tegenverzoek) en de tien door Budé ingediende bijlagen

de mondelinge behandeling op 7 mei 2019 waarbij [verzoekster] een pleitnota heeft overgelegd.

1.2.

Ten slotte is beschikking bepaald op heden.

2 De feiten

2.1.

Budé Holding Meerssen /Maastricht B.V. exploiteert als franchiseneemster (onder meer) vijf Gamma Bouwmarkten. Budé (verwerende partij) is een dochtervennootschap van deze holding.

2.2.

[verzoekster] , geboren op [geboortedag] 1992, is op 29 juli 2013 op grond van een arbeidsovereenkomst in dienst getreden van Budé in de functie van info/verhuurbaliemedewerkster. Het brutoloon exclusief 8% vakantiegeld bedraagt € 1.042,39 per maand voor 24 uur per week . Het werk van [verzoekster] bestaat grotendeels uit kassawerkzaamheden.

2.3.

Op de arbeidsovereenkomst is het Huishoudelijk reglement Budé Bouwmarkten van toepassing.

2.4.

Budé biedt aan haar klanten een voordeelpas aan. Klanten kunnen na iedere aankoop deze pas aan de kassamedewerker aanbieden om te laten scannen. Na het scannen van deze pas door de kassamedewerker ontvangt de klant een voordeelcoupon van de kassamedewerker. Op de voordeelcoupon staat een kortingsbedrag dat de klant bij een volgende aankoop bij Gamma kan verzilveren.

2.5.

Bij functioneringsgesprekken met haar kassamedewerkers besteedt Budé steeds aandacht aan het “scanningspercentage”. Budé streeft er thans naar dat 60% van haar klanten de voordeelkaart aanbiedt bij het kopen van producten bij Budé. In het verleden was dat 65%.

2.6.

Ook de werknemers van Budé kunnen gebruik maken van de klantenkaart. [verzoekster] heeft een klantenkaart met het nummer 261105426094.

2.7.

Op 31 januari 2019 heeft [verzoekster] aan haar leidinggevende [naam leidinggevende] medegedeeld dat zij zwanger is van haar tweede kind.

2.8.

Op 12 februari 2019 is [verzoekster] door [naam leidinggevende] uitgenodigd voor een gesprek. Tijdens dat gesprek is [verzoekster] op staande voet ontslagen.

2.9.

Bij brief van 12 februari 2019 heeft Budé (onder meer) het volgende aan [verzoekster] medegedeeld:

“Na grondig intern onderzoek is gebleken dat u zich schuldig blijkt te hebben gemaakt aan het onrechtmatig gebruik van uw Gamma klantenkaart (nr. 2611054260494). Op 5 februari jl. heeft u uw Gamma klantenkaart tijdens de transactie van diverse klanten gescand. Vervolgens heeft u later op de dag wasmiddel en toiletpapier gekocht waarbij u 11 coupons heeft ingeleverd. Dit is onacceptabel.

Uw gedrag is fraude en/of diefstal en vormt een dringende reden in de zin van de wet.”

2.10.

Bij brief van (eveneens) 12 februari 2019 heeft [verzoekster] Budé medegedeeld het niet eens te zijn met de opzegging van de arbeidsovereenkomst en verzocht de opzegging in te trekken. Verder heeft zij medegedeeld dat zij beschikbaar blijft voor het verrichten van werkzaamheden en dat Budé verplicht is het loon door te betalen. Bij brief van haar gemachtigde van 21 februari 2019 heeft [verzoekster] deze standpunten herhaald.

3 Het geschil

3.1.

[verzoekster] verzoekt:

de opzegging van 12 februari 2019 te vernietigen;

haar op straffe van verbeurte van een dwangsom toe te laten de bedongen werkzaamheden te verrichten;

Budé te veroordelen tot betaling van het loon vanaf 12 februari 2019, te vermeerderen met de wettelijke verhoging en de wettelijke rente;

Budé te veroordelen tot betaling van de proceskosten.

3.2.

Het verweer van Budé strekt tot afwijzing van het verzoek van [verzoekster] .

Zij verzoekt voorwaardelijk, indien het verzoek tot vernietiging van de opzegging wordt gehonoreerd, de arbeidsovereenkomst met [verzoekster] te dadelijk (zonder rekening te houden met de opzegtermijn) te ontbinden omdat de ontbinding het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen van [verzoekster] .

4 De beoordeling

4.1.

Budé stelt dat [verzoekster] op 5 februari 2019 diverse keren haar eigen klantenkaart heeft gescand bij transacties van klanten. Verder stelt Budé dat [verzoekster] de aldus verkregen voordeelcoupons op het einde van die dag heeft ingewisseld waardoor [verzoekster] met korting wasmiddel en toiletpapier gekocht heeft. Deze stellingen worden door [verzoekster] niet betwist, zodat de juistheid daarvan vaststaat. Met Budé is de kantonrechter van oordeel dat de handelwijze van [verzoekster] een dringende reden oplevert om de arbeidsovereenkomst met haar onverwijld op te zeggen. Daartoe wordt als volgt overwogen.

4.2.

Met het herhaaldelijk scannen van de eigen klantenkaart op 5 februari 2019 bij transacties van klanten heeft [verzoekster] in strijd gehandeld met art. 7.8 van het huishoudelijk reglement. Daarin is bepaald dat de kaart strikt persoonlijk is en uitsluitend dient te worden gebruikt tijdens een aankoop van de pashouder. Budé heeft er (onbetwist) belang bij dat de klant die bij haar iets koopt/huurt, de eigen klantenkaart gebruikt. De gegevens die uit het scannen van de klantenkaar worden verkregen, gebruikt Budé namelijk voor commerciële doeleinden. Deze gegevens worden onbetrouwbaar door [verzoekster] ’ handelwijze. [verzoekster] ’ stelling dat zij onder druk van het door Budé opgelegde scanningspercentage haar eigen kaart heeft gebruikt bij transacties van klanten die geen klantenkaart hadden, kan haar niet baten.

Budé heeft die stelling namelijk uitgebreid betwist. Budé heeft betoogd dat het scanningspercentage (thans 60%) weliswaar een streven is om de klanten aan haar te binden en omdat klanten met een kaart geneigd zijn voor hogere bedragen aankopen te doen, maar volgens Budé worden er geen consequenties aan verbonden als een werknemer dit percentage niet haalt. Hooguit zal een werknemer coaching aangeboden worden om een hoger percentage te realiseren, als het percentage daartoe aanleiding geeft. Bovendien, zo stelt Budé, wordt het percentage (doorgaans) wel gehaald. Na deze gemotiveerde betwisting heeft [verzoekster] haar stelling dat zij onder druk van Budé haar eigen klantenkaart heeft gebruikt bij aankopen van klanten niet nader onderbouwd. Hieruit volgt dat [verzoekster] ’ standpunt als onjuist moet worden verworpen.

4.3.

Met haar stelling dat zij onder druk van Budé haar eigen klantenkaart heeft gebruikt om een hoger scanningspercentage te realiseren, heeft [verzoekster] bovendien geen verklaring gegeven voor het feit dat zij vervolgens de op deze wijze verkregen voordeelcoupons voor haar eigen voordeel heeft gebruikt op 5 februari 2019. Haar betoog dat zij zich niet realiseerde dat zij iets fout deed, verwerpt de kantonrechter op grond van de volgende overwegingen. [verzoekster] heeft de voordeelcoupons ingewisseld en (omdat het huishoudelijk reglement dat voorschrijft) de kassabon laten aftekenen door haar leidinggevende [naam leidinggevende] . Volgens [verzoekster] heeft zij toen, omdat het groot aantal ingewisselde voordeelcoupons [naam leidinggevende] kennelijk verbaasde, aan hem medegedeeld dat ook haar vader en haar echtgenoot gebruik maken van haar klantenkaart. [verzoekster] heeft hiermee weliswaar niet expliciet gesteld dat de voordeelcoupons aan haar vader en haar echtgenoot waren verstrekt, maar een andere verklaring voor die mededeling is in alle redelijkheid niet te geven. Een verklaring die bovendien onjuist is want de voordeelcoupons had [verzoekster] zichzelf toegeëigend door het niet toegestane gebruik van de eigen klantenkaart bij klanten zonder klantenkaart. [verzoekster] voelde zich dus kennelijk genoodzaakt een verklaring aan [naam leidinggevende] te geven voor de hoeveelheid ingewisselde coupons. Uit het feit dat zij onjuist heeft verklaard, valt af te leiden dat zij wel degelijk wist dat haar handelwijze niet was toegestaan door Budé.

4.4.

Doordat [verzoekster] voordeelcoupons heeft gebruikt die niet aan haar toekwamen heeft zij Budé benadeeld, hetgeen als fraude valt te bestempelen. Budé heeft betoogd dat zij ter zake van fraude een zero-tolerance beleid voert en dat dit beleid bij haar werknemers bekend is. [verzoekster] heeft tevergeefs gesteld dat dit beleid bij haar onbekend is. In artikel 7.4 van het huishoudelijk reglement wordt dit beleid namelijk expliciet vermeld:

“Budé is een open organisatie en heeft vertrouwen in haar medewerkers. Diefstal en fraude horen dan ook niet thuis in ons bedrijf. Wij gaan er vanuit dat iedereen in ons bedrijf betrouwbaar is. Helaas blijkt uit landelijk onderzoek dat een aanzienlijk deel van de winkeldiefstallen worden gepleegd door eigen medewerkers. Jaarlijks veroorzaakt interne fraude een verlies van ongeveer 170 miljoen euro voor de detailhandel. Derhalve voert Budé een strikt en duidelijk zero-tolerance beleid tegen interne fraude en diefstal. Daartoe houdt Budé toezicht binnen haar organisatie door middel van het gebruik van (verborgen) camera’s. Onder fraude verstaan wij “het doelbewust benadelen” van Budé om er zelf (of een ander) financieel beter van te (laten) worden”.

Bij diefstal en/of fraude door de werknemer volgt onherroepelijk ontslag op staande voet (artikel 7:678 van het burgerlijk wetboek).”

Onbetwist is dat het huishoudelijk reglement aan [verzoekster] verstrekt is, zodat zij reeds daarom wordt geacht van het zero-tolerance beleid op de hoogte te zijn. Bovendien staat vast dat [verzoekster] van ten minste twee voorbeelden van het zero-tolerance beleid van Budé op de hoogte is. Zij heeft immers zelf verklaard te weten dat twee werknemers door Budé op staande voet ontslagen zijn omdat zij zich ten onrechte een voucher van Flexa (met recht op een taart van de Hema) hadden toegeëigend.

4.5.

[verzoekster] heeft verder aangevoerd dat Budé na haar mededeling dat zij zwanger was kennelijk heeft gezocht naar een reden om haar te ontslaan. Dit betoog verwerpt de kantonrechter. Budé heeft dat namelijk betwist en [verzoekster] heeft haar stelling in het geheel niet aannemelijk weten te maken. Bovendien staat op grond van voorgaande overwegingen simpelweg vast dat [verzoekster] (weliswaar voor een klein bedrag) heeft gefraudeerd.

4.6.

In de persoonlijke omstandigheden die [verzoekster] aanvoert ziet de kantonrechter onvoldoende grond om de opzegging te vernietigen. [verzoekster] is zwanger en heeft wellicht inderdaad nu minder kansen op de arbeidsmarkt maar dat belang weegt niet op tegen het belang van Budé om iedere vorm van fraude binnen haar onderneming tegen te gaan door middel van het zero-tolerance beleid.

4.7.

Op grond van voorgaande overwegingen zal het verzoek van [verzoekster] worden afgewezen.

4.8.

Omdat de opzegging niet wordt vernietigd, komt de kantonrechter niet toe aan een beoordeling van het voorwaardelijke tegenverzoek. Aan de voorwaarde is immers niet voldaan, zodat er feitelijk geen sprake is van een tegenverzoek.

4.9.

Als de in het ongelijk gestelde partij zal [verzoekster] worden veroordeeld tot betaling van de kosten van dit geding, aan de zijde van Budé tot op heden begroot op € 600,00 salaris gemachtigde.

5 De beslissing

De kantonrechter

5.1.

wijst de vordering af,

5.2.

veroordeelt [verzoekster] tot betaling van de kosten van dit geding, aan de zijde van Budé begroot op € 600,00,

5.3.

verklaart onderdeel 5.2. van deze beslissing uitvoerbaar bij voorraad.

Deze beschikking is gegeven door mr. R.H.J. Otto en is in het openbaar uitgesproken.

Type: RW


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde wetgeving

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature