Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:

Inhoudsindicatie:

vovo hangende fictief beroep kortsluiting okt 24

Uitspraak



Uitspraak van 6 november 2024

Zaaknrs.: AUA202402822 en AUA202402823 LAR

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA

UITSPRAAK

op het verzoek in de zin van artikel 54 van de

Landsverordening administratieve rechtspraak (Lar) en, met toepassing van artikel 57 van de Lar, op het beroep van::

[Appellant],

van Venezolaanse nationaliteit,

APPELLANT,gemachtigde: drs. M.L. Hassell,

gericht tegen:

DE MINISTER VAN ARBEID, ENERGIE EN INTEGRATIE,

zetelend in Aruba,

VERWEERDER,

gemachtigde: mr. V.C. Perše.

PROCESVERLOOP

In de beschikking van 7 mei 2024 heeft verweerder de aanvraag van appellant om hem een vergunning tot verblijf met als doel “gezinsvorming” te verlenen afgewezen.

Hiertegen heeft appellant op 8 mei 2024 bezwaar gemaakt.

Omdat verweerder niet op tijd op het bezwaar van appellant heeft beslist, heeft appellant op 6 augustus 2024 beroep ingesteld tegen het uitblijven van een beslissing op het bezwaarschrift. Dit beroep heeft zaaknummer AUA202402823. Appellant heeft het gerecht op diezelfde datum ook verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. Dit verzoek heeft zaaknummer AUA202402822.

Het verzoek en het beroep zijn behandeld op de zitting van 23 oktober 2024. Appellant en zijn gemachtigde zijn verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

De uitspraak is bepaald op heden.

OVERWEGINGEN

Het gerecht oordeelt dat nader onderzoek niet kan bijdragen aan de beoordeling van de zaak. Het gerecht zal uitspraak doen op zowel het verzoek om voorlopige voorziening (AUA202402822) als op het beroep (AUA202402823), omdat de beslissing waartegen het beroep is gericht, kennelijk niet in stand kan blijven. Artikel 57 van de Lar in samenhang bezien met artikel 32, aanhef en onder c, van de Lar maakt dit mogelijk . Over het beroep

Het gerecht overweegt dat appellant tijdig in beroep is gekomen tegen het uitblijven van een beslissing op zijn bezwaarschrift.

2.1.

Verweerder heeft geen reële beslissing op het bezwaar van appellant genomen. Daartoe is hij wel verplicht. Ingevolge artikel 23, tweede lid, van de Lar wordt het uitblijven van een beslissing gelijkgesteld met een afwijzende beslissing. Omdat deze afwijzende beslissing niet is gemotiveerd, kan deze niet in stand blijven. Het beroep zal daarom gegrond worden verklaard. Verweerder moet binnen drie maanden na deze uitspraak alsnog een reële beslissing op het bezwaarschrift van appellant nemen.

2.2.

Omdat appellant terecht beroep heeft ingesteld en zich door een gemachtigde heeft laten bijstaan, is aannemelijk geworden dat hij hiervoor noodzakelijke kosten heeft gemaakt. Verweerder zal worden veroordeeld in de kosten voor dit beroep, begroot op een bedrag van Afl. 350,- aan gemachtigdensalaris.Over het verzoek

3. Het verzoek om een voorlopige voorziening wordt afgewezen. Met het verzoek wil appellant bereiken dat verweerder sneller op het bezwaar beslist dan de hiervoor opgenomen termijn van drie maanden, namelijk binnen een termijn van vier weken. Appellant heeft echter geen omstandigheden naar voren gebracht waarom in dit geval aan verweerder een kortere beslistermijn moet worden opgelegd dan het gerecht normaal gesproken in dit soort zaken hanteert. Dat appellant duidelijkheid wil over zijn verblijfsvergunning, is begrijpelijk. Daarin wordt echter al voorzien door aan verweerder een beslistermijn op te leggen van drie maanden.

BESLISSING

De rechter in dit gerecht:

in de zaak AUA202402823 (het beroep)

- verklaart het beroep gegrond;- vernietigt de bestreden fictieve afwijzende beslissing op het bezwaar van appellant;- bepaalt dat verweerder binnen drie maanden na dagtekening van deze uitspraak een reële beslissing moet nemen op het bezwaar van appellant;- veroordeelt verweerder tot betaling van de door appellant voor dit geding gemaakte kosten aan rechtskundige bijstand, begroot op Afl. 350,-;- gelast dat het door appellant gestorte griffierecht van Afl. 25,- aan hem wordt terugbetaald.

in de zaak AUA202402822 (het verzoek om een voorlopige voorziening)

- wijst het verzoek af.

Deze beslissing is gegeven door mr. B.J. van Ettekoven, rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van 6 november 2024 in aanwezigheid van mr. M.E.C. Bakker, de griffier.

Tegen deze uitspraak, voor zover het de afdoening van het beroep betreft, kunnen beide partijen binnen zes weken na dagtekening van deze uitspraak hoger beroep instellen bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie (LAR-zaken).

Het hogerberoepschrift moet worden ingediend bij de griffie van dit Gerecht.

U wordt verzocht bij het indienen van het hogerberoepschrift het volgende in acht te nemen:

1. Leg bij het hogerberoepschrift een afschrift over van deze uitspraak;

2. Onderteken het hogerberoepschrift en vermeld het volgende:

a. de naam en het adres van de indiener of de gemachtigde,

b. de dag van ondertekening,

c. waartegen u in hoger beroep komt,

d. waarom u het niet eens bent met deze uitspraak (de gronden van het hoger beroep).

Voor het instellen van hoger beroep is een griffierecht van Afl. 75 verschuldigd

Tegen deze uitspraak, voor zover het de afdoening van het verzoek om een voorlopige voorziening betreft, staat geen rechtsmiddel open.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature