Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:

Inhoudsindicatie:

De rechtbank heeft met juistheid uiteengezet waarom van toegenomen arbeidsongeschiktheid uit dezelfde ziekte oorzaak geen sprake is. Hetgeen appellant in hoger beroep aan (medische) stukken heeft overgelegd, geeft geen aanleiding voor een andersluidend oordeel.

Uitspraak



10/6909 WAO

Centrale Raad van Beroep

Enkelvoudige kamer

U I T S P R A A K

op het hoger beroep van:

[appellant], wonende te [woonplaats] (appellant),

tegen de uitspraak van de rechtbank ’s-Hertogenbosch van 18 november 2010, 10/1919 (aangevallen uitspraak),

in het geding tussen:

appellant

en

de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv).

Datum uitspraak: 16 maart 2012

I. PROCESVERLOOP

Namens appellant heeft mr. L. Boon, advocaat, hoger beroep ingesteld.

Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend.

Door partijen zijn nadere stukken ingebracht.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 17 februari 2012. Namens appellant is mr. Boon verschenen. Het Uwv heeft zich laten vertegenwoordigen door V.A.R. Kali.

II. OVERWEGINGEN

1.1. De Raad gaat uit van de feiten die de rechtbank in de aangevallen uitspraak heeft vermeld. De Raad volstaat hier met het volgende.

1.2. Bij besluit van 3 december 2009 heeft het Uwv vastgesteld dat er bij appellant met ingang van 30 september 2009 geen sprake is van een toename van de arbeidsongeschiktheid uit dezelfde ziekteoorzaak als die waarvoor appellant reeds een uitkering ingevolge de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) ontvangt. Aan voornoemd besluit ligt een verzekeringsgeneeskundig rapport van 2 december 2009 ten grondslag.

1.3. Bij besluit van 4 juni 2010 (bestreden besluit) heeft het Uwv zijn besluit van 3 december 2009 gehandhaafd. Het bestreden besluit steunt op een verzekeringsgeneeskundig rapport van 27 mei 2010. In dat rapport heeft de bezwaarverzekeringsarts geconcludeerd dat er geen (nieuwe) medische gegevens zijn die aanleiding geven om af te wijken van het door de primaire verzekeringsarts ingenomen standpunt.

2.1. De rechtbank heeft bij de aangevallen uitspraak het beroep van appellant tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard. Daartoe heeft de rechtbank allereerst vastgesteld dat tussen partijen niet in geschil is dat, voor zover sprake is van een toeneming van appellants beperkingen als gevolg van trombose, geen sprake is van dezelfde ziekteoorzaak. Vervolgens heeft de rechtbank overwogen dat zij geen reden heeft gezien om te twijfelen aan de conclusie van de bezwaarverzekeringsarts, zoals weergegeven

in 1.3.

2.2. Voor zover de bezwaarverzekeringsarts in zijn rapport heeft gesteld dat hij bij het lichamelijk onderzoek wat betreft de ‘oude’ rug- en beenklachten geen evidente verslechtering heeft geconstateerd ten opzichte van het eerder uitgevoerd onderzoek in 2006, heeft de rechtbank aangenomen dat sprake is van een verschrijving en dat de bezwaarverzekeringsarts heeft gedoeld op het medische onderzoek waarvan de resultaten zijn neergelegd in het verzekeringsgeneeskundig rapport van 11 juni 2008.

3. In hoger beroep heeft appellant zich op het standpunt gesteld dat er sprake is van toegenomen arbeidsongeschikt. Hij heeft erop gewezen dat zijn rug- en enkelklachten zijn toegenomen. Ter zitting heeft appellant met betrekking tot het verzekeringsgeneeskundig rapport van 27 mei 2010 naar voren gebracht dat hem, in tegenstelling tot het oordeel van de rechtbank, niet is gebleken dat de bezwaarverzekeringsarts abusievelijk het medisch onderzoek in 2006 heeft genoemd in plaats van het onderzoek in 2008.

4. De Raad komt tot de volgende beoordeling.

4.1. Ingevolge artikel 39a, eerste lid, van de WAO vindt, ter zake van toeneming van de arbeidsongeschiktheid die intreedt binnen vijf jaar na de datum van toekenning of herziening van de arbeidsongeschiktheidsuitkering en die voortkomt uit dezelfde oorzaak als de arbeidsongeschiktheid ter zake waarvan uitkering wordt genoten, herziening van de arbeidsongeschiktheidsuitkering steeds plaats, zodra de toegenomen arbeidsongeschiktheid onafgebroken vier weken heeft geduurd.

4.2. De rechtbank heeft met juistheid uiteengezet waarom van toegenomen arbeidsongeschiktheid uit dezelfde ziekte oorzaak geen sprake is. De Raad onderschrijft dat oordeel van de rechtbank en de daaraan ten grondslag gelegde overwegingen.

Voor zover de bezwaarverzekeringsarts heeft vermeld dat hij zijn bevindingen naar aanleiding van een medisch onderzoek heeft vergeleken met het in 2006 verrichte medische onderzoek, is de Raad met de rechtbank van oordeel dat het hier een kennelijke verschrijving betreft.

4.3. In hetgeen appellant in hoger beroep aan (medische) stukken heeft overgelegd, ziet de Raad geen aanleiding voor een andersluidend oordeel. In de brief van orthopedisch dr. chirurg J.G.E. Hendriks van 31 oktober 2011 heeft de Raad geen medisch objectiveerbare aanknopingspunten gevonden voor appellants stelling dat hij vanaf 30 september 2009 toegenomen beperkingen had als gevolg van de reeds bestaande rug- en beenklachten. Ook de verschillende afspraakkaarten die appellant heeft ingebracht, bieden hiervoor naar het oordeel van de Raad geen steun.

4.4. Gelet op het voorgaande slaagt het hoger beroep niet. De aangevallen uitspraak dient te worden bevestigd.

5. Voor een proceskostenveroordeling ziet de Raad geen aanleiding.

III. BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep,

Recht doende:

Bevestigt de aangevallen uitspraak.

Deze uitspraak is gedaan door J. Brand, in tegenwoordigheid van J.R. Baas als griffier, De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 16 maart 2012.

(get.) J. Brand.

(get.) J.R. Baas.

KR


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature