Weigering uitkering ingevolge de Wajong. Met de rechtbank is de Raad van oordeel dat er onvoldoende redenen zijn om te twijfelen aan de juistheid van de door de (bezwaar)verzekeringsartsen vastgestelde datum van intreden van de ongeschiktheid. De Raad ziet geen noodzaak tot onderzoek door het Uwv naar de ziektegeschiedenis van familieleden van appellant. De Raad is van oordeel dat de door gemachtigde van appellant geuite twijfel over de wijze waarop appellant in dienstbetrekking heeft gefunctioneerd onvoldoende is om de beoordeling door het Uwv onzorgvuldig te achten, nu die stelling op geen enkele te verifiëren wijze door appellant nader is onderbouwd.