U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:
Instantie:

Inhoudsindicatie:

Asiel ongegrond. problemen ongeloofwaardig

Uitspraak



RECHTBANK DEN HAAG

Bestuursrecht

zaaknummer: NL21.9554

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen [eiser] , eiser,

(gemachtigde: mr. H.T. Gerbrandy),

en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. E.P.C. van der Weijden).

Procesverloop Bij besluit van 11 juni 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiser tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure afgewezen als ongegrond.

Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 7 juli 2021. Eiser is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Ter zitting is gebruik gemaakt van een telefonische tolk, S. Ayemoba. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Eiser stelt de Nigeriaanse nationaliteit te hebben en te zijn geboren op [geboortedag] 1994. Eiser heeft aan zijn asielaanvraag ten grondslag gelegd dat hij in 2016 een ongeluk heeft gehad waarbij hij met zijn scooter tegen een auto is gebotst, waarna zijn passagier, [A] , een aantal dagen na het ongeluk is overleden. De familie van [A] houdt eiser verantwoordelijk en heeft eiser ervan beschuldigd hem te hebben vermoord. Zij hebben het huis van eiser(s familie) in brand gestoken en valse verklaringen tegen de politie afgelegd. Eiser is daarop met hulp van een persoon uit Nigeria gevlucht.

2. Het asielrelaas van eiser bevat volgens verweerder de volgende relevante elementen: 1. Identiteit, nationaliteit en herkomst; 2. Verkeersongeluk; 3. Problemen met familie [A] . Verweerder heeft de elementen van het asielrelaas getoetst en zich op het standpunt gesteld dat het eerste element geloofwaardig is. Het tweede en het derde element acht verweerder niet geloofwaardig. Verweerder heeft de asielaanvraag daarom afgewezen als ongegrond op grond van artikel 31 van de Vw .

Verkeersongeluk

3.1.

Eiser betoogt dat verweerder het besluit onvoldoende heeft gemotiveerd. Verweerder is onvoldoende ingegaan op de zienswijze van eiser. Verweerder heeft onvoldoende gemotiveerd dat het bevreemdend is dat eiser niet weet of er getuigen waren van het ongeluk. Ook motiveert verweerder onvoldoende dat er geen aanleiding is om eiser het voordeel van de twijfel te geven.

3.2.

De rechtbank oordeelt dat verweerder niet ten onrechte het verkeersongeluk ongeloofwaardig heeft geacht. Verweerder heeft het bevreemdend kunnen vinden dat eiser enerzijds heeft verklaard dat hij niet weet wat er is gebeurd nadat hij met zijn scooter op de auto is gebotst, terwijl hij anderzijds heeft verklaard dat hij wel heeft gezien dat de bestuurder van de auto omkeerde en wegreed. Het overgelegde politierapport betreft een kopie waardoor verweerder dit niet op echtheid kan controleren. Ook indien van de juistheid van dit rapport kan worden uitgegaan dan heeft verweerder terecht geconstateerd dat dit rapport tegenstrijdig is met dat wat eiser in het gehoor heeft verklaard. Zo noemt het rapport als datum van het ongeluk 25 januari 2016 terwijl eiser heeft verklaard dat het ongeluk op 23 januari 2016 heeft plaatsgevonden. Ook staat in het rapport dat eiser een maand in het ziekenhuis heeft gelegen en dat hij op 20 februari 2016 uit het ziekenhuis is gevlucht terwijl eiser zelf heeft verklaard dat hij na drie dagen uit het ziekenhuis is gevlucht. Gelet op het voorgaande faalt de beroepsgrond dat de verklaringen van eiser niet evident onjuist of tegenstrijdig zijn. Zoals hiervoor is overwogen bevat het relaas onjuistheden en tegenstrijdigheden. Gelet op het voorgaande is niet voldaan aan artikel 31, zesde lid, aanhef en onder c en e, van de Vw , waardoor verweerder terecht geen aanleiding heeft gezien om eiser het voordeel van de twijfel te gunnen.

Problemen met de familie van [A]

3.3.

Nu verweerder het incident ongeloofwaardig heeft kunnen achten, geldt dat ook voor de gestelde gevolgen van het incident. Daar komt het volgende bij. Eiser heeft enerzijds verklaard dat de politie moest ingrijpen omdat de situatie al voor het ongeluk was geëscaleerd. Er werd gezocht naar een oplossing maar de familie van [A] wilde dit niet. Anderzijds heeft eiser verklaard dat zijn moeder de situatie wist te kalmeren tot het moment waarop [A] overleed. Dat heeft verweerder ongerijmd kunnen vinden. De rechtbank ziet geen grond voor het oordeel dat die verklaringen uit hun context zijn getrokken. Verder heeft eiser wisselende en vage verklaringen over zijn tijd in het ziekenhuis afgelegd. Eiser verklaart eveneens wisselend over het moment waarop hij van zijn moeder hoorde dat de politie hem zocht. Eiser heeft verklaard dat zijn moeder hem dit vertelde terwijl hij in het ziekenhuis lag, terwijl eiser later heeft verklaard dat hij dit hoorde nadat hij het ziekenhuis had verlaten. Verder is eiser onduidelijk en vaag in zijn verklaringen over de gebeurtenissen tussen het overlijden van [A] en het vertrek van eiser uit het ziekenhuis. Eiser is meermaals in de gelegenheid gesteld om zijn verklaringen hierover te verduidelijken maar is hierin niet geslaagd.

Confronteren met tegenstrijdigheden

4.1.

Eiser voert aan dat hij tijdens het gehoor niet is geconfronteerd met de tegenstrijdigheden uit zijn relaas. Op grond van artikel 3.113, tweede lid, van het Vb had verweerder dit wel moeten doen.

4.2.

Deze beroepsgrond slaagt niet. Eiser is in het gehoor geconfronteerd met de tegenstrijdigheid dat de datum van het ongeluk in het politierapport niet overeenkomt met de datum die eiser in zijn verklaringen noemt. Verder volgt uit de gehoren dat verweerder eiser op diverse onderdelen nader heeft bevraagd en aan eiser de ruimte heeft geboden om zaken nader te verhelderen. Ook is het in eerste instantie aan eiser is om consistente, gedetailleerde en specifieke verklaringen af te leggen over zijn asielrelaas, en aan verweerder om eiser hiertoe voldoende ruimte te geven. Niet kan worden vastgesteld dat verweerder deze ruimte onvoldoende geboden heeft. Verweerder heeft zich terecht op het standpunt gesteld dat met de mogelijkheid om correcties en aanvullingen op het nader gehoor uit te brengen en een zienswijze op het voornemen te geven in de regel voldoende waarborgen bestaan om de door verweerder geconstateerde tegenstrijdigheden en inconsistenties aan te vullen of te verduidelijken. Dat geldt ook in dit geval. Anders dan in de door verweerder ter zitting genoemde uitspraak, is in dit geval geen sprake van de situatie waarin een groot aantal tegenstrijdigheden is geconstateerd en eiser met geen enkele tegenstrijdigheid is geconfronteerd. Die uitspraak geeft daarom geen aanleiding voor een ander oordeel.

Conclusie

5. Verweerder heeft het tweede en derde element niet ten onrechte ongeloofwaardig

geacht. Eiser komt niet in aanmerking voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De aanvraag is terecht afgewezen als ongegrond. Het beroep is ongegrond.

6. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.

Deze uitspraak is gedaan door mr. P.M. de Keuning, rechter, in aanwezigheid vanmr. N.J.P. Deventer, griffier.

De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na de dag van bekendmaking.

Vreemdelingenwet 2000 ( Vw )

Vreemdelingenbesluit 2000 (Vb)

Pagina 18, nader gehoor.

Uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 14 december 2020 (ECLI:NL:RVS:2020:2959)


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde jurisprudentie

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature