U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:
Vindplaats:

Inhoudsindicatie:

Telkens rijden met ongeldig verklaard rijbewijs. Hof ziet zich op de voet van artikel 63 Wetboek van Strafrecht (WvSr) gebonden aan het strafmaximum. Gelet daarop toepassing van artikel 9a WvSr .

Uitspraak



afdeling strafrecht

parketnummer: 23-000195-20

datum uitspraak: 2 februari 2021

TEGENSPRAAK

Verkort arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 8 januari 2020 in de gevoegde strafzaken onder de parketnummers 96-032683-19 (hierna: zaak A) en 96-063235-19 (hierna: zaak B) tegen

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1975,

adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van

19 januari 2021 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.

Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.

Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.

Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep

De verdachte is door politierechter in de rechtbank Amsterdam vrijgesproken van hetgeen aan hem in zaak A onder 2 en zaak B onder 2 is tenlastegelegd. Het hoger beroep is door de verdachte onbeperkt ingesteld en is derhalve mede gericht tegen de in eerste aanleg gegeven beslissingen tot vrijspraak. Gelet op hetgeen is bepaald in artikel 404, vijfde lid, van het Wetboek van Strafvordering staat voor de verdachte tegen deze beslissingen geen hoger beroep open. Het hof zal de verdachte mitsdien niet-ontvankelijk verklaren in het ingestelde hoger beroep, voor zover dat is gericht tegen de in het vonnis waarvan beroep gegeven vrijspraken.

Tenlasteleggingen

Aan de verdachte is, voor zover inhoudelijk aan het oordeel van het hof onderworpen, tenlastegelegd dat:

zaak A:

1.hij, op of omstreeks 7 februari 2019 te Amsterdam, terwijl hij wist of redelijkerwijs moest weten dat een op zijn naam gesteld rijbewijs voor een of meer categorieën van motorrijtuigen, te weten categorie B, ongeldig was verklaard en aan hem daarna geen ander rijbewijs voor het besturen van een motorrijtuig van de betrokken categorie of categorieën was afgegeven, op de weg, de Pieter Calandlaan, als bestuurder een motorrijtuig, (personenauto), van die categorie of categorieën heeft bestuurd;

zaak B: 1.hij, op of omstreeks 18 maart 2019, te Hoorn, terwijl hij wist of redelijkerwijs moest weten dat een op zijn naam gesteld rijbewijs voor een of meer categorieën van motorrijtuigen, te weten categorie B, ongeldig was verklaard en aan hem daarna geen ander rijbewijs voor het besturen van een motorrijtuig van de betrokken categorie of categorieën was afgegeven, op de weg, de Venneweg, als bestuurder een motorrijtuig, (personenauto), van die categorie of categorieën heeft bestuurd;

Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen, zal worden vernietigd, omdat het hof tot een enigszins andere bewezenverklaring en een andere beslissing ten aanzien van de strafoplegging komt dan de politierechter.

Bewezenverklaring

Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het in zaak A onder 1 en zaak B onder 1 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:

zaak A:

1.hij, op 7 februari 2019 te Amsterdam, terwijl hij wist dat een op zijn naam gesteld rijbewijs voor een of meer categorieën van motorrijtuigen, te weten categorie B, ongeldig was verklaard en aan hem daarna geen ander rijbewijs voor het besturen van een motorrijtuig van de betrokken categorie was afgegeven, op de weg, de Pieter Calandlaan, als bestuurder een motorrijtuig (personenauto) van die categorie heeft bestuurd;

zaak B: 1.hij, op 18 maart 2019 te Hoorn, terwijl hij wist dat een op zijn naam gesteld rijbewijs voor een of meer categorieën van motorrijtuigen, te weten categorie B, ongeldig was verklaard en aan hem daarna geen ander rijbewijs voor het besturen van een motorrijtuig van de betrokken categorie was afgegeven, op de weg, de Venneweg, als bestuurder een motorrijtuig (personenauto) van die categorie heeft bestuurd.

Hetgeen in zaak A onder 1 en zaak B onder 1 meer of anders is tenlastegelegd, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.

Het bewezenverklaarde is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat, zoals deze na het eventueel instellen van beroep in cassatie zullen worden opgenomen in de op te maken aanvulling op dit arrest.

Strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Geen omstandigheid is aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.

Het in zaak A onder 1 en zaak B onder 1 bewezenverklaarde levert telkens op:

overtreding van artikel 9, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994 .

Strafbaarheid van de verdachte

Geen omstandigheid is aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte ten aanzien van het bewezenverklaarde uitsluit, zodat de verdachte strafbaar is.

Overwegingen over de oplegging van straf

De politierechter heeft de verdachte voor het in eerste aanleg in zaak A onder 1 en zaak B onder 1 bewezenverklaarde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vier maanden, waarvan twee maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren.

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis waarvan beroep zal bevestigen.

Het hof overweegt het navolgende.

De verdachte heeft zich tweemaal schuldig gemaakt aan het rijden met een ongeldig verklaard rijbewijs.

Door aldus te handelen heeft de verdachte er blijk van gegeven zich weinig aan te trekken van besluiten van het bevoegd gezag die met het oog op de verkeersveiligheid worden genomen. Het hof ziet dit bevestigd in het uittreksel uit de Justitiële Documentatie van de verdachte van 4 januari 2021, waaruit volgt dat hij eerder onherroepelijk is veroordeeld ter zake van verkeersdelicten. Oplegging van een gevangenisstraf, al dan niet met voorwaardelijk deel, acht het hof dan ook in beginsel aangewezen.

Het hof ziet zich evenwel geconfronteerd met het volgende. De verdachte is op 10 april 2019 door het gerechtshof Amsterdam veroordeeld ter zake van het rijden met een ongeldig verklaard rijbewijs. Daarbij is op de voet van artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht (hierna: WvSr) geen straf of maatregel aan de verdachte opgelegd. Het hof heeft daartoe overwogen dat de verdachte na het plegen van het in die zaak aan de orde zijnde feit nog tweemaal was veroordeeld voor (onder meer) het rijden terwijl zijn rijbewijs ongeldig was verklaard, te weten op 13 juli 2017 door de politierechter in de rechtbank Noord-Holland tot een gevangenisstraf voor de duur van drie maanden, en op 20 november 2017 door de politierechter in de rechtbank Amsterdam tot een gevangenisstraf voor de duur van vier maanden. Op grond van het bepaalde in de artikelen 9 lid 2 en 176 lid 4 van de Wegenverkeerswet 1994 (zoals geldend ten tijde van het toen aan de orde zijnde feit), in verband met de artikelen 57 en 63 WvSr, zou bij een gelijktijdige bestraffing van voornoemde misdrijven, voor alle feiten tezamen een gevangenisstraf van ten hoogste vier maanden kunnen worden opgelegd. Dit bracht destijds mee dat voor het hof, gelet op genoemde veroordelingen, geen ruimte meer bestond een gevangenisstraf of werkstraf op te leggen voor het in die zaak aan de orde zijnde feit.

Nu de onderhavige feiten dateren van vóór de uitspraakdatum van voornoemd arrest van 10 april 2019 van het gerechtshof Amsterdam, en van vóór de wetswijziging waarbij dat strafmaximum is verhoogd, acht het hof zich op de voet van artikel 63 WvSr wederom gebonden aan het toen bereikte strafmaximum. Zouden onderhavige feiten immers destijds aan het oordeel van het gerechtshof Amsterdam zijn onderworpen, dan had ook ten aanzien van deze feiten te gelden dat het strafmaximum was bereikt in de zin zoals hiervoor omschreven. Het hof zal daarom de verdachte schuldig verklaren zonder oplegging van straf.

BESLISSING

Het hof:

Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep, voor zover gericht tegen de beslissing ter zake van het in zaak A onder 2 en zaak B onder 2 tenlastegelegde.

Vernietigt het vonnis waarvan beroep voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen en doet in zoverre opnieuw recht:

Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het in zaak A onder 1 en zaak B onder 1 tenlastegelegde heeft begaan.

Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.

Verklaart het in zaak A onder 1 en zaak B onder 1 bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.

Bepaalt dat ter zake van het in zaak A onder 1 en zaak B onder 1 bewezenverklaarde geen straf of maatregel wordt opgelegd.

Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. C.N. Dalebout, mr. M.L.M. van der Voet en mr. M.A.H. van Dalen-van Bekkum, in tegenwoordigheid van mr. S. Bonset, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 2 februari 2021.

De jongste raadsheer en de griffier zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature