Vernietigt het beroepen vonnis, doch alleen voor zover dit betreft de kwalificatie van het bewezen verklaarde en doet in zoverre opnieuw recht.
Verklaart dat het bewezenverklaarde oplevert:
(t.a.v. feit 2:)
"Opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2, eerste lid onder C, van de Opiumwet gegeven verbod, strafbaar gesteld bij artikel 10, tweede lid, van de Opiumwet".
(t.a.v. feit 3:)
"Een feit bedoeld in het derde lid van artikel 10 van de Opiumwet , voorbereiden of bevorderen door voorwerpen en stoffen voorhanden te hebben, waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit";
(t.a.v. feit 5:)
"Handelen in strijd met artikel 13, eerste lid, van de Wet wapens en munitie , strafbaar gesteld bij artikel 55, eerste lid van de Wet wapens en munitie".
Straf eerste aanleg: 4 jaar gevangenisstraf.