E-mail deze uitspraak

Uitspraak waar naar gelinkt wordt vanuit de e-mail die gestuurd zal worden:

ECLI:NL:CRVB:2017:1342
Centrale Raad van Beroep, 15/3456 WW

Inhoudsindicatie:

Dubbel hoger beroep. Blijvend gehele weigering WW-uitkering. Over de vraag of de werkloosheid al dan niet in overwegende mate aan betrokkene kan worden verweten wordt als volgt overwogen. In de uitspraak van 22 oktober 2015 heeft de Raad geoordeeld dat het voor betrokkene verzachtende omstandigheden oplevert dat zijn leidinggevenden er van op de hoogte waren dat hij met Loonbedrijf [naam loonbedrijf] nevenwerkzaamheden verrichtte voor het waterschap en dat de opdrachten van het waterschap zelf afkomstig waren. Daarentegen heeft de Raad betrokkene verweten dat hij de risico’s van het frequent inhuren van Loonbedrijf [naam loonbedrijf] op (de schijn van) belangenverstrengeling, vriendjespolitiek en oneerlijke concurrentie niet met zijn leidinggevenden heeft besproken. Voorts is, zoals in 4.3 weergegeven, in het bijzonder gewicht toegekend aan de tweede gedraging, waarbij betrokkene misbruik heeft gemaakt van kennis waarover hij als ambtenaar de beschikking had gekregen. Het geheel van gedragingen van betrokkene die tot zijn ontslag hebben geleid en de omstandigheden waarin deze hebben plaats gevonden, leiden tot het oordeel dat de werkloosheid weliswaar enigszins verminderd verwijtbaar is, maar niet in die mate dat de werkloosheid betrokkene niet in overwegende mate kan worden verweten.

Van


Aan


Opmerkingen (optioneel)


E-mail

Terug

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie