E-mail deze uitspraak

Uitspraak waar naar gelinkt wordt vanuit de e-mail die gestuurd zal worden:

ECLI:NL:RBLIM:2017:2630
Rechtbank Limburg, 04 5395203/CV 16-9410

Inhoudsindicatie:

Verhuur van woonruimte en eisende partij vordert betaling van huurachterstand, boete en kosten van herstel bij oplevering. De kantonrechter stelt vast dat eisende partij in strijd met het bepaalde in artikel 21 Rv heeft verzuimd de aan haar vordering ten grondslag gelegde, voor de beslissing van belang zijnde feiten, steeds volledig en naar waarheid aan te voeren. Deze schending niet zodanig ernstig dat dit tot de sanctie van niet-ontvankelijkheid van eisende partij moet leiden.

Er is geen sprake van een rechtsgeldige opzegging van de huur door de huurder, zodat gedaagde partij niet van onderhuurder tot huurder is gepromoveerd. Gedaagde partij kan daarom niet tot betaling van de huurachterstand worden aangesproken. Evenmin kan gedaagde partij worden aangesproken op betaling van boete omdat deze niet is overeengekomen en gedaagde partij geen huurder is. De vordering tot betaling van de kosten van herstel is onvoldoende onderbouwd en ook hierop kan gedaagde partij niet worden aangesproken. De vorderingen worden integraal afgewezen.

Van


Aan


Opmerkingen (optioneel)


E-mail

Terug

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie