Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebieden:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:
Instantie:
Vindplaats:

Inhoudsindicatie:

Een middellijk bestuurder is een bestuurder in de zin van artikel 106 Fw .

Uitspraak



beschikking

RECHTBANK ROTTERDAM

Sector civiel recht

Insolventienummer: 11/662 F

Beschikking van 3 mei 2012

In het faillissement van:

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[verzoeker],

kantoorhoudende aan [adres]

statutair gevestigd te [A],

curator: mr. [X], kantoorhoudende te Rotterdam,

heeft de rechtbank kennis genomen van de voordracht d.d. 24 februari 2012 van

mr. R. Kruisdijk, rechter-commissaris, strekkende tot het geven van een bevel tot in verzekerde bewaringstelling van de navolgende (voormalig) bestuurder van [verzoeker]:

[bestuurder],

geboren te [plaats, datum],

volgens het GBA wonende aan [adres].

De failliete vennootschap wordt hierna aangeduid als [verzoeker], mr. [X] als de curator, mr. Kruisdijk als de rechter-commissaris en [bestuurder] als [bestuurder].

1. Verloop van het geding

1.1. De rechtbank heeft de voordracht van 24 februari 2012 van de rechter-commissaris ontvangen, strekkende tot het geven van een bevel tot in verzekerde bewaringstelling van [bestuurder], met een geldigheid van één jaar.

1.2. De mondelinge behandeling van de voordracht heeft plaatsgevonden op 4 april 2012, waarbij mr. Verkerk namens de curator is verschenen. [bestuurder] is verschenen met zijn advocaat mr. W.J. Van der Kroon.

1.3. De behandeling van de voordracht heeft gelijktijdig plaatsgevonden met die van de voordrachten die de rechter-commissaris in hetzelfde faillissement heeft gedaan tot in verzekerde bewaringstelling van [partij B] en [partij C] (hierna: [C]).

1.4. De mondelinge behandeling is pro forma aangehouden. De curator heeft bij brief d.d. 16 april 2012 verklaard dat er geen reden meer was tot het gelasten van een in verzekerde bewaringstelling van [bestuurder].

1.5. Vervolgens is de datum van uitspraak nader bepaald op heden.

2. De beoordeling

2.1. In de hiervoor onder 1.1. genoemde voordracht heeft de rechter-commissaris - kort gezegd - aangevoerd dat [bestuurder] als (voormalig, middellijk) bestuurder van [verzoeker] de afwikkeling van het faillissement frustreert doordat het voor de curator niet mogelijk is gebleken om in contact te komen met [bestuurder]. De curator heeft de rechtbank bij brief d.d. 16 april 2012 verklaard dat er geen reden meer was tot het gelasten van een in verzekerde bewaringstelling van [bestuurder].

2.2. De rechtbank oordeelt thans als volgt. De bestuurder van een failliete vennootschap kan in verzekerde bewaring worden gesteld indien de bestuurder niet voldoet aan zijn in artikel 106 van de Faillissementswet (hierna: Fw) bedoelde verplichtingen. Naar het oordeel van de rechtbank dient onder het begrip 'bestuurder' in de zin van voornoemd artikel mede te worden begrepen de bestuurder van een rechtspersoon die op zijn beurt de bestuurder is van de failliete vennootschap (de middellijk bestuurder). Daarbij is vereist dat dit bestuurderschap bestond op de faillissementsdatum (met de hierna te maken kanttekening).

2.3. Uit het dossier en uit hetgeen op de mondelinge behandeling is besproken, blijkt (i) dat [bestuurder] in het handelsregister was ingeschreven als bestuurder van Stichting Administratiekantoor Enterprises in de periode van 19 februari 2010 tot 18 mei 2010, (ii) dat voornoemde stichting in het handelsregister was ingeschreven als bestuurder van [verzoeker] in de periode van 19 februari 2010 tot 30 juni 2011 en (iii) dat [verzoeker] op 11 oktober 2011 failliet is verklaard. In de verhouding tussen de vennootschap, de bestuurder en de curator zijn in- en uitschrijvingen in het handelsregister niet doorslaggevend. Er zijn echter geen aanwijzingen dat [bestuurder] na zijn uitschrijving op 18 mei 2010 nog (middellijk) bestuurder van [verzoeker] is geweest.

2.4. Anders dan in de zaak van [C] doet zich - voor zover gesteld of gebleken - in de zaak van [bestuurder] niet de situatie voor dat hij na zijn uitschrijving als bestuurder nog feitelijk beleidsbepaler is geweest of dat hij kort voor het faillissement ontslag zou hebben genomen zonder dat er een opvolgend bestuurder was (vergelijk de beschikking van deze rechtbank d.d. 10 april 2012 aangaande de voordracht van [C] , LJN BW1448).

2.5. Gelet op het voorgaande moet geoordeeld worden dat [bestuurder] geen bestuurder van [verzoeker] in de zin van artikel 106 Fw is. De voordracht dient daarom te worden afgewezen.

3. De beslissing

De rechtbank,

wijst de voordracht tot het geven van een bevel tot in verzekerde bewaringstelling van [bestuurder] van de rechter-commissaris d.d. 24 februari 2012 af.

Deze beschikking is gegeven door mr. N. Doorduijn.

Uitgesproken in het openbaar

2130/1876


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde jurisprudentie

Gerelateerde wetgeving

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature