E-mail deze uitspraak

Uitspraak waar naar gelinkt wordt vanuit de e-mail die gestuurd zal worden:

ECLI:NL:PHR:2021:480
Parket bij de Hoge Raad, 20/00174

Inhoudsindicatie:

Conclusie AG. Heling en witwassen van geld afkomstig uit de drugshandel in de vorige eeuw. De (acht) cassatiemiddelen namens verdachte betreffen onder meer de vraag of de feiten deels zijn verjaard en of er sprake is van een vormverzuim nu een zich in het huis van een advocaat bevindende cd-rom met gesprekken over naspeuring en besteding van het geld in beslag is genomen. De (verjarings)termijn van twaalf jaren is voor de drie helingsfeiten (deels) verstreken, maar bij twee van die feiten is geen sprake van verjaring nu heling een voortdurend delict is. In het kader van het derde helingsfeit is een rechtshulpverzoek gedaan dat is aan te merken als daad van vervolging. Het hof heeft niet vastgesteld dat aan de destijds geldende regel inzake betekening of bekendheid van de daad van vervolging is voldaan. Wegens gebrek aan belang behoeft dit gebrek niet tot cassatie te leiden. Het oordeel dat de cd-com niet valt onder het verschoningsrecht van de advocaat is juist. In verband met de overschrijding van de redelijke termijn is aanpassing van de opgelegde straf aangewezen. De conclusie strekt verder tot verwerping van het beroep.

Van


Aan


Opmerkingen (optioneel)


E-mail

Terug

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie