U dient ingelogd te zijn om favorieten te kunnen toevoegen aan Mijn Jure
U kunt zich hier gratis registreren
Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:

Inhoudsindicatie:

ZW uitkering terecht beëindigd. Zorgvuldig medisch onderzoek. Geen twijfel aan de juistheid van de inzichtelijke en overtuigende motivering van de verzekeringsarts. Voldoende gemotiveerd dat de aan de EZWb ten grondslag gelegde functies in medisch opzicht geschikt zijn voor appellant.

Uitspraak



19 4340 ZW

Datum uitspraak: 15 juli 2020

Centrale Raad van Beroep

Enkelvoudige kamer

Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 26 september 2019, 18/2748 (aangevallen uitspraak)

Partijen:

[appellant] te [woonplaats] (appellant)

de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv)

PROCESVERLOOP

Namens appellant heeft mr. D. Marcus, advocaat, hoger beroep ingesteld.

Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend.

Onder toepassing van artikel 8:57, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is

een onderzoek ter zitting achterwege gebleven, waarna de Raad het onderzoek met toepassing

van artikel 8:57, derde lid, van de Awb heeft gesloten.

OVERWEGINGEN

1.1.

Appellant is laatstelijk werkzaam geweest als support medewerker voor 40,26 uur per week. Op 8 maart 2017 heeft hij zich ziek gemeld met aan werkdruk gerelateerde klachten. Het Uwv heeft appellant na het einde van zijn dienstverband, met ingang van 4 oktober 2017, een uitkering op grond van de Ziektewet (ZW) toegekend.

1.2.

In het kader van een eerstejaars ZW-beoordeling (EZWb) heeft appellant het spreekuur bezocht van een verzekeringsarts. Deze arts heeft appellant belastbaar geacht met inachtneming van de beperkingen die zijn neergelegd in een Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) van 5 februari 2018. Een arbeidsdeskundige heeft vastgesteld dat appellant niet in staat is zijn eigen werk te verrichten, vervolgens vier functies geselecteerd en op basis van de drie functies met de hoogste lonen berekend dat appellant meer dan 65% van zijn zogeheten maatmaninkomen zou kunnen verdienen. Het Uwv heeft bij besluit van 9 maart 2018 de ZW‑uitkering van appellant met ingang van 10 april 2018 beëindigd, omdat hij meer dan 65% kan verdienen van het loon dat hij verdiende voordat hij ziek werd. Het bezwaar van appellant tegen dit besluit heeft het Uwv bij besluit van 3 oktober 2018 (bestreden besluit) ongegrond verklaard. Aan het bestreden besluit ligt een rapport van een verzekeringsarts bezwaar en beroep van 2 oktober 2018 ten grondslag.

2.1.

De rechtbank heeft het beroep van appellant tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard. Naar het oordeel van de rechtbank heeft het Uwv terecht de ZW-uitkering van appellant per 10 april 2018 beëindigd. De rechtbank heeft hiertoe overwogen dat het verzekeringsgeneeskundig onderzoek voldoende zorgvuldig is geweest en dat er geen redenen zijn om aan de juistheid van de conclusies van de verzekeringsartsen te twijfelen. Bij de beoordeling door de verzekeringsarts is ook een brief van 29 november 2017 van klinisch psycholoog J. Verlinden, zijn regiebehandelaar bij Impegno, betrokken waarin onder andere gesproken wordt over de paniekaanvallen van appellant. De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft bij de heroverweging de door appellant overgelegde brief van 28 maart 2018 van M. Tengnagel, ambulant begeleider bij Impegno, betrokken. In beroep heeft appellant een brief van 5 november 2018 van klinisch psycholoog Verlinden overgelegd. De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft in een rapport van 7 juni 2019 geconcludeerd dat die informatie geen aanleiding vormt voor een gewijzigd medisch oordeel over de belastbaarheid van appellant op de datum in geding. Het feit dat inmiddels de diagnose autismestoornis is gesteld betekent naar het oordeel van de rechtbank niet dat nadere informatie had moeten worden ingewonnen nu niet gebleken is dat informatie is gemist of dat sprake is van een behandelaar met een beredeneerd afwijkend idee over de medische beperkingen van appellant of van een ingezette of nog in te zetten behandeling met een beduidend te verwachten effect op zijn arbeidsmogelijkheden. De rechtbank achtte het feitelijk onjuist dat in het dossier zijn klachten onvoldoende naar voren kwamen nu de paniekaanvallen van appellant, verwardheid, de gevolgen van zijn depressieve klachten, zijn autismestoornis en de noodzaak tot begeleiding zijn opgetekend door de verzekeringsartsen. In de FML zijn in alle rubrieken beperkingen aangenomen, en is rekening gehouden met de rugklachten van appellant en zijn gevoeligheid voor geluid vanuit zijn autismestoornis. De stelling van appellant dat hij meer beperkt is dan het Uwv in de FML heeft aangenomen vindt naar het oordeel van de rechtbank geen bevestiging in de voorhanden zijnde medische informatie. Voor zover de overgelegde informatie betrekking heeft op de toegenomen onzekerheid in eisers situatie ziet dat op de situatie na de datum in geding en kan dat niet worden meegenomen. Uitgaande van de juistheid van de bij appellant vastgestelde beperkingen, heeft de rechtbank geen grond gezien voor het oordeel dat de geduide functies voor appellant niet geschikt zijn. De rechtbank heeft geoordeeld dat, voor zover het bestreden besluit als gebrekkig moet worden beschouwd omdat in bezwaar is volstaan met een quickscan door de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep, dit gebrek is hersteld met het rapport van de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep dat in de beroepsprocedure is ingediend.

2.2.

Bij uitspraak van 10 december 2019 (ECLI:NL:CRVB:2019:4047) heeft de voorzieningenrechter van de Raad het verzoek om een voorlopige voorziening van appellant afgewezen omdat spoedeisend belang ontbrak.

3.1.

In hoger beroep heeft appellant zijn stelling herhaald dat zijn medische beperkingen door autisme, burn-out, depressie en rugklachten zijn onderschat. Hij acht zich niet in staat de geduide functies te vervullen. Appellant heeft aangevoerd dat bij de vaststelling van zijn beperkingen onvoldoende aandacht is besteed aan zijn psychische klachten, terwijl hij voor zijn werk is uitgevallen met psychische klachten veroorzaakt door een nog altijd voortdurende burn-out. Appellant heeft ter onderbouwing van zijn stellingen in hoger beroep informatie van 18 oktober 2019 van klinisch psycholoog Verlinden van Impegno overgelegd. De psycholoog heeft bevestigd dat bij appellant sprake is van autisme spectrum stoornis (ASS) en heeft beschreven hoe deze stoornis een rol heeft gespeeld bij het ontstaan van depressieve klachten. Appellant ondervindt problemen in de woon- en leefsituatie. De psycholoog ziet in de ASS problematiek een verklaring voor het arbeidsongeschikt raken van appellant en voorziet problemen wanneer zijn beperkingen niet worden onderkend.

3.2.

Het Uwv heeft, onder verwijzing naar een rapport van de verzekeringsarts bezwaar en beroep van 30 december 2019, bevestiging van de aangevallen uitspraak bepleit.

4. De Raad komt tot de volgende beoordeling.

4.1.

Voor de relevante wet- en regelgeving en de uitleg daarvan wordt verwezen naar de onderdelen 5 en 6 van de aangevallen uitspraak.

4.2.

De hoger beroepsgronden zijn in essentie een herhaling van de gronden die appellant in beroep tegen het bestreden besluit heeft aangevoerd. Deze gronden komen erop neer dat de verzekeringsartsen van het Uwv onvoldoende rekening hebben gehouden met zijn psychische klachten.

4.3

Met de rechtbank wordt geoordeeld dat het medisch onderzoek zorgvuldig is verricht. De overwegingen van de rechtbank die tot dit oordeel hebben geleid worden onderschreven. Daaraan wordt toegevoegd dat de verzekeringsartsen bij hun beoordeling van de medische situatie en beperkingen steeds rekening hebben gehouden met de informatie van de hulpverleners van Impegno.

4.4.

De nadere medische informatie van Impegno van 18 oktober 2019, die appellant ter onderbouwing van zijn standpunt in hoger beroep heeft ingediend, biedt geen steun voor de stelling van appellant dat het Uwv zijn beperkingen per 10 april 2018 heeft onderschat. Dit rapport biedt geen nieuwe informatie over de situatie van appellant op de datum in geding. In het rapport van 30 december 2019 heeft een verzekeringsarts bezwaar en beroep dan ook met juistheid geconcludeerd dat deze nadere medische informatie geen aanleiding geeft de medische beoordeling aan te passen. De verzekeringsarts bezwaar en beroep is het eens met de vaststelling van klinisch psycholoog Verlinden dat er problemen te verwachten zijn wanneer de beperkingen van appellant niet onderkend worden. Volgens de verzekeringsarts bezwaar en beroep zijn deze beperkingen onderkend en erkend en betrokken bij het vaststellen van de belastbaarheid in de FML van 5 februari 2018. Er zijn geen aanknopingspunten om aan de juistheid van deze inzichtelijke en overtuigende motivering van de verzekeringsarts bezwaar en beroep te twijfelen.

4.5.

De rechtbank wordt ook gevolgd in haar oordeel dat het Uwv in het rapport van de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep van 18 juni 2019 voldoende heeft gemotiveerd dat de aan de EZWb ten grondslag gelegde functies in medisch opzicht geschikt zijn voor appellant. De arbeidsdeskundige is uitgebreid ingegaan op de door appellant naar voren gebrachte bezwaren ten aanzien van onder meer geluidsbelasting, zitten, staan en probleemoplossend vermogen en heeft zijn conclusies inzichtelijk gemotiveerd.

5. De overwegingen in 4.2 tot en met 4.5 leiden tot de conclusie dat het hoger beroep niet slaagt en de aangevallen uitspraak moet worden bevestigd.

6. Voor een veroordeling in de proceskosten bestaat geen aanleiding.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de aangevallen uitspraak.

Deze uitspraak is gedaan door T. Dompeling, in tegenwoordigheid van E. Diele als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 15 juli 2020.

(getekend) T. Dompeling

(getekend) E. Diele


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde jurisprudentie

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature