Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Instantie:
Vindplaatsen:

Inhoudsindicatie:

Hof verklaart zich onbevoegd inzake vordering Openbaar Ministerie tot herstel tbs-verlengingsbeslissing wegens een door een niet bevoegd psychiater ondertekend verlengingsadvies

Uitspraak



TBS P11/0305

Beslissing d.d. 2 september 2011

De kamer van het hof als bedoeld in artikel 67 van de Wet op de rechterlijke organisatie heeft te beslissen op de vordering van de advocaat-generaal van 10 augustus 2011 die strekt tot herstel van de beslissing van de penitentiaire kamer van het gerechtshof te Arnhem van

2 september 2010, zaaknummer P10-0137, waarbij de terbeschikkingstelling op vordering van het openbaar ministerie is verlengd met twee jaar, naar aanleiding van het beroep van

[terbeschikkinggestelde],

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],

verblijvende in [kliniek] te [plaats].

Het hof heeft gelet op de volgende stukken:

- voornoemde beslissing van het hof van 2 september 2010, bekend onder zaaknummer P10-0137;

- voornoemde vordering tot herstel van de advocaat-generaal van 10 augustus 2011, met daarbij gevoegd een faxbericht van 8 augustus 2011 van drs. [bevoegd psychiater], psychiater, en [hoofd inrichting], hoofd van de inrichting, van [kliniek], gericht aan het Ministerie van Justitie, Dienst Justitiële Inrichtingen.

Het hof heeft ter zitting van 22 augustus 2011 gehoord de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr H.S.K. Jap A Joe, advocaat te Utrecht, en de advocaat-generaal

mr G.J. de Haas. De advocaat-generaal heeft ter zitting zijn op schrift gestelde conclusie overgelegd. De raadsvrouw heeft ter zitting haar pleitnotities overgelegd.

Overwegingen

De feiten

De terbeschikkingstelling van [terbeschikkinggestelde] is ingegaan op 16 maart 1982 en is vervolgens steeds verlengd. De laatste verlengingsvordering van de officier van justitie dateert van 17 februari 2010. Bij die vordering zijn overgelegd het verlengingsadvies van [kliniek] van 3 februari 2010, ondertekend door drs. H. [psychiater], als plaatsvervangend hoofd van [kliniek] en psychiater, en wettelijke aantekeningen.

De rechtbank Utrecht heeft bij beslissing van 2 april 2010 de terbeschikkingstelling verlengd met een termijn van twee jaar. De terbeschikkinggestelde heeft beroep ingesteld tegen deze beslissing, waarna het hof op basis van dezelfde stukken, aangevuld met recentere informatie, bij beslissing van 2 september 2010 de beslissing van de rechtbank heeft vernietigd en de terbeschikkingstelling heeft verlengd met een termijn van twee jaar.

Op 8 juni 2011 heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg [kliniek] in kennis gesteld van het feit dat drs. H. [psychiater] sinds 18 juni 2008 niet meer als psychiater is geregistreerd in het BIG-register.

Op of omstreeks 4 juli 2011 is de advocaat-generaal bekend geraakt met de omstandigheid dat drs. H. [psychiater] sinds 18 juni 2008 niet meer in het BIG-register is geregistreerd. Bij brief van 26 juli 2011 heeft de advocaat-generaal het hof en de raadsvrouw van de terbeschikkinggestelde hierover geïnformeerd.

Het standpunt van het openbaar ministerie

Nu drs. H. [psychiater] ten tijde van het ondertekenen van voornoemd verlengingsadvies van [kliniek] niet was ingeschreven in het BIG-register en derhalve niet kon worden aangemerkt als psychiater, voldeed het verlengingsadvies niet aan de daaraan te stellen wettelijke eisen.

Tot herstel van dit gebrek heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het hof verstaat dat het er voor gehouden kan worden dat bij het verlengingsadvies van de kliniek van 3 februari 2010 het advies van een psychiater is gevoegd zoals bedoeld in artikel 46 lid 3 Reglement verpleging ter beschikking gestelden , te weten het genoemde advies van drs. [bevoegd psychiater], welk advies mede ondertekend is door het hoofd van de inrichting, en voorts dat het hof zijn beslissing van 2 september 2010, waarbij de terbeschikkingstelling is verlengd met twee jaar, met inachtneming van de verstaansbeslissing, handhaaft.

Het advies van 8 augustus 2011 van drs. H. [psychiater] houdt in dat het verlengingsadvies van 3 februari 2010 volgens de regelen der kunst tot stand is gekomen, dat de inhoud correct is en dat dit advies geen wijzigingen of aanvullingen behoeft. Het verlengingsadvies wordt volledig onderschreven.

Het standpunt van de terbeschikkinggestelde en zijn raadsvrouw

Primair is betoogd dat het hof zich onbevoegd dient te verklaren om van de herstelvordering van de advocaat-generaal kennis te nemen. De penitentiaire kamer van het hof is op grond van artikel 67 RO belast met het behandelen van en beslissen in zaken in beroep als bedoeld in artikel 509v van het Wetboek van Strafvordering. Een vordering als de onderhavige valt daar niet onder.

Subsidiair is de niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie bepleit, nu de onderhavige vordering in strijd is met artikel 1 van het Wetboek van Strafvordering en artikel 5 lid 1 van het EVRM van wege het feit dat de door de advocaat-generaal gevolgde procedure buitenwettelijk is. Een beslissing zoals thans verlangd gaat volgens de raadsvrouw de rechtsvormende taak van de rechter te buiten.

Voorts is verzocht de maatregel van terbeschikkingstelling te beëindigen op grond van artikel 5 lid 4 van het EVRM en de terbeschikkinggestelde onmiddellijk in vrijheid te stellen, nu niet gesproken kan worden van een “lawful detention”. Aan de wettelijke voorwaarden voor de (laatste) verlenging van de maatregel is naar achteraf blijkt immers niet voldaan.

Het oordeel van het hof

Het hof stelt vast dat de vordering,voorzien van het opschrift “vordering tot herstel beslissing verlenging terbeschikkingstelling met verpleging”, verder gaat dan wat gewoonlijk onder een herstelbeslissing wordt verstaan, te weten een beslissing waarbij een kennelijke vergissing in een eerdere beslissing hersteld wordt. Voor zover de vordering van de advocaat-generaal strekt tot een herstelbeslissing dient deze vordering dan ook te worden afgewezen.

In feite wordt gevorderd dat het hof beslist om op basis van het thans overgelegde (aanvullende) advies van drs. [bevoegd psychiater] zijn eerdere en inmiddels onherroepelijke beslissing van 2 september 2010 te handhaven, hetgeen naar het oordeel van het hof in wezen neerkomt op het nemen van een nieuwe inhoudelijke beslissing.

De primaire vraag is of het hof bevoegd is om, buiten een reguliere verlengingsprocedure, van deze vordering kennis te nemen en hierop te beslissen, nog daar gelaten de vraag of een dergelijke vordering past in het systeem van de wet.

De Kamer van het gerechtshof te Arnhem als bedoeld in artikel 67 van de Wet op de rechterlijke organisatie is met uitsluiting van de andere hoven in den lande bevoegd in beroep te oordelen ter zake van in eerste aanleg door rechtbanken gegeven beslissingen, genoemd in artikel 509v Wetboek van strafvordering.

De wet voorziet niet in de mogelijkheid om tussentijds een vordering of verzoek ten aanzien van (de tenuitvoerlegging van) een verlengingsbeslissing (van het hof) bij dit hof aanhangig te maken. Het valt voorts buiten de rechtsvormende taak van de rechter een dergelijke rechtsgang te erkennen of in het leven te roepen. Er zijn immers verschillende keuzes denkbaar, waarbij uiteenlopende belangen van praktische en ook meer principiële aard betrokken zijn, die moeten voldoen aan de eisen van een samenhangend stelsel, bijvoorbeeld met betrekking tot de voorwaarden, de gronden, de termijnen, de bevoegde rechter en de rechtsmiddelen voor beide partijen.

Gelet hierop dient het hof zich, bij lezing van de vordering zoals hiervoor omschreven, niet bevoegd te verklaren om van deze vordering kennis te nemen.

Op de hiervoor aangegeven gronden dient het hof zich eveneens onbevoegd te verklaren ten aanzien van het verzoek van de raadsvrouw om de maatregel van terbeschikkingstelling te beëindigen met onmiddellijke invrijheidstelling van de terbeschikkinggestelde wegens schending van artikel 5 lid 4 EVRM .

Beslissing

Het hof:

Wijst af de vordering van de advocaat-generaal voor zover deze strekt tot het geven van een herstelbeslissing.

Verklaart zich voor het overige onbevoegd kennis te nemen van de vordering van de advocaat-generaal.

Verklaart zich onbevoegd kennis te nemen van het verzoek tot beëindiging van de maatregel tot terbeschikkingstelling en onmiddellijke invrijheidstelling van de terbeschikkinggestelde.

Aldus gedaan door

mr Y.A.J.M. van Kuijck als voorzitter,

mr E. van der Herberg en mr J.H.M. Zwinkels als raadsheren,

en prof. dr. J. Schudel en drs. E. Harmsen als raden,

in tegenwoordigheid van mr I.H.A. Bijl als griffier,

en op 2 september 2011 in het openbaar uitgesproken.

De raden zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature