Uitspraak
afdeling strafrecht
parketnummer: 23-000552-20
datum uitspraak: 19 mei 2020
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 23 januari 2020 in de strafzaak onder parketnummer 13-306761-19 tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum]
adres: [adres].
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Onderzoek ter terechtzitting
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 19 mei 2020.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal.
Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep
De verdachte is in eerste aanleg gedagvaard om op 23 januari 2020 te verschijnen ter terechtzitting van de politierechter in de rechtbank Amsterdam.
De verdachte is op 23 januari 2020 ter terechtzitting verschenen en is bij vonnis op tegenspraak veroordeeld.
Tegen dit vonnis heeft de verdachte niet binnen veertien dagen nadien hoger beroep ingesteld, maar eerst op 20 februari 2020.
Nu het hoger beroep niet binnen de wettelijk voorgeschreven termijn is ingesteld zal de verdachte daarin niet ontvankelijk worden verklaard.
BESLISSING
Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. N.A. Schimmel, mr. V. Mul en mr. M. van der Horst, in tegenwoordigheid van C. Mittendorf, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 19 mei 2020.
De jongste en de oudste raadsheer zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.