Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Instantie:
Vindplaats:

Inhoudsindicatie:

Brandverzekering. Juridische positie van de beursmakelaar.

Uitgangspunt dient naar heersende opvattingen te zijn dat de makelaar optreedt als vertegenwoordiger van de verzekeringsnemer. Hetgeen door de verzekeringsnemer is aangevoerd kan niet leiden tot de conclusie dat dit in het onderhavige geval anders is. De wetenschap van de beursmakelaar wordt toegerekend aan de verzekeringsnemer.

Uitspraak



vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Sector civiel recht

zaaknummer / rolnummer: 311791 / HA ZA 05-842

Vonnis van 16 april 2008

in de zaak van

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

KAARSENFABRIEK PARCAN BV,

gevestigd te Heerhugowaard

eiseres,

procureur mr. L.P. Broekveldt,

tegen

1. de naamloze vennootschap

ALLIANZ NEDERLAND SCHADEVERZEKERING N.V.,

gevestigd te Rotterdam,

2. de naamloze vennootschap

SCHADEVERZEKERING MAATSCHAPPIJ ERASMUS N.V.,

gevestigd te Rotterdam,

3. de naamloze vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

DELTA LLOYD SCHADEVERZEKERING NV,

gevestigd te Amsterdam,

4. de naamloze vennootschap

FORTIS CORPORATE INSURANCE NV,

gevestigd te Amsterdam,

5. de naamloze vennootschap

GENERALI SCHADEVERZEKERING MAATSCHAPPIJ N.V.,

gevestigd te Amsterdam,

6. de naamloze vennootschap

AEGON SCHADEVERZEKERING N.V.,

gevestigd te ’s-Gravenhage,

7. de naamloze vennootschap

ACHMEA SCHADEVERZEKERINGEN N.V.,

gevestigd te Apeldoorn,

8. de naamloze vennootschap

NIEUWE HOLLANDSE LLOYD SCHADEVERZEKERINGMAATSCHAPPIJ N.V.,

gevestigd te Woerden,

9. de rechtspersoon naar het recht van het Verenigd Koninkrijk

ST. PAUL TRAVELERS INSURANCE COMPANY LIMITED,

gevestigd te Amsterdam,

10. de naamloze vennootschap

HDI VERZEKERINGEN N.V.,

gevestigd te Rotterdam,

11. de rechtspersoon naar Zwitsers recht

ZURICH VERSICHERUNGS-GESELLSCHAFT,

gevestigd te Zurich (Zwitserland) en kantoorhoudende te ‘s-Gravenhage,

12. de rechtspersoon naar Duits recht

GERLING-KONZERN ALLGEMEINE VERSICHERUNGS-AG,

gevestigd te Keulen (Duitsland) en kantoorhoudende te Amsterdam,

13. de naamloze vennootschap

REAAL SCHADEVERZEKERINGEN N.V.,

gevestigd te Zoetermeer,

gedaagden,

procureur mr. A. Volders.

Partijen zullen hierna Parcan en Verzekeraars (gezamenlijk) respectievelijk Verzekeraars onder aanhangsel 6 (gedaagden 1t/m 3, 5 en 9 t/m 13) en Verzekeraars onder aanhangsel 8 (gedaagden 1 t/m 8) genoemd worden.

1. De procedure

1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:

- de dagvaarding van 3 maart 2005 met producties;

- de conclusie van antwoord met producties;

- de conclusie van repliek tevens houdende wijziging van eis met producties;

- de conclusie van dupliek;

- een akte ter correctie zijdens Verzekeraars

- de pleidooien en de ter gelegenheid daarvan overgelegde pleitaantekeningen aan beide zijden.

1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.

2. De feiten

2.1. In 1998 is door tussenkomst van Rooker Assurantiën B.V. (hierna Rooker) en beursmakelaar Marsh onder polisnummer 7721838B0001 een brandverzekering tot stand gekomen met Parcan als verzekeringsnemer. Verzekeraars zijn alle op enig moment partij geweest bij deze verzekering.

2.1.1. In het kader van de brandverzekering zijn door Marsh tot eind 2002 acht polisaanhangsels opgemaakt en verzonden aan Rooker. De aanhangsels 1, 4 en 6 zijn door de betrokken verzekeringsmaatschappijen ondertekend of geparafeerd. De aanhangsels 2, 3, 5, 7 en 8 zijn niet ondertekend of geparafeerd. De aanhangsels 2, 3, 5 en 7 bevatten de vermelding “kopie”.

2.1.2. Een brief van Marsh d.d. 8 mei 2002 aan Rooker houdt, voor zover hier van belang, het navolgende in.

(…)

Onderwerp: prolongatie brand c.a. verzekering t.n.v. Parcan B.V. polisnummer 7721838B0001 Prolongatie per 1 januari 2002

(…)

In aansluiting op ons faxbericht van 28 december 2001 kunnen wij u thans meedelen dat wij, op basis van bijgaande dekkingsbevestiging, op dit moment 89% dekking hebben.

Zoals u ziet hebben verzekeraars hierbij echter wel bedongen dat relatie tenminste voor 1 juli 2002 de gebouwen laat voorzien van zowel een brandmeld alarminstallatie conform NEN 2535, alsmede een inbraakalarminstallatie conform BORG normen.

Uiteraard zal, zodra deze installaties zijn opgeleverd, premie en voorwaarden worden herzien.

Voor de goede orde vermelden wij nog dat, in geval van schade, de maximum aansprakelijkheid voor verzekeraars euro 7.500.000 bedraagt. Dit bedrag is inclusief eventuele opruimingskosten.

Graag vernemen wij van u of verzekerde met ons prolongatievoorstel akkoord gaat.

(…)”

2.1.3. Een niet door Verzekeraars ondertekende dekkingsbevestiging gevoegd bij de brief genoemd onder 2.1.2. houdt in, voor zover hier van belang:

“Verzekerde: Parcan B.V.

(…)

Maximum Aansprakelijkheid voor verzekeraars euro 7.500.000 per gebeurtenis met betrekking tot de eigendommen van verzekerde verdeeld als volgt:

(…)

Ingangsdatum: 1 januari 2002

Contractsduur: 12 maanden doorlopend

Premie: 5.00 ‰ per jaar over de volle waarde van de verzekerde eigendommen

Eigen risico: ingeval van schade blijft de eerste euro 5.000 daarvan voor rekening van verzekerde.

(…)

Voorbehoud

De dekking wordt door de verzekeraars verleend onder voorwaarde dat verzekerde de gebouwen voor 1 juli 2002 heeft laten voorzien van een brandmeldinstallatie conform NEN 2535 en een inbraakalarminstallatie conform Borg normen.

Een en ander dient in overleg met verzekeraars plaats te vinden.”

2.1.4. Een polisaanhangsel 7 gedateerd 7 november 2002 vermeldt, voor zover van belang:

“(…)

Prolongatie voor de periode 01-01-2002/2003

verzekerd is per 1 januari 2002 100,00 % van 89,50 % van de hierna genoemde 100,00% bedragen en limieten:

(…)

eigen risico EUR 5.000 per voorval

(…)”.

Voorts kent Aanhangsel 7 premiepromillages van 4,3 tot 4,5 ‰.

Aanhangsel 7 kent geen maximering van de uit te keren schadevergoeding per gebeurtenis.

2.1.5. Een polisaanhangsel 7 gedateerd 12 augustus 2003 vermeldt, voor zover van belang:

“(…)

verwerkte wijziging voorwaarden

clausules

eigen risico

loss limit d.d. 1 januari 2002

M.i.v. 1.1.2002 in polis op genomen aan loss limit

van EUR 7.500.000 per gebeurtenis, zijnde de maximum

aansprakelijkheid van verzekeraars

(…)

Prolongatie voor de periode 01-01-2002/3

verzekerd is per 1 januari 2003

100,00 % van 89,50 % van de hierna genoemde 100,00% bedragen en limieten:

(…)

eigen risico EUR 5.000 per voorval

(…).”

Dit aanhangsel kent voorts premiepromillages van 4,3 tot 4,5 ‰.

2.1.6. Een polisaanhangsel 8 gedateerd 17 december 2002 houdt voor zover van belang in:

“(…)

de navolgende datum dient als 30 augustus 2002 gelezen te worden

verzekerd is per 1 januari 2003

100,00 % van 89,50 % van de hierna genoemde 100,00% bedragen en limieten:

(…)

eigen risico EUR 5.000 per voorval

(…).”

Voorts kent dit Aanhangsel premiepromillages van 4,3 tot 6,0 ‰ en geen maximering van de uit te keren schadevergoeding per gebeurtenis.

2.1.7. Een polisaanhangsel 8 gedateerd 12 augustus 2003 houdt onder meer in:

“(…)

de navolgende datum dient als 30 augustus 2002 gelezen te worden

verzekerd is per 1 januari 2003

100,00 % van 89,50 % van de hierna genoemde 100,00% bedragen en limieten:

(…)

eigen risico EUR 5.000 per voorval (…)

loss limit EUR 7.500.000 per gebeurtenis zijnde de maximum aansprakelijkheid van verzekeraars

(…).”

Voorts kent dit aanhangsel premiepromillages van 4,3 tot 6,0 ‰.

2.1.8. Verzekeraars onder aanhangsels 7 en 8 zijn gedaagden 1 tot en met 8.

2.1.9. In de nacht van 24 op 25 januari 2003 heeft er brand gewoed in een van de fabriekshallen van Parcan. Aan Parcan is een bedrag van EUR 6.708.025 als schadevergoeding uitgekeerd.

2.1.10. Een brief van Marsh d.d. 28 januari 2003 aan Rooker houdt, voor zover hier van belang, het navolgende in.

“(…)

In de bespreking bij verzekerde is door mij toegezegd, dat ik zou onderzoeken wat de juiste status is met betrekking tot de dekking c.a. onder polisnummer 7721838B0001 en dit vooral

in verband met de consequenties terzake van de schaderegeling.

Thans kan ik u als volgt informeren:

Eind vorig jaar zijn wij bezig geweest om door middel van een inhaalactie achterstanden in documentatie en premieboekingen weg te werken.

Daarbij is tevens gekozen om kopieaanhangsels te verzenden, zonder dat de originelen al waren goedgekeurd en getekend door risicodragers. (…)

In het onderhavige geval hebben wij aan u de aanhangsels 7 en 8 toegezonden.

Deze aanhangsels hebben wij van verzekeraars retour ontvangen, aangezien deze niet correct waren opgemaakt.

Bij de prolongatie per 1 januari 2002 is door verzekeraars o.a. namelijk bedongen dat er een maximum aansprakelijkheid voor verzekeraars zou worden opgenomen en deze maximering was in de door ons opgemaakte aanhangsels niet opgenomen.

In de aanhangsels dient n.l. nog opgenomen te worden, hetgeen in de Dekkingsbevestiging hierover is vermeld.

Een kopie van die dekkingsbevestiging sluiten wij, wellicht ten overvloede, bij.

Hiermee is tevens de vraag van verzekerde beantwoord omtrent de dekking onder deze polis. Deze is nl. 89,50 pct van de maximum aansprakelijkheid voor verzekeraars conform de tekst van voornoemde Dekkingsbevestiging.

(…).”

2.1.11. De Nederlandse Beurs Brandpolis houdt – voor zover van belang, het navolgende in.

“(…)

Artikel 12. Premiebetaling en – restitutie.

12.1 Verzekeraars belasten de makelaar of andere tussenpersoon in rekening-courant voor

de verschuldigde premie, waardoor de verzekerde jegens verzekeraars is gekweten.

(…)

Artikel 15. Mededelingen.

Alle mededelingen door verzekeraars kunnen rechtsgeldig geschieden aan de makelaar of andere tussenpersoon.

(…)”

3. De vordering en het verweer

3.1. Parcan vordert na wijziging van eis – samengevat - bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, primair Verzekeraars onder aanhangsel 8 elk voor hun aandeel volgens dat aanhangsel te veroordelen tot betaling aan haar van EUR 2.385.648,80, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 16 maart 2004, althans vanaf 3 maart 2005 tot de dag van voldoening en subsidiair Verzekeraars onder aanhangsel 6 elk voor hun aandeel volgens dat aanhangsel te veroordelen tot betaling van EUR 10.164.982,55, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 16 maart 2004, althans vanaf 3 maart 2005, tot aan de dag van de voldoening, in beide gevallen met veroordeling van de desbetreffende verzekeraars in de proceskosten.

3.2. Parcan heeft hiertoe aangevoerd dat de schade door de door haar aangestelde schade-expert is vastgesteld op een bedrag van EUR 10.166.116, 00. Ten tijde van de brand was aanhangsel 8 van kracht. Dit aanhangsel kent geen maximering zodat Parcan recht heeft op een schadevergoeding van EUR 10.66.116,00 x 89,5 % minus het eigen risico van EUR 5.000 en minus het reeds uitgekeerde bedrag. Subsidiair heeft Parcan aangevoerd dat aanhangsel 6 ten tijde van de brand van kracht was.

3.3. Verzekeraars hebben zich tegen de vordering verweerd. Zij hebben betoogd dat ten tijde van de brand geldende aanhangsel 8 een maximering kent van EUR 7.500.000 per gebeurtenis. Verzekeraars onder aanhangsel 6 hebben de verzekering rechtsgeldig opgezegd. Zij waren dan ook niet betrokken bij de verzekering ten tijde van de brand.

3.4. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4. De beoordeling

4.1. Partijen zijn verdeeld over de juridische positie van Marsh.

4.1.1. Parcan stelt dat Marsh namens Verzekeraars is opgetreden. Zij voert daartoe aan dat Marsh met (stilzwijgend) goedvinden van Verzekeraars namens hen handelde, alsook dat er sprake is van schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid waardoor Parcan een beroep op artikel 3:61 BW toekomt. Parcan baseert zich daarbij op de navolgende omstandigheden.

- Marsh heeft in november 2001 een inspectiebezoek bij Parcan verricht. De bevindingen van dit onderzoek hebben als uitgangspunt gediend bij de tussen Verzekeraars en Parcan gesloten overeenkomsten;

- Marsh heeft in oktober 2002 namens Verzekeraars de verzekering eenzijdig opgezegd per 1 januari 2003;

- Marsh heeft namens Verzekeraars prolongatievoorstellen gedaan;

- Marsh heeft dekkingsmededelingen gedaan namens Verzekeraars;

- Alle nota’s ten behoeve van de verzekering kreeg Parcan – via Rooker – van Marsh;

- Marsh heeft alle polisaanhangsels opgesteld en aan Parcan afgegeven namens alle betrokken verzekeraars;

- Op elk voorblad van de polisaanhangsels is de volgende verklaring opgenomen: “Verzekeraars verklaren hiermee akkoord te gaan met de wijzigingen in de verzekering volgens onderstaande gegevens”.

Ook staat volgens Parcan op grond van deze omstandigheden, alsmede op grond van de omstandigheden dat Marsh de premies inde, de schademelding namens Verzekeraars in ontvangst heeft genomen en de schade-uitkering namens Verzekeraars deed, vast dat Marsh als hulppersoon van Verzekeraars optrad.

Daarnaast kunnen alle handelingen waarbij Marsh ten behoeve van Verzekeraars handelde in het maatschappelijk verkeer beschouwd worden als gedragingen van Verzekeraars.

Gelet op voornoemde verklaring op het voorblad van elk polisaanhangsel beschikte Marsh over een volmacht van Verzekeraars, althans was zij coverholder voor Verzekeraars.

Voorts is er geen feitelijk contact geweest tussen Parcan en Verzekeraars of tussen Rooker en Verzekeraars, zijn de polisaanhangsels door Marsh op haar briefpapier opgemaakt, is het inspectierapport op eigen briefpapier van Marsh opgesteld, maakt zij daarin ten behoeve van Verzekeraars (technische) voorbehouden en geeft Marsh in haar brief van 14 december 2001 expliciet aan dat zij de verzekering van Parcan continueert.

Gelet op de verklaringen en gedragingen van Verzekeraars en de overige feiten en omstandigheden heeft Parcan er gerechtvaardigd op vertrouwd en mocht zij erop vertrouwen dat Marsh namens Verzekeraars optrad, aldus steeds Parcan.

4.1.2. Verzekeraars hebben de stelling van Parcan gemotiveerd betwist.

4.2. Uitgangspunt dient naar heersende opvattingen te zijn dat de makelaar optreedt als vertegenwoordiger van de verzekeringsnemer.

Hetgeen door Parcan is aangevoerd kan niet leiden tot de conclusie dat dit in het onderhavige geval anders is. De rechtbank heeft hierbij het navolgende in aanmerking genomen.

4.2.1. Tot de taken van de beursmakelaar behoort het onderbrengen van verzekeringen bij verzekeraars en het zorgen voor de continuering van die verzekeringen.

In dat kader moet van Marsh worden verwacht dat zij - in verband met de verplichting van Parcan daartoe - aan verzekeraars die informatie verstrekt die van belang is voor de totstandkoming van de verzekering. Hiertoe behoort in het bijzonder informatie betreffende het te verzekeren risico. Het ligt derhalve voor de hand dat door Marsh zonodig een inspectie wordt uitgevoerd, teneinde die informatie te verkrijgen. Daarnaast ligt het op de weg van de makelaar zijn opdrachtgever, de verzekeringsnemer, op risico’s te wijzen en aanbevelingen te doen zodat die risico’s kunnen worden verkleind.

4.2.2. Op grond van artikel 15 van de Nederlandse Beurs Brandpolis kunnen alle mededelingen door verzekeraars rechtsgeldig geschieden aan de makelaar. Dit brengt met zich dat Marsh in de uitoefening van haar taak door Verzekeraars aan haar gedane voorstellen evenals ter hare kennis gekomen dekkingsmededelingen moet communiceren naar Parcan en ontvangen nota’s moet doorsturen. Nu Verzekeraars mededelingen kunnen doen aan de makelaar, kan de omstandigheid dat er geen contact is geweest tussen Verzekeraars en Parcan dan wel Rooker, doch uitsluitend tussen hen en Marsh niet aan Verzekeraars worden tegengeworpen.

4.2.3. Tot de taken van de beursmakelaar behoort eveneens het opstellen van polis(aanhangsels), het betreft hier immers het schriftelijk vastleggen van de resultaten van de bemiddeling die de makelaar in opdracht van de verzekeringsnemer heeft verricht en vastlegging van de voorwaarden waaronder zij de verzekering bij verzekeraars poogt onder te brengen. Dat dit op eigen briefpapier geschiedt, ligt in de rede. Uit een en ander kan bezwaarlijk volgen dat Marsh is opgetreden namens Verzekeraars, te minder nu de polisaanhangsels niet door Marsh zijn ondertekend.

4.2.4. Anders dan Parcan meent is niet gebleken dat Marsh de verzekering namens Verzekeraars heeft opgezegd. De brief van 9 oktober 2002 van Marsh aan Rooker houdt immers in “De verzekeraars welke thans op de polis participeren hebben ons een pro forma opzegging doen toekomen voor de komende prolongatie per 1 januari 2003…”. Hieruit kan slechts volgen dat Marsh Parcan inlicht over een door Verzekeraars aan haar gedane mededeling.

4.2.5. Gelet op artikel 12, lid 1 van de Nederlandse Beurs Brandpolis is het gebruikelijk dat verzekeraars de makelaar in rekening-courant voor de verschuldigde premie belasten. Voor de hand ligt dat de premies vervolgens door de makelaar, in casu Marsh, worden geïnd bij haar opdrachtgever, Parcan. Dit leidt er niet toe dat Marsh moet worden aangemerkt als vertegenwoordiger van Verzekeraars.

4.2.6. Parcan kan niet worden gevolgd in haar betoog dat Marsh in haar brief van 14 december 2001 expliciet aangeeft dat zij de verzekering van Parcan continueert en derhalve handelt namens Verzekeraars. Parcan beroept zich op de passage “... en zullen wij de verzekering op de voorgestelde wijze continueren en dit middels een nieuw polisaanhangsel aan u bevestigen.”

Genoemde brief houdt immers voorts in “inmiddels hebben wij onderhandelingen met

verzekeraar(s) gevoerd over de prolongatie” en “Wij vertrouwen u hiermede een acceptabel voorstel te hebben gedaan en zien uw spoedige reactie om de verzekering op de voorgestelde wijze te continueren, middels bijgaande antwoordfax, graag tegemoet. Mocht Uw antwoordfax ons evenwel niet tijdig bereiken dan gaan wij er zekerheidshalve en met name om de dekking niet in gevaar te brengen van uit dat u akkoord gaat met ons continuatievoorstel en zullen wij de verzekering op de voorgestelde wijze continueren en dit middels een nieuw polisaanhangsel aan u bevestigen”. Aldus in context gelezen, duidt de door Parcan aangehaalde passage slechts erop dat Marsh namens Parcan de verzekering zal continueren.

4.2.7. De makelaar heeft eveneens als taak haar cliënten te begeleiden in de afhandeling van de schade. Marsh moet geacht worden de schademelding ter uitvoering van die taak van Parcan in ontvangst te hebben genomen. Voorts is het niet ongebruikelijk dat de uitkering van het schadebedrag aan de makelaar wordt gedaan. De makelaar ontvangt die uitkering alsdan als vertegenwoordiger van de verzekeringnemer.

4.2.8. Tenslotte komt aan de zinsnede “Verzekeraars verklaren hiermee akkoord te gaan met de wijzigingen in de verzekering volgens onderstaande gegevens” vermeld op de voorbladen van de polisaanhangsel geen juridische betekenis toe en kan uit die zinsnede niet worden afgeleid dat Verzekeraars aan Marsh een volmacht hebben verstrekt dan wel dat Marsh als coverholder is opgetreden, te minder nu - zoals reeds opgemerkt – Marsh de polisaanhangsels niet heeft ondertekend.

De zinsnede vormt slechts een mededeling van Verzekeraars die, neergelegd in een polisaanhangsel, door Marsh aan haar opdrachtgever, Parcan, wordt doorgegeven.

4.2.9. De door Parcan aangevoerde feiten en omstandigheden kunnen gelet op al het voorgaande noch op zichzelf noch in onderlinge samenhang er toe leiden dat Parcan er gerechtvaardigd op mocht vertrouwen dat Marsh is opgetreden als vertegenwoordiger van Verzekeraars, te minder nu Parcan werd bijgestaan door Rooker, noch dat er sprake was van een volmacht van Verzekeraars aan Marsh.

4.3. Parcan stelt zich op het standpunt dat aanhangsel 8 het geldende polisaanhangsel was ten tijde van de brand. Ook Verzekeraars beroepen zich op aanhangsel 8. Partijen verschillen evenwel van mening over de inhoud van dat aanhangsel.

4.3.1. Parcan beroept zich op aanhangsel 8 gedateerd 17 december 2002 (2.1.6.). Met Parcan moet worden geconstateerd dat dit aanhangsel geen maximering inhoudt.

Hoewel dit aanhangsel niet is ondertekend dan wel geparafeerd door Verzekeraars onder aanhangsel 8, levert dit aanhangsel een vermoeden op van de juistheid van de stelling van Parcan dat partijen geen loss limit zijn overeengekomen. Immers, door Parcan zijn diverse niet ondertekende aanhangsels van Marsh ontvangen. Parcan heeft deze aanhangsels in het geding gebracht en heeft ter comparitie verklaard dat zij niet beschikt over getekende exemplaren van die aanhangsels. Verzekeraars onder aanhangsel 8 hebben dit niet dan wel onvoldoende betwist. Er moet dan ook van worden uitgegaan dat het niet ongebruikelijk was dat ongetekende exemplaren geldend waren.

Het ligt dan op de weg van Verzekeraars onder aanhangsel 8 voornoemd vermoeden te weerleggen.

4.3.2. Verzekeraars hebben zich beroepen op de brief van 8 mei 2002 (2.1.2.) en de daarbij verstuurde dekkingsbevestiging (2.1.3.) Deze stukken vermelden een loss limit van EUR 7.500.000,-- geldend van 1 januari 2002 tot 1 januari 2003. Daarmee is voldoende aannemelijk dat in 2002 sprake was van een maximering van de schadevergoeding. Op grond van de inhoud van deze brief en dekkingsvoorstel kan evenwel niet worden aangenomen dat de loss limit ook na 1 januari 2003 geldend was. Verzekeraars hebben nog aangevoerd dat tijdens de bespreking op 1 november 2002 ten kantore van Parcan over de maximering is gesproken en dat Parcan derhalve bekend was met de loss limit voor 2003. Dit is echter door Parcan betwist en staat daarmee onvoldoende vast.

4.3.3. Verzekeraars onder aanhangsel 8 hebben uitdrukkelijk bewijs aangeboden ter zake de inhoud van genoemde bespreking. De rechtbank acht het echter niet opportuun hen tot dat bewijs toe te laten, nu zij zich subsidiair hebben beroepen op de wetenschap van Marsh. Blijkens hetgeen de rechtbank onder 4.2. tot en met 4.2.9. heeft overwogen, dient Marsh aangemerkt te worden als vertegenwoordiger van Parcan, zodat de kennis van Marsh aan Parcan moet worden toegerekend. Uit de inhoud van de brief van Marsh van 28 januari 2003 (2.1.10.) blijkt genoegzaam dat Verzekeraars onder aanhangsel 8 ook voor 2003 een loss limit als voorwaarde voor dekking voorstonden alsook dat Marsh hiermee voorafgaand aan de brand bekend was. Daarmee staat vast dat ten tijde van de brand aanhangsel 8 een maximering kende van EUR 7.500.000 per gebeurtenis. Parcan komt op basis van dat polisaanhangsel geen schadevergoeding toe groter dan reeds aan haar uitgekeerd. De primaire vordering van Parcan dient dan ook te worden afgewezen.

4.4. Nu polisaanhangsel 8 als de tussen partijen geldende overeenkomst moet worden aangemerkt, dient de subsidiaire vordering van Parcan die is gebaseerd op polisaanhangsel 6 eveneens te worden afgewezen.

4.5. Parcan zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Verzekeraars worden begroot op:

- vast recht EUR 4.584,00

- salaris procureur 12.844,00 (4,0 punt x tarief EUR 3.211,00)

______________

EUR 17.428,00

5. De beslissing

De rechtbank

5.1. wijst de vorderingen af,

5.2. veroordeelt Parcan in de proceskosten, aan de zijde van Verzekeraars tot op heden begroot op EUR 17.428,00,

5.3. verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.

Dit vonnis is gewezen door mr. C.M.E. de Koning, mr. S. van Eunen en mr. E.M.L.J. Dosker en in het openbaar uitgesproken op 16 april 2008.?


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde wetgeving

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature