U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:

Inhoudsindicatie:

Arbeid. Ontbinding. Dringende reden. Meegenomen en “gebruikte” schoenen en gefalsificeerde handtekening.

Uitspraak



Beschikking van 13 december 2022

Behorend bij E.J. nr. AUA202203738

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA

BESCHIKKING

in de zaak van:

de naamloze vennootschap

SUSANA DURAN FASHION TRADING N.V. h.o.d.n. PRETTY BALLERINAS ARUBA,

gevestigd te Aruba,

verzoekster,

hierna ook te noemen: PBA,

gemachtigde: de advocaat mr. S. Paesch,

tegen:

[Naam verweerster],

wonende te Aruba,

verweerster,

hierna ook te noemen: [verweerster],

gemachtigde: de advocaat mr. A.E.A. Hernandez.

1 DE PROCEDURE

1.1

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- het verzoekschrift met producties, ingediend op 26 oktober 2022;

- de brief met producties zijdens PBA, ingediend op 17 november 2022;

- het verweerschrift met producties, ingediend op 17 november 2022;

- de mondelinge behandeling van de zaak ter zitting van 18 november 2022.

1.2

PBA is ter zitting verschenen bij haar gemachtigde voornoemd en [verweerster] is in

persoon verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde voornoemd.

Partijen hebben over en weer het woord gevoerd, PBA mede aan de hand van een voorgedragen en overgelegde pleitnota, en hebben gereageerd of kunnen reageren op elkaar stellingen. Ook hebben partijen vragen van het Gerecht beantwoord.

1.3

De datum voor de beschikking is bepaald op heden.

2 DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1

Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet of onvoldoende bestreden, alsmede op grond van overgelegde producties voor zover niet of onvoldoende bestreden staat onder meer het volgende tussen partijen vast.

2.2

PBA verkoopt onder meer schoenen vanuit haar winkel in de Renaissance Mall te Aruba.

2.3 [

verweerster] is sinds 30 september 2013 in dienst bij PBA, laatstelijk in de functie van manager, en verdiende een brutoloon van Afl. 1.815,35 per maand. Zij is uit hoofde van haar functie verantwoordelijkheid voor onder meer de verkoop in de winkel, de marketing en inventaris.

2.4

In een op 7 januari 2022 gedateerde brief van Pretty Ballerinas staat als volgt:

“To CMB bank.

With this document we want to verify that

[Verweerster] (…) is currently working in our company (Susana Duran Fashion Trading N.V. as Pretty Ballerinas Aruba). Since January 2012 to September 2013 as apprentice and sales assistant and frond September 2013 until today is employed as Manager, with a Gross monthly salary of 1,815.35 AWG.

(...)

Susana Duran Lopez. Owner.”

De brief is ondertekend.

2.5

Op 13 juli 2022 heeft [verweerster] opdracht gekregen om ter promotie van een paar schoenen een foto van deze schoenen op social media te plaatsen.

2.6

Bij brief van 10 augustus 2022 heeft PBA aan [verweerster] bericht dat het haar in verband met een intern onderzoek niet meer is toegestaan om de winkel van PBA te betreden.

2.7

Bij brief van 24 augustus 2022 is [verweerster] door PBA op staande voet ontslagen. In deze brief staat onder meer:

“In het kader van een recent onderzoek welke op 19 augustus 2022 is voltooid is aan ons een video getoond waarin U de schoenen van Pretty Ballerinas Aruba had gedragen. Bij controle van onze inventaris hebben wij geconstateerd dat deze schoenen niet verkocht zijn en ook niet in de doos waren. Op 23 augustus 2022 bent U geconfronteerd met deze video. Aan U werd gevraagd of U deze schoenen hebt gekocht. Als antwoord gaf U aan dat U opdracht kreeg om deze schoenen te promoveren.

Aan u werd nooit opdracht gegeven om deze schoenen privé te gebruiken, noch om deze schoenen te promoveren. U heeft zelf besloten om met vakantie te gaan met de schoenen van Pretty Ballerinas Aruba zonder deze te kopen. Dit is onacceptabel en wordt aangemerkt als verduistering dan wel diefstal. Verder hebben wij ook een brief gevonden gericht aan Caribbean Mercantile Bank N.V. ten behoeve van Uw persoon. Onder deze brief staat de handtekening van mevrouw Susan Durán López. U werd ook met deze brief geconfronteerd en U stelde niets van deze brief te weten. Deze handtekening is gefalsificeerd gezien mevrouw [eigenaar] nooit deze brief heeft getekend. Deze handtekening is gefalsificeerd gezien mevrouw [eigenaar] nooit deze brief heeft getekend. Geconcludeerd kan worden dat U deze heeft gefalsificeerd daar deze brief tussen U toebehoorde documenten werd aangetroffen in onze winkel. Voeg daarbij dat U naar objectieve maatstaven voordeel van een dergelijke brief geniet.

Gezien de bovenstaande is de vertrouwensrelatie tussen ons zodanig verstoord dat elke verdere samenwerking onmogelijk is. De aangehaalde omstandigheden vormen afzonderlijk alsmede gezamenlijk een dringende reden voor een ontslag op staande voet krachtens artikel 7:678 BW .

Derhalve hebben wij de beslissing genomen om U per direct op staande voet te ontslaan. (…)”.

2.8

Taxence Consultancy & Management heeft op 20 oktober 2022 in opdracht van PBA een rapport uitgebracht over een door haar bij PBA uitgevoerde audit over de periode van oktober 2021 tot en met augustus 2022. Uit dit rapport blijkt dat een verschil bestaat tussen de contante gelden en de gestorte gelden, dat van facturen die met credit card zijn betaald de gelden niet bij de bank zijn gekomen en dat verschillende schoenen die niet in de winkel aanwezig zijn, maar ook niet zijn verkocht.

2.9

Bij brief van 29 augustus 2022 heeft [verweerster] de nietigheid van het ontslag ingeroepen en is PBA gesommeerd om het loon door te betalen aan [verweerster] en haar weder te werk te stellen.

3 HET VERZOEK

3.1

PBA verzoekt dat het Gerecht bij beschikking, uitvoerbaar bij voorraad, de arbeidsovereenkomst op grond van gewichtige redenen, bestaande uit een dringende reden althans een verandering in de omstandigheden, per direct ontbindt zonder toekenning van enige vergoeding, voor zover die arbeidsovereenkomst niet rechtsgeldig is beëindigd door het op 29 augustus 2022 aan [verweerster] gegeven ontslag. Tevens verzoekt PBA [verweerster] te veroordelen in de proceskosten en de nakosten, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na de datum van deze beschikking.

3.2

PBA legt primair aan haar verzoek ten grondslag dat sprake is van een dringende reden in de zin van artikel 7:678 lid 2 sub d BW, omdat [verweerster] een paar schoenen van PBA zonder toestemming heeft weggenomen en gebruikt en omdat zij de handtekening van de directrice van PBA op de brief van de Caribbean Mercantile Bank N.V. (hierna: CMB) heeft gefalsificeerd. Subsidiair stelt PBA dat sprake is van gewijzigde omstandigheden, vanwege voornoemde redenen en omdat daarna is gebleken dat [verweerster] heeft gefraudeerd met haar eigen loonstroken, een bedrag van $229 van PBA ondanks een andersluidende toezegging niet heeft terugbetaald en omdat onregelmatigheden zijn geconstateerd in de administratie en bedrijfsvoorraad van PBA waarvoor [verweerster] verantwoordelijk is.

3.3 [

verweerster] voert verweer en concludeert tot afwijzing van het door PBA verzochte, dan wel, voor zover het Gerecht de arbeidsovereenkomst ontbindt, om PBA te veroordelen tot betaling van een vergoeding naar billijkheid.

3.4

Op de stellingen van partijen zal hierna, voor zover voor de beslissing van belang, worden ingegaan.

4 DE BEOORDELING

4.1

Tussen partijen is, zoals ter zitting gebleken, niet in geschil dat de arbeidsovereenkomst, voor zover deze nog bestaat, dadelijk dan wel op korte termijn dient te worden beëindigd. Het Gerecht zal daarom de tussen PBA en [verweerster] gesloten arbeidsovereenkomst, indien en voor zover in rechte komt vast te staan dat deze nog bestaat, ontbinden als na te melden.

4.2

De dan te beantwoorden vraag is of [verweerster] een door PBA te betalen ontbindingsvergoeding naar billijkheid toekomt.

4.3

Het Gerecht is van oordeel dat [verweerster] een dringende reden aan PBA heeft gegeven die een ontbinding van de arbeidsovereenkomst rechtvaardigt en overweegt daartoe als volgt.

4.4

Ingevolge artikel 7:678 lid 1 BW worden voor de werkgever als dringende reden in vorenbedoelde zin beschouwd zodanige daden, eigenschappen of gedragingen van de werknemer, die ten gevolge hebben dat van de werkgever redelijkerwijs niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Bij de beoordeling van de vraag of van zodanige dringende reden sprake is, moeten alle omstandigheden van het geval, in onderling verband en samenhang, in aanmerking worden genomen.

4.5

Tussen partijen is niet in geschil dat [verweerster] een paar schoenen van PBA onder zich had en heeft meegenomen toen zij op vakantie ging. Tevens staat vast dat [verweerster] hier geen overleg over heeft gevoerd of toestemming voor heeft gevraagd. [verweerster] heeft als verweer gevoerd dat zij de schoenen bij zich had omdat zij deze moest promoten, dat zij de schoenen had meegenomen naar het vliegtuig omdat zij weinig tijd had en eens een andere omgeving wilde gebruiken en dat zij de schoenen verder niet heeft gebruikt. Ter onderbouwing van haar stelling heeft [verweerster] de schoenen, die zij nog onder zich heeft, ter zitting meegenomen en getoond. Volgens haar vertonen de schoenen geen gebruikssporen. Dit verweer is door PBA weersproken en kan [verweerster] daarom niet baten. PBA heeft gemotiveerd betwist dat het nodig was, laat staat dat het [verweerster] was toegestaan foto’s van de schoenen op een andere locatie te maken. Volgens PBA is de afspraak dat enkel in de buurt van de Renaissance Mall promotiefoto’s en -filmpjes worden gemaakt en biedt die omgeving daartoe ook voldoende mogelijkheden. Tevens heeft PBA weersproken dat [verweerster] onvoldoende tijd had om de promotiefoto’s te maken. Volgens PBA was dit haar al ruime tijd voordien gevraagd en had [verweerster] de foto’s ook al gemaakt. Dat deze foto’s, zoals [verweerster] nog heeft gesteld, door PBA waren afgekeurd, heeft PBA betwist en is door [verweerster] niet nader onderbouwd. Van de juistheid van deze stelling kan daarom niet worden uitgegaan. Voorts heeft PBA weersproken dat de schoenen geen gebruikssporen bevatten. Ter zitting heeft zij gewezen op onder meer een beschadiging op de hiel van één van de schoenen. Gelet op deze beschadiging, die ook het Gerecht heeft waargenomen, kan niet worden gezegd dat de getoonde schoenen (anders dan voor het maken van een foto) niet zijn gedragen. Al het voorgaande brengt mee dat het verweer van [verweerster] niet kan slagen en dat als onvoldoende weersproken vast staat dat [verweerster] de schoenen zonder toestemming heeft weggenomen en gebruikt.

4.6

Voor wat betreft de (hiervoor in 2.4 weergegeven) brief van 7 januari 2022 gericht aan de CMB geldt verder als volgt. PBA stelt dat [verweerster] degene is die die handtekening van Lopez op deze brief heeft vervalst. Dit heeft [verweerster] weliswaar weersproken, maar het Gerecht is met PBA van oordeel dat het niet anders kan zijn dan dat [verweerster] deze handtekening heeft gezet of daarbij betrokken is geweest. Niet is betwist dat de handtekening op deze brief niet van [naam eigenaresse van PBA] (hierna: [eigenaresse]), de eigenaresse van PBA, afkomstig is. Vast staat daarom dat de handtekening door iemand anders is gezet en dus vals is. Niet valt in te zien waarom iemand anders dan [verweerster] een dergelijke brief zou (laten) opstellen. De brief is naar zijn inhoud ten behoeve van [verweerster] opgesteld en slechts zij heeft baat bij een dergelijke brief. Zoals [verweerster] ter zitting heeft verklaard, lijkt de brief ook op een eerder ten behoeve van haar door PBA opgestelde brief en is de in de brief opgenomen informatie juist. Voorts is de brief, zoals PBA heeft gesteld en [verweerster] onvoldoende heeft weersproken, in de winkel van PBA aangetroffen tussen andere aan [verweerster] toebehorende, persoonlijke documenten. In het licht van al deze omstandigheden is het enkele verweer van [verweerster] dat zij de brief niet kent, onvoldoende.

4.7

Voormelde omstandigheden brengen met zich dat sprake is van een dringende reden die ontbinding van de arbeidsovereenkomst rechtvaardigt indien en voor zover deze nog bestaat. Het Gerecht ziet in het licht van deze omstandigheden ook geen aanleiding om aan [verweerster] een vergoeding naar billijkheid toe te kennen.

4.8

De slotsom is dat het verzoek van PBA toewijsbaar is. Het Gerecht zal de arbeidsovereenkomst tussen partijen, indien en voor zover in rechte komt vast te staan dat deze nog bestaat, ontbinden met ingang van heden, 13 december 2022, zonder toekenning van een vergoeding aan [verweerster].

4.9

De stellingen van partijen met betrekking tot de overige door PBA gestelde redenen die volgens haar een wijziging van omstandigheden meebrengen, kunnen bij deze stand van zaken onbesproken blijven.

4.10 [

Verweerster] zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van PBA. Deze kosten worden tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 450,- aan griffierecht, Afl. 205,64 aan explootkosten en Afl. 2.500,- aan gemachtigdensalaris (2 punt van tarief 5 van het liquidatietarief (1.250,- per punt)), vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten zoals hierna te vermelden. De verzochte nakosten en de daarover verzochte wettelijke rente zullen eveneens worden toegewezen zoals hierna te vermelden.

5 DE BESLISSING

Het Gerecht:

5.1

ontbindt de tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst wegens gewichtige redenen met ingang van heden, 13 december 2022, indien en voor zover krachtens rechterlijk gewijsde komt vast te staan dat die overeenkomst nog bestaat, zonder toekenning aan [verweerster] van een ten laste van PBA komende vergoeding naar billijkheid;

5.2

veroordeelt [verweerster] in de kosten van deze procedure aan de zijde van PBA gevallen, tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 450,- aan griffierecht, Afl. 205,64 aan explootkosten en Afl. 2.500,- aan gemachtigdensalaris, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten vanaf veertien dagen na betekening van deze beschikking tot de dag der algehele voldoening;

5.3

veroordeelt [verweerster] in de nakosten van deze procedure, tot op heden begroot op Afl. 250,- aan nasalaris, verhoogd met Afl. 150,- in geval van betekening, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten vanaf veertien dagen na betekening van deze beschikking tot de dag der algehele voldoening;

5.4

verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;

5.5

wijst het meer of anders verzochte af.

Deze beschikking is gegeven door mr. T.A.M. Tijhuis, rechter, en werd in het openbaar uitgesproken op dinsdag 13 december 2022 in tegenwoordigheid van de griffier.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature