E-mail deze uitspraak

Uitspraak waar naar gelinkt wordt vanuit de e-mail die gestuurd zal worden:

ECLI:NL:HR:2021:1565
Hoge Raad, 19/04277

Inhoudsindicatie:

Gewelddadige overval in 2010 in Wehl door Poolse verdachten. Voortgezette handeling medeplegen vrijheidsberoving (art. 282.1 Sr) en medeplegen diefstal met geweld (art. 312.2.2 Sr) en voortgezette handeling medeplegen gijzeling (art. 282a.1 Sr) en medeplegen afpersing (art. 317.3 jo. 312.2.2 Sr). Betekening dagvaarding in hoger beroep, art. 588.2 (oud) Sv. Is dagvaarding in h.b. toegezonden aan het in appelakte vermelde adres van verdachte in Polen? In geval van toezending van dagvaarding door tussenkomst van bevoegde buitenlandse autoriteit of instantie geldt dat uit stukken slechts hoeft te blijken dat die tussenkomst is ingeroepen maar niet dat aan gedane verzoek is voldaan. Indien evenwel aannemelijk is dat buitenlandse autoriteit of instantie geen uitvoering heeft gegeven aan verzoek, behoort rechter onderzoek ttz. te schorsen teneinde verzuim te doen herstellen (vgl. HR:2002:AD5163). In uitspraak hof ligt oordeel besloten dat verdachte behoorlijk is gedagvaard op adres in Polen. Dat oordeel is niet z.m. begrijpelijk. Immers, uit aan HR gezonden stukken blijkt niet dat uitreiking aan verdachte is geschied door toezending van mededeling door OM, hetzij rechtstreeks, hetzij door tussenkomst van bevoegde buitenlandse autoriteit of instantie en, v.zv. een verdrag van toepassing is, met inachtneming van dat verdrag. Uit stukken blijkt slechts dat ressortsparket een rechtshulpverzoek heeft opgesteld aangaande de uitreiking op Pools adres en daarover contact heeft gehad met internationaal rechtshulp centrum maar niet dat rechtshulpverzoek (al dan niet door tussenkomst van internationaal rechtshulpcentrum) aan bevoegde Poolse autoriteiten is aangeboden.

HR verklaart betekening dagvaarding in h.b. nietig. CAG: anders.

Van


Aan


Opmerkingen (optioneel)


E-mail

Terug

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie