U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:
Vindplaats:

Inhoudsindicatie:

Overeenkomst van opdracht voor bepaalde tijd. Opzegging door opdrachtgever; art. 7:408 BW. Uitleg overeenkomst. Redelijke opzegtermijn. Geldvordering in kort geding; spoedeisend belang.

Gepubliceerde uitspraken in deze zaak:

Uitspraak



GERECHTSHOF DEN HAAG

Afdeling Civiel recht

Zaaknummer: 200.249.045/01

Zaak-/rolnummer rechtbank: C/09/555641 / KG ZA 18-662

Arrest van 31 maart 2020

[naam B.V.] ,

gevestigd te Rotterdam,

appellante,

hierna te noemen: [naam B.V.] ,

advocaat: mr. W.M. Blom te Amsterdam,

tegen

SP International B.V.,

handelend onder de naam Juzzt Football,

gevestigd te Den Haag,

geïntimeerde,

hierna te noemen: Juzzt Football,

advocaat: mr. E. de Jongh te Den Haag.

Het geding

Voor het procesverloop tot 20 november 2018 verwijst het hof naar zijn tussenarrest van die datum waarbij een comparitie van partijen is gelast. De comparitie heeft plaatsgevonden op 11 januari 2019. Van de comparitie is een proces-verbaal opgemaakt.

Bij memorie van grieven tevens houdende wijziging van eis (met producties) heeft [naam B.V.] vijf grieven aangevoerd en zijn eis gewijzigd. Bij memorie van antwoord (met producties) heeft Juzzt Football de grieven bestreden.

Op 21 januari 2020 heeft een pleidooizitting plaatsgevonden. Partijen hebben de zaak doen bepleiten aan de hand van pleitnotities, [naam B.V.] door mr. Blom voornoemd en mr. C. van Haasteren, advocaat te Amsterdam, en Juzzt Football door mr. De Jongh voornoemd. Partijen hebben arrest gevraagd.

Beoordeling

1. Het gaat in dit kort geding om het volgende.1.1. [bestuurder holding] (hierna: [bestuurder holding] ) verricht werkzaamheden op het gebied van sportmarketing. Na oprichting van [naam B.V.] verricht hij zijn werkzaamheden via deze vennootschap. [bestuurder holding] is bestuurder en aandeelhouder van [naam holding] B.V., die op haar beurt bestuurder en aandeelhouder is van [naam B.V.]

1.2.

Juzzt Football is opgericht in 1997 en houdt zich bezig met voetbalmakelaardij. Oprichter [oprichter] en zijn vader [vader oprichter] zijn (indirect) bestuurders van Juzzt Football. Enig aandeelhouder van Juzzt Football is SP International Holding B.V. (hierna: SPI Holding). [oprichter] en [vader oprichter] zijn, samen met de medewerkers van Juzzt Football, aandeelhouders van SPI Holding.

1.3.

Op 15 november 2013 hebben Juzzt Football en [bestuurder holding] een overeenkomst van opdracht (‘freelanceovereenkomst’) gesloten voor de periode van 15 november 2013 tot en met 30 juni 2014, waarbij [bestuurder holding] zich tegenover Juzzt Football verbond werkzaamheden op het gebied van sport en marketing te verrichten voor een vast een honorarium. Artikel 2 bepaalde: ‘(…) OPZEGGING1. Zowel opdrachtgever als opdrachtnemer is bevoegd om met inachtneming van een termijn van drie maanden onderhavige overeenkomst door middel van een behoorlijke kennisgeving op te zeggen.2. Opzegging geschiedt steeds tegen het einde van een kalendermaand.’Op 18 juni 2014 hebben Juzzt Football en [bestuurder holding] een tweede overeenkomst van opdracht gesloten voor de periode van 1 juli 2014 tot en met 31 december 2015. Artikel 2 bepaalde: ‘(…) OPZEGGING1. Voor 1 november 2015 zullen partijen nieuwe afspraken maken of het contract opzeggen.2. Daarnaast is zowel opdrachtgever als opdrachtnemer bevoegd om met inachtneming van een termijn van drie maanden onderhavige overeenkomst door middel van een behoorlijke kennisgeving op te zeggen.3. Opzegging geschiedt steeds tegen het einde van een kalendermaand.’Op 15 december 2015 hebben Juzzt Football en [bestuurder holding] een derde overeenkomst van opdracht gesloten voor de periode van 1 januari 2016 tot en met 31 december 2016. Artikel 2 bepaalde: ‘(…) OPZEGGING1. Voor 1 november 2016 zullen partijen nieuwe afspraken maken of het contract opzeggen.2. Daarnaast is zowel opdrachtgever als opdrachtnemer bevoegd om met inachtneming van een termijn van drie maanden onderhavige overeenkomst door middel van een behoorlijke kennisgeving op te zeggen.3. Opzegging geschiedt steeds tegen het einde van een kalendermaand.’

1.4.

Op 16 januari 2017 heeft [vader oprichter] in een nieuwjaarstoespraak aan de medewerkers van Juzzt Football aangekondigd dat [bestuurder holding] daar een leidinggevende functie zou gaan vervullen.

