E-mail deze uitspraak

Uitspraak waar naar gelinkt wordt vanuit de e-mail die gestuurd zal worden:

ECLI:NL:RBDHA:2014:16957
Rechtbank Den Haag, AWB 13 / 19784, AWB 13 / 19788

Inhoudsindicatie:

De rechtbank stelt vast dat verweerder de voornoemde gedragslijn in de onderhavige zaak heeft toegepast, hetgeen ter zitting niet door eisers is betwist. Verweerder heeft bij het horen van eisers verschillende vragen gesteld over de motieven voor de bekering, het proces dat daaraan vooraf ging, hoe de bekering zelf in zijn werk ging, de betekenis van de bekering en van het geloof voor eisers, hoe vaak eisers naar de kerk gingen, hoe deze kerkdiensten eruit zagen en over de algemene kennis van het christendom. Vervolgens zijn de antwoorden op deze vragen door verweerder betrokken bij het oordeel over de geloofwaardigheid van de gestelde bekering. Nu verweerder de voornoemde gedragslijn heeft toegepast, ziet de rechtbank geen aanleiding om het door verweerder uitgevoerde onderzoek op voorhand onzorgvuldig te achten.

De rechtbank is vervolgens van oordeel dat verweerder zich in de bestreden besluiten in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat de verklaringen van eisers omtrent de bekering niet positief overtuigen en daarmee ongeloofwaardig zijn.

Van


Aan


Opmerkingen (optioneel)


E-mail

Terug

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie