E-mail deze uitspraak

Uitspraak waar naar gelinkt wordt vanuit de e-mail die gestuurd zal worden:

ECLI:NL:HR:2012:BW5136
LJN BW5136, Hoge Raad, 11/00043

Inhoudsindicatie:

Hofstad. 1. Art. 140 en art. 140a Sr. Deelneming aan een criminele c.q. terroristische organisatie. 2. “Openbaar gezag” a.b.i. art. 131 Sr en art. 132.1 Sr. Ad 1. HR herhaalt relevante overwegingen m.b.t. het bestanddeel “deelneming” uit HR LJN BM4415. ’s Hofs oordeel dat de verdachte daadwerkelijk een aandeel heeft gehad in, of heeft ondersteund, gedragingen die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het binnen de organisaties bestaande oogmerk en derhalve aan die organisaties heeft “deelgenomen” in de zin van art. 140 en 140a Sr is niet onbegrijpelijk. Ad 2. Het Hof heeft niet miskend dat met de in art. 131 en art. 132 Sr voorkomende term “openbaar gezag” wordt bedoeld het Nederlands openbaar gezag, nu het Hof in zijn overwegingen als zijn oordeel tot uitdrukking heeft gebracht dat het opruien tot gewelddadig optreden moet zijn gericht tegen het Nederlands openbaar gezag, waarbij de omstandigheid dat de opruiing mede betrekking heeft op enig ander dan het Nederlands openbaar gezag niet eraan in de weg staat dat daardoor het Nederlands openbaar gezag in gevaar wordt gebracht.

Van


Aan


Opmerkingen (optioneel)


E-mail

Terug

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie