Uitspraak
afdeling strafrecht
parketnummer: 23-000712-24
datum uitspraak: 12 december 2024
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 26 maart 2024 in de strafzaak onder parketnummer 13-080308-23 tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] ([geboorteland]) op [geboortedag] 1965,
adres: [adres].
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Onderzoek ter terechtzitting
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 12 december 2024.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal. De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep wordt verklaard.
Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep
Blijkens de akte intrekken hoger beroep van 10 december 2024 wenst de verdachte het hoger beroep niet te handhaven, zodat hij geacht moet worden de eerder tegen het vonnis opgegeven bezwaren in te trekken. Daarom zal hij, nu ook overigens niet is gebleken van enig rechtens te respecteren belang dat is gediend met enig nader onderzoek van de zaak, gelet op het bepaalde in artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, niet-ontvankelijk worden verklaard in het ingestelde hoger beroep.
BESLISSING
Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. R.A.E. van Noort, mr. N. van der Wijngaart en mr. W.S. Ludwig, in tegenwoordigheid van mr. C.H. Sillen, griffier en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 12 december 2024.