De nabestaandenuitkering van verzoekster, woonachtig in Turkije, is per 1 januari 2013 met 40% verlaagd op grond van het zogenoemde woonlandbeginsel. Verzoekster heeft om een voorlopige voorziening gevraagd, vanwege deze achteruitgang in inkomsten. Een financieel belang is op zich zelf geen spoedeisende reden om een voorziening te treffen. In dit geval heeft verzoekster niet aannemelijk gemaakt dat er door het besluit voor haar een actuele financiƫle noodsituatie kan ontstaan. Het verzoek om een voorlopige voorziening is dan ook afgewezen.