Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Instantie:

Inhoudsindicatie:

Bewijsopdracht. (Het eindvonnis waarin het bewijs wordt gewaardeerd is gepubliceerd onder LJN-nummer BP7656).

Uitspraak



RECHTBANK GRONINGEN

Sector kanton

Locatie Groningen

Zaak\rolnummer: 425234 \ CV EXPL 09-16006

Vonnis d.d. 14 april 2010

inzake

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [A] B.V.,

gevestigd en kantoorhoudende te [plaatsnaam],

eiseres in conventie, verweerster in reconventie, hierna A te noemen,

gemachtigde Tijhuis & Partners GGN, gerechtsdeurwaarders te Groningen

tegen

B,

wonende te [adres],

gedaagde in conventie, eiser in reconventie, hierna B te noemen,

procederend in persoon.

PROCESGANG

A heeft op de bij dagvaarding geformuleerde gronden gevorderd B te veroordelen tot betaling van € 541,96 (inclusief € 75,00 aan buitengerechtelijke incassokosten en € 20,71 aan wettelijke rente) vermeerderd met rente en kosten.

B heeft de vordering bestreden. In reconventie vordert hij A te veroordelen de hoofdsom te matigen tot € 267,75 inclusief BTW.

Bij tussenvonnis van 14 oktober 2009, waarvan de inhoud als hier herhaald en ingelast dient te worden beschouwd, is een comparitie van partijen gelast.

De comparitie van partijen heeft plaatsgevonden op 9 december 2009, in aanwezigheid van B. Ter zitting is, na telefonisch overleg met de gemachtigde van A, gebleken dat A niet is verschenen door een communicatiestoornis binnen het kantoor van haar gemachtigde. Met instemming van partijen heeft de kantonrechter vervolgens besloten de behandeling van de zaak schriftelijk voort te zetten.

A heeft in conventie gerepliceerd en in reconventie geantwoord.

B heeft in conventie gedupliceerd en in reconventie gerepliceerd.

A heeft in reconventie gedupliceerd.

Tot slot is vonnis bepaald. De uitspraak van het vonnis is vastgesteld op heden.

OVERWEGINGEN

in conventie en in reconventie

1. Het standpunt van A

1.1 Op of omstreeks 17 september 2008 heeft B aan A de opdracht verstrekt om voor rekening van B klachten te verhelpen aan een Renault Espace met kenteken 78-RZ-VP. Zij heeft de klachten verholpen en heeft voor haar werkzaamheden een factuur ter hoogte van € 446,25 inclusief BTW aan B verzonden. Deze heeft de factuur echter onbetaald gelaten. Omdat B op het moment dat hij de Renault Espace bij A bracht niet heeft meegedeeld dat hij voor rekening handelde van mevrouw C (hierna: C), dient hij de rekening alsnog te voldoen.

1.2 A betwist dat zou zijn overeengekomen dat de reparatie kosteloos zou zijn. De sleutel van de Renault Espace die A zoek zou hebben gemaakt is niet zoek maar nog steeds in haar bezit.

2. Het standpunt van B

2.1 A gaat er ten onrechte van uit dat B de contractuele partij zou zijn. Genoemde Renault Espace is sinds 2007 namelijk niet (meer) van B, maar van C. B en C hebben A dit ook meerdere malen schriftelijke meegedeeld. Ter onderbouwing van dit standpunt heeft B meerdere brieven van zijn hand en van die van C in het geding gebracht.

2.2 Op of omstreeks 17 september 2008 heeft C telefonisch contact gehad met A betreffende het uitlezen van een boordcomputer. Dit zou kosteloos zijn, wanneer een eventuele reparatie door A zou worden uitgevoerd. Door een geschil over de hoogte van de kosten van de reparatie is de Renault Espace niet door A gerepareerd, maar door garagebedrijf [naam] uit Groningen.

2.3 Hoewel het uitlezen van de boordcomputer ten onrechte in rekening is gebracht, heeft C buiten rechte aangeboden deze rekening (verminderd met een bedrag van € 150,00 en de daarover berekende BTW omdat A een sleutel van de Renault Espace heeft zoekgemaakt) aan A te betalen. B vordert daarom in reconventie om A te veroordelen tot matiging van de factuur tot een bedrag van € 267,75 inclusief BTW.

3. De beoordeling

3.1 A beroept zich in conventie op de rechtsgevolgen van een overeenkomst die zij heeft gesloten met B. B heeft het bestaan van een dergelijke overeenkomst gemotiveerd en onderbouwd met stukken betwist. Gelet op de hoofdregel van artikel 150 van het Wetboek van Rechtsvordering dient A daarom te bewijzen dat zij een overeenkomst met B heeft gesloten.

3.2 Nu A nadrukkelijk bewijs heeft aangeboden zal de kantonrechter haar tot bewijs toelaten als in het dictum van dit vonnis omschreven. De zaak zal worden verwezen naar de zitting van 12 mei 2010. Op deze zitting kan A zich uitlaten over de wijze waarop zij het aan haar opgedragen bewijs wenst te leveren en kan eventueel dag en uur voor een getuigenverhoor worden vastgesteld. In het laatste geval dient A de namen van de door haar voor te brengen getuigen op te geven.

3.3 Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden

BESLISSING

De kantonrechter:

in conventie

laat A toe tot het bewijs dat zij met B is overeengekomen dat A voor rekening van B klachten aan een Renault Espace met kenteken 78-RZ-VP zou verhelpen;

verwijst de zaak naar de rolzitting van 12 mei 2010 voor uitlating door partijen als bedoeld in overweging 3.2;

bepaalt dat voor de uitlating door partijen en het mogelijk te houden getuigenverhoor in beginsel geen uitstel zal worden verleend;

in conventie en in reconventie

houdt elke verdere beslissing aan.

Dit vonnis is gewezen door mr. G.R. van Baak, kantonrechter, en op 14 april 2010 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.

typ: wj


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde jurisprudentie

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature