Geïntimeerde probeert geld te incasseren bij appellant. Appellant is in 2010 veroordeeld om dit aan geïntimeerde te betalen. Appellant vindt dat geïntimeerde zijn vordering niet mag incasseren omdat deze gebaseerd is op criminele activiteiten (een hennepkwekerij) en er onnodige executiekosten zijn gemaakt. Het hof is het niet met appellant eens.