De kinderrechter verklaart de GI niet-ontvankelijk in haar verzoek om vervangende toestemming voor een medische behandeling (in dit geval een persoonlijkheidsonderzoek). Het betreft een minderjarige die met een machtiging van de kinderrechter in de gesloten jeugdhulp is geplaatst. De jeugdhulpaanbieder kan het persoonlijkheidsonderzoek tegen de wil van de gezaghebbende ouder in inzetten en de GI hoeft hiervoor geen vervangende toestemming aan de kinderrechter te vragen. Artikel 6.3.2 van de Jeugdwet vormt een “lex specialis” ten opzichte van artikel 7:450 BW, zodat het toestemmingsvereiste van artikel 7:450 BW hier niet van toepassing is.