Aanvraag mvv nareis. De indieningstermijn is al 'veiliggesteld' door een eerdere aanvraag in 2012. Referent is inmiddels houder van een verblijfsvergunning asiel voor onbepaalde tijd. Gelet op artikel 29, tweede lid, van de Vreemdelingenwet 2000 kan nareis alleen worden aangevraagd door een houder van een asielvergunning voor bepaalde tijd. De rechtbank oordeelt dat dit geen afbreuk doet aan het beoogde doel en het nuttig effect van de gezinsherenigingsrichtlijn. Daartoe is met name van belang dat een aanvraag in beginsel binnen drie maanden na verlening van de asielvergunning moet worden ingediend, terwijl deze vergunning in de regel pas na vijf jaar kan worden omgezet naar een vergunning voor onbepaalde tijd. Nu eisers van 13 februari 2012 tot 5 januari 2017 de tijd hebben gehad om hun aanvraag (opnieuw) in te dienen, heeft de staatssecretaris hun aanzienlijk meer tijd geboden dan de gezinsherenigingsrichtlijn als uitgangspunt voorschrijft. De staatssecretaris hanteert daarom, anders dan eisers stellen, juist geen rigide interpretatie van artikel 12, eerste lid, van de gezinsherenigingsrichtlijn.