1.5.

Op 1 februari 2017 is een nieuwe overeenkomst van opdracht gesloten tussen Juzzt Football en de vennootschap [naam B.V.] (hierna: de Overeenkomst). Hierin is onder meer bepaald: ‘Artikel 3 Duur van de overeenkomst 3.1 De opdracht vangt aan op 1 januari 2017 en wordt aangegaan tot 31 december 2019. Voor 1 november 2019 wordt geëvalueerd of en onder welke voorwaarden de opdracht wordt voortgezet.3.2 Opdrachtgever verklaart zich er uitdrukkelijk mee akkoord dat Opdrachtnemer ook ten behoeve van andere opdrachtgevers werkzaamheden verricht.(...)Artikel 5 Opzegging overeenkomst 5.1 Bij het niet naar behoren presteren loopt Opdrachtnemer het risico niet meer ingeschakeld te worden bij een vervolgopdracht.’De Overeenkomst is opgesteld door [fiscaal adviseur] , de fiscaal adviseur van Juzzt Football, naar een voorbeeld ‘modelovereenkomst algemeen | geen werkgeversgezag’ van de Belastingdienst.

1.6.

Op 18 augustus 2017 is een aandeelhoudersovereenkomst gesloten tussen de aandeelhouders van SPI Holding. Deze overeenkomst is mede ondertekend door [bestuurder holding] die daarin wordt aangemerkt als aandeelhouder. Bij overeenkomst van 31 augustus 2017 heeft Juzzt Football aan [bestuurder holding] een bedrag van € 150.000,-- geleend ter financiering van de aankoop door [bestuurder holding] van 540 aandelen in SPI Holding. Op grond van de overeenkomst van geldlening was [bestuurder holding] verplicht ten behoeve van Juzzt Football een eerste pandrecht op deze aandelen te vestigen tot meerdere zekerheid voor nakoming door [bestuurder holding] van zijn verplichtingen uit die overeenkomst. Op 3 oktober 2017 heeft [bestuurder holding] (privé) deze 540 aandelen in SPI Holding – dit is 3% van het aandelenkapitaal – gekocht voor de prijs van € 180.000,--. Op 31 oktober 2017 is ten behoeve van Juzzt Football een eerste pandrecht op de aandelen gevestigd.

1.7.

Bij brief van 8 mei 2018 heeft [vader oprichter] namens Juzzt Football [bestuurder holding] als volgt bericht:‘Je hebt onlangs in diverse telefoongesprekken met ondergetekende aangegeven dat je op de kortst mogelijke termijn je relatie met Juzzt Football wilt beëindigen. Ik betreur dat. Jouw besluit staat in schril contrast met hetgeen we pakweg anderhalf jaar geleden beoogden en overeen kwamen.Gezamenlijk kwamen we tot de conclusie dat het weinig zinvol is al te lang bij jouw besluit stil te staan. Jij moet door, Juzzt Football moet door.Jouw voorstel om per 1 juli uit elkaar te gaan kan ik volgen. Jouw voorstel om tot 1 september de marketing voor je rekening te nemen, alsmede de social media te bedienen, kan eveneens geregeld worden – op voorwaarde dat daar een aparte overeenkomst voor wordt opgesteld. Dit geldt eveneens voor je aanbod om verantwoordelijkheid te nemen voor de Academy tot en met 31 december 2018.Wat de aandelen betreft, dien ik ruggespraak te houden met de overige aandeelhouders. Zoals eerder opgemerkt wil ik me sterk maken voor een verrekening met gesloten beurzen: de hoogte van de uitstaande lening = prijs voor de aandelen.Nogmaals, als per 1 juli de managementovereenkomst wordt beëindigd, beëindigt ook de honorering.Graag per ommegaande bericht of we al dan niet deze weg volgen. Dan ook graag op schrift jouw verzoek om beëindiging van de managementovereenkomst.Mochten we over bovenstaande geen overeenstemming bereiken, dan houd ik je aan de managementovereenkomst met dien verstande dat ik dagelijks een rapport van je verwacht over gedane werkzaamheden.’

1.8.

Bij brief van 9 mei 2018 aan Juzzt Football heeft [bestuurder holding] hierop als volgt gereageerd:‘Juzzt Football heeft recentelijk besloten zich alleen nog te willen concentreren op het vertegenwoordigen van voetballers. Ik ben in 2014 aangenomen om de activiteiten van Juzzt Football te helpen verbreden (...) Het was de bedoeling dat ik op termijn de leiding over het bedrijf zou krijgen. De recente strategische koerswijziging heeft tot gevolg dat mijn overeengekomen werkzaamheden onder de betreffende overeenkomst van opdracht eindigen en gedane toezeggingen niet meer vervuld zullen worden. Juzzt Football heeft nog wel aangegeven dat ik een ander takenpakket zou kunnen krijgen, maar dat takenpakket wijkt substantieel af van wat wij zijn overeengekomen en mij voor de toekomst is toegezegd en past bovendien niet bij mijn capaciteiten en kwaliteiten. Ik heb aangegeven dat ik daarmee niet akkoord ben. Het gevolg van dat besluit van Juzzt Football is dat Juzzt Football feitelijk de samenwerking voortijdig wenst te beëindigen. Ik heb daarop aangegeven dat gelet op het voorgaande het dan beter lijkt de samenwerking ook daadwerkelijk in harmonie te beëindigen. Voor een beëindiging in harmonie is denk ik allereerst van belang te bepalen hoe we uit elkaar gaan en wanneer. Eerder spraken we over een beëindiging na deze zomer, maar 1 juli 2018 is voor mij onder voorwaarden bespreekbaar.(...) Bij beëindiging van de samenwerking hoort ook een financiële afwikkeling. Ten aanzien van het financiële deel zijn dan de volgende componenten van belang: (i) afkoop van de overeenkomst van opdracht met looptijd tot 31 december 2019 zonder tussentijdse beëindigingsmogelijkheid, (ii) terugkoop van de aandelen voor een passende prijs en (iii) betaling van dividend.(...)Er is mij vanuit Juzzt Football meerdere keren verzocht om schriftelijk te verzoeken om beëindiging van de managementovereenkomst. Zoals uit het voorgaande ook volgt, heb ik dat verzoek niet mondeling gedaan en ik zal dat ook niet schriftelijk of mondeling doen.’

1.9.

Bij brief van 17 mei 2018 heeft mr. De Jongh namens Juzzt Football aan [bestuurder holding] bericht dat de Overeenkomst per 1 juli 2018 is beëindigd, dat Juzzt Football geen prijs stelt op verdere uitvoering van de Overeenkomst en dat Juzzt Football na 1 juli 2018 geen verdere vergoeding aan [bestuurder holding] verschuldigd is.

1.10.

Bij brief van diezelfde datum heeft mr. Blom hierop namens [bestuurder holding] gereageerd en meegedeeld dat [bestuurder holding] de Overeenkomst niet heeft opgezegd. Hij heeft Juzzt Football gesommeerd onverminderd uitvoering te geven aan de Overeenkomst.

1.11.

Bij e-mailbericht van 18 mei 2018 heeft Juzzt Football de Overeenkomst voorwaardelijk opgezegd tegen 1 juli 2018. Per 18 mei 2018 is het persoonlijk e-mailaccount van [bestuurder holding] ontkoppeld en zijn de inloggegevens van het door [bestuurder holding] beheerde Twitter- en Instagramaccount van Juzzt Football veranderd.

1.12.

Bij brief van 31 mei 2018 heeft mr. de Jongh namens Juzzt Football aan mr. Blom bericht dat [bestuurder holding] de in SPI Holding gehouden aandelen te koop moet aanbieden en dat het resterende deel van de geldlening terstond opeisbaar is bij verkoop van de aandelen, waartoe [bestuurder holding] verplicht is indien hij niet langer werkzaamheden voor Juzzt Football verricht. In deze brief wordt medegedeeld dat het restant van de geldlening € 128.687,21 (inclusief rente) bedraagt en dat Juzzt Football onder voorbehoud bereid is als koopprijs van de aandelen uit te gaan van het restantbedrag van de lening, zonder verlaging van de inkoopprijs als gevolg van ‘bad leaving’. In verband met een dividenduitkering over 2017 zou nog een bedrag van € 25.500,-- beschikbaar komen dat verrekend zou worden met de geldlening, zodat [bestuurder holding] per saldo nog € 103.187,21 diende te betalen. Ook wordt erop gewezen dat op grond van de aandeelhoudersovereenkomst voor [bestuurder holding] aan een non-concurrentiebeding geldt gedurende een periode van 2,5 jaar nadat zijn aandeelhouderschap is geëindigd op straffe van een boete.

1.13.

Op 15 en 22 juni 2018 heeft [naam B.V.] , na daartoe verlof te hebben verkregen van de voorzieningenrechter, ten laste van Juzzt Football conservatoir beslag laten leggen op een bankrekening van Juzzt Football bij ABN AMRO. Het beslag heeft doel getroffen tot een bedrag van € 225.000,--.

1.14.

Juzzt Football heeft de voorzieningenrechter in de rechtbank Den Haag bij op 18 september 2018 ingekomen verzoekschrift op de voet van artikel 3:251 lid 1 BW verzocht te bepalen dat zij als pandhouder de aandelen van [bestuurder holding] mag verkopen voor een bedrag van € 99.000,--. Bij beschikking van 7 maart 2019 heeft de voorzieningenrechter dit verzoek afgewezen.

2. In eerste aanleg heeft [naam B.V.] , na eiswijziging, gevorderd: 1. Juzzt Football te veroordelen tot betaling van een voorschot op schadevergoeding van € 142.779,98, althans een door de voorzieningenrechter in goede justitie te bepalen voorschot op de schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente;2. Juzzt Football te veroordelen tot betaling van een voorschot tot vergoeding van advocaatkosten, inclusief incassokosten, ten bedrage van € 30.000,—, exclusief BTW, althans een door de voorzieningenrechter in goede justitie te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente indien deze kosten niet binnen vijf dagen na het wijzen van dit vonnis zijn voldaan;3. Juzzt Football te veroordelen tot betaling van de facturen over mei en juni 2018, te vermeerderen met de wettelijke rente;4. Juzzt Football te bevelen zich te onthouden van enige negatieve mededeling over [naam B.V.] en/of [bestuurder holding] , op straffe van een dwangsom;5. Juzzt Football te bevelen medewerking te verlenen aan de overdracht van het mobiele nummer [telefoonnummer] aan [naam B.V.] , op straffe van een dwangsom;6. Juzzt Football te veroordelen in de kosten van deze procedure.

3. Juzzt Football heeft in reconventie gevorderd de door [naam B.V.] op 15 en 22 juni 2018 gelegde beslagen onder ABN AMRO op te heffen en [naam B.V.] te verbieden terzake hetzelfde feitencomplex nieuwe beslagen te leggen, op straffe van een dwangsom en met veroordeling van [naam B.V.] in de proceskosten.

4. De voorzieningenrechter heeft bij kortgedingvonnis van 30 juli 2018 (hierna: het bestreden vonnis) in conventie Juzzt Football veroordeeld aan [naam B.V.] de facturen over mei en juni 2018 terzake van managementvergoedingen te betalen, met wettelijke rente vanaf de op die facturen vermelde uiterste betaaldata, en [naam B.V.] veroordeeld in de proceskosten. In reconventie heeft de voorzieningenrechter de door [naam B.V.] ten laste van Juzzt Football gelegde beslagen onder ABN AMRO opgeheven en [naam B.V.] verboden om terzake van hetzelfde feitencomplex opnieuw beslag te doen leggen ten laste van Juzzt Football op straffe van verbeurte van een dwangsom.

5. [naam B.V.] heeft haar vordering in hoger beroep aldus gewijzigd dat zij, in plaats van overdracht aan haar van het mobiele telefoonnummer [telefoonnummer] , betaling vordert van een voorschot op vervangende schadevergoeding van € 22.500,--. Daarnaast heeft zij in hoger beroep subsidiair, voor het geval het hof zou oordelen dat de Overeenkomst toch tussentijds opzegbaar was en [naam B.V.] geen aanspraak zou hebben op het voorschot op managementvergoedingen over de periode van 1 juli 2018 tot en met 31 december 2019, een voorschot gevorderd op het volle loon bij voortijdige beëindiging van de opdracht op grond artikel 7:411 leden 1 en 2 BW.Juzzt Football heeft tegen deze eiswijzigingen geen bezwaar gemaakt zodat het hof uitgaat van de vordering zoals gewijzigd.

6. Ten aanzien van de door [naam B.V.] ingestelde geldvorderingen stelt Juzzt Football zich primair op het standpunt dat [naam B.V.] geen spoedeisend belang heeft bij haar vordering.

7. Het hof stelt voorop dat in het hoger beroep van een kortgedingvonnis moet worden beoordeeld of de eisende partij (ook) ten tijde van het arrest van het hof een spoedeisend belang heeft. Met betrekking tot de toewijzing van een geldvordering in kort geding is terughoudendheid op haar plaats en mag van de eiser worden verlangd dat hij naar behoren feiten en omstandigheden aannemelijk maakt die meebrengen dat een zodanige voorziening uit hoofde van onverwijlde spoed geboden is. Of de eisende partij een voldoende spoedeisend belang heeft bij de gevraagde voorziening wordt beoordeeld aan de hand van een afweging van belangen van partijen naar de toestand ten tijde van de uitspraak. Het restitutierisico maakt deel uit van die belangenafweging, evenals de kans van slagen van de vordering in de bodemzaak.

8. [naam B.V.] heeft haar stelling dat zij een spoedeisend belang heeft bij haar vordering tot betaling van (vervangende schadevergoeding voor) de managementvergoedingen in eerste aanleg aldus onderbouwd dat zij vanaf 1 juli 2018 geen managementvergoedingen meer zal ontvangen en dat [bestuurder holding] per deze datum (nagenoeg) geen inkomsten meer zal hebben en op termijn niet meer in zijn levensonderhoud kan voorzien. In hoger beroep heeft zij gesteld dat, doordat Juzzt Football weigerde met terugwerkende kracht de management fees te betalen, [bestuurder holding] niet meer in zijn levensonderhoud kon voorzien. Juzzt Football betwist niet dat [bestuurder holding] door de beëindiging van de overeenkomst van opdracht zijn inkomsten (grotendeels) is kwijtgeraakt; dit hoort volgens haar echter bij het risico van het ondernemerschap. Dat argument – wat daarvan zij – laat onverlet dat [naam B.V.] en daarmee ook [bestuurder holding] voor (een belangrijk deel van) hun inkomsten afhankelijk kunnen zijn van de door Juzzt Football te betalen managementvergoedingen. Dat dit laatste het geval is, is voldoende aannemelijk geworden en dit geldt dan ook voor het spoedeisend belang van [naam B.V.] bij haar vordering tot uitbetaling van de vergoedingen. De omstandigheid dat [naam B.V.] in de laatste zes maanden van 2018, dus na de beëindiging van de Overeenkomst, nog een omzet van € 30.000,-- heeft weten te behalen door opdrachten van andere opdrachtgevers en dat [naam B.V.] verwacht dat die omzet zal toenemen, rechtvaardigt nog niet de conclusie dat het spoedeisend belang in hoger beroep niet meer bestaat. Niet vereist is dat sprake is van een financiële noodsituatie. Overigens is omzet niet hetzelfde als inkomen, maar dit terzijde. Gelet op een en ander moet worden aangenomen dat [naam B.V.] ook in hoger beroep een voldoende spoedeisend belang heeft bij haar vordering tot betaling van (vervangende schadevergoeding voor) de managementvergoedingen. Mede in aanmerking genomen de kans van slagen van de vordering in een bodemzaak, zoals hierna aan de orde komt, moet een mogelijk restitutierisico voor Juzzt Football wijken voor het belang van [naam B.V.] bij uitbetaling van de managementvergoedingen voor zover zij daarop aanspraak heeft. Toegevoegd wordt nog, maar eveneens terzijde, dat nu Juzzt Football wijst op het bestaan van andere omzetkanalen/nieuwe inkomstenbronnen van/voor [naam B.V.] , het restitutierisico niet onacceptabel groot lijkt.

9. In het bestreden vonnis zijn de feiten vermeld waarvan de voorzieningenrechter is uitgegaan (rov. 2.1 tot en met 2.12). Tegen deze overwegingen zijn geen grieven gericht. Wel heeft [naam B.V.] verzocht haar inleiding op de grieven (memorie van grieven onder 3.1 tot en met 3.4) op te vatten als een grief tegen de door de voorzieningenrechter vastgestelde feiten. Naar zij stelt, zijn voor de beoordeling van de zaak meer relevante omstandigheden van belang en dient het hof deze alsnog vast te stellen. Het hof zal de door [naam B.V.] aan haar vorderingen ten grondslag gelegde feiten en omstandigheden in zijn beoordeling betrekken en zo ook de eventuele betwisting ervan.

10. Grief 1 is gericht tegen het oordeel van de voorzieningenrechter dat Juzzt Football op grond van artikel 7:408 lid 1 BW gerechtigd was de Overeenkomst tussentijds te be ëindigen en tegen de afwijzing op die grond van de vordering van [naam B.V.] tot betaling van managementvergoedingen vanaf 1 juli 2018 tot en met 31 december 2019 (rov. 4.4 en 4.5 van het bestreden vonnis). In de toelichting op de grief stelt [naam B.V.] dat de voorzieningenrechter heeft verzuimd het Haviltex-criterium op de uitleg van de opzegbepaling in de Overeenkomst toe te passen. Omstandigheden die bij de uitleg in aanmerking (hadden) moeten worden genomen zijn dat de Overeenkomst niet op zichzelf staat maar onderdeel is van een samenwerking op lange termijn, vormgegeven in meer overeenkomsten, en dat de voorafgaande opdrachtovereenkomsten alle expliciet voorzagen in de mogelijkheid van tussentijdse opzegging, aldus [naam B.V.] Met het sluiten van de Overeenkomst zijn partijen hiervan afgeweken en zijn zij overeengekomen dat uitsluitend in geval van niet naar behoren presteren, [naam B.V.] geen vervolgopdrachten zou krijgen. Hiermee hebben partijen, naar [naam B.V.] stelt, tussentijdse beëindiging uitgesloten. In dit verband voert zij aan dat, gelet op de omstandigheid dat toen partijen een lossere samenwerking hadden, zij ten aanzien van tussentijdse beëindiging een voor beide gelijke regeling hadden, zij niet redelijkerwijs heeft hoeven begrijpen dat toen partijen een lange samenwerking aangingen, Juzzt Football (maar niet [naam B.V.] ) tussentijds zou mogen opzeggen, ook nog met een de helft kortere opzegtermijn. Ook bij gelegenheid van het pleidooi in hoger beroep heeft zij benadrukt dat niet voor de hand ligt om bij een langere samenwerking dan in de voorgaande overeenkomsten uit te gaan van juist een kortere opzeggingstermijn. Grief 3 is gericht tegen de overweging van de voorzieningenrechter dat de vorderingen van [naam B.V.] enkel toewijsbaar zijn voor zover deze zien op de doorbetaling van de managementvergoedingen voor de maanden mei en juni 2018 en dat de overige vorderingen zullen worden afgewezen (rov. 4.8 van het bestreden vonnis).

10. Deze grieven, die de strekking hebben dat tussentijdse opzegging van de Overeenkomst was uitgesloten en dat [naam B.V.] daarom voor de maanden juli 2018 tot en met december 2019 aanspraak heeft op vervangende schadevergoeding gelijk aan de managementvergoedingen over die maanden, lenen zich voor gezamenlijke behandeling.

12. Het gaat in deze zaak in de eerste plaats om de uitleg van de Overeenkomst en in het bijzonder of de Overeenkomst tussentijds kon worden opgezegd. Artikel 7:408 lid 1 BW bepaalt dat de opdrachtgever de overeenkomst te allen tijde kan opzeggen. Dit geldt dus ook voor overeenkomsten die voor bepaalde tijd zijn aangegaan. Uit de woorden ‘te allen tijde’ volgt dat de opdrachtgever de overeenkomst zonder bepaalde termijn kan opzeggen. Wel kunnen partijen een opzegtermijn overeenkomen. Een opzegtermijn kan ook voortvloeien uit de eisen van redelijkheid en billijkheid.

13. [naam B.V.] heeft in dit verband gesteld dat partijen met artikel 5 van de Overeenkomst tussentijdse opzegging hebben uitgesloten. In hoger beroep heeft zij aangevoerd dat zij uit de weergegeven omstandigheden redelijkerwijs heeft mogen begrijpen dat de Overeenkomst, anders dan de eerdere overeenkomsten van opdracht, niet tussentijds opzegbaar was. Ter zitting van het hof heeft [bestuurder holding] verklaard dat Hagens dit desgevraagd tegenover hem heeft bevestigd toen de overeenkomst aan hem werd voorgelegd.

14. Voorop wordt gesteld dat het hof in dit hoger beroep van een kort geding slechts voorlopige oordelen geeft. Bij zijn beoordeling neemt het hof de volgende feiten en omstandigheden in aanmerking.a. Voordat de Overeenkomst tussen partijen tot stand kwam, had Juzzt Football al drie overeenkomsten van opdracht gesloten met [bestuurder holding] privé (hierna: de eerdere overeenkomsten), steeds voor bepaalde tijd (variërend van ongeveer 6 maanden tot een jaar). In alle eerdere overeenkomsten was een bepaling opgenomen met het kopje ‘opzegging’, inhoudende dat beide partijen bevoegd zijn de overeenkomst tussentijds op te zeggen, steeds met een opzegtermijn van drie maanden en tegen het einde van een kalendermaand.b. De Overeenkomst is aangegaan voor de duur van drie jaar. Anders dan in de eerdere overeenkomsten van opdracht, is in de Overeenkomst in het artikel over opzegging (artikel 5) niet met zoveel woorden bepaald dat beide partijen bevoegd zijn de overeenkomst tussentijds op te zeggen. c. Begin 2018 heeft een bestuurder van Juzzt Football aangekondigd dat [bestuurder holding] in de toekomst een leidinggevende functie bij Juzzt Football gaat uitoefenen. Na het sluiten van de Overeenkomst is [bestuurder holding] privé aandeelhouder geworden in SPI Holding. d. De Overeenkomst is opgesteld door [fiscaal adviseur] , een vertegenwoordiger van Juzzt Football. Naar het voorlopig oordeel van het hof rechtvaardigen deze omstandigheden niet zonder meer dat [naam B.V.] redelijkerwijs heeft mogen begrijpen dat tussentijdse beëindiging van de Overeenkomst was uitgesloten. Het hof neemt daarbij in aanmerking dat het hierbij dan zou gaan om een afwijking van de wettelijke regeling, terwijl in de Overeenkomst zelf niet met zoveel woorden is opgenomen dat deze niet kan worden opgezegd en uit de tekst ook anderszins niet valt op te maken dat een afwijking als bedoeld is beoogd. Ook acht het hof voorshands onvoldoende aannemelijk dat de Overeenkomst niettemin – aan de hand van de zogeheten Haviltex-norm – in die zin moet worden uitgelegd. Dit kort geding leent zich niet voor bewijslevering met betrekking tot de door [naam B.V.] gestelde bevestiging van de niet-opzegbaarheid.

15. Het voorgaande neemt niet weg dat, zoals ook de voorzieningenrechter heeft geoordeeld, in het licht van deze omstandigheden voorshands moet worden aangenomen dat de Overeenkomst niet opzegbaar was zonder inachtneming van een redelijke opzegtermijn. Daarbij wordt in aanmerking genomen, behalve de aard van de (wederzijdse verplichtingen uit hoofde van de) Overeenkomst, dat voor de eerdere overeenkomsten, die van aanzienlijk kortere duur waren, een opzegtermijn van drie maanden gold. Niet in geschil is dat aan het sluiten van de Overeenkomst de intentie tot een langdurige samenwerking tussen [naam B.V.] en Juzzt Football ten grondslag lag. [bestuurder holding] zou deelnemen in het aandelenkapitaal van JFI Holding en reeds voor het sluiten van de Overeenkomst was aangekondigd dat [bestuurder holding] een leidinggevende functie zou gaan vervullen. Enige ratio waarom onder deze omstandigheden, anders dan bij de eerdere overeenkomsten, geen opzegtermijn zou gelden, is gesteld noch gebleken. Bovendien is de Overeenkomst opgesteld door (een vertegenwoordiger van) Juzzt Football; volgens de contra-proferentemregel moet in geval van twijfel over de uitleg van een bepaling deze worden uitgelegd in het nadeel van de partij die haar heeft opgesteld. Onder deze omstandigheden heeft [naam B.V.] redelijkerwijs mogen begrijpen dat, zo de Overeenkomst al tussentijds opzegbaar was, in elk geval, evenals voor de eerdere overeenkomsten, een opzegtermijn van minimaal drie maanden in acht zou worden genomen. Dat laatste vloeit bovendien voort uit de eisen van redelijkheid en billijkheid. Tijdens de (pleit)zitting in hoger beroep is dit aan de orde geweest en is duidelijk geworden dat dit – ten opzichte van de meeromvattende primaire vordering, gebaseerd op niet-opzegbaarheid van de overeenkomst – het (meer) subsidiaire standpunt van [naam B.V.] is.

16. Voorshands wordt ervan uitgegaan dat Juzzt Football de Overeenkomst bij brief van 8 mei 2018 heeft opgezegd per 1 juli 2018. Vanaf 1 juli 2018 heeft [naam B.V.] geen werkzaamheden voor Juzzt Football meer (kunnen) verricht(en). Voor de maanden juli 2018 tot en met december 2019 heeft [naam B.V.] aanspraak gemaakt op (vervangende schadevergoeding gelijk aan) de managementvergoedingen over die maanden. Die vordering is in kort geding niet toewijsbaar. Wel is voldoende aannemelijk dat in een bodemprocedure een vordering tot betaling van de managementvergoeding over een redelijke opzegtermijn een aanzienlijke kans van slagen heeft. [naam B.V.] mocht er (minst genomen) redelijkerwijs van uitgaan dat opzegging van (ook) de Overeenkomst tegen het einde van een maand diende plaats te vinden en dat gelet op de duur van de Overeenkomst een opzegtermijn van minimaal drie volle kalendermaanden in acht zou worden genomen. Naar het voorlopig oordeel van het hof had Juzzt Football de Overeenkomst daarom in ieder geval niet eerder kunnen beëindigen dan per 31 augustus 2018. Het hof acht daarom gerechtvaardigd dat (bij wijze van voorschot) uitbetaling van de managementvergoedingen over de maanden juli en augustus 2018 wordt toegewezen. De grieven, die – indirect – mede opkomen tegen het aannemen van een kortere opzegtermijn en toewijzing van het daaraan gekoppelde lagere bedrag in eerste aanleg, zijn dus in zoverre gegrond. Toegevoegd wordt nog dat de door Juzzt Footbal gevoerde verweren tegen de vordering tot betaling van een hoger bedrag aan vergoedingen in zoverre falen en haar beroep op een opschortingsrecht evenzeer om de in het bestreden vonnis vermelde reden. Het hof begroot de vergoedingen over de maanden juli en augustus 2018, gelet op het bepaalde in artikel 6.1 van de Overeenkomst en in overeenstemming met de over mei en juni 2018 gefactureerde bedragen, op € 7.663,33 inclusief BTW en bepaalt het voorschot op € 15.326,66. Het bestreden vonnis zal worden vernietigd en de vordering tot betaling van een voorschot zal tot dit bedrag worden toegewezen. [naam B.V.] heeft aanspraak gemaakt op de wettelijke rente over het voorschot vanaf 1 juli 2018 tot aan de dag van voldoening. Het hof zal de wettelijke rente toewijzen over de vergoeding voor de maand juli 2018 vanaf 31 juli 2018 en over de vergoeding voor de maand augustus 2018 vanaf 31 augustus 2018.

17. Grief 2 is gericht tegen de afwijzing van de vordering tot medewerking door Juzzt Football aan de overdracht van het mobiele nummer van [naam B.V.] op de grond dat [naam B.V.] niet heeft aangetoond dat dit nummer van haar en niet van Juzzt Football is (rov. 4.7 van het bestreden vonnis). In de toelichting betoogt [naam B.V.] dat [bestuurder holding] het desbetreffende mobiele nummer al jaren gebruikte – in elk geval al in 2005 respectievelijk op 24 september 2012 – voordat hij actief was voor Juzzt Football. Ter onderbouwing van deze stelling heeft [naam B.V.] verwezen naar door haar overgelegde stukken. Naar zij stelt heeft zij op verzoek van Juzzt Football, om administratieve redenen, het nummer aan haar overgedragen. Inmiddels is het mobiele nummer niet meer in gebruik en vordert [naam B.V.] , in plaats van overdracht van het nummer, vervangende schadevergoeding. Doordat [bestuurder holding] telefonisch niet meer bereikbaar was voor zijn netwerk en omgekeerd, is [naam B.V.] naar zij stelt de mogelijkheid ontnomen nieuwe opdrachten binnen te halen. Ook heeft [naam B.V.] haar huisstijl, website, communicatiemiddelen en visitekaartjes moeten aanpassen. [naam B.V.] begroot haar schade op € 22.500,-- en verzoekt het hof haar schade op dit bedrag vast te stellen.

18. In hoger beroep heeft [naam B.V.] voldoende aannemelijk gemaakt dat het mobiele telefoonnummer in kwestie al vóór de samenwerking met Juzzt Football door (eerst [bestuurder holding] en vervolgens) [naam B.V.] in gebruik was. In het midden kan echter blijven of dit mobiele nummer aan [naam B.V.] of aan Juzzt Football toebehoorde nu [naam B.V.] niet langer overdracht van dit nummer vordert. Hoewel niet is uit te sluiten dat [naam B.V.] als gevolg van het niet kunnen beschikken over haar mobiele telefoonnummer schade heeft geleden, heeft zij de gestelde schade niet voldoende aannemelijk gemaakt, wat wel op haar weg had gelegen. Haar vordering tot betaling van een voorschot op schadevergoeding is in dit kort geding daarom niet toewijsbaar.

19. Grief 4 is gericht tegen de proceskostenveroordeling in het bestreden vonnis en de afwijzing van de vordering tot betaling van een voorschot op de advocatenkosten van [naam B.V.] In de toelichting voert [naam B.V.] aan dat de voorzieningenrechter haar ten onrechte in de proceskosten heeft veroordeeld. Nu de vordering tot betaling van de management fees over de maanden mei en juni is toegewezen, had [naam B.V.] naar zij stelt niet in de proceskosten veroordeeld mogen worden. Door de proceskostenveroordeling heeft zij, ondanks toewijzing van de management fees, door de procedure een financieel nadeel geleden en dat kan toch niet de bedoeling zijn, aldus [naam B.V.]

20. Zeker nu in hoger beroep een groter gedeelte van de vordering van [naam B.V.] zal worden toegewezen, ziet het hof aanleiding Juzzt Football, die hiertegen verweer heeft gevoerd, in de kosten van het geding in eerste aanleg, voor zover in conventie gevallen, te veroordelen. In zoverre is ook deze grief gegrond. Voor betaling van een voorschot op de advocatenkosten van [naam B.V.] bestaat echter geen grond. Aansprakelijkheid van een partij voor de werkelijke proceskosten van haar wederpartij kan slechts onder bijzondere omstandigheden, in geval van onrechtmatig procederen, worden aangenomen. Daarvoor is in dit geval onvoldoende gesteld. In zoverre faalt de grief.

21. Grief 5 is gericht tegen de beslissing van de voorzieningenrechter om in reconventie de door [naam B.V.] ten laste van Juzzt Football gelegde beslagen op het heffen (rov. 4.10 tot en met 4.12 van het bestreden vonnis).

22. Onder de gegeven omstandigheden en met inachtneming van wat partijen hebben aangevoerd ten aanzien van hun belangen bij al dan niet herleving van het door de voorzieningenrechter opgeheven conservatoir beslag, ziet het hof op dit moment geen redenen om [naam B.V.] , naast de executoriale titel die zij met dit arrest heeft, aanvullende zekerheid door herleving van het conservatoir beslag te verlenen. De grief faalt in zoverre. Het hof ziet echter geen aanleiding [naam B.V.] te verbieden zo nodig opnieuw beslag te leggen. Deze vordering zal alsnog worden afgewezen. Juzzt Football zal worden veroordeeld in de kosten van het geding in eerste aanleg, voor zover in reconventie gevallen. In zoverre is de grief gegrond.

23. Wegens (gedeeltelijke) gegrondheid van de grieven 1, 3, 4 en 5 zal het bestreden vonnis worden vernietigd. Juzzt Football zal als de overwegend in het ongelijk gestelde partij in de kosten van dit hoger beroep worden veroordeeld. Omwille van de duidelijkheid zal het hof het dictum opnieuw formuleren.

Beslissing

Het hof:

- vernietigt het tussen partijen in kort geding gewezen vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Den Haag van 30 juli 2018, zowel wat betreft het geding in conventie als in reconventie, en

opnieuw rechtdoende,

in conventie

- veroordeelt Juzzt Football aan [naam B.V.] te betalen de facturen over mei en juni 2018 ter zake van managementvergoedingen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de op de desbetreffende facturen vermelde uiterlijke betaaldata tot aan de dag van algehele voldoening;

- veroordeelt Juzzt Football aan [naam B.V.] (bij wijze van voorschot) te betalen een bedrag van € 15.326,66, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 7.663,33 vanaf 31 juli 2018 tot aan de dag van algehele voldoening en over € 7.663,33 vanaf 31 augustus tot aan de dag van voldoening;

- veroordeelt Juzzt Football in de kosten van het geding in eerste aanleg, voor zover in conventie gevallen, tot op heden aan de zijde van [naam B.V.] begroot op € 4.027,-- aan verschotten en € 816,-- aan salaris advocaat;

in reconventie

- heft op de door [naam B.V.] op 15 en 22 juni 2018 ten laste van Juzzt Football gelegde beslagen onder ABN AMRO;

- veroordeelt Juzzt Football in de kosten van het geding in eerste aanleg, voor zover in reconventie gevallen, tot op heden aan de zijde van [naam B.V.] begroot € 408,-- aan salaris advocaat;

hoger beroep

- veroordeelt Juzzt Football in de kosten van het hoger beroep, aan de zijde van [naam B.V.] tot op heden begroot op € 5.351,-- aan verschotten en € 5.564,-- aan salaris advocaat;

voorts

- verklaart dit arrest ten aanzien van de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;

- wijst af het in conventie en in reconventie en in hoger beroep anders of meer gevorderde.

Dit arrest is gewezen door mrs. C.J. Verduyn, J.M. van der Klooster en R.F. Groos en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 31 maart 2020 in aanwezigheid van de griffier.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature