U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:

Inhoudsindicatie:

Civiel, cessie, niet-ontvankelijk, procesrisico.

Uitspraak



Vonnis van 19 april 2017

Behorend bij A.R. 263 van 2016

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA

VONNIS

in de zaak van:

Eiseres,

te Aruba,

hierna ook te noemen: (eiseres),

gemachtigde: advocaat mr. M.O. Lopez,

tegen:

de naamloze vennootschap

ENNIA CARIBE SCHADE N.V.,

te Aruba,

hierna ook te noemen: Ennia,

gemachtigde: advocaat mr. M.A. Kock.

1 DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- het verzoekschrift;

- de conclusie van antwoord;

- de conclusie van repliek;

- de conclusie van dupliek;

De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis.

2 HET GESCHIL EN DE BEOORDELING

2.1 (

eiseres) heeft een schadevordering op Ennia (gehad) ter zake schade als gevolg van een verkeersongeval op 17 maart 2008. Op 28 maart 2008 heeft zij die vordering gecedeerd aan een zekere (naam). Bij vonnis in kort geding van het Gerecht d.d. 22 juni 2011 is beslist dat (naam) moest gehengen en gedogen dat de schade-uitkeringen van Ennia aan (eiseres) konden plaatsvinden. In een bodemprocedure is de cessie door het Gerecht bij vonnis van 2 november 2011 vernietigd. Dit vonnis is op 19 juli 2011 aan Ennia betekend.

2.2

Ter zake van dit vonnis en van een ander vonnis dat tussen (eiseres) en (naam) op 22 juni 2011 is gewezen, heeft (eiseres), naar zij stelt op 29 oktober 2013 (stukken zijn wel genoemd, maar niet overgelegd) executoriaal derdenbeslag gelegd onder Ennia.

2.3

Ennia heeft op 11 december 2013 een verklaring derdenbeslag als bedoeld in art. 476a Rv afgelegd, kort gezegd inhoudend dat tussen haar en (naam) geen rechtsverhouding bestaat of heeft bestaan uit hoofde waarvan zij op het moment van het beslag nog iets aan hem verschuldigd is.

2.4 (

eiseres) kan zich met deze verklaring niet verenigen. In onderhavig geschil vordert zij betaling van de bedragen die (naam) aan (eiseres) verschuldigd is. Boven haar verzoek heeft (eiseres) geplaatst: “Nakoming ex art. 477a Rv”.

2.5

Ennia heeft zich beroepen op niet ontvankelijkheid van (eiseres), nu in art. 477a lid 2 Rv een termijn van betwisting en oproeping voor het Gerecht is opgenomen van twee maanden, waarna de bevoegdheid daartoe is vervallen. Onderhavig verzoek dateert van 10 februari 2016.

2.6

Het verweer van Ennia slaagt. (eiseres) heeft slechts aangevoerd dat zij “prodeaan” is en voor deze procedure heeft gekozen wegens “proces-economische” motieven. Dat is geen rechtvaardiging te noemen van de geruime tijdsoverschrijding. De wet kent een duidelijke termijn van bezwaar en (eiseres), die zich heeft laten bijstaan door een professioneel gemachtigde, hoort dat te weten. Hetgeen (eiseres) verder heeft aangevoerd over de aanwezigheid van kwade trouw aan de zijde van Ennia, wat door haar overigens is betwist, kan dan ook onbesproken blijven.

2.7

Dit leidt ertoe dat de vorderingen van (eiseres) moeten worden afgewezen. Haar zal wel gratis admissie worden verleend, nu zij een bewijs van onvermogen heeft overgelegd.

2.8 (

eiseres) behoort in de proceskosten te worden veroordeeld. het Gerecht acht echter termen aanwezig om toepassing te geven aan art. 64 Rv (eigen beursje). Mr. Lopez had, reeds bij eerste lezing van de relevante wettekst, kunnen zien dat hij met onderhavige procedure geen enkele kans van slagen zou hebben en heeft zijn cliënt - die zelf niet de kosten van een procedure kan dragen - aan een groot procesrisico blootgesteld. Door het aanhangig maken van deze procedure heeft mr. Lopez de belangen van zijn cliënt verwaarloosd. Dit betekent dat het Gerecht voornemens is om de proceskosten (Afl. 4.000,00) voor zijn rekening te brengen. Mr. Lopez wordt echter in de gelegenheid gesteld zich hierover uit te laten.

2.9

Iedere verdere beslissing over de kostenveroordeling wordt aangehouden.

3 DE UITSPRAAK

Het Gerecht:

verleent (eiseres) gratis admissie;

wijst het gevorderde af;

laat mr. Lopez toe zich uit te laten over r.o. 2.8 middels een akte op de rol van 17 mei 2017 (ambtshalve P1), waarna de zaak direct voor vonnis komt.

houdt de beslissing over de proceskosten aan.

Dit vonnis is gewezen door mr. J. Sap, rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 19 april 2017 in aanwezigheid van de griffier.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature